Geens benadrukt al genomen maatregelen naar aanleiding boek over staatsveiligheid

Minister van Justitie Koen Geens benadrukt dat de regering reeds enkele maatregelen genomen heeft om de Veiligheid van de Staat, zoals de officiële benaming van de staatsveiligheid luidt, efficiënter te maken. Hij reageert hiermee op het boek van De Tijd-journalist Lars Bové, ‘De Geheimen van de Staatsveiligheid’, dat vandaag officieel werd voorgesteld. Geens stelt in een persmededeling dat het budget van de staatsveiligheid met een kwart is verhoogd voor 2015.

De regering besliste ook al om de beschermingsopdracht van staatsveiligheid over te dragen aan de politie. Bové liet in zijn boek verstaan dat één op de vier beschermingsopdrachten wordt geweigerd door een gebrek aan bevoegd personeel.

De 55 beschermingsassistenen worden geïntegreerd binnen de federale politie. De 23 omkaderingsinspecteurs worden ingezet voor het inlichtingenwerk, laat Geens weten.

Na de begrotingscontrole is er 6 miljoen euro bijkomende personeelskredieten vrijgemaakt voor de staatsveiligheid. Daarnaast wordt er 4 miljoen extra geïnvesteerd, wat neerkomt op “een verhoging van een kwart van de totale middelen in verhouding tot het initieel budget”.

Maar ook de bijzondere inlichtingenmethoden, of BIM-wet, zal geëvalueerd en waar nodig herzien worden, kondigt Geens aan. Net zoals de personeelsstatuten binnen de inlichtingendienst, waar Geens streeft naar “een grotere homogeniteit van de toepasselijke statuten”.

Tot slot vermeldt de Justitieminister nog dat er werk wordt gemaakt van een nationaal inlichtingenplan voor de staatsveiligheid, waarvan de prioriteiten zullen voorgelegd worden aan de Nationale Veiligheidsraad.

Bron » De Morgen

Winants: “Politiek is totaal niet geïnteresseerd in Staatsveiligheid”

Alain Winants, het voormalige hoofd van de Staatsveiligheid, ontkent dat de inlichtingendienst er illegale praktijken op nahoudt. Wel is er vanuit de politiek historisch weinig interesse en aandacht voor de Staatsveiligheid, stelt Winants in Terzake.

Alain Winants reageerde in Terzake op onthullingen in het boek van onderzoeksjournalist Lars Bové. Hij stelt in ‘De geheimen van de Staatsveiligheid’ onder meer dat de Staatsveiligheid met behulp van informanten en intimidatie tal van gevoelige gegevens in handen kreeg. Zo zou de inlichtingendienst verscheidene informanten bij Proximus hebben die via de schending van hun beroepsgeheim informatie doorspelen.

Winants weigerde in te gaan op de beschuldigingen van Bové. “Dat is voor zijn rekening”, klonk het. Volgens Winants is de politiek “totaal niet geïnteresseerd” in de Staatsveiligheid. In principe zou de regering via het comité voor inlichtingen en veiligheid de prioriteiten van de Staatsveiligheid moeten aanduiden, maar dat gebeurt zelden of nooit, aldus Winants. De inlichtingendiensten stellen die prioriteiten dan maar zelf op.

Dat de inlichtingendienst overal informanten heeft, hoeft volgens Winants ook niet te verbazen. “De Staatsveiligheid is opgericht in 1830. We hebben tot 1998 moeten wachten om een wettelijke regeling te krijgen over de bevoegdheden en opdrachten, en we hebben nog eens tot 2010 moeten wachten om bijzondere methoden te mogen inzetten”, zei Winants.

“Het gevolg is dat we een zeer uitgebreid netwerk van bronnen en informanten hebben. Dat is een gewone methode, en de wet laat dat dan ook toe.” Hij benadrukte wel dat hij er “altijd over gewaakt heeft dat de dienst binnen de lijnen van de legaliteit bleef handelen en kleuren”.

Winants hekelde ook het feit dat er alleen aandacht is voor de Staatsveiligheid als het misgaat. De inlichtingendienst kampt daardoor onterecht met een negatief imago. Het oprollen van de terreurcel in Verviers is het bewijs dat de dienst “ondanks de beperkte middelen” goed werk levert. “We moeten verderbouwen op dat positieve imago”, aldus Winants.

Bron » De Morgen