Zaterdag 14 januari 1989: in de garage van Paul Vanden Boeynants vindt de politie een hoorapparaat, een schoen, een pijp en een injectienaald. De flamboyante en controversiële politicus-zakenman is ontvoerd. Vijftien jaar na de feiten reconstrueert de documentairemaker Dirk Leestmans de geruchtmakende gijzeling in Een premier voor 63 miljoen.
Misdaad loont, ook voor televisiemakers. Vorige week lokte Histories meer dan 400.000 kijkers met de documentaire over de zaak-Jespers. Daarin legde de medebeschuldigde Luc De Cramer nieuwe verklaringen af die een totaal ander licht op de zaak werpen. Het tweede deel van de driedelige serie Schuld en boete bevat geen zulke spectaculaire onthullingen; maar wel een protagonist die tot de verbeelding spreekt.
Over de voormalige premier en minister van Defensie Paul Vanden Boeynants, die in 2001 overleed, deden wilde geruchten de ronde: als hij al niet in verband gebracht werd met seksfuiven en roze balletten, dan werd zijn naam verbonden met corruptieschandalen of plannen voor een rechtse staatsgreep. En ook zijn ontvoering had hij volgens sommigen geënsceneerd om te ontkomen aan een veroordeling voor belastingontduiking.
De persconferentie die VdB – met zonnebril – twee dagen na zijn vrijlating voor de wereldpers hield, blijft in het collectieve geheugen gebrand. Maar het mysterie werd niet of nauwelijks opgelost. Leestmans probeert het verhaal te reconstrueren aan de hand van getuigenissen van politie- en parketmensen die destijds het onderzoek voerden. Hij durft te besluiten dat Vanden Boeynants wel degelijk ontvoerd werd door de bende van Patrick Haemers.
“Bij de realisatie van deze documentaire is gebleken dat VdB een ontzettend sterke persoonlijkheid was. Als slachtoffer heeft hij mee de touwtjes in handen genomen om zijn ontvoering tot een goed einde te brengen”, vertelt Leestmans. De bende Haemers vroeg aanvankelijk 400 miljoen Belgische frank, maar VdB wist dat terug te brengen tot 63 miljoen frank, na twaalf dagen onderhandelen met zijn ontvoerders.
Vanden Boeynants bracht de daders ook in contact met Jean Natan, de raadsman van zijn vriend Charlie De Pauw, om het losgeld te betalen. Op 10 februari 1989 overhandigde Natan in Genève het gevraagde bedrag. Drie dagen later werd VdB vrijgelaten aan het station van Doornik.
Leestmans praatte met Frans Reyniers, die als hoofdcommissaris van de gerechtelijke politie het onderzoek leidde; André Vandooren, toen procureur van Brussel, nu voorzitter van het Comité P; advocaat-generaal Pierre Morlet en Paul Van Thielen, hoofd van de algemene directie van de gerechtelijke politie en destijds een van de rijkswachters die Haemers in Brazilië ging arresteren.
Bron » De Standaard