Het hoofd van het onderzoek naar de Bende van Nijvel waarschuwt: “We moeten dat durven te zeggen: misschien zullen we nooit kunnen bewijzen dat Christiaan B. écht De Reus was. Daarom is het belangrijk dat sommige mensen nu met ons praten. Zonder hen stopt het voor ons.”
Deze krant onthulde vorig weekend dat de speurders met de overleden ex-rijkswachter Christiaan B. (61) uit Dendermonde eindelijk een naam hebben geplakt op De Reus van de Bende van Nijvel. Sindsdien krijgt de speciale speurderscel elke dag weer tips. “Da’s goed”, zegt Christian De Valkeneer, procureur-generaal van Luik én het hoofd van het onderzoek naar de Bende van Nijvel. “Want met de naam van Christiaan B. zitten we op een interessante piste. De verklaring van zijn broer is voor ons erg belangrijke info. Maar we moeten dat ook eerlijk durven te zeggen: we hebben nog altijd geen enkel bewijs dat B. bij de overvallen in Overijse, Aalst en Eigenbrakel was.”
Realistisch zijn
Waarmee De Valkeneer niet wil zeggen dat hij een non-believer is. “We vermoeden dat hij bij de Bende was en deelnam aan de raids. Dat zegt niet alleen zijn broer, andere elementen uit het onderzoek spreken dat niet tegen. Alleen: in het strafrecht zijn er bewijzen nodig. Da’s de reden waarom ik zeg dat we voorzichtig moeten zijn.” De Valkeneer vindt het dan ook te vroeg voor hoeraberichten. “Ik zou liegen, mocht ik zeggen dat we binnen twee maanden de namen zullen kennen van de andere daders en hen tegen volgend jaar voor assisen zouden kunnen brengen.”
De hoge magistraat spreekt vlakaf van een moeilijk onderzoek. “We zijn 32 jaar na de feiten en de man in kwestie is helaas overleden. Hij kan ons niets meer duidelijk maken. We moeten daarin realistisch zijn.” De Valkeneer zegt dat hij en de speurders zich optrekken aan het feit dat ook de tip van de broer uiteindelijk in het dossier geraakte.
“In mei 2015 vertelde Christiaan B. over zijn verleden aan zijn broer. Die vertelde het aan een kennis die het uiteindelijk op zijn beurt ging vertellen aan slachtoffer David Van De Steen. Hij stapte ermee naar de vroegere speurder Eddy Vos die het uiteindelijk aan mij meldde. Wij wisten het dus pas op 22 februari 2017 – of anderhalf jaar na de initiële info. Da’s onze hoop nu: dat andere personen het ook tijd zullen vinden om te praten. Maar als morgen niemand meer wil praten, dan is het gedaan. We zijn momenteel zeer afhankelijk van wat mensen ons vertellen.”
Interessant, maar…
De Valkeneer is nu ongeveer acht jaar het hoofd van het onderzoek naar de Bende. Hij wil voorlopig niet spreken over de meest interessante piste die hij tegenkwam. “Voor mij is het één van de meest interessante pistes die ik al tegenkwam. Maar dat hebben we al eerder gedacht.”
De Valkeneer verwijst daarmee naar onder anderen Jean-Marie Tinck, die in 2014 meer dan twee maanden in de cel zat op verdenking van medeplichtigheid aan de misdaden van de Bende van Nijvel. Iemand had hem herkend op de robottekening én Tinck had in een zatte bui tegen een kennis gezegd dat hij een lid was geweest van de Bende. “Bij hem hadden we het probleem dat zijn leven tussen 1982 en 1985 één groot vacuüm was. Bij Christiaan B. hebben we dankzij de archieven van de rijkswacht en de politie veel gegevens. Maar da’s nog altijd geen bewijs. Daarom, alstublieft: wie iets weet, vertel het.”
Bron » Het Laatste Nieuws