Nu er weer wordt gezocht naar verdwenen geldkoerier: wat blijft er over van lichaam dat al 37 jaar begraven ligt?

Speurders zijn op dit moment aan de Van Praetbrug in Brussel aan het graven. Ze zijn op zoek naar het lichaam van Francis Zwarts, een geldkoerier die in 1982 spoorloos verdween. Maar wat kan er na 37 jaar nog gevonden worden? Wetsdokter Werner Jacobs en archeoloog Wim De Clercq zijn ervan overtuigd dat het belangrijke informatie over de cold case kan opleveren. Drie vragen over de opgravingen in de zaak-Francis Zwarts

1. Kan er na 37 jaar nog iets gevonden worden?

Dat hangt heel erg af van de grondsoort waarin het lichaam destijds begraven werd, zegt zowel Werner Jacobs (bekend van de Canvas-docuserie “Misdaaddokters”) als Wim De Clercq (UGent-professor Archeologie).

“Bepaalde grond – kleigrond bijvoorbeeld – bewaart veel beter dan andere soorten grond”, weet Jacobs. Hoe komt dat? “Bij een natte of net een heel droge bodem kunnen weinig bacteriën hun werk doen”, legt professor De Clercq uit.

Maar omdat de moord intussen 37 jaar geleden is, verwachten beide experten dat er naast het skelet niet veel kan overblijven van het lichaam van het slachtoffer, zelfs niet als het destijds in plastic verpakt zou zijn.

“Als het lichaam 10 à 15 jaar geleden begraven zou zijn, zou er nog iets kunnen overblijven van de zogenoemde weke weefsels”, maar na bijna 40 jaar denkt Jacobs dat de speurders nog weinig van het lichaam zullen vinden, buiten het skelet.

2. Kunnen speurders nog iets afleiden uit het skelet?

Dat mogelijk alleen het skelet gevonden wordt, betekent echter niet dat dit geen interessante informatie kan opleveren, zegt dokter Jacobs. “Een skelet is voor speurders een dankbaar object omdat het een hard materiaal is, dat honderden en soms zelfs duizenden jaren lang bewaard kan blijven.”

“Omdat men hier van een gewelddadig overlijden uitgaat, is de kans groot dat er op het skelet sporen terug te vinden zijn van de manier waarop hij om het leven is gebracht”, gaat Jacobs verder. “Dat kan gaan van kogelgaten, tot krassen van een mes en breuken – als het slachtoffer doodgeslagen zou zijn.”

“Let wel”, voegt Jacobs eraan toe, “je kan perfect iemand met een mes doodsteken of met een kogel doodschieten zonder dat de kogel een bot raakt en dan zal je daarvan natuurlijk ook geen sporen meer zien op het skelet. Maar de kans dat een gewelddadige misdaad sporen achterlaat, is reëel. En als die sporen toentertijd op het skelet zijn achtergelaten, kunnen we die na 37 jaar zeker nog herkennen.”

Professor Jan Tytgat (KU Leuven) voegt eraan toe dat toxicologen ook nog informatie over het overlijden kunnen vinden in botten, tanden en zelfs haren van lijken. Zo kunnen na jaren nog sporen gevonden worden van druggebruik of geneesmiddelen of vergiftiging.

3. Kan de opgraving naast het skelet nog andere sporen blootleggen?

Zeer zeker, verzekeren beide experts. Maar hiervoor moeten de speurders heel voorzichtig graven en goed kijken wat er allemaal in de grond zit.

“Als het lichaam van Zwarts effectief begraven ligt waar de speurders nu zoeken, zullen ze dat zien aan de bodem”, zegt professor De Clercq. “Als je een kuil graaft, verstoor je namelijk de natuurlijke bodem en dat laat sporen na die het geoefende oog van forensische speurders of archeologen snel ziet. Als je een rechthoekige put maakt, zal dat altijd een rechthoekige verkleuring in de grond achterlaten.”

Eenmaal de speurders aan het graven zijn, zullen ze heel voorzichtig moeten kijken wat ze allemaal vinden in de bodem. “Zo kunnen ze voorwerpen vinden die destijds in de kuil gegooid werden, om ervan af te zijn. Een moordwapen bijvoorbeeld”, zegt professor De Clercq. “De context waarin de begraving is gebeurd is heel belangrijk en dat kunnen we vaak afleiden door wat we tijdens het graven vinden.”

Maar naast voorwerpen die opzettelijk in de kuil werden gegooid kunnen ook spullen die toevallig in de kuil geraakt zijn belangrijke informatie geven over de context. Zo kunnen bijvoorbeeld sigarettenverpakkingen of -peuken geheimen verklappen. En stuifmeel dat rondvloog tijdens de begraving verklappen in welk seizoen de feiten hebben plaatsgevonden.

Dokter Jacobs heeft tot slot nog een anekdote over iets dat ongemerkt is achtergebleven bij een lijk. “Ik heb het ooit meegemaakt dat er naast een slachtoffer dat we hadden teruggevonden een tand lag, maar na onderzoek bleek die niet van het slachtoffer te zijn”, vertelt de wetsdokter.

“Achteraf is gebleken dat het slachtoffer begraven werd op de plek waar eerst nog een vechtpartij had plaatsgevonden en het slachtoffer waarschijnlijk nog een vuistslag had gegeven aan de dader. Jaren later is er in die zaak een verdachte in verband gebracht met de zaak, die inderdaad een tand bleek te ontbreken. Dus rond het skelet kunnen zeker nog sporen liggen die aan het misdrijf gerelateerd zijn.”

Bron » VRT Nieuws