De Staatsveiligheid wil in de loop van dit jaar bijna tweehonderd nieuwe agenten aanwerven. Dat zegt Alain Winants, de nieuwe administrateur-generaal van de Staatsveiligheid, in een interview met De Juristenkrant.
Gedeeltelijk gaat het om informaticaspecialisten, die worden ingezet voor nieuwe opsporingstechnieken als hacking van computersystemen. De specialisten worden opgeleid door bevriende buitenlandse inlichtingendiensten.
“Tussen nu en begin maart komen er zestig à tachtig mensen bij”, vertelt Winants. “Dat heeft nog te maken met de opvulling van het oude kader. Dan volgt de rekrutering van 107 nieuwe mensen. Die mensen moeten ook nog allemaal worden opgeleid. Het zal dus nog even duren vooraleer iedereen operationeel is. Indien al die personeelsmiddelen effectief zouden zijn, werken we met 650 tot 700 mensen. Dat moet volstaan voor ons huidige werk.”
De regering gaf de Staatsveiligheid niet alleen een budgetverhoging van 26 procent, extra personeel, een nieuw personeelsstatuut en hogere salarissen, maar wil de inlichtingendienst ook een reeks extra technologische instrumenten geven, de zogenaamde bijzondere opsporingsmethodes (BOM).
Een van die uitzonderlijke methodes is hacking, het inbreken in computers, een techniek die zelfs de politie niet mag gebruiken. “Juist”, stelt Winants. “Het gaat over binnendringen in een informaticasysteem. We willen gegevens verzamelen, niet veranderen of vernietigen. Het is de bedoeling dat we geen sporen nalaten, dat spreekt vanzelf.”
Momenteel stelt de informaticasectie van de Staatsveiligheid niet veel voor, de sectie dient vooral als logistieke ondersteuning. “We beschikken echt wel over mensen die op dat terrein al voldoende gespecialiseerd zijn”, weerlegt Winants. “Maar het spreekt voor zich dat we bij de aanwervingen rekening houden met de nieuwe mogelijkheden en noden. We werken nu al aan een programma van opleiding en vorming waarin onder meer die specialisaties vervat zijn. Buitenlandse diensten die deze methodes nu al toepassen, verklaarden zich bereid ons te helpen bij de vorming.”
Bron » De Morgen