Douglas De Coninck is journalist. Hij buigt zich op de nieuwe wet die de verjaring van sommige moorden afschaft en die sinds deze week geldt. ‘Het is op maat geschreven van de Bende van Nijvel.’
Met de aanhouding van de man die bekende dat hij in 1994 in Sint-Martens-Latem het lichaam van zijn levensgezellin begroef, lijkt het parket in Oost-Vlaanderen de eerste stap te hebben gezet in een procedure die normaal zou moeten uitmonden in een proces.
Of de feiten nu verjaard zijn of niet lijkt een complexe puzzel te worden. Toevallig viel de ontdekking van het lichaam dag op dag samen met het in voege treden van een wet die de verjaring voor sommige moorden afschaft. Bij de aankondiging van de nieuwe wet verduidelijke justitieminister Vincent Van Quickenborne (Open Vld) wat werd bedoeld met sommige. Het gaat, stond er, enkel om moorden die “de bevolking ernstige vrees hebben aangedaan” of “tot doel hadden de basisstructuren van het land te ontwrichten of te vernietigen”.
Het valt te betwijfelen of de zaak in Sint-Martens-Latem aan die definitie voldoet. De nieuwe wet is – net als alle vorige die de verjaringstermijnen in strafzaken recent verlengden – op maat geschreven van de Bende van Nijvel (28 moorden tussen 1982 en 1985). Of misschien eerder van mensen die ons willen doen geloven dat er een kans bestaat dat die bende ooit nog kan worden berecht.
Als je het louter statistisch bekijkt, lijkt de nieuwe wet die kans eerder te verkleinen dan te verhogen. De afgelopen jaren zijn drie cold cases, destijds door een onderzoekscommissie in de Kamer in verband gebracht met de Bende van Nijvel, opgehelderd geraakt. Het gaat om de moordaanslag op politietopman Herman Vernaillen in 1981, de wapenroof bij de speciale eenheden datzelfde jaar en de moord op geldkoerier Francis Zwarts in 1982.
Ze raakten opgehelderd doordat de destijds simultaan politieman en crimineel zijnde Robert Beijer zich er eerst van had vergewist dat de verjaring 100 procent zeker was ingetreden. Daarna pas stapte hij naar justitie om te bekennen.
Verjaring is een rechtsbeginsel dat dateert uit 1780 voor Christus met de Codex Hammurabi, een van de allereerste wetboeken uit onze beschaving. Blijkbaar was de mens toen meer dan nu vertrouwd met het gegeven dat er bij elke onopgehelderde moord een moment komt waarop de mogelijkheid tot redelijke bewijsvoering komt te vervallen.
In 2021 stond Alinda Van der Cruysen terecht voor het assisenhof in Leuven. Ze werd vervolgd voor de gruwelmoorden op haar eigen grootoom en -tante, 29 jaar eerder. Het proces werd er één met twijfelachtig bewijsmateriaal, getuigen die merendeels al waren overleden en een hoofdverdachte die niet geloofwaardig kon antwoorden op de vraag: “Hoe kwam uw DNA 29 jaar geleden op die broek?”
Zeven juryleden achtten haar schuldig, vijf onschuldig. Ze schoven zo de hete aardappel door naar de beroepsrechters, die de vrouw veroordeelden tot 15 jaar cel. Uit die relatief lichte strafmaat, in verhouding tot de feiten, kon je twijfel afleiden. Cold cases garanderen leuke televisie, maar soms ook hoogst ongemakkelijke situaties in de rechtszaal.
Hopelijk wordt die nieuwe wet enkel gebruikt waarvoor ze is geconcipieerd. Om nooit te worden gebruikt.
Bron » De Morgen | Douglas De Coninck