“Schaf assisen nu eindelijk af.” Dat schrijft de Hoge Raad voor Justitie in een kersvers advies aan het parlement en aan de nieuwe minister van Justitie. “De nieuwe assisenprocedure die einde december 2009 werd ingevoerd is niet eenvoudiger, niet sneller, niet efficiënter en niet goedkoper dan die van voor de hervorming”, zo stelt de HRJ vast.
Bovendien: “Als assisen wordt behouden, dan zal er onvermijdelijk een mogelijkheid moeten komen om in beroep te gaan tegen een assisenarrest. Er is al een wetsvoorstel van Marie-Christine Marghem (MR) om zo’n beroep mogelijk te maken, maar het zal ook moeten van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens in Straatsburg.”
Omdat een beroep altijd bij een ‘hogere rechter’ moet gebeuren, moet een nieuw assisenhof meer rechters (meer juryleden en meer beroepsmagistraten) tellen. En als zij de straf willen verzwaren moet dat unaniem gebeuren. Dat lijkt moeilijk te kunnen, vreest de Hoge Raad voor Justitie.
De HRJ vindt de assisenprocedure te duur en legt een fragmentaire berekening voor. In Antwerpen en Limburg hadden tussen 1 september 2009 en 1 november 2011 32 assisenzaken plaats. Dat waren 304 werkdagen voor minstens: 3 zetelende magistraten, 1 parketmagistraat, 1 griffier, een reeks bodes, minstens 6 politiemensen, leden van de dienst slachtofferonthaal.
“Deze mensen kunnen in die periode nergens anders worden ingezet, waardoor de gerechtelijke achterstand daar toeneemt. Als men assisen behoudt moet er dus meer gerechtelijk personeel komen. En dat moet zeker als er beroep komt”, zo luidt het.
En ook de andere kosten swingen de pan uit. De dagvaardingen om kandidaat juryleden op te roepen kostten in die 32 Antwerpse en Limburgse zaken zo’n 57.000 euro. De gezworenen die zetelden kregen samen een zitvergoeding van 174.000 euro. Daar kwamen nog een reisvergoeding en uitgestelde lonen in de zaken die meer dan vijf dagen duren bovenop. De niet-uitgelote gezworenen, die dus niet moeten gaan zetelen, kostten ook nog 18.500 euro.
Ook de kosten van tolken kunnen hoog oplopen. In de Antwerpse zaak-Ciurar tegen vier Roemenen die erg gewelddadige overvallen hadden gepleegd op bejaarden, werd voor 19.230 euro aan tolken uitbetaald. Daar kwamen de kosten van een tolkcabine nog bij (4.680 euro).
De dagvaardingen van de getuigen in deze 32 zaken bedroegen 30.550 euro, de vergoedingen nog eens 30.212 euro, naast een verplaatsingsvergoeding. Aan getuigenissen van deskundigen werd bovendien nog eens 9.739 euro besteed. “Veel van deze kosten zullen wegvallen als men ook de zwaarste feiten voor de correctionele rechtbank brengt”, zo luidt het.
“Is het realistisch om nog zoveel geld uit te trekken voor assisen en voor de creatie van een beroepsmogelijkheid tegen het assisenhof, nu langs alle kanten moet worden bespaard? Benoemingen van magistraten worden door de minister om budgettaire redenen uitgesteld en men wil gepensioneerde magistraten inschakelen om de gaten te vullen”, zo schrijft de HRJ.
Het is onwaarschijnlijk dat het parlement dit advies zal volgen. Eerdere adviezen om assisen af te schaffen (van de Commissie-Verstraeten, van sommige procureurs-generaal én van de Hoge Raad voor Justitie) werden genegeerd. Er valt nu niets anders te verwachten.
Bron » Gazet van Antwerpen