“We moeten verder gaan tot het laatste moment”

Advocaat Peter Callebaut zegt in De Morgen dat hij niet wil dat de verjaringstermijn van het dossier van de Bende van Nijvel wordt verlengd. Procureur-generaal Christian De Valkeneer, bevoegd voor het dossier, denkt daar anders over. “Er zijn nog sporen om te onderzoeken.”

Peter Callebaut, de advocaat van een groep families uit Temse, Aalst en Halle, vindt dat de verjaringstermijn van het dossier van de Bende van Nijvel niet met tien jaar moet worden verlengd. “Jongens, stop met dit gezever. De zaak is verjaard. Snel de wet op de verjaring aanpassen, zal niet helpen. Het is afgelopen”, zegt hij aan De Morgen.

Op Radio 1 gaf hij vanmorgen meer uitleg: “Welke sporen zijn er nog na dertig jaar? Wat is daar nog geloofwaardig aan? (…) Je moet maar eens proberen je iets te herinneren van een jaar geleden, laat staan van dertig jaar geleden.”

Negen personen zijn nog met het onderzoek bezig in Charleroi. Ze onderzoeken volgens La Dernière Heure twee sporen: de bendeleden waren roofmoordenaars, of het waren mannen die door destabilisatie extreemrechts aan de macht wilden helpen. Maar de onderzoekers hebben last van interne strubbelingen, onder andere door een paar onnodige arrestaties, meldt de krant.

Bovendien hebben ze het onderzoek in een reisbureau veranderd, zegt Callebaut nog in De Morgen. “Ze zijn ongeveer in de hele wereld al gaan speuren: in Australië, de Verenigde Staten, Zuid-Afrika, Argentinië en natuurlijk ook de archieven van de Oost-Duitse Stasi.”

Klopt niet helemaal, zegt Christian De Valkeneer, de procureur-generaal van Luik en bevoegd voor het dossier van de Bende van Nijvel, aan dS Avond.

Hoezo?

“Er hebben inderdaad enkele opdrachten plaatsgevonden in het buitenland. Maar dat is zeker niet naar Zuid-Afrika of naar Australië. De opdrachten vinden plaats in onze buurlanden, en dan vooral in Frankrijk. Dat zijn korte trips van 3 tot 4 dagen. Vroeger, in de jaren negentig, werd er wel eens naar de Verenigde Staten of naar Canada gegaan, maar dat was volgens mij ook nodig. Ik kan mij daar wel niet echt over uitspreken. Ik ben nog maar een jaar of zeven bezig met het dossier van de Bende Van Nijvel.”

U was zelf vragende partij om de verjaringstermijn van het dossier van de Bende op te trekken van 30 naar 40 jaar. Waarom?

“Inderdaad, en ik ben blij met de beslissing om de verjaringstermijn te verlengen, al moet er nog wel over gestemd worden in de plenaire Kamer. Maar ik ben blij. We moeten verder gaan tot het laatste moment. We kunnen nog vorderingen maken. We hebben DNA-sporen gevonden en we werken nu met een DNA-databank voor heel Europa.”

“Er zijn nog sporen om te onderzoeken. Zoals de zakken die in 1986 in het kanaal van Ronquières werden opgevist. Eerst dachten ze dat de zakken er een jaar lagen, maar ze lagen er slechts twee weken. Er is manipulatie in het onderzoek gebeurd. Ik zeg niet dat die van de onderzoekers zelf kwam, maar de ontdekking van die zakken was geen toeval.”

Zal het onderzoek anders worden aangepakt?

“Er zijn op dit moment negen onderzoekers met het dossier van de Bende van Nijvel bezig. We houden de evoluties van hun onderzoek in het oog en zullen misschien, indien nodig, het aantal mensen dat met het dossier bezig is, verminderen. Maar dat hangt af van de evolutie van het onderzoek.”

“Ook zijn wij vragende partij voor een nieuwe wet die strafvermindering of -kwijtschelding kan geven aan mededaders die bij sommige feiten een tweederangsrol speelden en ons belangrijke informatie over de Bende van Nijvel kunnen geven. Na dertig jaar is de context anders en is de vrees om te spreken misschien verdwenen. Op dit moment is het grootste obstakel om een getuigenis af te leggen het feit dat je daardoor zelf in de problemen kan komen.”

Maar snapt u dat het genoeg is geweest voor de families die advocaat Callebaut vertegenwoordigt?

“Ik weet niet of de meerderheid van de slachtoffers en nabestaanden er zo over denkt. Ik weet bijvoorbeeld dat de dochter van een van de slachtoffers wel voorstander is van een verlenging van de verjaring. Het zal natuurlijk altijd een zeer diepe wonde blijven. Mensen reageren daar anders op: sommigen reageren geschokt en willen het laten rusten, andere mensen kunnen dat niet. Na dertig jaar is er nog veel pijn.”

Bron » De Standaard