Vier aanhoudingen na opheldering 19 jaar oude moord op Kasterse cafébaas

De federale gerechtelijke politie van Kortrijk en die van Bergen hebben na een inval op een zwaarbeveiligd domein van een zigeunerclan in de buurt van Bergen zeven verdachten opgepakt die in aanmerking komen voor twee verschillende moorddossiers.

Vier mannen zitten in de cel op verdenking van hun betrokkenheid bij een roofmoord in 1991 op een cafébaas in de Anzegemse deelgemeente Kaster. Drie anderen worden verdacht van een moord op een 40-jarige vrouw die in december van vorig jaar dood werd teruggevonden in een rivier, niet ver van het domein van de zigeunerclan.

André Maroy, een cafébaas uit Kaster, werd op 4 mei 1991 vermoord door vier gangsters. Dat gebeurde toen de man rond 22 uur naar buiten ging om zijn hond eten te geven. Zijn echtgenote werd gekneveld.

De daders doorzochten de woning en gingen aan de haal met 170.000 Belgische frank en waardepapieren voor een bedrag van 1,8 miljoen oude munt. Enkele dagen na de feiten werden vier zigeuners opgepakt, allen leden van de zogenaamde clan Becker, die haar uitvalsbasis heeft in Quaregnon, niet ver van Bergen. Zij ontkenden hun betrokkenheid bij de feiten.

De speurders ontdekten echter dat het gebit van één van hen, Emile Becker, overeenkwam met een bijtafdruk op een stuk chocolade dat na de feiten in het café werd teruggevonden. Dat bewijs woog echter te licht om de man voor het assisenhof te brengen. Hij werd vrijgelaten.

Nieuwe onderzoeksmethoden zoals misdaadanalyse en doorgedreven DNA-onderzoek lieten de speurders recent toe om de DNA-profielen te schetsen van drie van de vier daders, afkomstig uit de clan Becker. Op 14 april vielen 140 politiemensen – waaronder alle gespecialiseerde eenheden van ons land – binnen op het zwaar afgeschermde domein van de Becker-clan. Zeven mensen werden opgepakt en aangehouden.

Vier van hen zijn betrokken in het dossier van de 19 jaar oude moord in Kaster. De drie anderen worden door het gerecht in Bergen beschouwd als de daders van de moord op Laurette Derudder, een vrouw van 40 die in december van vorig jaar gedood werd met zestig messteken en naderhand gedumpt werd in een rivier.

Bron » De Morgen

Jean-Claude Estiévenart pleegt zelfmoord in cel

Jean-Claude Estiévenart, een ex-verdachte in het onderzoek naar epre Bende van Nijvel, heeft zich zondagnacht opgehangen in zijn cel. De man moest gisteren normaal gezien voor het assisenhof in Bergen verschijnen op betichting van roofmoord. Estiévenart was in 1988 een van de leden van de Bende van de Borinage, een stelletje marginalen dat op grond van vervalst bewijsmateriaal in de beklaagdenbank terechtkwam als zijnde dé Bende van Nijvel. “Die valse beschuldiging woog na al die jaren nog altijd zwaar op hem”, zegt een van zijn advocaten.

“Ook nu weer achtte hij zich het slachtoffer van een dwaling.” Veel grootse citaten heeft Jean-Claude Estiévenart (62) niet nagelaten, eentje wel. Het parket van Nijvel, zei hij ooit, was un bordel, een hoerentent: “Er geraakten altijd dingen zoek: kogelhulzen, wapens, auto’s, volledige dossiers. Alles verdween spoorloos, behalve Jean-Claude Estiévenart. Die vonden ze telkens weer terug.”

De Bende van Nijvel trok tussen 1982 en 1985, in twee golven, een spoor van 28 moorden door ons land. Vooral de tweede golf zit in het collectief geheugen wegens de bloedbaden in de Delhaizevestigingen in Aalst, Eigenbrakel en Overijse eind 1985, waarbij zestien doden vielen. Twee jaar daarvoor dacht het parket van Nijvel de bende al te hebben ontmaskerd. Het schermde met een ballistische expertise, waaruit moest blijken dat bij de overvallen begin 1983 de Ruger P-36 van Michel Cocu was gebruikt, een ex-politieman uit Boussu die zich als gangster had ontpopt.

In 1988 stond Cocu met vier anderen voor een reeks Bendefeiten terecht voor het assisenhof van Bergen: Kaci Bouaroudj, Adriano Vittorio, Michel Baudet en Jean-Claude Estiévenart. Allemaal inbrekers van het zevende knoopsgat die van geen kanten het profiel van militair getrainde killers benaderden. Twee van de vier hadden wel bekentenissen afgelegd, maar de Bende van Nijvel pleitte de ‘Borains’ min of meer vrij door kort na hun arrestaties nog een aanslag te plegen. Toch bleef de Nijvelse procureur Jean Deprêtre in zijn zaak geloven. De bende had niets te maken met terreur, zei hij, het waren ordinaire boeven, zoals Cocu en co.

Het proces eindigde met een vijfvoudige vrijspraak, want halfweg de debatten was gebleken dat er twee jaar lang een rapport van een gezaghebbend laboratorium uit het Duitse Wiesbaden was achtergehouden. Dat stelde onomstotelijk dat de Ruger onmogelijk gebruikt kon zijn door de Bende. Een blamage voor justitie. “Het feit blijft wel dat die kerels toen hebben bekend”, zegt speurder Eddy Vos van de Cel Waals Brabant in een reactie op de dood van Estiévenart. “Wij gaan nu zijn cel doorzoeken. Je weet nooit dat hij een afscheidsbrief heeft nagelaten waarin iets interessants staat.”

Die kans lijkt gering, want een parlementaire onderzoekscommissie boog zich in 1997 over de bekentenissen. Ze stelde vast dat de verhoren van Cocu 36 tot 48 uur aan een stuk hadden geduurd en dat de speurders af en toe in Cocu’s geslachtsdelen hadden geschopt, tot hij een door hen opgestelde verklaring ondertekende. Estiévenart zou tijdens een ‘ondervraging’ ooit drie dagen naakt op de grond hebben gelegen, met zijn gezicht “zwart van de bloeduitstortingen”.

De vijf ‘Borains’ hervatten na hun vrijlating in 1988 hun armzalige leventjes. Zo ook Estiévenart, die meer dan de anderen verbitterd achterbleef. Hij was nooit echt zo bevriend geweest met Michel Cocu, integendeel. Ze hadden in 1983 een gemeenschappelijke maîtresse. De vrouw van Estiévenart was daar achter gekomen, had ook ontdekt dat haar man van Cocu een Rugerpistool had gekocht en was daarmee naar de politie gestapt, met een hoop verzinsels over de Bende van Nijvel erbij.

Dat, zo bleek achteraf, was de basis geweest van de hele Borinagepiste. Estiévenart probeerde de laatste jaren aan de bak te komen als metselaar, maar de status van ex-Bendeverdachte bleef hem achtervolgen. “Hij zat geregeld korte perioden in de cel voor diefstal”, zegt zijn advocaat Paul Decamps. “Hij leidde een eenzaam en marginaal bestaan en slikte te veel medicijnen.”

In februari 2006 werd Estiévenart opnieuw aangehouden, nu op betichting van moord op Michaël Noël, zijn enige vriend. Noël was in zijn woonst in Boussu beroofd van een van zijn schamele bezittingen – een decoder -, waarna zijn flatje in brand werd gestoken. Gisteren moest in Bergen normaal het assisenproces beginnen tegen Estiévenart en medebeschuldigde David Deklerk, maar voor de oud-Bendeverdachte hoefde het niet meer. Hij knoopte ’s nachts een touw van zijn lakens en hing zich op in zijn cel. “Ik heb zondagavond nog een uur of twee met hem gepraat”, zegt Decamps.

“Ik probeerde hem moed in te spreken, want ik weet dat hij zijn eerste proces erg traumatiserend vond. Hij pleitte ook nu over de hele lijn onschuldig, meende dat er geknoeid was met bewijsmateriaal en maakte zich zorgen of hij zijn punt zou kunnen maken: “Waarom zou ik in godsnaam mijn enige vriend vermoorden?” Of ik zondag iets aan hem zag? Hij was nerveus, dat zeker, maar zoiets verwacht je nooit.” Het proces ging gisteren alsnog van start, met maar één beklaagde.

Bron » De Morgen

Overval op juwelier plaatst Bende-speurders voor raadsel

Van alle moordende raids van de Bende van Nijvel tussen 1982 en 1985 is er een waar de speurders kop noch staart aan krijgen: die op de juwelierszaak van Jean Szymusik in Anderlues. De Bende leek gespecialiseerd in overvallen op warenhuizen. Wat hadden ze dan te zoeken in een juwelierszaak?

We draaien de klok terug tot 1 december 1983. Het is al donker wanneer omstreeks 18u30 een zwarte Golf voor de deur van de juwelierszaak van Jean Szymusik stopt. Drie van de vier inzittenden stormen de winkel binnen. Ze schieten eerst de vrouw van Jean Szymusik neer en vervolgens de juwelier zelf. Allebei worden ze afgemaakt met kogels in het hoofd. De daders maken de bewakingscamera’s onklaar en vluchten in de wachtende auto.

Wat zochten de leden van de Bende in de juwelierszaak van Jean Szymusik? De man had zijn familie in Polen laten weten dat hij zich bedreigd voelde, zeker na een overval die enige tijd voordien op zijn zaak was gepleegd. Daarom had hij zich een wapen aangeschaft. Had dat onbehaaglijke gevoel hem aangespoord om ergens in zijn huis een verborgen bergplaats te bouwen? Hadden de Bende-overvallers daar weet van? Of kwamen ze langs omdat de nabijgelegen Colruyt gesloten was?

Zelfde wapens

De overval in Anderlues komt op het ogenblik dat de aangehouden Borinagebende de speurders uitdagend toesnauwt: “En stel dat er een nieuwe overval plaatsvindt met dezelfde wapens terwijl wij in de nor zitten?”. En dat is nu precies wat er in Anderlues gebeurd is. De moordenaars van juwelier Szymusik en zijn vrouw gebruikten dezelfde .45 en 7,65 mm wapens die gebruikt werden bij de schietpartij aan de Colruyt van Nijvel twee maanden voordien.

En een kwartier na de overval in Anderlues wordt de zwarte Golf van de daders uitgebrand teruggevonden in een nabijgelegen bos. Dezelfde wagen werd op 2 oktober 1983 aan het restaurant Au Trois Canards van de doodgeschoten eigenaar gestolen en vijf dagen later gebruikt voor de hold-up op het Delhaize-warenhuis in Beersel. Twee feiten van de Bende van Nijvel.

Bron » Het Nieuwsblad

Cel-Jumet verspreidt nieuwe robotfoto in onderzoeknaar Bende van Nijvel

De cel-Jumet die het onderzoek naar de moordende aanslagen van de Bende van Nijvel leidt, verspreidt vandaag in het RTBf-programma Appel à Témoin een nieuwe robotfoto van een mogelijke verdachte. De Bende-aanslagen eisten tussen 1982 en 1985 het leven van ten minste 28 mensen.

De onderzoekers maakten de robotfoto op basis van een getuigenis van een man die zich al in oktober 1982 bij het gerecht gemeld had. Hij getuigde destijds dat hij een verdachte gezien had in een Volkswagen Golf, een wagen die de Bende-doders op 2 oktober 1983 bij een overval op het restaurant Les Trois Canards in Ohain gestolen hadden.

De Bende-leden hadden de oorspronkelijk rode Golf in het zwart geschilderd, maar de getuige zag dat een sticker met het opschrift ‘I Love Australia’ nog op de achterruit kleefde. De getuige vertelde dat de achterbank van het voertuig was weggehaald en dat er een gewonde man in het voertuig lag. Een dag nadat hij de auto had gezien, gebruikten de overvallers het voertuig bij de overval op de Delhaize-supermarkt in Beersel. Op 1 december 1983 werd de auto uitgebrand teruggevonden nadat hij was gebruikt bij een overval op een juwelier in Anderlues.

De speurders lieten de getuige in 1983 een reeks foto’s van verdachten zien. Dat waren toen de leden van de zogenaamde Bende van de Borinage en hun entourage. De getuige herkende in geen enkele foto de bestuurder van het voertuig. Na deze fototest legden de onderzoekers de getuigenis opzij. De cel-Jumet pikte het spoor zes maanden geleden opnieuw op.

Met de verspreiding van de robotfoto hopen de speurders informatie te verkrijgen die mogelijk een verband legt tussen deze robotfoto en een van de robotfoto’s van mogelijke daders die eerder al verspreid werden. De nieuwe verdachte is volgens geen enkele tot op heden bekende getuigenis bij een van de moordende aanslagen van de Bende opgemerkt.

Bron » De Tijd

Onderzoek Bende van Nijvel sleept zich naar roemloos einde

Voor de nabestaanden van de slachtoffers van de Bende van Nijvel is de pil bijzonder bitter. Zolang iemand officieel werd verdacht in het Bende-dossier hoopten zij dat de speurders bij die verdachte een aanknopingspunt zouden vinden om het raadsel alsnog op te lossen. Met de buitenvervolgingstelling van Philippe De Staerke door de raadkamer wordt die hoop vandaag definitief de grond ingeboord.

Was het de Bende om geld te doen, om politieke invloed of om pure afpersing op grote schaal? Zijn bepaalde denksporen niet onderzocht? Werd het onderzoek gedwarsboomd? Waren er hoge omes in het spel, die een nooit eerder geziene doofpotoperatie tot een goed einde hebben gebracht? Zijn de seksfuiven van de Roze Balletten verbonden met het bloedbad in de warenhuizen?

“Het is ongehoord dat daar na al die jaren nog niets over is uitgelekt”, beweert een getuige uit het milieu van het zwaar banditisme. “Doorgaans hoor je links of rechts wel een echo over de daders van overvallen. Van die Bende-toestanden wordt met geen woord gerept. Misschien wordt het wachten tot iemand op zijn sterfbed bekentenissen aflegt of na de verjaring eindelijk eens uit de biecht wordt geklapt.”

Het verloop van het onderzoek werd ongetwijfeld in grote mate beïnvloed door het eerste deel ervan, dat plaatsvond in Nijvel. Procureur des konings Jean Deprêtre hield onvoorwaardelijk vast aan zijn theorie van de prédateurs , de roofmoordenaars die uit waren op snel verdiend geld, dat ze meteen verpatsten en snel moesten aanvullen.

Het Nijvelse gerecht bracht in dat kader trots de Boraings van Michel Cocu en co. voor het assisenhof van Bergen. De trots verdween als sneeuw voor de zon toen op het proces bekend geraakte dat een voor het gerecht ongunstig ballistisch verslag in een lade was blijven liggen. De Borains werden vrijgesproken.

Alle hoop was nog gericht op de Delta-cel rond de Dendermondse onderzoeksrechter Freddy Troch. Hij voerde de druk op de bende rond Philippe De Staerke op omdat hij dacht uitvoerders van de Bende-opdrachten te hebben gevonden. Die zouden hem tot bij de opdrachtgevers kunnen leiden. Het heeft niet mogen zijn.

De toenmalige minister van Justitie, Melchior Wathelet, besloot dan heel het onderzoek te centraliseren in Charleroi. Daar werden twee teams van onderzoekers samengesteld. Een eerste team zou zich concentreren op het politieke denkspoor van de destabilisering van het land om een rechtser regime in het zadel te helpen, het tweede team zou het traditionele spoor van het grote banditisme bewandelen.

Kosten noch moeite werden gespaard. Rogatoire commissies werden naar alle uithoeken van de wereld gestuurd. Gelijkaardige fenomenen in het buitenland werden onder de loep genomen. Voor het eerst in België werd geëxperimenteerd met de leugendetector. Dat toestel hielp andere feiten oplossen, maar bracht geen opheldering in het Bende-onderzoek. Niet-officiële verdachten zoals de ex-rijkswachters Madani Bouhouche en Robert Beijer hebben er zelfs hun voorwaardelijke vrijheid aan te danken.

Er werd ook een beroep gedaan op hypnose om het geheugen van de getuigen en nabestaanden te polsen naar de beelden, die ze in 1985 hebben gezien. Het leidde tot twee reeksen van robotfoto’s, veel aanwijzingen, maar geen nieuwe verdachten.

Zoals het er nu naar uitziet zal de Bende van Nijvel nooit worden ontmaskerd. “Er zal mettertijd nog een permanentie blijven werken aan de laatste elementen. Tot de definitieve verjaring in november 2005”, klinkt het ietwat gelaten in Charleroi.

Bron » De Standaard