Meer alternatieven voor celstraffen, een opdeling van straffen in zeven niveaus en een strengere behandeling van medeplichtigen en poging tot misdrijf: het zijn enkele krachtlijnen uit het nieuwe strafwetboek waaraan justitieminister Koen Geens (CD&V) werkt.
Rechter heeft voortaan zeven strafniveaus
Een bestraffingsarsenaal dat eenvoudiger, coherenter en duidelijker voor de samenleving is. Dat is de opzet van de modernisering van het Belgische strafwetboek, waaraan specialisten momenteel sleutelen, in opdracht van Geens. Het Laatste Nieuws kon de hand leggen op het eerste ontwerp. Het ‘frame’ van het nieuwe strafwetboek wordt een indeling in zeven strafniveaus, vijf voor de wanbedrijven en twee voor misdaden.
Onder niveau 1 vallen bijvoorbeeld geldboetes of werkstraffen, niveau 7 is levenslange opsluiting. De rechter blijft zijn vrijheid behouden: binnen elk niveau blijven minima en maxima bestaan. De verduidelijking zit in het feit dat wanneer er bij een bepaald misdrijf sprake is van verzachtende omstandigheden, de rechter dan gewoon kiest voor een straf van een of twee niveaus lager.
Rijverbod of behandeling als alternatieve straf
Geens is zoals bekend geen justitieminister die als doel heeft om zo veel mogelijk mensen in de cel te krijgen. Vandaar dat er in het strafwetboek een arsenaal aan nieuwe alternatieve straffen wordt ingeschreven. Zo zal een strafrechter voortaan zonder bijhorende boete of celstraf een beroeps-, woon-, contact- of rijverbod kunnen uitspreken.
Bij dat laatste hoeft zelfs geen sprake te zijn van een verkeersmisdrijf. Geens mikt vooral op het lamleggen van drugdealers, inbrekers en helers die een auto gebruiken om misdaden te plegen. De rechter zal voortaan ook direct een behandeling kunnen opleggen, meer bepaald voor daders met psychische problemen of een verslaving, voor wie de cel niet helpt of internering te verregaand is. In functie van deze nieuwe straf komen er gradaties van toerekeningsvatbaarheid.
Nu heeft een rechter maar twee mogelijkheden: iemand is gestoord of iemand is het niet. Volgens het ontwerp moet het in de toekomst mogelijk zijn om verminderde toerekeningsvatbaarheid vast te stellen.
Even zware straf voor poging
Een heel opvallende maatregel in het ontwerp voor het nieuwe strafwetboek is dat een poging tot misdrijf in de toekomst gelijk wordt behandeld als het voltooide misdrijf. “Bij het uitspreken van de veroordeling kan er nog altijd een verschil van straf zijn, maar het uitgangspunt is gelijkheid. Of een misdaad nu slaagt of niet: in het hoofd van de pleger is er geen verschil. Het verschil tussen geslaagde of mislukte doodslag is vaak maar een paar centimeter”, klinkt het bij experts.
Wie weet heeft van misdaad, hangt ook
Ook het onderscheid tussen mededader en medeplichtige wordt opgeheven. En ook deelneming door ‘onthouding’ of deelneming ‘post factum’ worden strafbaar gesteld. Geens mikt hiermee vooral op de georganiseerde misdaad of terrorisme. Nu ontspringen maffiabazen vaak de dans omdat ze wel van een misdaad wisten, maar er niet bij waren. Dat achterpoortje gaat nu dicht.
Volgende stap: straffenschaal
Dit ontwerp is pas de eerste stap op weg naar een nieuw strafwetboek. Welke misdrijven op welk strafniveau komen, moet nog worden bepaald. Dat wordt de komende maanden voer voor politieke discussie.
Bron » De Morgen