Belgian Intelligence Academy, Jaak Raes moet eens lachen. “Het klinkt zo prestigieus. Maar goed: onze mensen goed opleiden is zeer belangrijk. Ze komen dan toch een stuk beter gewapend op het strijdtoneel.”
Waarom hebben we ‘een universiteit voor spionnen’ nodig?
“Het gaat wel niet om de spionnen die op het veld informatie verzamelen. Alleen analisten zullen aan de Belgian Intelligence Academy een opleiding kunnen volgen. Je hebt spionnen die informatie op het terrein verzamelen, die gaan spreken met bronnen.”
“Dan is er de rest die alle informatie moeten analyseren en er conclusies uittrekken. Die moet wijs raken uit de grote zakken informatie die binnenkomen. Het is daarom ook dat we deze mensen zo goed mogelijk moeten trainen. Als je driehonderd pagina’s telefoongegevens per dag binnenkrijgt, moet je zowel qua inzicht als qua technologische kennis helemaal scherp staan. Volledig mee zijn met de nieuwste ontwikkelingen.”
Door de analisten van de inlichtingendiensten samen te zetten, moet de onderlinge communicatie verbeteren. Is daar dan een probleem?
“Nee, volgens mij niet. Ik heb een directe lijn naar mijn collega’s bij de militaire inlichtingendienst van ADIV. Maar natuurlijk kan het nooit kwaad dat onze analisten mekaar ook persoonlijk leren kennen. Iedereen weet toch hoe dat gaat: met wie je in de klas zit, hou je een band. De opleidingen duren soms toch een aantal maanden. Daarna zullen mensen misschien mekaar nog sneller info uitwisselen. En daar kan het op aankomen, want in sommige dossiers zijn het echt kleine dingen die voor een doorbraak kunnen zorgen.”
Het is ook een besparingsoefening?
“Ja, en ik ben daar absoluut niet tegen. Waarom zou je dat nog scheiden? Het heeft toch geen zin om gerenommeerde specialisten altijd apart te vragen en te betalen als we het gewoon samen kunnen organiseren?
“Vanuit de Belgian Intelligence Academy willen we ook meer aansluiting maken bij de academische wereld. Vandaag is dat een beetje een blinde vlek. We hopen professoren te stimuleren om veelbelovende studenten warm te maken voor inlichtingenwerk.”
“Ik moet toegeven, vandaag trekken we nogal een speciaal profiel aan. Maar an sich: een analist bij een bank doet bijna exact hetzelfde werk als een analist bij de Staatsveiligheid. Normaal komt er snel een aantal plaatsen bij trouwens. De regering heeft beslist om het aantal analisten te verhogen. Dat staat in het nieuwe antiterreurpakket dat vorige week is gelanceerd.”
Tegelijk blijft de regering wel fors besparen op de veiligheidsdiensten.
“Het gaat om serieuze bedragen. Volgens mij is het na de recente gebeurtenissen wel duidelijk dat hard besparen op de veiligheidsdiensten niet aangewezen is. De ministers hebben die boodschap ook wel begrepen, denk ik. Het is nu afwachten wat er beslist wordt.”
“Anderzijds: er zijn ook zeker nog efficiëntiewinsten te boeken. Binnenkort zal ik in het parlement voorstellen om nog meer samen te werken met ADIV. De militaire inlichtingendienst legt zich vooral toe op het buitenland. Maar op een aantal vlakken doen hun analisten net hetzelfde als de onze. Die taakverdeling kan zeker efficiënter.”
De inlichtingendiensten kregen de jongste weken veel lof, maar ook kritiek. Abdelmounaim Haddad, een van de twee verdachten in het onderzoek naar de terreurcel van Verviers zat niet in Spanje zoals u dacht, maar thuis.
“Ik ga geen commentaar geven op een lopend onderzoek. Ik kan alleen zeggen dat niet alles wat in de media verschijnt juist is. En zoals altijd: de beste stuurlui staan aan wal. Ik heb daags na de acties in Verviers een mail verstuurd naar al mijn medewerkers dat ik trots ben op hun prestaties. Wij hebben wel heel dit dossier voorbereid. Die inval was maar een ding. Maar goed, daarom zijn we de Staatsveiligheid, we kloppen ons niet te veel op de borst.”
Bron » De Morgen