Fors meer geld voor justitie is haast onmogelijk

Justitie wil meer geld om meer rechters aan te kunnen nemen. Maar justitie is in ons land allesbehalve dramatisch ondergefinancierd. Bovendien verzet net de magistratuur zich tegen een meting van de reële werklast, waardoor personeelsbeleid nattevingerwerk wordt.

Een gebrek aan middelen: dat was volgens het Antwerps hof van beroep de belangrijkste reden waarom het proces van Steve Bakelmans, de moordenaar van Julie Van Espen, al bijna twee jaar op zich liet wachten. Door de besparingen in justitie “zijn er minder rechters om eenzelfde aantal zaken te behandelen”, klonk het.

De frustratie over het budget was eerder ook al bij minister van Justitie Koen Geens (CD&V) te horen. Een tweede termijn heeft voor hem enkel zin als er een forse verhoging van de budgetten volgt. “Men beseft niet hoe moeilijk het is dit departement te runnen met een beperkt budget.” Er zou volgens Geens 750 miljoen euro per jaar extra moeten komen. Daarmee moet het personeelsbestand op peil gehouden worden, de gebouwen gemoderniseerd en kan de gevangeniswerking een broodnodige update krijgen.

Toch is de discussie over de middelen hier niet op zijn plaats, zegt eremagistraat Henri Heirmans. “Het gaat over een personeelstekort van zowat 15 procent: dat is niet zo’n catastrofe dat men de zaken gewoon twee jaar op zijn beloop moet laten. Het hof van beroep gebruikt een nepexcuus om dat te proberen rechtvaardigen.” Volgens Heirmans had het hof veel sneller moeten beseffen dat het de zaak-Bakelmans voorrang moest geven.

Hoogleraar publieke financiën Herman Matthijs (UGent en VUB) vindt dat justitie de voorbije legislaturen niet bepaald stiefmoederlijk behandeld is. Sinds 2003 steeg het budget met zowat 57 procent, rekent hij voor. Al zit daar bijvoorbeeld ook de verhoging van de lonen in. “Justitie is veel beter af dan bijvoorbeeld binnenlandse zaken of defensie. Als je ziet wat de andere departementen slechts extra hebben gekregen of zelfs hebben moeten inleveren, moet justitie zeker niet klagen. De vraag is dan: wordt dat geld wel efficiënt besteed?”

Die vraag speelde de voorbije dagen al een belangrijke rol. Het hof van beroep in Antwerpen bleek vaker dan andere hoven te zetelen met drie rechters, terwijl één volstaat. Het personeelstekort had zo zeker deels opgevangen kunnen worden.

Crisis na Dutroux

Feit is ook dat in een internationale context ons land niet fors minder investeert in justitie. Exacte cijfers zijn moeilijk te vinden, omdat landen niet op dezelfde manier meten. Zo rekent Ierland het politiebudget mee en tellen verscheidene EU-lidstaten de uitgaven voor vreemdelingenzaken bij justitie. “Maar over het algemeen is de conclusie dat België in de mediaan zit”, weet hoogleraar gerechtelijk recht Benoit Allemeersch (KU Leuven). “Ons budget voor rechtbanken ligt net iets boven het gemiddelde in de eurozone.” Hij becijferde ook dat het gedeelte van het overheidsbudget dat de voorbije jaren naar justitie ging relatief stabiel bleef.

“In de jaren 90 was justitie in ons land zeker ondergefinancierd, maar sindsdien heeft geen enkel land zijn budget zo snel omhooggetrokken. Dat had alles te maken met de crisis na Dutroux”, zegt Allemeersch. Aan die klim kwam een einde in 2014, toen de Europese Commissie ons land oplegde om 8 miljard euro te besparen. Die budgettaire realiteit wordt al te vaak uit het oog verloren, klinkt het. “Het is een gigantisch bedrag, en je kunt dan ook niet anders dan vaststellen dat er op elk departement fors bespaard moet worden. Waar ga je het extra geld halen? Dat is simpelweg onmogelijk zonder elders zwaar te knippen. Het enige wat je kunt doen, is het beschikbare geld efficiënt besteden.”

Precies daar knelt het schoentje als magistraten klagen dat de personeelskaders niet ingevuld zijn: die kaders zijn politieke sciencefiction. Het benodigde personeel is bij wet vastgelegd, maar helemaal niet gebaseerd op een werklastmeting. Het is precies de magistratuur die zich verzet tegen zo’n meting. Allemeersch: “Eigenlijk zegt het hof van beroep: geef ons meer personeel en we zullen later wel eens aantonen of we dat ook nodig hebben.”

Bron » De Morgen

Oud-magistraat: “Oversten hadden recht niet onderzoek naar Strategie van de Spanning te blokkeren”

Oud-parketmagistraat Edwig Steppé bijt van zich af. Enkele maanden geleden bracht de man naar buiten dat hij in de jaren ’90 was gehinderd in zijn onderzoek naar de “Strategie van de Spanning”, volgens hem een werkhypothese die de aanslagen van de Bende van Nijvel kan verklaren. Aan TV Oost Nieuws legt hij uit op welke manier precies zijn oversten hun boekje te buiten zijn gegaan.

Volgens Steppé wordt een parketmagistraat verondersteld er alles aan te doen om de waarheid te achterhalen. Ongeacht wat zijn oversten daarvan denken. “In tegenstelling tot het Ancien Régime houdt de organisatie van het OM in onze rechtstaat in dat elk lid een rechtstreekse delegatie vanuit de natie heeft en dat elk lid van het OM verplicht is de waarheid op te sporen. Ook wanneer dat lid tegenstand ondervindt van zijn eigen hiërarchie”, vertelt Steppé.

Dat zijn oversten, onder meer de toenmalige Procureur des Konings, hem hebben verboden nog verder onderzoek te voeren naar de link tussen de CCC, de Bende van Nijvel en de Strategie van de Spanning, is dus totaal onwettig, verdedigt Steppé zich. “Mijn oversten hebben hun ambt verraden”, zegt hij.

Ook de disciplinaire procedure die Steppé aan zijn been kreeg, was volgens de oud-magistraat totaal ongegrond. “Die procedure is klinkklare onzin”, vertelt Steppé. “Het ging hier duidelijk niet om een disciplinaire procedure, maar om een procedure om mij elke inbreng te ontzeggen in dat gerechtelijk onderzoek.”

Bron » TV Oost