Speurders Bende van Nijvel stellen aangehouden collega voor spijtoptant te worden

‘Dit is om steil achterover van te vallen’, zeggen de advocaten van de aangehouden ex-Bendespeurder François A.. ‘Onze cliënt werd door twee speurders blijkbaar op eigen houtje uit de cel gehaald en naar een hotel gebracht. Daar stelden zij hem voor om hen de naam van de gouden tipgever in het Bendeonderzoek te geven in ruil voor het statuut van spijtoptant. Dit kan gewoon niet.’

De speurders die alsnog de Bende van Nijvel willen ontmaskeren, halen duidelijk alles uit de kast. Maar volgens de advocaten van ex-Bendespeurder François A. (65) die al twee weken in de cel zit op verdenking van het verzwijgen van cruciale informatie, gaan ze daarbij zonder meer uit de bocht.

‘Zij hebben onze cliënt op eigen initiatief uit de cel gehaald om hem tijdens een onderonsje te proberen overhalen om hen de zogenaamde gouden tipgever te geven. Zij legden hem uit dat hij in ruil meteen kon genieten van de nieuwe wet op de spijtoptanten om eventueel bescherming te krijgen, of zelfs van identiteit te veranderen om hem voor eventuele wraakacties af te schermen. Lang heeft dat gesprek niet geduurd. Ik heb geen gouden tipgever, legde onze cliënt hen uit. Een half uur later werd hij opnieuw naar de gevangenis gebracht.’

Cowboymethodes

Volgens meesters Pierre Chomé en Ruben Bomans is deze manier niet alleen hoogst ongewoon, maar ook onwettelijk. ‘Onderzoeksrechter Martine Michel beweert dat dit onderzoek nu gevoerd wordt met moderne middelen, maar wat haar speurders met onze cliënt hebben proberen te doen lijkt meer op cowboymethodes uit lang vervlogen tijden’, zegt meester Chomé.

‘Wij horen bij alle onderzoeksdaden aanwezig te zijn waar onze cliënt aan moet deelnemen. Niks daarvan in deze duistere episode. Twee speurders zijn meneer A. enkele dagen zonder enig mandaat uit de cel gaan halen. Zij hebben hem naar een hotel (in Waver, red.) gebracht, waar zij voor de gelegenheid een vergaderruimte hadden afgehuurd (prijskaartje 125 euro, red.). Dat heeft er toch alle schijn naar dat de speurders op zijn minst een wig willen drijven tussen François A. en zijn eveneens aan gehouden ex-collega Philippe V., die al een week langer in de cel zit. Of op z’n zachtst gezegd de druk op de twee oud-speurders maximaal opdrijven.’

Gouden tipgever

Tot dusver hebben de inspanningen van de Bende-speurders om de twee aangehouden oud-rijkswachters de naam te laten geven van een gouden tipgever niks opgeleverd. Deze onbekende persoon zou volgens de speurders Philippe V. en/of François A. hebben verteld waar ze in 1986 opnieuw moesten duiken om bewijsmateriaal van de Bende van Nijvel te vinden. Op dezelfde plaats waar in 1985 niets werd gevonden, maar de tweede keer vonden ze wel bewijsmateriaal.

Hij zou dus de sleutel zijn om op te klimmen tot bij de Bendeleden zelf. Maar zowel Philippe V. als François A. blijven erbij: zij hebben nooit een gouden tipgever gehad. Zelfs de urenlange confrontatie tussen de twee mannen die gisteren op het getouw werd gezet, leverde niets op. ‘Hun versies van wat zich in 1985-1986 in het Bendeonderzoek heeft afgespeeld, komen op enkele details na perfect met elkaar overeen’, zeggen meesters Walter Damen en Dimitri de Béco, de advocaten van Philippe V.

Verschillende tactiek

De verdediging van de twee oud-speurders koos gisteren voor de raadkamer wel voor een verschillende tactiek. De advocaten van Philippe V. wachten tot volgende week op een vollediger dossier alvorens de vrijlating van hun cliënt te pleiten. De verdedigers van François A. vroegen dat gisteren al.

‘Het gaat tenslotte om een nevendossier van de Bende-bundel, eventuele fouten in het dossier die meer dan 30 jaar geleden zouden gepleegd zijn en dus verjaard zijn. En wat de duur van het verblijf van het bewijsmateriaal in het kanaal betreft, kan men zich afvragen of de zakken, waarin ze staken, het niet gewoon een jaar hebben uitgehouden en pas kort voor hun ontdekking in 1986 gescheurd zijn. Dan is er van manipulatie van het onderzoek geen sprake. Maar deze veronderstelling werd klaarblijkelijk nooit geopperd’, aldus meester Chomé.

Bron » De Standaard