CD&V-senator Rik Torfs gaat een wetsvoorstel indienen dat een aanpassing doorvoert aan een wet die eind december door de Senaat werd goedgekeurd. Die wet voorziet dat de verjaring met één jaar verlengd kan worden bij elk bijkomend onderzoek.
Volgens Torfs wordt het daardoor onzeker wanneer de feiten verjaard zullen zijn, wat in strijd is met het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens. Het wetsvoorstel, dat het uitstel van de verjaring tot maximaal één jaar beperkt, is medeondertekend door Torfs’ fractieleider Dirk Claes en Alain Courtois (MR), voorzitter van de commissie Justitie.
Artikel 7 van de recente wet voert een aanbeveling uit van de Parlementaire Onderzoekscommissie naar de Grote Fiscale Fraudedossiers. De commissie had vastgesteld dat in heel wat fiscale dossiers de wet-Franchimont gebruikt werd om de procedure zo lang te rekken dat de feiten verjaard waren.
Het artikel bepaalt dat de strafrechtelijke verjaringstermijn telkens geschorst wordt wanneer er bijkomende onderzoeksdaden gevraagd worden door de onderzoeksrechter of door de kamer van inbeschuldigingstelling, of wanneer het vonnisgerecht de behandeling van een zaak uitstelt om bijkomend onderzoek te voeren.
Rik Torfs stelde bij de bespreking in commissie dat dit te ver ging omdat de regel voor alle misdrijven geldt en niet enkel voor fraudedossiers. “Theoretisch gezien kan men telkens een nieuw bijkomend onderzoek bevelen om de verjaring uit te stellen, waardoor het voor alle misdrijven onzeker wordt wanneer de feiten verjaard zullen zijn. Dit is in strijd met het Europees Verdrag van de Rechten van de Mens, waarin wordt bepaald dat een proces binnen een redelijke termijn moet worden afgehandeld”, vond de CD&V-senator.
Daarom stelt hij voor om de tekst aan te passen zodat de verjaring in die gevallen niet langer dan één jaar worden uitgesteld, en niet één jaar per bijkomende onderzoeksbehandeling.
Bron » De Morgen