Het parket in Doornik heeft nog steeds geen spoor van Pascal Lamarque. De 34-jarige man slaagde er woensdag in te ontsnappen uit de gevangenis van Doornik. Een reconstructie van hoe dat gebeurde, doet het ministerie van Justitie vermoeden dat de aanleiding vooral verband houdt met zijn onvrede over het uitblijven van beloofde penitentiaire verloven.
Lamarque heeft een imposant strafregister, onder meer vanwege diefstallen met geweld en aanranding van een kind. Zijn naam duikt ook op in een van 24 maart 1997 daterend rapport van de staatsveiligheid over “de mouvance Bouty-Nihoul”. Daaruit blijkt dat Lamarque daar al sinds 1984 deel van uitmaakt. In die periode was Lamarque de vaste pennenvriend van Christine Van Hees (16). Dit meisje werd op 13 februari 1984 vermoord in een oude kampernoeliekwekerij in Brussel. Hoewel er na de verklaringen van getuige X1 (Regina Louf) in Neufchâteau meer dan een jaar lang is gespeurd naar de vermeende betrokkenheid van Nihoul en co. bij de moord, werd Lamarque totaal vergeten.
Toen het Brusselse parket in april 1998 het einde van het X1-onderzoek aankondigde, was Lamarque niet eens verhoord. Lamarque kan de moord niet hebben gepleegd. Hij zat in februari 1984 achter de tralies. Hij is mogelijk wel een van de beste geïnformeerde mensen omtrent het leven dat Christine Van Hees op het laatst leidde. Voor hem staat het vast dat de tiener effectief in contact is gekomen met Nihoul en enkele van zijn toenmalige vrienden.
Het is niet zo zeker of het recente openbaren van het rapport van de staatsveiligheid, in het boek De X-dossiers, de aanleiding kan zijn geweest voor de ontsnapping. Lamarque zit al vijf jaar onafgebroken in de cel. Hij werd op 24 mei 1994 voor een zoveelste keer veroordeeld en komt in theorie pas vrij op 10 augustus 2002. Sinds 8 april van dit jaar kwam hij echter in aanmerking voor een voorwaardelijke vrijlating.
Op 19 juni mocht Lamarque als ’test’ onder begeleiding van zijn moeder, zijn schoonvader en een vriend een uitstapje maken. Het gezelschap trok naar een pretpark, het werd een vrolijk weekeinde en op zondagavond bood Lamarque zich weer aan in de gevangenis. In de maanden die volgden, kreeg hij te horen dat de zaken gunstig evolueerden, maar van een vrijlating bleek dan toch geen sprake. Ook niet na een interventie van een oude kennis van Michel Nihoul bij een Brussels PRL-politicus.
Vorige woensdag kreeg Lamarque voor de tweede keer toestemming om de gevangenis te verlaten, dit keer om zijn moeder te bezoeken. Hij werd begeleid door een maatschappelijk werkster. Toen die in een winkelcentrum even naar het toilet ging, nam Lamarque de benen. Volgens zijn moeder was hij “het wachten beu”. In de gevangenis van Doornik wordt anderzijds niet begrepen waarom Lamarque zelf zijn kansen op een vrijlating verknalde.
In Het Laatste Nieuws kondigde de advocaat van Michel Nihoul, Frédéric Clément de Cléty, zaterdag aan dat hij de Belgische staat gaat dagvaarden wegens de volgens hem te trage behandeling van diens verzoek tot voorwaardelijke invrijheidstelling. De ex-zakenman wordt in Neufchâteau nog steeds beticht van medeplichtigheid aan de ontvoeringen van Laetitia Delhez, Julie Lejeune en Mélissa Russo. In de zaak-Dutroux werd zijn aanhoudingsmandaat echter al in januari 1997 door de KI in Luik opgeheven. Die oordeelde dat het parket in Neufchâteau te weinig bewijzen kon aanbrengen voor zijn schuld.
Nihoul zit nu nog een straf uit van vier jaar wegens oplichting. Op 22 april van dit jaar gaf het gevangenispersoneel in Sint-Gillis een positief advies voor zijn vervroegde vrijlating. De commissie die zich bij het ministerie van Justitie over de voorwaardelijke vrijlatingen buigt, had zich volgens de advocaat eind augustus al moeten uitspreken over het dossier, maar dat zou nog steeds niet gebeurd zijn. Clément de Cléty zegt nu een dwangsom te eisen van 50.000 frank per dag die nu nog verstrijkt.
Bron » De Morgen