Feiten

De moord op Juan Mendez

7 Januari 1986

De ochtend van 7 januari 1986 is het kil, mistig en triest in Vlaams-Brabant. De radionieuwsdienst en de kranten melden dat het weer nog minstens enkele dagen hetzelfde zal blijven. Voor het overige hebben de media de mond vol van het langverwachte proces wegens fiscale fraude tegen Paul Vanden Boeynants, dat diezelfde dag voor een Brusselse rechtbank aanvang zal nemen. Juan ‘Tonio’ Mendez Blaya heeft echter andere dingen aan zijn hoofd. Die dinsdagochtend vertrekt Juan Mendez een kwartiertje vroeger dan gebruikelijk in zijn Volkswagen Passat GTL Turbo naar zijn kantoor in het gebouwencomplex van de Luikse wapenfabriek Fabrique National.

Mendez heeft voor hij naar het werk rijdt nog een afspraak met zijn vriend Madani ‘Dany’ Bouhouche, die hem beloofd heeft 130.000 frank te betalen voor de drie pistolen die Mendez hem twee weken eerder geleverd had. Met dat geld wil Mendez diezelfde dag nog de loodgieter betalen voor enkele reparaties in zijn villa in Overijse. Mendez is commercieel directeur bij FN waar hij verantwoordelijk is voor de verkoop van oorlogswapens in Latijns-Amerika. De 34-jarige ingenieur is wat we een echte wapenfreak kunnen noemen. In zijn bescheiden villa koestert hij een zeldzame collectie exclusieve wapens en in zijn vrije tijd oefent hij met verschillende wapens in een schutterclub.

De liefde voor mooie glimmende wapens deelt hij met zijn vriend Bouhouche, een ex-BOB’er van Armeense origine die op een wat vreemde manier aan de kost komt als privé-detective en wapenhandelaar. Die vriendschap wordt de jongste weken echter overschaduwd door het vermoeden dat Bouhouche meer weet over de diefstal op 15 mei van een groot aantal wapens bij Mendez. In de namiddag van 7 januari, omstreeks kwart over vier, loopt bij de rijkswacht een telefoontje binnen dat er op de pechstrook van de oprit van de snelweg E40 Brussel-Namen in Genval-Rosières een Volkswagen Passat staat geparkeerd met daarin het levenloze of zwaargewonde lichaam van een man. Een automobilist die de auto daar ’s morgens had zien staan, was nieuwsgierig geworden toen hij de Passat er ’s namiddags weer opmerkte.

De wagen van Juan Mendez na de moord.

De wagen van Juan Mendez na de moord.

Vermoord door een beroepsdoder

De rijkswachtpatrouille die ter plaatste komt, vindt achter het stuur van de Passat het lijk van Juan Mendez, vermoordt met zes van dichtbij afgevuurde schoten uit een GP Sport Parabellum 9 mm pistool. Het was een regelrechte executie. De moordenaar schoot niet minder dan vier kogels in het hoofd van het slachtoffer en twee in de borst. In en rond de auto vindt de rijkswacht zes hulzen van 9 mm kogels. Roofmoord lijkt echter uitgesloten want de aktetas en de portefeuille van het slachtoffer bleven onaangeroerd. Uit de lijkschouwing, uitgevoerd in het ziekenhuis van dokter Wijnen in Eigenbrakel, blijkt dat Mendez omstreeks acht uur vermoord werd.

Het onderzoek wordt toevertrouwd aan onderzoeksrechter Schlicker uit Nijvel die zich laat bijstaan door de BOB van Waver onder leiding van Kapitein Jacques Rousseau. Aanvankelijk staan de speurders voor een raadsel. Hun enige houvast is de vaststelling dat Mendez werd omgebracht door een beroepsdoder of toch minstens een bijzonder geoefende schutter. De gebruikte kogels zijn van het in België zeldzame type ‘hollow point’. Dergelijke kogels worden aan de punt geperforeerd en in de kleine holte wordt een druppel kwik geplaatst waarover aan de buitenkant nagellak of een sneldrogend vernis wordt aangebracht. Uit de huls wordt een gedeelte van het kruit verwijderd, waardoor het schot minder lawaai maakt.

Als zo’n kogel wordt afgevuurd, plooit de punt van de kogel onder de druk van de kwikvloeistof open als een onregelmatig klaverblad en richt bij het doelwit een ware ravage aan. Het gebruik van een dergelijke munitie is in België verboden en hollow point kogels zijn bijgevolg niet in de handel verkrijgbaar. Wel worden ze gebruikt door de beoefenaars van de practical shooting discipline, die dezelfde kogels zelf op een ambachtelijke manier vervaardigen. Dat wordt echter zoeken naar een naald in een hooiberg. De vraag is wie de trekker overhaalde, en vooral waarom. In eerste instantie hopen de onderzoekers dat het slachtofferonderzoek aanwijzingen oplevert.