“Ik denk dat ik weet wie er achter de Bende van Nijvel zit.” In een gesprek met TV-Oost legde Jef Vermassen zondagavond een verband met de Staatsveiligheid en de vroegere groep Diane, de speciale eenheden van de rijkswacht. Maar hij is niet de eerste die in die richting wijst.
Volgens Vermassen rust er een taboe op de hypothese van de inside job: de Bende van Nijvel die 28 mensen doodde bij vooral overvallen op grootwarenhuizen tussen 1982 en 1985. Om te doden, en in volle Koude Oorlog het land te destabiliseren, zoals in die jaren ook in Italië en Luxemburg gebeurde. Maar de hypothese is zo oud als de Bende zelf, zo leert een kleine rondvraag.
Hugo Coveliers, oud-politicus
“Dit was ook een van onze hypothesen”, zegt Hugo Coveliers, destijds voor de Volksunie lid van de eerste parlementaire commissie rond de Bende van Nijvel (1988-1989). “Men sprak van degenerated agents. Mensen die een opleiding hadden genoten bij de speciale eenheden, zich hadden aangesloten bij een of andere obscure club die zich als onderdeel van een ondergronds burgerleger voorbereidde op een inval van de Russen.”
De commissie wijdde 187 vergaderingen aan de Bende, hoorde 118 getuigen en maakte in zijn eindverslag melding van “duistere machten” die het onderzoek tegenwerkten.
“Men reageerde daar vanuit de rijkswachttop en de politiek furieus op. Wij waren gevaarlijke gekken, om zoiets zelfs maar te durven denken. (pathetisch) Zoiets schaadde het vertrouwen in onze instellingen! In de eindversie van het rapport zijn onze bevindingen afgezwakt, vooral onder invloed van de minst actieve commissieleden. Wat Jef Vermassen nu zegt, zeiden wij dertig jaar geleden al. Toen was het vloeken in de kerk.”
Franz Balfroid, speurder van het eerste uur
Van 1982 tot 1985 behoorde Franz Balfroid bij de BOB van Waver met zijn collega Gérard Bihay tot de allereerste Bende-speurders. De Bende heette toen nog niet zo. Er was enkel een bizarre roofoverval bij wapenhandelaar Dekaise in Waver, waar in 1982 het eerste slachtoffer viel.
Franz Balfroid: “Bihay en ik stelden in 1983 als rijkswachter het eerste proces-verbaal op over de Groep G, een geheime extreemrechtse groep binnen de rijkswacht. Ik zeg niet dat wij de waarheid in pacht hadden, maar zoals deze bende te werk ging, kon je moeilijk anders dan wegkijken van het klassieke gangstermilieu. Overvallers proberen zoveel mogelijk geld mee te graaien en zo weinig mogelijk slachtoffers te maken. Deze lui deden precies het omgekeerde. Dus gingen wij zoeken bij het Front de la Jeunesse of Westland New Post – een creatuur van de Staatsveiligheid, zoals achteraf bleek. Wij leefden in een wereld waarin velen in Brussel als NAVO-hoofdzetel een potentieel doelwit zagen van een Russische aanval.”
Het speurwerk van Bihay en Balfroid werd achteraf overladen met lof in tientallen Bende-boeken. Balfroid leeft nu teruggetrokken, diep in de Ardennen.
“Wij zijn van de ene dag op de andere van de zaak gehaald. De Nijvelse procureur Jean Deprêtre riep: ‘Het zijn klassieke gangsters, basta!’ Gérard hebben ze naar de brigade Gembloux gestuurd, mij naar Oudergem. Daar moesten we ons bezighouden met burenruzies. Op mijn vijftigste ben ik gepensioneerd. Er was iemand bij de rijkswacht die zei: ‘Denk goed na, gij hebt kinderen.’ Ik heb dat pensioen aanvaard en heb me dat nog geen moment beklaagd. Een van de mensen die ons buiten werkten zit nog altijd in het huidige onderzoeksteam. Ik probeer eigenlijk het nieuws over de Bende niet meer te volgen.”
David Van de Steen, overlevende
Normaal had de teller van de Bende op 29 moeten staan. Nadat hij zijn papa en mama op 9 november 1985 neergekogeld zag worden op de parking van de Delhaize in Aalst, rende de toen 9-jarige David Van de Steen de winkel binnen, verstopte zich en zag een van de daders boven zich. Hij schoot zijn machinegeweer leeg op de onderbuik van het kind. Van de Steen dankt zijn leven aan een medisch wonder.
Nu brengt hij veel tijd door op de filmset. Stijn Coninx verfilmt het boek Niet schieten, dat is mijn papa! van journaliste Annemie Bulté.
“Tot zijn dood in 2011 was het vooral mijn opa die de zaak bleef opvolgen. Hij heeft het zien gebeuren vanuit zijn raam, tegenover Delhaize. Hij vertelde mij hoe een rijkswachtofficier die avond in paniek uitriep: ‘Het zullen er toch geen van ons zijn?!’ Ik bedoel: ook in die tijd zelf was het een evident denkspoor. Waar anders dan bij de speciale eenheden konden mensen voor dit soort killeroperaties zijn opgeleid? Jef Vermassen verwoordt wat alle nabestaanden nog altijd hopen. Dat de tijdgeest eindelijk rijp is.”
Bron » De Morgen