In een poging de nog steeds groeiende invloed van de georganiseerde misdaad een halt toe te roepen, lanceert senator Hugo Vandenberghe (CVP), voorzitter van de opvolgingscommissie georganiseerde criminaliteit, het voorstel om alle aanbevelingen van zijn commissie te bundelen in één groot wetsontwerp of wetsvoorstel en op die manier door het parlement te sluizen. In een reactie zei minister van Justitie Marc Verwilghen (VLD) gisteravond dat de inhoud van het verslag van de senaatscommissie grotendeels achterhaald is.
‘In tegenstelling tot de stapsgewijze aanpak die we tot nu toe gevolgd hebben, heeft die aanpak het voordeel dat we sneller en overzichtelijker kunnen werken’, verdedigt Vandenberghe zijn voorstel voor een ‘monsterwet’. Zijn voorstel krijgt alvast de steun van de senatoren Frans Lozie (Agalev) en Jean-François Istasse (PS), zo bleek gisteren bij de presentatie van het eerste tussentijds verslag van de opvolgingscommissie, waarvoor beide senatoren optreden als rapporteurs.
“Een goed georganiseerd tegenoffensief dringt zich op”, zei Lozie. “Het land is naar mijn gevoel al veel te ver afgegleden.” Daarnaast verwachten de senatoren veel van de oprichting van het federaal parket, zodat een team magistraten kan worden aangesteld die belast worden met de strijd tegen de georganiseerde criminaliteit over heel het grondgebied en dus geen rekening meer hoeven te houden met de klassieke grenzen van de gerechtelijke arrondissementen.
Uit het jongste verslag van de opvolgingscommissie blijkt onder meer een toenemende invloed van de maffia in de grote steden. In Antwerpen hebben Albanese misdaadorganisaties zich met geweld en afpersing meester gemaakt van het prostitutiemilieu en de mensenhandel.
Een analyse van de staatsveiligheid bracht een verschuiving van de Russische maffia van Antwerpen naar Brussel aan het licht, waarbij opvalt dat de gangsters in Brussel veel meer ondergronds en minder zichtbaar te werk gaan dan in Antwerpen. In Luik werden voor het eerst gevallen van racketeering gesignaleerd. Vandenberghe stelt dat “men de drugshandel niet meer onder controle heeft, laat staan het drugsgebruik”. Drugshandel, waarbij winstmarges van 1.000 tot 2.500 procent geen uitzondering zijn, is samen met wapenhandel de belangrijkste bron van inkomsten van criminele organisaties.
Niet alleen de Antwerpse procureur Bart Van Lijsebeth, maar alle procureurs van grote steden die het voorbije jaar werden ondervraagd door de senaatscommissie klagen steen en been over een tekort aan middelen en manschappen, zowel bij de magistratuur als bij de politiediensten, om de confrontatie met maffiaorganisaties te kunnen aangaan, benadrukt Vandenberghe. Ook maakt hij zich grote zorgen over het feit dat vrijwel alle gespecialiseerde maffiabestrijders van de federale politie om diverse redenen hebben afgehaakt of werden uitgeschakeld.
Procureur Van Lijsebeth bevestigde aan de senaatscommissie dat zijn parket de relatie tussen de vastgoedsector en de Russische maffia als werkhypothese gebruikt. “Er worden vijftien à zestien naamloze vennootschappen geviseerd die ook in de immobiliënsector actief zijn”, meldt het verslag. “Ze kopen of trekken gebouwen op met de bedoeling daarin criminele activiteiten uit te oefenen of te laten uitoefenen via stromannen.”
Minister van Justitie Marc Verwilghen vindt de conclusies van de commissie grotendeels achterhaald. Hij wijst op de wetsontwerpen en -voorstellen inzake de inbeslagneming van goederen die werden verworven uit misdaden (de zogenoemde kaalplukwet), het afnemen van verklaringen via audiovisuele middelen, de bescherming van bedreigde getuigen, de anonieme getuigen, de oprichting van het federaal parket, de opname van “corruptie” in de wet op telefoontap, de regeling voor “medewerkers” van het gerecht en het toepasselijk maken van verzwarende omstandigheden op afpersing.
Verschillende ontwerpen en voorstellen werden al goedgekeurd door de ministerraad en op 13 februari werd de wet op de informaticacriminaliteit van kracht, aldus Verwilghen.
Bron » De Morgen