Speurders van de cel-Jumet, die nog altijd het onderzoek naar de Bende van Nijvel voert, staan in contact met ten minste één persoon die informatie kan leveren over de identiteit van enkele leden van de Bende van Nijvel. Die kroongetuige vraagt hiervoor in ruil bescherming, strafkwijtschelding en wellicht ook geld.
Maar door het ontbreken van een spijtoptanten-regeling bevindt de zaak zich in een impasse. Uit diverse aanwijzingen blijkt dat de cel-Jumet contact heeft met minstens een kroongetuige. Die zou bereid zijn informatie te geven over leden van de Bende van Nijvel, in ruil voor strafkwijtschelding, een nieuwe identiteit en ook een som geld.
Het gerecht kan daar momenteel evenwel niet op ingaan, bij gebrek aan een wettelijke regeling. Al meer dan tien jaar dringen magistraten en politiemensen aan op een spijtoptanten-regeling, naar het voorbeeld van andere landen als Italië. Maar het dossier zit muurvast, door een politiek geschil tussen PS-voorzitter Elio Di Rupo en de minister van Justitie, Marc Verwilghen.
Die laatste hoopte een wetsontwerp over “medewerkers van het gerecht” bij hoogdringendheid door het parlement te loodsen. Maar Di Rupo verzet zich principieel tegen het ontwerp, dat een “algehele verklikkersmentaliteit” zou installeren. Het is onduidelijk of de kroongetuige het onderzoek uit het slop kan halen. Maar de klassieke onderzoeksmethoden hebben de daders van 28 moorden, tussen 1982 en 1985 gepleegd, niet kunnen ontmaskeren.
In mei zei minister Verwilghen tegen nabestaanden van de slachtoffers dat werken met spijtoptanten nog de enige hoop was op een doorbraak. Maar de cel-Jumet voelt haar kroongetuige langzaamaan uit de handen glippen.
Bron » De Standaard