Een 33-jarige man die in 1985 als negenjarige jongen levensgevaarlijk gewond raakte bij de overval van een Delhaizewinkel door de Bende van Nijvel in Aalst, schrijft na 25 jaar een boek. “Er zijn al zoveel boeken geschreven over het onderzoek, maar slachtoffers bleven in het anonieme”, zegt David Van de Steen. Op 9 november 1985 werd de man als negenjarig jongetje met zijn ouders en zus in het Delhaizefiliaal in Aalst neergeschoten.
Zijn ouders en zus overleefden de overval niet. David werd door “de Reus” met zware munitie in de heup geschoten en bleef levensgevaarlijk gewond achter. “Het boek begint over mijn leven voor de aanslag tot nu. Van een heel normaal kinderleven werd ik plots een wees en voor de rest van mijn leven draag ik de gevolgen. Ik heb 33 operaties achter de rug en moet de wonde nog elke week in Jette laten verzorgen.”
Het onderzoek is geen hoofdthema in het boek, maar de omkadering van slachtoffers wel. “Mijn grootvader verdiepte zich indertijd in de overval en kreeg daardoor ook weerstand, maar nu verloopt dat contact met de speurders heel vlot. In die tijd was er ook nergens psychologische bijstand of slachtofferhulp. We moesten het allemaal zelf uitzoeken. Tot op vandaag voel ik me door de overheid in de steek gelaten.” Op woensdag 6 oktober wordt “Niet schieten, dat is mijn papa” (uitgeverij Vrijdag), opgetekend door Annemie Bulthé van het weekblad Humo, voorgesteld in het stadhuis van Aalst.
Bron » De Morgen