De enige praalwagen op Aalst Carnaval die er niét is om te lachen: “Eerste keer van Bende van Nijvel, met goedkeuring van slachtoffers”

De praalwagen van de Bende van Nijvel, het is de enige in Aalst waarbij de carnavalisten benadrukken dat ze “zeker niet willen schofferen”. Er werd zelfs goedkeuring gevraagd van slachtoffers van de Bende. “Zonder hun toestemming waren we niet uitgereden.”

In Aalst, het Vlaamse mekka van de satire en spot, ontspringt niets of niemand de dans. Conner Rousseau die uit de kast komt, Guy D’haeseleer met een koffer vol volmachten, Tom Waes die in een gocart tegen een praalwagen inbeukt, Bart De Pauw die als Jezus herrijst en Donald Trump die zijn oranje huid als vleeswaar verkoopt (“Make americain-preparé great again”): het getuigt niet altijd van een aan een genialiteit grenzende creativiteit, maar onder het credo “we lachen met alles en iedereen” is een carnavalist veel vergeven. Tenzij die met de Bende van Nijvel spot.

De dodelijke raid op de Delhaize van 1985 ligt in Aalst zo gevoelig dat daar zelfs tijdens carnaval niet mee gelachen wordt. Dat werd door de huidige burgemeester bevestigd toen er vijf jaar geleden controverse uitbrak rond Joodse karikaturen. De Joodse gemeenschap verweet de Ajuinen dat ze nooit met gevoeligheden van een ander, maar enkel met die van zichzelf rekening houden.

Dat er in Aalst niet met de Bende van Nijvel gelachen wordt, verantwoordde huidig burgemeester Christoph D’Haese (N-VA) toen als een bijna vanzelfsprekende vorm van “autocensuur”. “Natuurlijk leg ik geen verbod op, maar ik reken nog altijd op die autocensuur”, zegt D’Haese daarover vandaag, “omdat de wonden in Aalst van de Bende van Nijvel nog niet geheeld zijn.”

Gesprek met slachtoffer

Precies die zelfopgelegde censuur werd afgelopen weekend doorbroken, toen een gerenommeerde groep uitreed met een Bende van Nijvel-praalwagen. “Het is de eerste keer dat dit thema in Aalst Carnaval aan bod komt”, zegt Peter Verschueren, voorzitter van de “vaste” carnavalsgroep ‘De Loge’.

Net als zondag reed Peter maandag met zijn gerenommeerde carnavalsvereniging uit in Aalst. Met een praalwagen van de Bende van Nijvel.“We werken samen met de losse groep ‘Eftepië’, zegt Peter. “Zij zijn verkleed als blinde rijkswachters die met blindegeleidestok de daders niet vinden, terwijl wij met een grote pot de ‘doofpot van justitie’ uitbeelden, net als de ‘Roze Balletten’ (de seksfeestjes van notabelen waarvan sommigen een relatie met de aanslagen van de Bende van Nijvel vermoeden, red.).”

Burgemeester D’Haese noemt de keuze voor het gevoelige thema niet de meest “fijnzinnige”, maar onder de titel ‘De Bende verjoort’ willen de carnavalisten uitsluitend het onderzoek naar de Bende als “doofpotoperatie” aan de kaak stellen. “We willen justitie op de korrel nemen, die na 40 jaar onderzoek naar de daders niet met antwoorden wíllen komen. De slachtoffers schofferen of de Bende ridiculiseren willen we zeker niet doen, integendeel.”

Om er zeker van te zijn dat ze met hun praalwagen niet tegen de kar van nabestaanden rijden, gingen de carnavalisten vooraf in gesprek met David Van de Steen. Hij werd als kind neergeschoten in de Delhaize in Aalst en was de enige overlevende van zijn gezin. “Toen de carnavalisten me uitnodigden voor een gesprek wist ik niet wat te denken”, zegt David. “Nadat ik hoorde wat ze van plan waren, was ik fan van hun idee. Het is heel duidelijk dat ze lachen met het onderzoek, dat een hele klucht is waarmee wij als slachtoffers al 40 jaar getreiterd worden: hoe kan ik hier tegen zijn?”

Applaus van Vermassen

David was er afgelopen zondag zelfs bij, en ging met de carnavalisten op de foto. In het midden van de groep “blinde rijkswachters” stond een breed glimlachende David. Allen met de middenvinger omhoog (letterlijk op de foto, spreekwoordelijk naar justitie). “We zijn 40 jaar later, niemand spreekt nog over het onderzoek”, zegt David. “Dan ben ik blij dat de carnavalisten onze noodkreet aandacht geven.” Ook advocaat van de nabestaanden Jef Vermassen stond zondag in Aalst te applaudisseren voor de Bende van Nijvel-praalwagen. “De wagen beeldt de strijdvaardigheid van de Aalsterse bevolking uit die zich niet wil neerleggen bij het einde van het onderzoek.”

Wie op de korrel genomen wordt tijdens carnaval en daar zelf niet mee kan lachen, wordt in Aalst lange tenen verweten. Maar bij de gruwel van de Bende van Nijvel ligt dat anders. “De slachtoffers waren voor ons de sleutel. Zonder hun goedkeuring waren we nooit uitgereden”, zegt Kurt Coene van ‘Eftepië’, de carnavalsgroep die het idee mee uitwerkte. Hij noemt de praalwagen een “hart onder de riem” voor de slachtoffers. “Om die boodschap duidelijk te maken, hebben we doelbewust gewacht op de verjaringstermijn van 40 jaar, want we spelen al enkele jaren met dit idee”. “En dit jaar valt het samen met ons 25-jarig bestaan”, zegt Peter. Met de “geheime seksfeestjes” van weleer nodigt zijn carnavalsgroep de Aalstenaren zo uit op hun 25ste verjaardag.

Als “hart onder de riem” voor de slachtoffers wordt de traditie in Aalst meer dan ooit gerespecteerd: op carnaval moet je met alles en iedereen kunnen lachen, behalve met de Bende van Nijvel.

Bron » Gazet van Antwerpen

“Wij zijn hem zelf gaan zoeken in het mortuarium”: het horrorverhaal van familie die het onderzoek naar Bende van Nijvel openbreekt

Hallucinant is de lijdensweg van de kinderen van Georges De Smet, die door de Bende van Nijvel op 9 november 1985 werd vermoord aan de Delhaize van Aalst. Pas 34 jaar later hoorden ze voor het eerst officieel iets van Justitie. Dochter Carine De Smet (65) en meester Kristiaan Vandenbussche (49) vertellen waarom het belangrijk is dat het onderzoek nog niet wordt afgesloten.

Afgelopen zomer draagt federaal procureur Ann Fransen het Bende-onderzoek na veertig jaar ten grave. Na jaren intensief speurwerk en volgehouden inzet, zijn alle pistes uitgeput. Voor de zowat tachtig nabestaanden voelt die boodschap aan als een “fuck you”. Onder hen de nabestaanden van Georges De Smet die amper 62 was toen hij werd afgemaakt op de parking van de Aalsterse Delhaize. Zijn dood werd nooit officieel gemeld aan zijn acht kinderen.

“Wij hebben hem zelf moeten zoeken in het mortuarium”, vertelt dochter Carine (65). “Mijn broer Dirk had op de radio gehoord over een overval op de Delhaize. Vader ging daar elke zaterdagavond net voor sluitingstijd winkelen, en bleef onvindbaar. De rijkswacht stuurde ons door naar het ziekenhuis. Rond vier uur ’s nachts arriveerde Carine in het Onze-Lieve-Vrouwziekenhuis van Aalst. In het mortuarium ligt een zestiger, hoorde ze daar. Ik mocht hem identificeren. Dat beeld ben ik nooit meer kwijtgeraakt. Ik droom er nog van. Vaders gezicht was ongeschonden. Maar achter zijn oren en in zijn nek zag hij blauw, zijn buik stond dik door vochtophoping. Zijn ogen waren dicht, maar hij had een verbaasde blik alsof hij zich afvroeg wat er gebeurde.”

Baret met kogelgat

‘Heeft hij afgezien?’ vroeg Carine zich af. In het ziekenhuis zag ze een dokter die ze kende. “Uw vader is binnengebracht met acht kogelwonden in zijn rug. Hij was op slag dood”, klonk het nadat hij het medisch dossier had ingekeken. “Enkele weken na zijn begrafenis kwamen er twee BOB’ers (Bewakings- en opsporingsbrigade, onderdeel van de rijkswacht, red.) langs. Ze toonden een baret waar een kogelgat in zat. Of ik die herkende? Natuurlijk, die was van vader en niet van de daders. In zijn huis haalde ik een identieke muts uit de kast. Die hebben ze meegenomen. ‘Waarom?’, wou ik weten. De speurders reageerden bits: ‘Wij stellen hier de vragen. Het was het enige contact dat Carine ooit had met rijkswacht. Slachtofferhulp bestond nog niet. Onze broer Guido die nog thuis woonde, en na de dood van vader voor zichzelf moest zorgen, heeft het nooit kunnen verwerken. Hij is uit het leven gestapt. Onze hele familie viel uiteen.”

Carine begint te huilen. “Ik sleepte me voort voor mijn kinderen. ‘Mens toch, zet u erover’, heb ik zo vaak moeten horen. Het heeft mijn huwelijk gekost. Ook op het werk ben ik gecrasht.” Pas twintig jaar na de dood van haar vader zocht Carine contact met andere nabestaanden. “Ik las in de krant over een herdenking in Aalst, ze hadden ons niet uitgenodigd. Ik liet het stadsbestuur weten dat ik er de volgende keer ook bij wou zijn. Zo leerde ik lotgenoten kennen. Zij vertelden me dat ik me burgerlijke partij kon stellen. Dat deed ik in 2019 na een infosessie. Voor mij was dat mijn eerste officiële contact met justitie, bijna 35 jaar na de feiten.”

Miljoen pagina’s

De familie kwam via-via bij Kristiaan Vandenbussche terecht. Als geen ander bijt de advocaat zich vast in het dossier. Minstens een miljoen pagina’s, hoofdzakelijk in het Frans. “Ik heb het op mijn computer, telkens ik ergens moet wachten lees ik er in.” Zo ontdekte de advocaat in 2021 een getuigenverklaring die een nieuw licht wierp op hoe Georges De Smet stierf. Deze ooggetuigen hadden pas geparkeerd bij de Delhaize, toen ze zagen hoe een man bij de schouder werd gegrepen toen hij een winkelkar wilde nemen. Een grote man zette een riotgun tegen zijn rug en duwde hem richting ingang. De getuigen zien de man tegenstribbelen, waarop hij in de nek en de rug is geschoten. De beschrijving stemt overeen met de verwondingen van Georges De Smet. Zijn familie is nooit ingelicht over de ware toedracht van zijn dood. Ze wisten niet dat hun papa door de Reus van de Bende is gegijzeld. Al die jaren dachten ze dat vader was gedood toen hij de winkel verliet met zijn boodschappen, amper beseffend wat hem overkwam.

Twee jaar geleden ontdekte Vandenbussche een spoor dat niet afdoende is onderzocht. “Ik was aan het scrollen in het dossier toen ik een foto van een papier uit een schriftje zag. Het stond vol nummerplaten en automerken. Die dateerde van 1985, er was een pv aan gekoppeld. De zoontjes van een man uit Opwijk noteerden alle auto’s die in hun straat passeerden. De zaterdag van de overval hadden zij om 17 uur een lichtgrijze Mercedes en een donkergrijze Golf zien voorbijrijden. De Mercedes reed zo snel, dat ze twee letters misten. Maar van de Golf hadden ze de volledige nummerplaat. ‘In die Golf zaten vier zwart geklede, ruige mannen,’ hadden de broertjes gezien. Omdat nog meer getuigen die auto’s hadden gezien, stapte de vader naar de rijkswacht.”

Verontrustende hiaten

Volgens het dossier is de nummerplaat opgezocht: die leidde naar een drankenhandel in Brussel, de firma F.

“Maar daar stopte het. Die firma heeft nochtans verdachte linken met het dossier. Zo leverde ze wekelijks drank aan L’Auberge du Chevalier in Beersel, waar de nachtwaker eind 1982 door een moordcommando is gefolterd en omgebracht. Het kan toeval zijn, maar het restaurant dook ook op in een zaak van valse facturen. Een verdachte in dat onderzoek werd gelinkt aan twee feiten die aan de Bende van Nijvel worden toegeschreven. Toch heeft men nooit gevraagd aan de firma wie hun Golf bestuurd kan hebben. Ik hoop dat de leidinggevenden van toen nu nog ondervraagd kunnen worden, net als de twee broers die de auto’s in hun straat noteerden.”

Dat hij zulke hiaten in het onderzoek kon ontdekken, vindt meester Vandenbussche verontrustend. “Ik doe dit naast mijn werk. Minstens dertig gespecialiseerde mensen hebben jarenlang elke dag op het dossier gewerkt. Dat Justitie er alles aan deed om het grootste dossier uit de Belgische misdaadgeschiedenis op te lossen, geloof ik niet meer.”

Bron » Het Laatste Nieuws | Ingrid De Vos

Hobby van twee broertjes is mogelijk laatste reddingsboei om Bende van Nijvel alsnog te ontmaskeren

Het onderzoek naar de Bende van Nijvel wordt niet stopgezet. Twee jongens die op de dag van de aanslag op de Delhaize in Aalst nummerplaten van passerende auto’s noteerden, zagen ook een Golf en Mercedes die mogelijk bij de overval gebruikt zijn voorbijrazen. Het gerecht in Bergen besliste nu dat de twee broers ondervraagd moeten worden, veertig jaar na de feiten.

Het onderzoek naar de Bende van Nijvel, die in de jaren tachtig 28 mensen doodde bij vooral overvallen op supermarkten, is nog niet ten einde. Hoewel het federaal parket en de onderzoeksrechter eerder hadden beweerd dat “alle sporen onderzocht zijn, dat de daders onvindbaar blijven en dat het onderzoek daarom beter afgesloten wordt”, blijkt nu dat één uiterst merkwaardig spoor veertig jaar lang in de lade blijven liggen is.

Op 9 november 1985, de dag van de bloedigste en laatste overval van de Bende, die op de Delhaize in Aalst, zaten twee broertjes van zeven en negen jaar oud bij hen thuis in buurgemeente Opwijk op de stoep. De oudste had een schriftje waarin hij de nummerplaat en het merk van de passerende auto’s noteerde. Een hobby van de beide broers.

“Ongure types”

Het is 17 uur, twee uur voor de overval op de Delhaize die acht levens zal eisen. Op dat moment passeren aan het huis van de jongens twee auto’s. Eerst raast een antracietkleurige Golf voorbij met hoge snelheid. De oudste van de broers noteert meteen de nummerplaat. Meteen daarna, als in een konvooi, volgt een lichtkleurige Mercedes. Ook die heeft een razende vaart, waardoor de jongens de Nederlandse nummerplaat niet helemaal kunnen noteren.

“Wat voor mannen waren dat”, zeggen de broers tegen elkaar als de auto’s gepasseerd zijn. Volgens wat ze later aan hun vader zouden vertellen, zaten zowel in de Golf als de Mercedes “donker geklede, ongure types”.

Gewapende man

Twee uur later volgt dan de overval in Aalst. Getuigen spreken van een donkere Golf en van een Mercedes met Nederlandse nummerplaat die op de parking van Aalst zouden gezien zijn, mogelijk de auto die de broers ook gezien hadden. Soortgelijke auto’s zouden die dag ook gesignaleerd zijn aan het Texacostation in Groot-Bijgaarden, tussen Brussel en Aalst. Getuigen zagen daar een gewapende man instappen in een van de auto’s.

Terug naar de broers. Dat weekend was ook de tante van de jongens op bezoek bij het gezin. Zij was zelf in de Delhaize op het moment van de overval en kon ontsnappen langs het bos achter de parking, zo vertelde een van de broers enkele maanden geleden aan Humo.

Nooit ondervraagd

Tijdens het gesprek komt ook ter sprake dat de daders met een Golf gevlucht zijn. “Die Golf hebben wij gezien”, zeggen de jongens, met het schriftje in de hand. De dag nadien stapt hun vader met het schriftje naar de rijkswacht: “Mijn zoons hebben mogelijk belangrijke informatie.” Het schriftje belandde echter in een lade, zonder veel onderzoek. De broers zijn nooit ondervraagd geweest.

Maar nu, veertig jaar na de feiten, zullen de broers toch een verklaring mogen afleggen. De Golf uit het schriftje zou een bedrijfswagen geweest zijn van een drankenhandel uit Brussel. Een verdacht bedrijf, zo blijkt. De drankenhandel leverde onder meer drank aan de Auberge du Chevalier in Beersel. De nachtwaker daar, José Vanden Eynde, is in 1982 gruwelijk vermoord. De feiten worden toegeschreven aan de Bende van Nijvel.

Kogelvrije vest

Er zouden ook (valse) facturen zijn van de drankenhandel op naam van Robert Becker, ook een verdachte in het Bendedossier. Speurders vermoeden dat hij achter een diefstal van kogelvrije vesten in Temse zit en overval op de Colruyt van Nijvel. Bij die twee feiten vallen in totaal vier doden.

Advocaat Kristiaan Vandenbussche, die opkomt voor de kinderen van de in Aalst doodgeschoten Georges De Smet, zorgde er zowat in zijn eentje voor dat het onderzoek niet stopgezet wordt. Hij ging in beroep bij de kamer van inbeschuldigingstelling in Bergen die de onderzoeksrechter nu sommeert om het onderzoek verder te zetten.

“Zaak-Dutroux opgelost door halve nummerplaat”

“De Bergense kamer van inbeschuldigingstelling tikt eigenlijk het federaal parket op de vingers”, aldus de advocaat gisteren. “Ze moeten nu alvast dat gedeelte van de zaak écht gaan onderzoeken. De broers zullen ondervraagd worden. Ook het genoemde bedrijf zal speurders over de vloer krijgen in een poging om de bestuurder van het voertuig op de dag van de feiten te identificeren. De zaak-Dutroux is opgelost toen iemand een halve nummerplaat van zijn bestelwagen noteerde. Hier hebben ze een volledige nummerplaat.”

Bron » Gazet van Antwerpen

Onderzoek naar Bende van Nijvel dan toch nog niet stopgezet: slachtoffer verkrijgt bijkomend onderzoek naar verdachte nummerplaat

Het onderzoek naar de Bende van Nijvel wordt dan toch nog niet stopgezet. Een van de slachtoffers heeft bijkomend onderzoek verkregen naar een auto die mogelijk van een van de daders is. Getuigen die de auto hadden gezien, zijn nooit ondervraagd. Zij noteerden nochtans de nummerplaat die leidde naar een firma. Ook daar is nooit iemand ondervraagd. Dat zal nu dus wellicht wel moeten gebeuren.

Het federaal parket liet vorig jaar weten dat het onderzoek, wat hen betreft, was afgerond. De daders werden, bijna 40 jaar na de laatste overval, nooit gevonden. “Helaas hebben we de waarheid niet kunnen bovenhalen”, zei federaal procureur Ann Fransen toen. De slachtoffers konden wel nog bijkomend onderzoek vragen.

Willy De Smet stapte daarom naar de rechter. Zijn vader, Georges De Smet, werd op 9 november 1985 gegijzeld en neergeschoten door de zogenoemde ‘Reus’ tijdens de zwaarste overval in de Delhaize in Aalst. De Smet heeft bijkomend onderzoek gevraagd nadat zijn advocaat, Kristiaan Vandenbussche, iets had opgemerkt in het dossier.

Nummerplaat nooit onderzocht

De bewuste overval in Aalst is gepleegd door mensen met een donkere Volkswagen Golf en een lichtere Mercedes. Twee broers van 7 en 9 jaar hadden die combinatie twee uur voor de overval gezien in Opwijk. Volgens hen reden de auto’s heel snel voorbij. In de auto zouden mannen met zwarte kledij gezeten hebben die verdacht overkwamen.

Toen de broers die avond beelden van de overval zagen op het nieuws, meldden ze meteen aan hun vader wat ze hadden gezien. Die ging met die informatie naar het politiekantoor.

De getuigen werden nooit ondervraagd. Een van de nummerplaten werd wel getraceerd en bleek op de naam te staan van een firma. Speurders hebben de firma nooit gecontacteerd en uitgezocht wie er toen mogelijk met de auto reed, zegt Vandenbussche.

De Bende van Nijvel staat erom gekend om nummerplaten te wisselen om speurders op een dwaalspoor te krijgen, was het argument. “Maar een nummerplaat die twee uur voor de overval gezien is, is misschien niet vals”, zegt Vandenbussche.

Twee dagen na de overval werd overigens een uitgebrande Golf gevonden. Speurders hebben die wagen toen wel onderzocht, maar het is niet duidelijk of het over dezelfde Golf gaat. “Het zou kunnen dat de Bende van Nijvel zo speurders op een dwaalspoor wilde brengen, wat wel vaker gebeurde.”

De Smet is daarom in beroep gegaan bij de kamer van inbeschuldigingstelling in Bergen. Die heeft hem gelijk gegeven en eist nu bijkomend onderzoek naar de auto. “De zaak Dutroux is opgelost met een halve nummerplaat”, zegt Vandenbussche. “Hier heb je de volledige en dan is die niet eens onderzocht?”

Bron » VRT Nieuws

Bende van Nijvel-onderzoek toch niet afgelopen: spoor naar schriftje van twee broers moet onderzocht worden

Het federaal parket moet het onderzoek naar de Bende van Nijvel voortzetten. Een spoor naar een nummerplaat zou nooit grondig zijn onderzocht.

Het federaal parket riep op 28 juni vorig jaar alle nabestaanden van de 28 slachtoffers van de Bende van Nijvel samen om te zeggen dat ze het onderzoek zouden afsluiten. De grootste misdaad in de Belgische naoorlogse geschiedenis zou nooit opgehelderd worden. “Er was niets meer te onderzoeken”, klonk het.

Het voornemen van het parket leidde tot grote ontgoocheling bij de nabestaanden en de onderzoeksrechter kreeg zware kritiek. “Belangrijke sporen zijn niet onderzocht”, vond een aantal nabestaanden. De voorbije weken kregen de partijen die dat wensten de kans om bijkomende onderzoeksdaden te vragen. Een van de partijen die dat deed, was advocaat Kristiaan Vandenbussche. Hij verdedigt de kinderen van Georges De Smet. Die man werd door de overvallers op de parking van supermarkt Delhaize in Aalst gegijzeld en kreeg daarna een kogel in het hoofd.

De kamer van inbeschuldigingstelling (KI) in Bergen vindt nu dat het spoor dat door Vandenbussche werd aangedragen, nader onderzocht moet worden. Het federaal parket had op de zitting de KI ervan proberen te overtuigen dat het spoor wel degelijk was onderzocht, maar ongeloofwaardig was. Maar de KI oordeelt dat het spoor toch grondiger onderzocht moet worden.

Schriftje van twee broers

De overval in Aalst in november 1985 was met acht doden de bloedigste en ook de laatste van de Bende. Het niet onderzochte spoor waarvan sprake leidt naar twee broers uit Opwijk, een gemeente op 10 kilometer van Aalst, die twee uur voor de overval van 9 november 1985 een donkerkleurige Golf en een lichtkleurige Mercedes zagen passeren in de straat waar ze woonden. Dergelijke auto’s zijn later genoemd door getuigen als zijnde de wagens waarmee de overval gepleegd is.

De jongens, die toen negen en zeven jaar waren, hadden een hobby waarbij zij alle passerende auto’s in een schriftje noteerden met daarbij telkens ook de nummerplaat. Na de overval vertelden de jongens aan hun vader dat ze mogelijk de Golf van de overval gezien hadden, omdat die met hoge snelheid was gepasseerd, samen met de Mercedes. “Aan boord zaten ongure types”, vertelden de twee nog aan hun vader, die de dag nadien met het schriftje naar de politie stapte en alles vertelde.

Verplicht extra onderzoek

“Met dat spoor is eigenlijk niks gebeurd”, zegt advocaat Vandenbussche. “De Bergense KI ziet dat ook zo en tikt het federaal parket op de vingers. De jongens, die nog leven, zullen ondervraagd worden. De Golf stond ingeschreven als bedrijfsauto van een Brusselse handelszaak. Ook die mensen die daar toen werkten, zullen nu speurders over de vloer krijgen.”

Vandenbussche hoopt “dat het parket dit spoor eindelijk ter harte neemt. Op die veelbesproken informatievergadering zag ik dat de fut eruit was, zowel bij de procureur als bij de onderzoeksrechter. Ik hoop dat ze dit spoor echt met goede moed en hoop op een doorbraak gaan onderzoeken. Als ze geloven in de zaak, kan er veel. De zaak-Dutroux is opgelost toen iemand een halve nummerplaat van zijn bestelwagen noteerde. Hier hebben ze een volledige nummerplaat.”

Zelfs als dit nieuwe spoor niet tot een doorbraak leidt, geeft Vandenbussche de moed niet op. “We hebben nog troeven achter de hand, maar daarover kan ik nog niets kwijt.” Ook enkele andere partijen in de zaak zullen de KI de volgende weken vragen om verder onderzoek te doen naar wat volgens hen ernstige sporen zijn.

Het federaal parket reageert bij monde van de woordvoerster op het nieuws: “Wij respecteren de beslissing van de KI . De onderzoeksrechter zit nog steeds op de zaak, dus het onderzoek kan hervat worden. Ook de federaal procureur hoopt dat deze zaak ooit opgelost raakt.”

Bron » De Standaard