Net nu op VRT de reeks 1985 begint, over de Bende van Nijvel, is in Thailand een verdachte in de zaak gearresteerd: we zijn nog niet van ons nationale trauma verlost. ‘We moeten toegeven dat we allemaal gefaald hebben’, vindt scenarist Willem Wallyn. ‘Hier heeft de maatschappij verloren.’
Er vielen in totaal 28 doden bij de aanslagen van de Bende van Nijvel, die begonnen met een wapendiefstal in 1981 en het dodelijkst waren bij aanslagen op supermarkten in 1985. Maar de daders zijn nooit gevat: de sociale en politieke achtergrond van die tijd leidde tot een kluwen aan sporen en dwaalsporen. Rijkswachters die betrokken waren bij drugstrafiek, doken op in het dossier, net als extreemrechtse groepjes als Westland New Post, Forces Nouvelles of het Front de la Jeunesse, die soms met hulp van bevriende rijkswachters de staat wilden destabiliseren. De extreemlinkse CCC pleegde bomaanslagen. Hoge burgers, politici en gerechtsdienaars namen deel aan seksfeestjes waarbij misschien ook minderjarigen waren betrokken, zodat die ‘roze balletten’ weer opdoken toen de zaak-Dutroux in 1996 losbarstte.
En alsof iemand de complottheorieën van toen nieuw leven wilde inblazen, werden we woensdag wakker met het nieuws dat in Thailand Robert Beijer was gearresteerd, ex-rijkswachter en ‘eeuwige verdachte’ van de Bende. Ook Willem Wallyn, scenarist van 1985, de fictiereeks over de Bende die morgen op VRT start, hoorde het in het ochtendjournaal. ‘Toen het nieuws ermee opende, moet ik bekennen, was mijn cynische gedachte: dit is niet slecht voor de reeks. Meteen daarna dacht ik: dit is niet slecht voor Herman Vernaillen. Mogelijk leidt het nog tot informatie of gevolgen die voor hem belangrijk zijn.’
Bergen namen en dossiers
En daarmee stuiten we meteen op een niet onbelangrijk probleem. Nationaal trauma of niet, voor Belgen onder de 45 zijn Beijer en Vernaillen nobele onbekenden, in de reeks respectievelijk gespeeld door de Waalse acteur Guillaume Kerbusch en Peter Van den Begin. Maar Wallyn, een student rechten aan de VUB toen de Bende actief was, moest niet lang nadenken toen Peter Bouckaert, producent van de film Niet schieten over de aanslag in Aalst, hem vroeg wat hij in een reeks over de Bende zou vertellen.
‘Ik zie dat mijn kinderen het niet snappen als ik hen probeer uit te leggen hoe bang we toen waren voor de kernbom, hoe jonge mensen ook toen waren verdeeld in twee kampen, en hoe die angst en polarisering ook dat dossier kleurden’, zegt Wallyn. ‘Mijn insteek was dan ook: ik ga dit vertellen via de ogen van drie jonge gasten.’ Het zijn drie achttienjarigen: Vicky gaat studeren aan de VUB, haar broer Franky en zijn beste vriend Marc gaan bij de rijkswacht. Alle studenten zijn tegen de rijkswacht, dus worden Marc en Franky opeens persona non grata op campusfeestjes, zelfs als Vicky dj’t.
Maar Wallyn moest ook bergen dossiers en namen introduceren bij de kijker. ‘Er zijn twee parlementaire commissies geweest over de Bende van Nijvel. Hun verslagen zijn feitelijk en objectief, en je kunt ze gewoon opvragen. Zij vormen de achtergrond waartoe ik me heb beperkt, want mijn belangrijkste tip voor scenaristen is altijd: beperk jezelf.’
‘Een tweede filter was de regisseur, Wouter Bouvijn. Hij is een student van mij, geboren in 1987. Als iets voor hem niet duidelijk was, wist ik dat ik meer uitleg moest geven of het moest schrappen. Hij voegde ook poëzie en tederheid toe, die ik niet heb; ik zie mezelf niet als een cynicus, maar ik kan wel hard zijn. De laatste filter is natuurlijk die van de acteurs: er zaten niet alleen verschillende generaties aan tafel, maar ook Franstalige en Nederlandstalige acteurs.’
Over de taalgrens, waar de meeste aanslagen zijn gepleegd, wordt de Bende ‘Les tueurs fous du Brabant’ genoemd. ‘Ik hoed me er altijd voor om communautaire verschillen te zien, en ik heb het niet wetenschappelijk onderzocht, maar ik heb het gevoel dat de Bende aan Vlaamse kant een diepere wonde heeft geslagen. Dat er aan Waalse kant meer nieuwsgierigheid is, en meer verontwaardiging. Bij ons is er ook verontwaardiging, maar vooral een wonde.’
En die is te wijten aan? ‘Aalst. De aanslag in Aalst is een trauma in Vlaanderen, omdat hij zo gewelddadig was en er kinderen bij de slachtoffers waren. Op mij persoonlijk hebben de aanslagen in Eigenbrakel en Overijse meer indruk gemaakt: twee aanslagen op nog geen halfuur tijd, met acht doden. Ik heb lange tijd in Waals-Brabant gewoond: op een zakdoek groot is daar een Delhaize overvallen, pleegde Paul Latinus (voorzitter van het neonazistische Westland New Post en Bendeverdachte, red.) zelfmoord, en werden wapens geroofd. Je kunt het je niet voorstellen dat dit is gebeurd zonder dat we het hebben kunnen oplossen. Dit is ons Vietnam. Want laten we eerlijk zijn: de maatschappij heeft hier verloren.’
Orgie in confituur
1985 begint in 1981, met de zaak-François, over rijkswachters die een drugstrafiek op poten hadden gezet, en rijkswachtofficier Herman Vernaillen die het onderzoek leidt. Het verhaal met flashbacks vertellen, was nooit een optie: te complex. ‘Chronologisch vertellen is ook logisch omdat het een coming of age-verhaal is. De kijker moet de drie personages stap voor stap zien groeien. Hopelijk begrijpt hij dan hun keuzes, en vraagt hij zich af hoe lang een verkeerde keuze aan hen zal blijven plakken. We eindigen de reeks niet met de climax van de Bende, maar die van de drie hoofdpersonages: wat is de rest van hun leven? Want één ding is zeker: van iedereen die in contact is gekomen met de Bende van Nijvel, is het leven definitief veranderd.’
1985 gebruikt spaarzaam archiefbeelden, zoals het filmpje in de eerste aflevering waarop gevangenisdirecteur en lid van het extreemrechtse Forces Nouvelles Jean Bultot deelneemt aan een orgie in een bad confituur. Om de kijker verder mee te zuigen in de grijze jaren 80, volstaan perfecte details als de hoekige auto’s, het reële geldgebrek van studenten en werkende jongeren.
‘Het kot van Vicky was zelfs mijn echte kot aan de VUB, recht tegenover de rijkswachtkazerne. En ik was net als Vicky dj bij FM Brussel. Als je filmt, is het belangrijkste om niet té exotisch te willen zijn, maar wel correct.’
Dus weet Wallyn hoe anti-rijkswacht studenten waren. ‘Die klopten te graag op betogers, maar linkse studenten gooiden ook molotovcocktails naar de kazerne. Ik wilde zeker vermijden dat alle rijkswachters slecht uit de serie kwamen. Vernaillen en zijn gezin zijn door de Bende beschoten, hij wist dat de aanvallers ex-collega’s waren, kan er desondanks objectief over spreken, en is nooit in de verleiding gekomen om het recht in eigen handen te nemen. Dat zegt genoeg over de kwaliteit die ook in het korps zat.’
‘Kijk, van de jongens met wie ik op het Atheneum van Koekelberg zat, begon 20 procent bij de rijkswacht. Het was een van de weinige instellingen waar je kon opklimmen tot de hoogste regionen dankzij je talent, omdat er niet naar je afkomst werd gekeken. Vernaillen is daar het beste voorbeeld van: hij was een boerenzoon uit het Pajottenland die voorbestemd was om generaal te worden. Die gasten werden ook onmiddellijk betaald en waren zeer trots op hun job. Dat was allemaal positief. Maar als er in zo’n gesloten organisatie iemand zit met slechte bedoelingen en met beslissingsmacht, loopt het fout. Want als ondergeschikte twijfel je niet aan je opdrachten, je denkt dat je goed bezig bent. Dat gebeurt met Franky: een goeie gast, maar nogal goedgelovig en eager to please.’
Als hij vindt dat de maatschappij heeft verloren, was het belangrijk om die verontwaardiging in de reeks te leggen? ‘De slechteriken waren dit keer sterker dan het gerecht. Dat is erg, maar moeilijker vind ik dat we niet kunnen toegeven dat wij allemaal gefaald hebben. We hadden ons als maatschappij moeten excuseren bij de slachtoffers, kijken wat we konden doen om hun leven te verzachten, leren van wat toen fout is gelopen. Dat we ons falen niet kunnen toegeven, daar word ik ambetanter van dan het altijd maar uitstellen van die verjaring, hoeveel pijn aan de hersenen ik daar als jurist ook van krijg.’
Bron » De Standaard