Michel Lelièvre is maandag door de correctionele rechtbank van Nijvel veroordeeld tot zes maand bijkomende gevangenisstraf wegens bezit van verdovende middelen in de gevangenis van Itter. De gewezen kompaan van Marc Dutroux werd in juni 2004 veroordeeld tot 25 jaar opsluiting.
Michel Lelièvre verscheen niet zelf voor de rechter, maar liet zich door zijn advocaat, Alexis Lejeune, vertegenwoordigen. Er werden hem zes feiten ten laste gelegd, verbonden aan het bezit en gebruik van kleine dosissen (minder dan een gram) heroïne, weed en hasj (tussen november 2004 en januari 2007).
De 36-jarige Lelièvre raakte reeds aan zeer jonge leeftijd verslaafd aan drugs. Hij herviel in zijn oude gewoonte na zijn transfer naar de gevangenis van Itter, waar hij zijn 25 jaar opsluiting uitzit. Dat kostte hem reeds verschillende disciplinaire bestraffingen.
Zijn advocaat verbond het druggebruik van zijn cliënt aan zijn gevangenisstraf. “Hij durft zijn cel niet te verlaten uit angst voor represailles. Hij probeert te vluchten in drugs”, pleitte Lejeune. De substituut van de procureur des konings Gérard motiveerde de vervolgingen voornamelijk met het oog op voorgaande vervolgingen.
Michel Lelièvre werd in 1994 door de correctionele rechtbank in Brussel veroordeeld tot 15 maand opsluiting met uitstel voor feiten met verdovende middelen. Het openbaar ministerie eiste twee jaar bijkomende gevangenisstaf.
Voorzitter Joëlle Vandeput toonde zich met de bijkomende veroordeling tot zes maand en een boete van 50 euro meer gematigd. De rechter motiveerde haar beslissing met reeds toegepaste bestraffingen in de gevangenis. Volgens de rechter had Michel Lelièvre de verdovende middelen ook uitsluitend voor eigen gebruik in zijn bezit.
Bron » De Morgen