Slachtoffers Bende van Nijvel herdacht met nieuw monument aan Delhaize: “Het dossier verdwijnt misschien ooit, maar dit hier blijft altijd staan”

De jaarlijkse herdenking van de slachtoffers van de Bende van Nijvel, die te betreuren vielen bij de bloederige overval op de Aalsterse Delhaize-vestiging op 9 november 1985, vond woensdag plaats aan het nieuwe herdenkingsmonument dat voor de gelegenheid werd onthuld. Het is al 38 jaar geleden dat de laatste en dodelijkste aanval van de beruchte bende acht levens eiste. De nieuwe gedenksteen heeft dan ook acht zijden, eentje voor elk slachtoffer dat viel in Aalst, en acht bomen.

“Het herdenkingsmonument mocht er wel komen, na al die jaren”, zegt Kristoff Palsterman die tijdens de overval zijn vader verloor. “Er is duidelijk veel werk ingestoken, het is mooi en sereen. Ik zal hier nog geregeld komen.”

Delhaize en de stad werkten samen om een herdenkingsmonument op te richten voor de slachtoffers van een van de bloederigste overvallen uit de recente geschiedenis van ons land. “Toen de oude Delhaize-vestiging plaats moest ruimen voor een gloednieuw gebouw, waren wij en het stadsbestuur het onmiddellijk eens om een herdenkingsmonument op te richten voor alle slachtoffers van de terreurdaden”, vertelt Illya Van den Borre van de supermarktketen.

“Het is een blijvende herinnering aan wat zich hier heeft afgespeeld. Wij zagen het als onze morele plicht om hieraan mee te werken.”

“We hebben besloten om het monument niet op de parking van Delhaize te zetten, maar in de tussenzone tussen de artificiële wereld van de parking en de natuurlijke zone van het aangrenzende stadspark”, vertelt architect Bas Smets.

Tapijt van gele blaadjes

Het monument is opgetrokken uit acht panelen. “Dat aantal verwijst ook naar de acht slachtoffers die hier vielen”, aldus nog Smets. “Daarin staan acht ginkgo’, ook wel Japanse notenbomen genoemd. Dat zijn de oudste bomen op onze planeet. Die bomen kleuren mooi geel in de herfst, dus bij de herdenking op 9 november krijg je hier elk jaar een tapijt van die gele blaadjes. Geel is ook de kleur van de hoop.“

Het monument bestaat onderaan uit donkere steentjes, die gaan van rood en oranje naar geel bovenaan. Alle steentjes zijn handmatig geplaatst. “We hebben dit opgevat als een plek van troost, maar ook als een plek van hoop”, zo geeft de architect nog mee.

Ook Bende-slachtoffer David Van de Steen, die beide ouders en zus verloor bij de overval in 1985, was woensdag aanwezig op de plechtigheid. “Ik vind het heel mooi gemaakt”, zegt hij. “De acht bomen die in het monument staan, kunnen 1.400 jaar worden. Het was ook de enige boom die de atoombom op Hiroshima overleefde. Door de symboliek daarachter vind ik het een heel goede keuze, ze hebben er duidelijk over nagedacht.”

“Het monument is iets dat zal overblijven”, aldus nog Van de Steen. “Als in de loop der jaren het dossier van de Bende van Nijvel of het onderzoek ernaar zal verdwijnen, zal deze gedenksteen blijven staan. Het zal de mensen herinneren aan wat zich hier ooit heeft afgespeeld.”

“Niet onder juridische mat vegen”

“Het dossier van de Bende van Nijvel is de grootste schandvlek in de Belgische justitie”, stelt burgemeester Christoph D’Haese (N-VA). “Dat kan men zomaar niet onder de juridische mat vegen. De verjaringstermijn van het Bende-dossier werd al tot tweemaal toe verlengd, in 2002 en 2015.”

“Bij een strafrechtelijke verjaring in België zijn er spreekwoordelijke gangen vol met kasten die op slot zijn en waarvan men de sleutel niet meer vindt. Men weet niet wat er in de dossiers zit of waar die dossiers liggen. Dat is niet ernstig. Daarom pleit ik, in tegenstelling tot wat de nieuwe minister van Justitie voorlegt, voor een betere wettekst”, aldus nog de burgervader die ook federaal Kamerlid is.

“Ernstige misdrijven als doodslag en moord mogen nooit verjaren. Ik zal er alles aan doen, overmorgen in de Kamercommissie Justitie al en de dag erna in het Parlement, om dit soort dingen finaal te veranderen.”

Bron » Het Nieuwsblad

Aalst onthult herdenkingsmonument voor slachtoffers Bende van Nijvel

38 jaar na de dodelijke overval is aan de Delhaize-supermarkt in Aalst een herdenkingsmonument onthuld voor de slachtoffers van de Bende van Nijvel. Het is een achthoekig monument waarbij elke zijde symbool staat voor één van de acht slachtoffers.

Op 9 november 1985 overviel de Bende van Nijvel de Delhaize-supermarkt in Aalst. Acht mensen werden daarbij vermoord. Het was de laatste en bloedigste overval van de Bende van Nijvel. Bij de misdaden van de Bende van Nijvel vielen in de jaren tachtig 28 doden, vooral bij overvallen op supermarkten.

Aan de Delhaize-supermarkt in Aalst is nu een herdenkingsmonument onthuld voor de slachtoffers van de Bende van Nijvel. Het is een achthoekig monument. Dat verwijst naar de 8 dodelijke slachtoffers van de overval in Aalst. Het monument is gemaakt door Bas Smets, de kunstenaar die eerder ook het herdenkingsmonument na de aanslagen in Zaventem en Maalbeek maakte.

David Van de Steen verloor zijn ouders en zijn zus bij de overval op de supermarkt in Aalst. Hij is blij dat er nu een herdenkingsmonument is: “Het is echt geslaagd. Ook hoe ze het gemaakt hebben, met de hand al die steentjes erin gezet, van donker naar licht. Vroeger was er hier niks. Je kwam hier naartoe als kind, en er was enkel de supermarkt, en niets anders. Nu is er een monument dat zal blijven.”

Bron » VRT Nieuws

‘Hij was altijd bezig over die staatsgreep, en over een bepaalde ‘kolonel’’: dochter van vermoorde bankier uit ‘1985’

In de tv-serie 1985 doet Léon Finné weinig anders dan zuipen, feesten en waarschuwen voor staatsgrepen. Om dan te worden neergekogeld door de Bende van Nijvel. ‘Voor mij was hij een toevallig slachtoffer’, zegt dochter Patricia Finné.

Hij wordt al jaren beschouwd als het meest enigmatische slachtoffer van de Bende. Tot drie jaar voor zijn dood runde Léon Finné het Brusselse filiaal van de Banque Copine aan de Louizalaan, vlak bij het Justitiepaleis. Hij was de bankier van zowel politiemensen en magistraten als drugscriminelen. Aan digitaal bankieren deden ze nog niet, en dus reed Finné geregeld met zakken vol cash naar het Groothertogdom Luxemburg om ze daar op geheime rekeningen te zetten.

“Als wij criminelen wilden pakken door zogezegd een lading drugs te kopen, dan belden we Finné”, herinnert een oud-drugsspeurder zich. “Dan kwam die aangereden met zijn Amerikaanse slee met twee vlaggetjes voor en twee achter. En een aktetas vol cash. Om te tonen aan de criminelen. ’s Avonds werd de operatie meestal uitgebreid gevierd.”

Staatsgreep

In 1981 zocht Léon Finné contact met rijkswachtmajoor Herman Vernaillen, om hem te waarschuwen voor een nakende staatsgreep door een extreemrechtse groep binnen de rijkswacht. Dezelfde Vernaillen die eind 1981 maar net een moordpoging door zijn ondergeschikten Madani Bouhouche en Robert Beijer overleefde.

Uitgerekend diezelfde Léon Finné werd in de avond van 27 september 1985 op de parking van de Delhaize in Overijse met niet minder dan negen kogels neergemaaid door de Bende van Nijvel. Die doodde bij een dubbele raid – eerst in Eigenbrakel, dan Overijse – acht mensen.

In 1985 wordt het personage tot leven gewekt door de Waalse acteur Jean-Michel Balthazar. Die speelt een buikige figuur die onophoudelijk zit te schransen, te zuipen en complottheorieën te debiteren. “De makers hebben me vooraf het scenario laten lezen”, zegt dochter Patricia Finné (66). “Ik ging ervan uit dat het bedoeld is als fictie, zoals de makers bij elke gelegenheid benadrukken. Ik heb geen enkele aanpassing gevraagd. Want er is opnieuw aandacht voor de zaak, er kijken 1,4 miljoen mensen, donc ça m’arrange. Misschien maakt de reeks iets wakker bij een of andere getuige. In alle misdaadzaken is er altijd iemand die iets weet en wil praten. Hier dus niet. Er is overduidelijk een omerta.”

“Ik was 29 jaar toen mijn papa stierf. Ik had een zoontje van vier en ik was samen met mijn man. Ik was een jonge moeder en had mijn eigen leven. Later pas ben ik me beginnen te informeren over wie mijn vader was. En toen ik dat scenario las, dacht ik: ze hadden nog een serieuze stap verder kunnen gaan. (lacht) Ja, mijn vader wás een bon vivant, om het zacht uit te drukken.”

In 1982 kwam de Banque Copine in zwaar weer omdat een aantal bankiers met de boekhouding zou hebben geknoeid en er een gat was ontstaan van 25 miljoen euro. “Mijn vader is toen ontslagen”, zegt Patricia. “Dat herinner ik me heel scherp: hij ontkende de tegen hem geuite aantijgingen en keek vol vertrouwen uit naar de rechtszaak. Maar die heeft hij dus niet meer meegemaakt. De laatste twee jaar werkte hij voor een bank in Luxemburg.”

‘Toevallig’

Léon Finné moet een uniek perspectief hebben gehad op het Brusselse criminele wereldje van toen. In talloos veel boeken en op internetfora wordt zijn aanwezigheid in de Delhaize van Overijse, uitgerekend die avond, beschouwd als té toevallig om aanhalingstekens rond dat woord weg te halen.

“Hij woonde in Overijse, op twee kilometer van de Delhaize”, zegt Patricia Finné. “Hij kocht daar dagelijks zijn krant. Het klopt wel dat hij de hele tijd bezig was over die staatsgreep, en ook over een bepaalde ‘kolonel’. Dat kwam altijd terug: ‘De kolonel heeft dit gezegd, de kolonel heeft dat gezegd…’ Wie die kolonel was? Geen idee. Dus ja, hij zat middenin het wereldje dat je nu ziet in 1985, maar als iemand hem specifiek naar het leven stond, kon die persoon hem toch ook voor zijn huis opwachten? Elk ander scenario lijkt me eerder iets voor Steven Spielberg.”

Ooggetuigen

Volgens ooggetuigen was de 14-jarige Stéphane Notte, die op de parking van de Delhaize wat aan het fietsen was, de eerste die die avond de gewapende en gemaskerde mannen opmerkte. Hij begon te schreeuwen. Daarop laadde een van hen zijn riotgun en schoot het joch neer voor de ogen van Léon Finné. Die behoorde tot een van de eerste Belgen met een autotelefoon, rende naar zijn auto om de politie te bellen, maar werd ook neergeschoten. Zijn moordenaar draaide zijn lichaam nog om met zijn voet en vuurde dan meerdere genadeschoten af. “De feiten zijn uitvoerig gedocumenteerd”, zegt Patricia. “Mijn papa was gewoon op het verkeerde moment op de verkeerde plaats.”

Er zijn van Léon Finné nauwelijks foto’s opgedoken, behalve eentje, in het boek dat Patricia Finné in 2012 publiceerde met Michel Leurquin. We zien de piepjonge Patricia met haar hand op zijn schouder. Hij houdt een jachtgeweer vast en draagt een cowboyhoed.

“Hij had in zijn villa in Overijse veel wapens liggen”, weet Patricia nog. “Hij had ook vier honden. Een politieman die aanwezig was in de Delhaize heeft mijn vader herkend. Agenten zijn die avond naar de villa gereden en hebben er de drie grote Duitse herders doodgeschoten. Zonder de familie te bellen. Er was ook nog een puppy, en die hebben ze naar het asiel gebracht. Het was zo’n rare, akelige tijd.”

Bron » De Morgen | Douglas De Coninck

Linda overleefde aanslag door Bende van Nijvel uit tv-reeks ‘1985’: “Ze mogen dat onderzoek afsluiten, op één voorwaarde”

“Fictiereeks gebaseerd op waargebeurde feiten”, wordt bij de start van Eén-serie 1985 gemeld. Afgelopen zondag kwam in de vijfde aflevering de overval door de Bende van Nijvel op de zeilmakerij Wittock-Van Landeghem in Temse aan bod. Voor Linda Van Huffelen (65) uit Mortsel, die bij de slachtpartij haar man verloor en zelf levenslang invalide werd geschoten, is dit geen fictie, maar na exact veertig jaar nog steeds de dagelijkse realiteit.

1985 is de naam van de fictiereeks, maar het bloederige parcours van de Bende van Nijvel begon al enkele jaren eerder. De slachtpartij in Temse was een van de preludes. In de ochtend van 10 september 1983 drongen enkele mannen de zeilmakerij Wittock-Van Landeghem in Temse binnen. De gangsters arriveerden in een gestolen Saab 900 Turbo, die ze een paar dagen later zouden gebruiken om de moordpartij op de parking van het Colruyt-filiaal in Nijvel aan te richten. Doel van de inbraak in Temse? Zeven prototypes van speciale kogelwerende vesten stelen, waarvan alleen de rijkswachttop wist dat ze daar gemaakt werden.

“Nee, ik heb de aflevering van zondag niet gezien”, reageert Linda Van Huffelen een dag later in haar studio in Mortsel. “Maar een kennis belde me vandaag wel op dat ‘onze’ overval getoond werd. Ik heb zelf zondag naar een film met Bruce Willis gekeken. Eerlijk gezegd wist ik niet dat die reeks 1985 over de Bende van Nijvel gaat, anders had ik waarschijnlijk wel gekeken.”

Of ze het fragment waarin zijzelf en haar man komen even wil herbekijken via VRT Max op onze gsm? Of gaat dat, omdat er best wel hard geschoten wordt, te confronterend zijn? “Toon maar, ik ben al wel wat gewend”, zegt Linda. “Op zich ben ik al blij dat er aandacht aan besteed wordt. Meestal zijn wij de vergeten slachtoffers en gaat het alleen over de overvallen op de Colruyts en Delhaizes.”

“Een slachtpartij. De opzichter werd doodgeschoten, zijn vrouw heeft het amper overleefd”, vertelt personage Marc De Vuyst aan majoor Herman Vernaillen. Linda knikt. “Dat klopt. Ze hadden me al in een lijkzak gestoken. Gelukkig zag een van de twee ambulanciers bij het dichtritsen dat er nog iets ‘bougeerde’. De kuil op het kerkhof van Borsbeek naast het graf van mijn man hebben ze zes weken laten openliggen, omdat ze dachten dat ik nog zou volgen.”

Oog in oog met de gangster

Linda was net als haar man, amateurbokser Jos Broeders, afkomstig van Berchem. De twee waren al sinds hun 12de samen. Bij hun huwelijk trokken ze naar Temse, waar Linda conciërge werd in de fabriek van Wittock-Van Landeghem, een zeilmakerij, waar ook kogelwerende vesten werden gemaakt. Als jong gezin hadden ze dan ineens onderdak. Haar man werkte buitenhuis als schilder-behanger.

Ze waren allebei 26, met een dochtertje Sharon (2,5) en baby Patricia (6 weken), toen op 10 september 1983 Jos gewekt werd door glasgerinkel. “Hij is naar buiten gegaan en stond oog in oog met de gangster. Jos is weer naar binnen gevlucht. Ze hebben gewoon los door de deur geschoten. Hij kon nog op handen en voeten tot in de keuken kruipen, waar ze hem van dichtbij afgemaakt hebben. Ik moet wakker zijn geschoten en ben uit bed gekomen. Omdat ik mijn hand voor mijn gezicht heb geslagen, is de kogel die voor mijn hoofd bestemd was, op mijn duim en oor geketst. Vervolgens hebben ze met de kolf van een riotgun mijn kaak kapot geslagen.”

Twee maanden lag ze in coma, met rijkswachtbewaking voor de deur, uit schrik dat de Bende haar werk nog zou komen ‘afmaken’. “Ik herinner me niks. Ons dochtertje Sharon is door een van de gangsters terug in haar bedje gelegd, want haar voetsporen stonden in het bloed en ze lag omgekeerd. De speurders hebben haar later nog onder hypnose willen ondervragen, maar ik heb dat geweigerd. Ze herinnert zich ook niks. Dat ze onze kindjes gespaard hebben, is een zeldzaam moment van genade geweest, want voor de rest heeft de Bende zelfs een kind op de fiets doodgeschoten.”

Zware kosten

Linda doet haar huishouden met de twee vingers van haar rechterhand die ze kan gebruiken. Haar hals zit nog vol lood van de hagel. Ruim een jaar lag ze in revalidatiecentrum Hof ter Schelde op Linkeroever. “Sommige mensen vragen of ik een herseninfarct heb gehad als ze me zien. Nee, ik ben door de Bende van Nijvel neergeschoten, antwoord ik dan naar waarheid.”

Of ze blij is dat een televisiereeks als 1985 en nu ook de recente vondsten door een Nederlandse magneetvisser van twee zware wapens in de Damse Vaart het onderzoek warm houden? “Dat er nu ineens nog wapens worden opgevist, vind ik compleet onbegrijpelijk. De Bende heeft niet alleen mijn man afgepakt en mijn kinderen hun vader, maar heeft mij ook in de armoede gebracht.”

“Ik ben 80 procent invalide en overleef nu op een klein weduwepensioentje. Drie jaar geleden ben ik van Merksem naar deze studio in Mortsel verhuisd, dichter bij mijn familie. Ik woon hier heel graag, maar ik weet niet of ik de kosten kan blijven dragen. Een vrouw uit Westmalle komt mij wekelijks een voedselpakket brengen. Ik sta al twintig jaar op de lijst voor een sociale woning of flatje. Maar ik weiger bitter te klinken. Ik blijf een positieve vrouw.”

Linda gelooft dat de Reus nog leeft. “Maar ik geloof niet meer in een ontmaskering, als ze zelfs de slachtoffers na veertig jaar nog niet deftig kunnen vergoeden. Van mij mogen ze dat onderzoek afsluiten op voorwaarde dat alle slachtoffers uit de geldzorgen zijn.”

Bron » Het Nieuwsblad