Jarenlang heeft het Vlaams Blok zich trachten te ontdoen van zijn meest virulent racistische militanten. Op de verkiezingslijsten voor 13 juni zie je dan ook veel vrouwen, keurige fractiemedewerkers en bejaarden. In de partijcoulissen zie je anderen. Johan Demol bracht in Brussel een van zijn vroegere kompanen van het Front de la Jeunesse mee. Hij heet Patrick Sessler en heeft een onbedwingbare rechterhand. Volgens interne bronnen is de Franstalige Sessler bij het Vlaams Blok in Brussel nu al incontournable geworden.
‘Ze kopen de Franstaligen op per kilo. En het vreemde is: niemand zegt er wat van. Ik begrijp dat niet. Ik hoop voor de mensen van het Blok dat ze straks genoeg postjes te verdelen hebben voor wat ze zoal beloofd hebben.’
Marguérite Bastien, gewezen magistrate, gewezen lid van het kabinet van justitieminister Jean Gol en goed bevriend met Jean-Marie Le Pen, werd in 1995 als kamerlid verkozen voor het extreem-rechtse Front National. Op 13 juni probeert ze het met het zich als iets deftiger presenterende Front Nouveau de Belgique (FNB). “Die was toch waardeloos”, becommentarieert Bastien de haar net ter ore gekomen overstap van Alain Beddeleem, FN-gemeenteraadslid in Anderlecht, naar het Blok. “Hij zegt nu dat ze hem daar een parlementaire functie beloofd hebben. Oh, dat wordt lachen.”
Het eclatante verkiezingssucces dat het FN vijf jaar geleden in Brussel boekte, is nog slechts een vage herinnering. Nog voor de verkozenen goed en wel op hun zetels zaten, gingen de poppen aan het dansen. Betichtingen over fraude en machtsmisbruik gingen over en weer. Vergaderingen mondden uit in gevechten met tafelpoot en gebroken bierglas. “Nu zijn er dus twee FN’s, één FNB, één FN-FB en één FN-FW”, vatte de krant Le Soir onlangs de situatie samen.
“U zult het inhoudelijk vast op geen enkel punt met mij eens zijn, maar geef toe dat het normale evenwicht in Brussel verstoord is”, zegt Bastien. “Demol zuigt alles naar zich toe. Aan Franstalige kant ligt er een goudmijn aan extreem-rechtse stemmen. Met het FN hadden wij twee zetels in de Kamer, vier in de gemeenteraad van Brussel, zeven in Molenbeek en vijf in Schaarbeek én in Anderlecht. In de Brusselse Raad was het FN met zes zetels bijna zo groot als CVP, VLD en SP samen.”
“Het Blok wil die allemaal recupereren. En als dat lukt, vormt het binnen de Nederlandse taalgroep een meerderheid en is Brussel onbestuurbaar. Oké, volgens de peilingen maken ze geen schijn van kans, maar die zijn op dat punt waardeloos. Het succes van het FN was in 1995 door niemand voorspeld. Als ik de zes zetels van het FN optel bij de twee die het Blok al had, dan is het zo ver. Alle FN-verkozenen in de Brusselse Raad zijn nu dans la nature. Al wat het Blok nodig heeft, is een paar van die zotten om in cafés wat foldertjes en affiches uit te delen. En geloof me, aan zotten is daar geen gebrek.”
9 januari 1995. Opschudding in de raadszaal van het Brusselse stadhuis. Extremistische mandatarissen hebben bij de eedaflegging wel vaker de onbedwingbare neiging om zich te doen opmerken. Nadine Lemmens (FN) maakt het erg bont. Ze brengt de Hitlergroet en dreunt een tekst af die haar twee jaar later voor de Brusselse correctionele rechtbank vier maanden voorwaardelijke celstraf oplevert wegens het aanzetten tot rassenhaat.
Tijdens het proces blijkt dat de hele vertoning geregisseerd is door haar vriend, Patrick Sessler. Het was zijn bedoeling dat alle FN-verkozenen het op die manier zouden doen, zeggen ex-leden later. Ook Sessler is verkozen op de lijst van het FN, maar dan in Schaarbeek. Hij krijgt dezelfde straf.
Sessler is al twintig jaar lang een vaste waarde binnen al wat in het Franstalige landsdeel voor neonazistisch en revisionistisch doorgaat. Hij is eerst actief bij het Front de la Jeunesse en bij de Partie des Forces Nouvelles (PFN), de politieke vleugel van het FJ. Sessler duikt ook op bij PSC 2000, de opvolger van het wegens de verdoken financiering van het FJ in opspraak gekomen CEPIC van oud-premier Paul Vanden Boeynants en baron Benoît de Bonvoisin, de verdoken financier van het FJ. In de jaren negentig vind je Sessler bij groepjes als l’Assaut en Agir terug aan de zijde van enkele skinheads. Een van zijn vrienden die hem overal volgt, is Frédéric Erens. Die is nu voorzitter van het Vlaams Blok voor de negentien Brusselse gemeenten.
In oktober 1994, kort na het eerste verkiezingssucces van het FN, verschijnen in de tv-journaals amateurbeelden van een reisje dat de Anderlechtse lijsttrekker Daniel Leskens in 1982 met enkele vrienden heeft ondernomen in Duitsland. Op de band is te zien hoe Leskens rustig zijn broek openritst en onder het brengen van de Hitlergroet urineert op een monument dat is opgericht ter nagedachtenis van de slachtoffers van de holocaust.
Leskens, Erens, Sessler… het is dezelfde club. Ze lijken allen aan dezelfde kwaal te lijden als Peter Sellers als Doctor Strangelove in de gelijknamige klassieker van Stanley Kubrick: geen van hen kan zijn rechterarm bedwingen. Van Sessler duiken foto’s op van een reis die hij in 1985 naar Spanje ondernam. Met drie van zijn vrienden brengt hij de Hitlergroet op het graf van de fascistische dictator Franco. Vier jaar later is hij aanwezig op een ceremonie ter herdenking van de honderdste verjaardag van Adolf Hitler in Madrid, bij gewezen Rex-voorman Léon Degrelle.
Wanneer De Morgen op 13 januari 1996 als eerste bericht over het FJ-verleden van Demol, is Demol zelf niet de enige die categoriek ontkent. Op alle krantenredacties rolt een fax binnen van Patrick Sessler: “Ikzelf kom uit de rangen van het Front de la Jeunesse, maar ontken formeel dat Johan Demol ooit lid is geweest van die organisatie.”
Sessler is dan al weg bij het FN. Hij is daar verwikkeld geraakt in een passioneel conflict met voorzitter-voor-het-leven Daniël Féret. Sessler was tot dan toe de onbetwiste ‘nummer twee’ bij het FN, de man achter de schermen. Vandaag is hij dat opnieuw, maar nu aan de zijde van Johan Demol bij het Vlaams Blok in Brussel.
“Ze houden hem nog een beetje in de coulissen”, zegt een Vlaams lid van het Vlaams Blok. “Zijn verleden past niet zo best bij het softere imago dat de partij met het oog op 13 juni nastreeft, maar in feite is hij nu al incontournable. Hij is vierentwintig uur per dag in de weer met de Brussel-campagne. Neem hem daar weg, en alles ligt op zijn gat.”
Sessler staat dus niet op de lijst. Dat kan ook niet. In 1995 was hij kandidaat voor Alliance Radicale – een zoveelste extreem-rechts avontuur van korte duur. Daardoor staat Sessler voor de rest van zijn leven administratief geboekstaafd als Franstalige en kan hij zich voor die Brusselse Raad niet meer kandidaat stellen op een Vlaamse lijst.
“Ach, mijn rol is veeleer bescheiden”, zegt Patrick Sessler. “Het is waar: ik steun Demol voor honderd procent, maar ik ben niet dé grote man, hoor. Als u mijn verleden kent, zult u begrijpen waarom ik mij tot het Vlaams Blok bekeerd heb. Ik ben stilaan de tel kwijt van het aantal partijen dat ik in Franstalig België heb zien komen en gaan. We moeten ons hierbij neerleggen. Het Vlaams Blok is het enige ernstige alternatief.” Nederlands spreekt Sessler niet of nauwelijks, zo blijkt tijdens ons gesprek. Hij ziet zijn naam liever niet in de krant. “Ik zie niet in welk belang dat heeft. Ik ben wel lid, maar binnen de partij bekleed ik geen enkele functie.”
Niet helemaal waar. De formulieren waarmee het VB op 15 mei zijn lijsten ging deponeren in het Brusselse justitiepaleis vermelden ook de getuigen die de partij afvaardigde voor het tellen van de stemmen. En wie is de plaatsvervangende getuige voor Schaarbeek? Patrick Sessler.
Hoezeer Sessler inmiddels met het Blok vergroeid is, blijkt ook uit de lijst voor de Brusselse Raad zelf. Daar staat op nummer 23 Monique Sessler-Carpentier. Dat is zijn echtgenote. De 23ste plaats lijkt misschien een electoraal totaal waardeloze stek, maar was in Brussel wel zeer gegeerd en wordt als een verkiesbare plaats beschouwd. Dat komt zo: in Brussel wordt alleen elektronisch gestemd. Daarbij verschijnen de namen van de kandidaten in kolommen van 22 op het beeldscherm. Daardoor prijken bijvoorbeeld naast de naam van de lijsttrekker twee bolletjes, eentje links, eentje rechts. Het bolletje van Carpentier staat rechts, pal naast dat van Demol.
Het Blok hoopt het vooral goed te doen bij oudjes. Die vergissen zich wel eens.
Bron » De Morgen