Informanten, snelle telefoontap, schaduwen: alles mag

De moord op de Nederlandse columnist Theo van Gogh en de daaropvolgende incidenten krijgen een verlengstuk in ons land. Het federale parket onderzoekt momenteel bedreigingen uit vermoedelijk fundamentalistische hoek tegen vijf parlementsleden, onder wie federaal minister van Justitie Laurette Onkelinx (PS) en voormalig vice-premier Philippe Moureaux (PS). De regering-Verhofstadt reageerde met een pakket maatregelen om de antiterreurdiensten te versterken, en er zitten nog bijkomende maatregelen in de pijplijn.

Zo kondigde justitieminister Laurette Onkelinx (PS) aan dat er eindelijk werk wordt gemaakt van een wetsontwerp dat de staatsveiligheid moet toelaten om “administratieve telefoontap” en andere “bijzondere onderzoekstechnieken” toe te passen, zoals schaduwen, observaties en het gebruik van informanten.

De staatsveiligheid, de militaire inlichtingendienst en de antiterreurafdeling van de federale politie krijgen meer mensen en middelen, zo werd vorige week al bekendgemaakt. De twee geheime diensten hebben een nieuw samenwerkingsprotocol afgesloten inzake terrorismebestrijding. De bestaande Antiterroristische Gemengde Groep (AGG) werd omgevormd tot het centrale zenuwknooppunt voor terrorisme en extremisme, met de nieuwe naam Algemene Inlichtingendienst Veiligheidsdreiging (AIV).

Het Comité I, het parlementaire orgaan dat de inlichtingendiensten controleert, en de begeleidingscommissie van het Comité I in de Senaat reageren aangenaam verrast. “Plots zit een hele reeks dossiers waar we al jaren op aandringen in een stroomversnelling”, zegt een insider. “Het kan ineens niet rap genoeg gaan. De regering heeft het blijkbaar eindelijk begrepen.” Zelfs de meest rabiate tegenstanders van het inzetten van de inlichtingendiensten tegen het moslimfundamentalisme, zoals Philippe Moureaux, hebben hun verzet gestaakt. Senator Hugo Vandenberghe (CD&V), lid van de parlementaire begeleidingscommissie, spreekt van “een plotse doorbraak”, mogelijk versneld door de gebeurtenissen rond Van Gogh.

Volgens justitieminister Onkelinx is het echter “toevallig” dat een reeks maatregelen gefinaliseerd werd in de dagen en weken na de moord op Van Gogh. “De minister streeft een langetermijnvisie na en heeft niet de gewoonte om te reageren op de actualiteit”, zegt haar woordvoerster.

“Misschien kan de indruk ontstaan dat we plots in actie schieten, maar dat is slechts een indruk. In werkelijkheid werden een reeks dossiers onafhankelijk van elkaar geprogrammeerd. Neem het samenwerkingsprotocol tussen staatsveiligheid en militaire inlichtingendienst. Zoiets doe je niet in één week. Daar is een lange voorbereiding aan voorafgegaan. Dat inlichtingendiensten meer mensen en middelen zouden krijgen, sleepte minister Onkelinx al begin oktober bij de begrotingscontrole uit de brand.”

Bron » De Morgen