Over enkele jaren wordt het wellicht mogelijk met zenders uitgeruste karpers te laten zoeken naar in zoetwater verdwenen lichamen. De Luikse universiteit experimenteert nu alvast met karpers die gewend worden aan lijkgeuren van varkenskadavers. Dat honden en varkens speurneuzen hebben weet iedereen. En sinds enkele jaren snuffelen ratten, volgens een procedé van de Universiteit Antwerpen, wereldwijd naar springstoffen. Maar (stomme) vissen?
“Toch wel”, beaamt vice-rector Eric Haubruge van de faculteit Agrobiologie van Gembloers. Haubruge was tussenpersoon tussen de dienst Gedragsbiologie van prof Pascal Poncin (Luik) en het Disaster Victim Identification Team (DVI) van de federale politie. “Daar was een van de duikers begonnen om in een eenvoudig aquariumbakje goudvissen gewoon maken aan lijkgeuren.” Van het een kwam het ander; fondsen werden gevonden en prof Poncin ging met zijn team aan de slag.
Al vrij snel bleek dat karpers de ideale vissen waren om in troebel, vervuild of koud water ingezet te worden. Karpers zijn immers zeer sterk en soepel. “De eerste studies zijn inmiddels door doctoraatsstudenten verricht in aquaria. Nu moet het gebeuren in open water”, weet prof Haubruge.
“Inmiddels zijn er al meer dan dan duizend verschillende lijkgeuren gedecteerd. In het onderzoek wordt gewerkt met resten van varkens maar moleculair liggen de geuren daarvan zeer dicht bij menselijke. Wat we ook al onder de knie hebben is vissen uit te rusten met een zendertje. Nu komt het er op aan hen gewoon te maken aan de juiste geuren.” Zowel Poncin als Haubruge verwachten “binnen vier tot vijf jaar” resultaten. “Hoedanook zullen we heel wat geleerd hebben. Ik ben optimist”, zegt Poncin.
Bron » Gazet van Antwerpen