De “bijkomende lineaire en blinde besparingsmaatregelen” die dit jaar opgelegd zijn door de federale regering, “leggen de dagelijkse werking van justitie droog”. Dat hebben de vijf eerste voorzitters van de hoven van beroep en de vijf eerste voorzitters van de arbeidshoven gezegd bij de opening van het nieuwe gerechtelijke jaar.
Het was de eerste keer dat de tien voorzitters een gezamenlijke toespraak brachten, en die kans lieten ze niet voorbijgaan. “De budgettaire en besparingslogica van de federale regering leiden tot heel zware gevolgen voor de Belgische samenleving, wanneer zij het gerecht, dat dagelijks met de miserie in de wereld geconfronteerd wordt, verhindert zijn werk naar behoren te doen”, stellen de eerste voorzitters van de hoven van beroep en arbeidshoven.
“De uitvoerende macht behoudt zich het recht voor het aantal magistraten te beperken, waardoor ze de kern zelf van de rechtspraak aantast: de menselijke middelen. Die schending van de wet bedreigt het evenwicht tussen de drie grondwettelijke machten. Het is de taak van de rechterlijke macht om dat aan te klagen.”
Het College van de hoven en rechtbanken zal “weigeren verantwoordelijkheid te dragen voor een situatie, die niet meer te redden valt”, waarschuwt Antoon Boyen, eerste voorzitter van het hof van beroep in Gent. “Vandaag, bij de opening van het gerechtelijk jaar, zwijgt de magistratuur niet als het erom gaat haar fundamentele waarden te verdedigen. Ze zal dat evenmin doen in de loop van dit gerechtelijk jaar.”
“Einde van de rechtsstaat”
De eerste voorzitters erkennen dat ze “door een moeilijke economische periode gaan en dat Justitie niet buiten schot kan blijven”, maar ze herhalen hun pleidooi voor meer personeel en middelen. “In afwachting van een nieuw systeem voor de objectieve en correcte inschatting van de personeelsbehoeften, eist de magistratuur dat de bestaande personeelskaders voor magistraten en gerechtspersoneel volledig en tijdig worden ingevuld.”
De magistraten vrezen voor het einde van de rechtsstaat, aldus de eerste voorzitters. “Men wenst een professionele en doeltreffende justitie, maar men verplicht haar te roeien met veel te korte riemen. De zo broodnodige middelen komen er niet of veel te laat. In de rechtbanken werken gemotiveerde mensen, maar ook die hebben hun limieten.”
“De wet, de norm bestaat pas als er iemand is om haar toe te passen en te interpreteren. Een staat, die zichzelf justitie ontzegt of haar drooglegt, houdt op een rechtsstaat te zijn”, besluiten de magistraten.
Bron » De Standaard