Straks mogen behalve politieagenten ook burgers infiltreren in de georganiseerde misdaad. Om niet door de mand te vallen, zullen ze kleine misdrijven mogen plegen. ‘Het moet tot in de puntjes geregeld zijn, anders is de kans groot dat het misgaat.’
Burgers die misdrijven mogen plegen: het doet de wenkbrauwen fronsen. Maar waarover spreken we ? Zullen burgerinfiltranten bijvoorbeeld wapens mogen gebruiken? Een exact antwoord krijgen we niet op het kabinet van justitieminister Koen Geens (CD&V). “Denk eerder aan het huren van een auto of flat voor gekende terroristen of aan het vervoeren van criminelen”, klinkt het. Iedereen lijkt het er roerend over eens dat het inzetten van burgerinfiltranten noodzakelijk is, want politie-infiltranten botsen op hun limieten.
“De multiculturaliteit is zeer beperkt binnen de eenheden die instaan voor infiltratie. Bij de Albanese maffia of bij terreurgroepen geraakt de politie bijvoorbeeld niet binnen”, weet Brice De Ruyver, professor strafrecht aan de UGent. “Daarom is het in extreme situaties aangewezen om burgerinfiltranten te gebruiken.”
Uitwassen
Maar, voegt De Ruyver eraan toe, “het moet tot in de puntjes geregeld zijn, anders is de kans groot dat het misgaat”. Het is immers niet de eerste keer dat het gebruik van burgerinfiltranten in ons land mogelijk gemaakt wordt. In 1971 waagde toenmalig minister van Justitie Alfons Vranckx een poging, maar dat liep met een sisser af omdat niet duidelijk omschreven was wat die infiltranten precies mochten doen. “Ze werden volledig aan hun lot overgelaten, en werden dus weleens gerold in het criminele milieu. Sommigen begonnen zelf een drugstrafiek te organiseren.”
Geens is beducht voor dergelijke uitwassen. Zijn woordvoerster benadrukt dat burgerinfiltranten enkel bij de zwaarste misdrijven zullen worden ingezet, zoals de voorbereiding van terroristische handelingen, én pas als politionele infiltratie onmogelijk is. Er is ook een uitgebreide controle voorzien: zowel het Openbaar Ministerie als het federaal parket moet telkens toestemming geven en die toestemming moet maandelijks worden herzien.
Toch zijn er nog heel wat vragen, zegt onderzoeksrechter Karel Van Cauwenberghe. “Wie komt in aanmerking? Hoe worden die mensen gerekruteerd en opgeleid? Het is geen eenvoudige opdracht om burgers te vinden die dergelijke opdracht goed kunnen uitvoeren. Bij politieagenten vereist dat al een specifieke opleiding.”
Bron » De Morgen