Nathalie Palsterman, die in 1985 haar vader verloor bij de Bende van Nijvel- aanslag op de Delhaize in Aalst, begrijpt niet waarom advocaat Jef Vermassen de lange anonieme brief met details over de Bende zo lang liet liggen. Toen Palsterman stiekem een foto van die brief nam, werd Vermassen woest en bedreigde hij de familie, zegt ze in een interview met het weekblad Knack.
Het onderzoek naar de Bende van Nijvel is de voorbije weken in een stroomversnelling gekomen. Een overleden ex-rijkswachter zou bekend hebben dat hij vroeger lid was van de Bende.
Maar niet alle nabestaanden zijn blij met die nieuwe onthullingen. Nathalie Palsterman is een van hen. Haar vader Jan werd door de Bende doodgeschoten tijdens de overval op de Delhaize in Aalst. “Iedere nieuwe doorbraak heeft alleen voor vertraging gezorgd”, zegt ze aan Knack.
Vooral houding van advocaat Jef Vermassen zit de familie Palsterman hoog. Volgens dochter Nathalie had de advocaat een lange anonieme brief met gedetailleerde informatie over het onderzoek en met foto’s van enkele leden van de Bende. Nathalie begrijpt niet dat Vermassen niets met die informatie deed.
Nathalie Palsterman zegt dat er letterlijk in de brief stond dat bepaalde leden van de Bende al geruime tijd bekend waren bij de onderzoekscel in Charleroi. Hun foto’s zaten in het dossier. Voorts zouden er in de brief de sporen staan die de Bende-speurders niet mochten onderzoeken. “Het onderzoek was tot op het bot gemanipuleerd”, aldus Nathalie Palsterman.
Tussen de familie van Jan Palsterman en meester Vermassen liep het helemaal mis toen de familie stiekem een foto namen van de brief. Vermassen kwam dat te weten en eiste dat ze die foto vernietigden. ‘We kregen een regelrechte dreigbrief.” Als de brief niet vernietigd werd, zou de advocaat dat hen vervolgen. “Hij dreigde met boetes en gevangenisstraf.”
Vermassen boos
Advocaat Jef Vermassen reageert furieus: “Ze zijn als lafaards gevlucht en hebben een andere advocaat genomen.” De advocaat voelt zich bedrogen en noemt zijn voormalige cliënten “ondankbare mensen.”
Bron » Het Nieuwsblad