Getuigen van overval Bende van Nijvel spreken na 32 jaar voor het eerst: “Ik had het gevoel dat ik schutter herkende”

Al vier dagen lang staat het land in rep en roer over de onthullingen over de Bende van Nijvel. Ook in Overijse spreken getuigen nu voor het eerst. Op 27 september 1985 sloeg de Bende toe in de Delhaize. Mark (63) en Theo (64) verloren hun beste vriend bij de aanslag. De ontmaskering van De Reus haalt oude wonden open.

Mark herinnert zich de aanslag nog als gisteren. “We waren lid van de jeugdafdeling van het CVP en gingen met drie anderen verkiezingsposters ophangen. Wij stonden onderaan, terwijl Luc Bennekens, een van onze beste vrienden, bovenop een ladder posters aan de muur kleefde. Er liep een man op ons af, en hij riep in het Frans dat Luc van de ladder moest komen. Hij was gewapend. Luc gehoorzaamde. De man greep hem als levend schild en sleurde hem de Delhaize binnen. Een veertienjarig jongetje op de fiets zag wat er gebeurde. Stijf van angst belemmerde hij de weg, en werd als een hond neergeschoten.”

“We namen zo snel mogelijk de benen en schuilden achter de carwash”, herinnert Theo zich. “Daar belden we de politie, maar ze zouden pas over dertig minuten komen opdagen.”

“Pas toen de gangsters gevlucht waren in hun Golf GTI zijn we teruggelopen, op zoek naar Luc”, zegt Marc. “We vonden hem. Hij was neergeschoten. Ik ben de hele tijd bij hem gebleven en zei hem dat alles goed zou komen, maar blijkbaar was hij al lang dood. Ik had nog nooit een lijk gezien.”

“Wat die avond gebeurd is zal ons blijven achtervolgen. Onze vriend Rudy was die dag de grootste held. Hij heeft een klein meisje bij de arm gegrepen en helpen schuilen”, zegt Theo.

Schuldgevoel

Mark heeft dertig jaar niet gepraat over wat er gebeurd is. Nu doet hij dat wel, maar het kost hem nog steeds moeite. “Wanneer ik de schutter zag, had ik het gevoel dat hij me herkende, en ik hem. Hij leek op iemand uit mijn jeugdkringen. Ik durfde geen namen noemen omdat ik niet 100 procent zeker was, maar net als De Reus was hij lid van Brigade Diane. Ik heb hem nog gezocht op Facebook en Google, maar hij is spoorloos verdwenen. Niemand in zijn oude vriendenkring weet wat er van hem geworden is.”

“Volgens mij hoorden er wel meer leden bij Brigade Diane. Dit was geen gewone overval. Een crimineel pleegt geen moord voor zo’n kleine buit. Volgens mij is er erg veel bewijsmateriaal in de doofpot gestopt”, vervolgt Theo. “Ik ben blij dat de waarheid langzaam maar zeker komt bovendrijven. Al zijn er veel machtige mensen die het liever anders zien.”

Mark ziet het somber in: “De waarheid gaan we volgens mij nooit weten. Al van in het begin vermoedde ik dat de rijkswacht er voor iets tussenzat, maar die piste werd nooit onderzocht. Ik ben ook niet te spreken van hoe ik als getuige ondervraagd werd. Ze behandelden me als een crimineel.”

Voor Mark en Theo blijft deze dag een trauma, net als voor zoveel van zijn medebewoners. “Hoe verwerk je dit? Bij een aanslag weet je normaal hoe of waarom iets gebeurd is. Maar voor ons blijven die vragen open.”

Bron » Het Nieuwsblad