Reynders en topmilitair aan de tand gevoeld over manke inlichtingendienst

De militaire inlichtingendienst Adiv draait al geruime tijd vierkant. Ondanks een negatief rapport met aanbevelingen, verandert er weinig aan de situatie. Het parlement wil Defensieminister Reynders (MR) en de baas van de Adiv daarover aan de tand voelen. Ook legerstafchef Compernol zou later nog worden uitgenodigd.

Achter gesloten deuren besprak de kamercommissie die onder meer de inlichtingendiensten opvolgt deze namiddag een opvolgingsonderzoek over de Algemene Dienst Inlichtingen en Veiligheid (Adiv). Dat is de inlichtingendienst van het leger. In juni vorig jaar bleek uit een audit dat de Directie Counterintelligence, die werkt rond contraspionage, zijn werk niet naar behoren uitoefent. Interne twisten ‘met aanslepende discussies en diepgeworteld wantrouwen’ belemmeren een goed functionerende afdeling contraspionage. Het gevolg is dat die afdeling een stuurloos schip is geworden.

In de audit, die toezichthouder Comité I had uitgevoerd, stond een reeks aanbevelingen. Op korte termijn, tegen het einde van vorig jaar, moest er bijvoorbeeld werk worden gemaakt van een missie en een visie voor de afdeling contraspionage, moesten er afspraken komen met andere inlichtingendiensten (zoals de Staatsveiligheid) en moest duidelijkheid komen over welke middelen op welk domein worden ingezet.

Maar vandaag is gebleken dat er nauwelijks iets is veranderd aan de werking. Daarom beslisten de kamercommissie en het Comité I om onder anderen minister Didier Reynders (MR) te horen over de gang van zaken. Dat vernam De Standaard van vier bronnen. Reynders kreeg defensie onder zijn hoede nadat de N-VA uit de federale regering vertrok. Zijn voorganger was Steven Vandeput.

De kamercommissie wil ook Claude Van de Voorde horen. Hij is sinds juni 2017 de chef van de Adiv. Nadat via De Standaard een brief uitlekte waarin enkele mensen van de Adiv hun beklag deden over het gerommel bij de inlichtingendienst, besloot Van de Voordes voorganger Eddy Testelmans op te stappen. De commissie overweegt ook Marc Compernol, de nummer één binnen defensie, uit te nodigen.

Het kabinet-Reynders zegt dat het nog te vroeg is om te reageren, maar volgt het dossier op. De persdienst van Defensie bevestigt dat Van de Voorde zal worden gehoord door de commissie, maar wil er verder geen commentaar bij geven omdat de zitting achter gesloten deuren zal plaatsvinden.

Bron » De Standaard

Machtsstrijd, Russische spionage en vernietigde documenten: het gerommel binnen de ADIV

Wrok en paranoia heersen binnen ADIV. De inlichtingenofficieren zijn verwikkeld in een grimmige machtsstrijd. Het hoofd van de afdeling Contraspionage mag zijn bureau niet meer in. Een majoor wordt beschuldigd van spionage voor Rusland. En het wachtwoord van de topman zou te grabbel liggen.

Eind januari werd het bureau van hoofdcommissaris Clement Vandenborre verzegeld. Hij wordt ervan beschuldigd gevoelige documenten te hebben vernietigd in een papierversnipperaar. Er is ook protest tegen de manier van leidinggeven van de ancien: hij zou al te eigenwijs zijn. In het slechtste geval hangt hem een schorsing of een intrekking van zijn veiligheidsmachtiging boven het hoofd. Ook zijn medewerker is voorlopig niet meer welkom op het hoofdkwartier in Evere.

Verschillende bronnen melden aan deze krant dat de zaak rond Vandenborre diepe wortels heeft. Hij en zijn adjunct worden al langer aanzien als de onruststokers binnen ADIV. Het duo zou volgens hun collega’s de hand hebben in een aantal geregisseerde interne klachten. Het doel daarvan: spionnen beschadigen door hun gevoelige missies aan de grote klok te hangen. Zelf noemen ze zich het slachtoffer van een smeercampagne. De pensioengerechtigde Vandenborre verzet zich tegen de vermomde opheffing van de afdeling Contraspionage. Daarom zou hij weg moeten.

Etterbuil

Het broeit al langer in de militaire inlichtingendienst. Bij ADIV, de veel minder bekende tegenhanger van de Staatsveiligheid, zijn 600 mensen in dienst. De meerderheid daarvan zijn militairen die werken voor de afdeling Inlichtingen (I). Die afdeling is actief in het buitenland en staat daar in voor de veiligheid van de militairen op missie. Daarnaast is er de afdeling Contraspionage (CI), waar 90 mensen aan de slag zijn, vooral burgers. Deze afdeling focust op het eigen grondgebied. Het is onder meer haar taak om buitenlands spionagewerk op militairen in ons land te verijdelen.

De twee afdelingen leven al jaren, zo niet decennia, in onmin. Langs beide kanten wordt geklaagd over jaloezie en wantrouwen. Dat de ADIV-top nog altijd kakigroen kleurt, helpt ook niet.

Het etterende conflict speelde een bepalende rol in het ontslag van generaal Eddy Testelmans in 2016. De topman van de inlichtingendienst vertrok met pensioen nadat acht officieren van de dienst Contraspionage, onder wie Vandenborre, een zeer kritische brief over zijn beleid stuurden naar toenmalig defensieminister Steven Vandeput (N-VA). Diens kabinetschef, generaal Claude Van de Voorde, nam vervolgens over. In de hoop dat hij de spionnenoorlog zou kunnen stoppen.

Twee jaar later is duidelijk dat Van de Voorde hier niet in geslaagd is. Het Comité I, dat toeziet op de werking van de inlichtingendiensten in ons land, heeft zijn handen meer dan ooit vol met de militaire inlichtingendienst.

Syrië en Servië

In mei 2017 diende een anonieme inlichtingenofficier een klacht in tegen de afdeling Inlichtingen. De belangrijke onderafdeling daarvan die instaat voor de buitenlandse contacten (IH) zou een aantal onwettige operaties hebben opgezet. De klacht spreekt over illegale schietoefeningen in ons land, politiek ongedekte zendingen naar Syrië en ongeoorloofde contacten met een terrorist.

Het Comité I opende daarop een onderzoek, geruggesteund door het federaal parket. Uiteindelijk werden geen overtredingen vastgesteld. De zending naar Syrië zorgde vorig jaar wel voor veel deining in de media. Er werden in het geheim contacten gelegd met de Koerdische YPG. Het is niet duidelijk of er ook concrete deals zijn gesloten. Dat zou diplomatiek moeilijk uit te leggen zijn. NAVO-bondgenoot Turkije beschouwt de YPG-strijders als “separatistische terroristen”.

Een andere klacht, die hangende is en zowaar nog gevoeliger ligt, gaat over mogelijke Russische infiltratie in de onderafdeling IH. In de nasleep van de aanslagen in Parijs eind 2015 zocht deze directie toenadering tot de Servische inlichtingendienst, om proberen meer informatie los te krijgen over de mensen die via de Balkanroute Europa binnenkwamen. In Parijs was gebleken dat in die vluchtelingenstroom zich ook jihadisten bevonden.

Met een van de Servische bronnen, een vrouw, zou echter onvoorzichtig zijn omgesprongen. Zij zou toegang tot vertrouwelijke gegevens hebben gekregen, terwijl de dienst Contraspionage vreesde dat ze een dubbelagente was die eigenlijk voor Rusland werkte. Servië, dat zweeft tussen oost en west, staat bekend als een spionnennest.

Een vooraanstaande inlichtingenofficier van de afdeling IH, een majoor, wordt wegens de klacht nu verdacht van – minstens passieve – medewerking aan Russische spionage. Het Comité I en het federaal parket onderzoeken de zaak nog. Volgens een interne doorlichting treft hem geen schuld.

Hervormingsplan

De collega’s van de majoor blijven achter hem staan. Zij zijn ervan overtuigd dat de klachten over Syrië en Servië opgezet spel zijn, om de afdeling Inlichtingen in een slecht daglicht te kunnen stellen. De naam van Vandenborre valt als aanstoker. Binnen diens afdeling Contraspionage wordt die beschuldiging dan weer afgedaan als typische militaire logica. In het leger, zeker onder officieren, gaat loyaliteit tegenover ‘wapenbroeders’ voor alles. Door die instelling vegen ze fouten al te snel onder de mat, klinkt het. Of ze zoeken een zondebok. In dit geval dus Vandenborre.

De twisten binnen ADIV nemen stilaan zulke proporties aan dat men zich ook elders vragen begint te stellen. In de legertop en bij de Staatsveiligheid zijn de problemen een gespreksthema. Een bron meldt dat de inlichtingendienst na de woelige Congolese verkiezingen in december nauwelijks in staat bleek om up-to-date informatie te verzamelen vanop het terrein. De krijgsmacht moest een mogelijke evacuatie van de landgenoten in Congo voorbereiden op basis van wat de ambassade in Kinshasa aandroeg. Binnen ADIV wordt dit echter formeel tegengesproken.

Vast staat dat op het kabinet van minister Vandeput journalisten weleens op het hart werd gedrukt om de slagkracht van de inlichtingendienst vooral niet te overschatten. Eigenlijk kon die niet bijster veel.

ADIV-baas Van de Voorde beseft hoe nijpend de situatie is. Hij wil tegen volgend jaar een groot hervormingsplan uitrollen waarbij de rivaliserende afdelingen in stilte verdampen. Vandenborre, de eerste burger ooit die de afdeling Contraspionage mocht leiden, verzet zich tegen dit plan. Zonder een minimum aan onafhankelijkheid kan zijn afdeling volgens hem geen goed werk leveren. Verschillende bemiddelingspogingen draaiden op niets uit. De tegenstelling werd alleen maar groter. Waarop Vandenborre eind vorig jaar onverwacht besloot om zijn aanvraag om met pensioen te vertrekken in 2019 alsnog in te trekken. Een demarche die hogerop niet gesmaakt werd.

Aangezien Vandenborre van een beschermd statuut geniet als chef Contraspionage kan Van de Voorde hem niet zomaar wegpromoveren naar een andere baan in het leger. Iets wat hij met elke andere militair wellicht lang had gedaan. In november stuurde Van de Voorde daarom een brief naar minister Vandeput, waarin hij zich beklaagde over deze patstelling. Maar in de laatste weken voor de val van de regering had die ook geen oplossing meer klaar.

Wachtwoord kwijt

Van de Voorde zelf loopt intussen steeds meer in het vizier. De generaal, die zijn carrière maakte binnen de luchtmacht, zou niet de juiste achtergrond hebben om de militaire inlichtingendienst te hervormen. Vooral binnen de Staatsveiligheid leeft deze kritiek al een poos en ook in de politiek zou het idee stilaan opborrelen.

Zo overweegt de federale regering om stafchef Marc Compernol te introduceren in de Nationale Veiligheidsraad, het orgaan waarin de premier en zijn vicepremiers in samenspraak met de inlichtingendiensten het veiligheidsbeleid uitzetten. Een aantal mensen binnen ADIV aanzien dit als een motie van wantrouwen tegen Van de Voorde. Iets wat elders wordt ontkend. Stafchef Compernol zou vooral mee willen beslissen over de soldaten op straat.

Hoe dan ook: er wordt gezaagd aan Van de Voorde zijn stoelpoten. Niet toevallig circuleert op het hoofdkwartier in Evere net nu een gerucht dat zijn wachtwoord gecompromitteerd is. Een enorm veiligheidsrisico voor iemand met zijn functie. In de omgeving van Van de Voorde wordt dit verhaal afgedaan als oude koek. Toen Van de Voorde nog chef luchtmacht was werd zijn wachtwoord inderdaad eens gehackt. Dat gebeurde bij het inloggen op de website van de sociale dienst van het leger. Alle militairen die dat in die periode, rond 2014, deden waren hun gegevens kwijt. Van de Voorde zou zijn wachtwoord al lang aangepast hebben. Met medeweten van de legertop.

Dit artikel is gebaseerd op getuigenissen van meerdere bronnen die anoniem wilde blijven gezien de gevoeligheid van het onderwerp. Vandenborre wilde geen commentaar geven.

Bron » De Morgen

Oorlog onder spionnen: machtsstrijd verteert militaire inlichtingendienst ADIV

De Algemene Dienst Inlichting en Veiligheid (ADIV) dreigt te imploderen. Het hoofd van de afdeling Contraspionage is op non-actief geplaatst na een opeenstapeling van incidenten. Dat vernam De Morgen van meerdere bronnen.

Hoofdcommissaris Clement Vandenborre, die veertig jaar voor de inlichtingendienst werkt, zou zichzelf onmogelijk hebben gemaakt bij zijn jongere collega’s. Bovendien wordt hij ervan verdacht vertrouwelijke documenten te hebben vernietigd in een papierversnipperaar. Zolang er geen duidelijkheid is, moet Vandenborre thuis blijven. Zijn bureau werd eind januari verzegeld. Vandenborre betwist de beschuldigingen formeel. De top van ADIV bekijkt de zaak.

Binnen ADIV ettert het al langer. De laatste jaren heeft de negativiteit zich opgestapeld tussen de afdeling Inlichtingen, die wordt bevolkt door militairen, en de afdeling Contraspionage, waar hoofdzakelijk burgers aan de slag zijn. De twee afdelingen leven intussen in openlijke onmin. Het regent klachten en beide kampen betichten elkaar van machtsspelletjes.

Zo loopt er een klacht tegen de afdeling Inlichtingen, die zou zijn gestuurd vanuit de afdeling Contraspionage – of dat is toch de lezing van militaire inlichtingenofficieren. Een van hun collega’s, een majoor, wordt beschuldigd van medewerking aan Russische spionage. Tijdens een operatie in Servië in 2016 zou hij een Servische vrouw toegang hebben gegeven tot vertrouwelijke informatie. Die bron werkte mogelijk als dubbelagent voor Rusland. Het federaal parket en toezichthouder Comité I voeren nu samen een onderzoek. Een interne doorlichting pleitte hem eerder vrij.

Omgekeerd kunnen binnen de afdeling Contraspionage een aantal anciens moeilijk leven met de actie tegen Vandenborre. Zij zien dit als een poging om hem naar zijn pensioen te dwingen, zodat de aangekondigde hervorming van de afdeling zonder tegenstand kan doorgaan. De topman van ADIV, luitenant-generaal Claude Van de Voorde, werkt aan een hervormingsplan om de twee rivaliserende afdelingen binnen zijn inlichtingendienst te laten samensmelten. Hij hoopt dat zo ook de interne machtsstrijd zal luwen. Vandenborre verzet zich echter fel tegen dit verlies aan onafhankelijkheid voor de afdeling Contraspionage. En zolang hij het been stijf blijft houden, zit het dossier muurvast.

Brief aan Vandeput

“We hebben inderdaad een aantal maatregelen moeten nemen”, reageert Van de Voorde op de gedwongen stap terug van Vandenborre. Hij beklemtoont dat de afdeling Contraspionage verdergaat zonder hem. De generaal is ook niet van plan om zijn hervorming in het koelvak te stoppen. “In deze hervorming is al vele honderden uren werk gestoken”, zegt Van de Voorde. “Het gaat om ingrijpende veranderingen, maar die zijn ook noodzakelijk. Uit audits door het Comité I is duidelijk gebleken dat de militaire inlichtingendienst op een aantal vlakken beter moet gaan werken.”

Eind 2017 bleek uit zo’n audit dat de afdeling Contraspionage vierkant draait. Die audit grepen acht officieren van de afdeling, onder wie Vandenborre, aan om een zeer kritische brief te schrijven aan oud-defensieminister Steven Vandeput (N-VA) over het beleid van hun baas, luitenant-generaal Eddy Testelmans. Die besloot daarop om met pensioen te gaan. Claude Van de Voorde werd vervolgens aangeduid om de boel te ontmijnen. Tot nu zonder succes.

Bron » De Morgen

Inlichtingendiensten speuren dieper op Facebook en Twitter

De Staatsveiligheid en de militaire Adiv hebben voortaan krachtige software om tot in de diepste krochten van het internet naar informatie te graven.

Bijna twee jaar hebben ze erop gewacht, maar rond deze ­periode krijgen de inlichtingen- en veiligheidsdiensten nieuwe tools om te speuren op sociale media zoals Facebook, Instagram en Twitter. De tool bestaat uit een combinatie van verschillende softwaremodules en hardware. ‘Dit zal ons toelaten om performanter op zoek te gaan naar info’, zegt Ingrid Van Daele, de woordvoerster van de Staatsveiligheid. ‘In essentie doet dit programma hetzelfde als wat onze mensen handmatig doen: het verkeer op sociale media filteren en daaruit informatie halen. Nu kan dit geautomatiseerd en op grote schaal.’

Uit terreurdossiers van de afgelopen jaren bleek nagenoeg keer op keer dat sociale media een rol spelen in de radicalisering van individuen. Een onderzoek van de universiteiten van Gent en Louvain-la-Neuve toonde in 2014 aan hoe sites als Facebook de functie van propaganda­kanaal hebben overgenomen van bijvoorbeeld boeken. Daarnaast gebruiken extremisten de meest uiteenlopende onlinetoepassingen om met elkaar te communiceren.

‘Nu zullen we onder meer spontaan een melding krijgen wanneer er op sociale media over een bepaald item een piek is in het verkeer’, legt Van Daele uit. ‘Een voor de hand liggend voorbeeld is de opeising bij aanslagen. We zullen zeer snel kunnen nagaan wie wat zegt. De zoekalgoritmes die we zullen gebruiken, kunnen we ook veel meer naar onze hand zetten dan bij gewone zoekopdrachten, bijvoorbeeld door in te stellen dat er elke dinsdag naar bepaalde informatie moet worden gezocht, of een week lang.’

Ook voor dark web

Behalve voor het doorzoeken van het ‘gewone’ internet kan de tool ook worden gebruikt voor de analyse van het ‘deep web’ en het ‘dark web’. Het ‘deep web’ bestaat uit websites die niet zijn geïndexeerd door zoek­machines zoals Google. Het ‘dark web’ gaat nog een stap verder: om die sites te raadplegen, is een speciale browser nodig.

Behalve de Staatsveiligheid gaan ook de militaire inlichtingendienst Adiv en de federale politie met de tool aan de slag. Om welke het precies gaat, kunnen de inlichtingendiensten niet prijsgeven. Volgens ­onze info is hij afkomstig van een Nederlandse leverancier. De oorspronkelijke goedkeuring van de aankoop dateert al van augustus 2016, enkele maanden na de terroristische aanslagen op de luchthaven van Zaventem en het metrostation Maalbeek. Nu is de installatie aan de gang. Ook de beheerders van de toepassing zouden intussen zijn opgeleid.

Het systeem kost alles samen ongeveer 20 miljoen euro. Een deel daarvan dient voor het onderhoud de komende vier jaar. Adiv trekt er zo’n 11 miljoen euro voor uit, bij de Staatsveiligheid gaat het om iets meer dan een miljoen euro. In totaal zijn er 95 licenties aangekocht, waarvan er vijf bedoeld zijn voor de Staatsveiligheid. Een evaluatie van het systeem is daar voor het najaar gepland.

Bron » De Standaard

‘Een Militaire Veiligheidsdienst die tegenstrijdige informatie geeft, dat is afgelopen’

Burgers en militairen die met elkaar overhoop liggen, gedemotiveerd personeel, tegenstrijdige informatie die naar buiten gaat, stukken plafond die letterlijk naar beneden vallen. Claude Van de Voorde, nu een jaar de baas van de militaire veiligheidsdienst (Adiv), schetst een weinig fraai beeld van de dienst die hij erfde. Hij belooft beterschap.

‘Intelligence, the first line of defence’, luidt het nieuwe motto van de militaire veiligheidsdienst. Een forse uil in de Belgische driekleur moet de slagkracht van het Adiv symboliseren. Maar er ligt nog heel veel werk op de plank vooraleer de uil in volle kracht kan uitvliegen.

Het beeld dat Van de Voorde vanmorgen in het parlement schetste, bevestigt wat het comité I onlangs nog vaststelde in een audit van 59 bladzijden die deze krant kon inkijken (DS 14 juni). Adiv is de militaire tegenhanger van de beter bekende Staatsveiligheid. Adiv staat onder andere in voor de veiligheid van onze militairen bij buitenlandse missies, maar speelt ook een belangrijke rol bij de bestrijding van terrorisme. Al was het maar door de geprivilegieerde contacten die hij onderhoudt met buitenlandse militaire inlichtingendiensten die actief zijn in onder andere Syrië en Irak.

De aanleiding voor de audit was een zeer kritische brief die enkele leden van de afdeling Contraspionage (CI) van Adiv eind 2016 schreven aan bevoegd minister van Defensie Steven Vandeput (N-VA). In die dienst werken voornamelijk burgers.

Gefrustreerd personeel

‘Ik begrijp de frustraties van het burgerpersoneel’, zei Van de Voorde . ‘Zij kennen de dienst heel goed, werken er jarenlang en dat krijgen ze een militair boven zich die na vier of vijf jaar weer weg is. Ze hebben het gevoel niet gehoord te worden.’ Van de Voorde probeert dat op te lossen door hem aan de top niet alleen te laten assisteren door een militair, maar ook door een burger. ‘De militairen zullen niet langer geïsoleerd beslissingen nemen.’ De stafdienst wordt sowieso versterkt om de werking van de diensten beter te stroomlijnen.

Adiv gaat in de herfst bovendien 90 mensen aanwerven – vooral burgers – in de strijd tegen terrorisme. ‘Het is jaren geleden dat nog werd gerekruteerd.’

Maar ook bij de militairen leeft frustratie. ‘Wie bij Adiv terechtkomt, voelt zich verloren in defensie. Militairen bij ons maken amper promotie.’ Van de Voorde heeft alle bevorderingsdossiers van het personeel in orde laten brengen. Dat heeft vorig jaar al geleid tot meer promoties.

Tegenstrijdige informatie

‘Er is eens een vraag binnengekomen naar meneer x’, zei Van de Voorde. ‘De ene dienst gaf de boodschap die man niet te kennen, terwijl een andere dienst hem bestempelde als een terrorist.’ Wat is een veiligheidsdienst waard als de informatie die ze verspreidt, onbetrouwbaar is? Daarom is sinds kort een informatiecentrum actief binnen Adiv waar alle vragen samenkomen. Dat centrum verdeelt ze onder de diensten en coördineert de antwoorden.

Stroeve samenwerking met Staatsveiligheid

Ook de samenwerking met de Staatsveiligheid verliep erg stroef, moet Van de Voorde toegeven. ‘Alle informatie moet gedeeld worden, dat wordt de regel’, zegt Van de Voorde. ‘Naar men mij zegt, is dat een totale mentaliteitswijziging.’

Er is intussen een geheime lijn geïnstalleerd tussen de militaire veiligheidsdienst en de Staatsveiligheid waarlangs informatie kan lopen. De twee diensten ontmoeten elkaar twee keer per week in operationele vergaderingen en Van de Voorde vergadert minstens een keer per maand met zijn tegenvoeter van de Staatsveiligheid, Jaak Raes.

Er zijn ook preciezere afspraken gemaakt over wie van beide diensten precies waarvoor bevoegd is. In de strijd tegen terreur is de Staatsveiligheid de referentiedienst die zal bijgestaan worden door de cel terrorisme van de Militaire Veiligheidsdienst. ‘Er gaan mensen fysiek bij de Staatsveiligheid zitten’, zegt Van de Voorde. ‘Dat aantal zal in de toekomst geleidelijk toenemen.’

‘Dit zijn nog maar de eerste stappen in een verdere samenwerking’, zegt Van de Voorde. ‘Maar we moeten elkaar nog leren kennen’, geeft hij ook toe. Een nauwere samenwerking was trouwens een van de aanbevelingen van de onderzoekscommissie naar de aanslagen van 22 maart.

‘Voordeel van de twijfel’

‘Wij willen u het voordeel van de twijfel geven’, zei Kamerlid Wouter De Vriendt (Groen). Het was Groen dat had aangedrongen op de hoorzitting met Van de Voorde. Alain Top (SP.A) vroeg zich luidop af of Van de Voorde wel beslagen genoeg op het ijs komt om de dienst te hervormen.

Die twijfel had Van de Voorde over zichzelf afgeroepen. ‘Ik ben dag op dag een jaar geleden aan het hoofd van Adiv gekomen, nogal onverwacht’, startte hij zijn betoog. ‘Ik was en ben geen specialist in de materie.’

Bron » De Standaard | Christof Vanschoubroek