Agalev heeft scherpe kritiek op resultaten Gladio-commissie

Agalev-senator Cecile Hamie vindt het ongepast dat de Senaat geen openbaar debat organiseert over het geheim internationaal inlichtingennetwerk Gladio. Ze wees er maandag in Brussel op dat nog geen vijfde van de opdrachten van deze commissie zijn uitgevoerd, terwijl de andere leden het onderzoek als afgesloten beschouwen. Vooral de relatie van Gladio met NAVO en CIA blijven volgens haar een gedekt potje.

Ze beweerde gisteren dat België een afhankelijke “brievenbus” van de Verenigde Staten en meer bepaald van de CIA is geworden. Cecile Hamie werd als plaatsvervanger voor de CVP in de commissie opgenomen en was daar zeer dankbaar voor. Maar ze is niet te spreken over de conclusies van verslaggever Erdman. “Hij verwacht alle heil van een paar zachte amendementen op de wet op het toezicht op de politie- en inlichtingendiensten en van een kaderwet, maar hij distilleert geen vragen, geen dingen die nog moeten worden onderzocht”.

Brievenbus

En dat is volgens Harnie nog heel wat, maar men beschouwt de kous blijkbaar al als af. “De namen van de burgeragenten die voor Gladio werken moeten bekend worden gemaakt. Na een vijftigtal vergaderingen vernamen wij plots dat die namen onder het NAVO-geheim vielen, maar wie heeft daar toegang toe? Volgens mij heeft de NAVO zeker een coördinerende rol in Gladio gespeeld, hoewel de betrokken ministers dat ontkennen. België is politiek en militair geen soeverein en onafhankelijk land, het is een brievenbus voor de VS en de CIA”, aldus Hamie, die ervan overtuigd is dat de CIA een apart geheim inlichtingennetwerk in België heeft.

Ze vindt voorts dat moet worden onderzocht wat de precieze activiteiten van de Belgische militaire inlichtingsdiensten waren: “Onder het mom van de industriële veiligheid legden deze diensten 30.000 dossiers per jaar aan. Verschillende werknemers en hun familie werden gescreend. Sommigen gewaagden zelfs van 2 miljoen onderzochten. Vaka en Onkruit werden gevolgd, behoort dat tot de taak van de militaire veiligheid ? Wat doen deze diensten, we weten het niet”, aldus Hamie, die ook betreurde dat onvoldoende aandacht ging naar de relatie van het PIO-bureau en de CIA.

“Dat bureau moest anticommunistische propaganda verzorgen, maar ook progressieve groepen infiltreren. Het kwam tot stand in samenwerking met de militairen, met defensieminister Vanden Boeynants en met de hele groep rond baron De Bonvoisin, hier is zeker nader onderzoek nodig”.

Voor Hamie is er dus nog heel wat werk aan de winkel. De senator vindt het voorts merkwaardig dat de structuur van de geheime netwerken pas nu, na 40 jaar activiteiten, uitlekt. “Ze zijn immers opgedoekt. Bovendien installeerde de Navo een nieuw militair systeem omdat sinds de val van de Muur een en ander gewijzigd is. Ik kan mij niet van de indruk ontdoen dat de Gladio-commissie de politieke klasse moest indekken voor het geval er later iets zou uitlekken over deze diensten”.

Hamie is het met Erdman eens dat er geen bewezen verband tussen Gladio en de Bende van Nijvel is gevonden, maar dat kan volgens de senator ook nog niet omdat het onderzoek nog maar in een beginstadium is.

Bron » Gazet van Antwerpen

Gladio-verslag gemanipuleerd?

PS-senator Serge Moureaux, plaatsvervangend lid van de senaatscommissie naar de “Gladio-affaire’ vreest dat de commissieleden wel eens verplicht zouden kunnen worden om voorgekauwde besluiten goed te keuren. Deze zouden de rol van sommige militairen bij de oprichting van dergelijke parallelle inlichtings- en actiegroepen – niet zelden aan extreem-rechts verbonden – kunnen verdoezelen.

“Ik heb de indruk dat men ons besluiten wil doen aanvaarden waarin enerzijds bevestigd wordt dat minister Coëme van landsverdediging van het bestaan van dergelijke “Stay Behind” (op de achtergrond)-netten op de hoogte was en anderzijds dat het opzetten van dergelijke netwerken door militairen een volkomen normale zaak was’. De PS-senator zegt een rapport dat in die zin gaat, niet te kunnen goedkeuren. “De werkzaamheden van de commissie hebben namelijk uitgewezen dat beide beweringen onjuist zijn.’

Bron » De Tijd

Senatoren vragen nieuwe Gladio-comissie

“Het is niet uitgesloten dat de Verenigde Staten betrokken zijn geweest bij een aantal onopgeloste dossiers zoals de Bende van Nijvel.’ Dat heeft Agalev-senator Cecile Harnie gisteren gezegd tijdens het debat over het verslag van onderzoekscommisie. Harnie was plaatsvervangend lid van deze commissie. Zij vraagt dat de commissie haar werkzaamheden kan verderzetten. Ook verslaggever Erdman (SP) dringt hier op aan.

In december 1990 besloot de Senaat een speciale onderzoekscommissie op te richten die moest nagaan of in België een clandestien internationaal inlichtingennetwerk bestond. Dit initiatief werd genomen nadat in Italië dergelijke organizatie, met de naam “Gladio’, was ontdekt. In België legden ministers tegenstrijdige verklaringen af over het bestaan van dergelijke netwerken. Uiteindelijk raakte bekend dat in België twee inlichtingendiensten bestonden. Zij werden na de Tweede Wereldoorlog opgericht op verzoek van de Amerikanen. De ene dienst werkte binnen de staatsveiligheid, de andere binnen het leger.

Bij een bezetting van België door een vreemde macht, moesten ze zorgen voor het verzamelen van inlichtingen en voor het smokkelen van belangrijke personen naar veilig gebied. Inmiddels hebben de bevoegde ministers de netwerken officieel opgedoekt.
Op vele vragen kreeg de commissie geen antwoord. Zo weigerden de militairen de namen bekend te maken van de mensen die lid zijn of waren geweest van de netwerken. Over de contacten met buitenlandse organisaties, kwam de commissie evenmin iets te weten. Ze kon ook niet achterhalen of er banden zijn geweest met extreem-rechtse groepen en met de aanslagen van de Bende van Nijvel. Officieel luidde het dat er geen verband kon worden vastgesteld.

Deze frustraties kwamen gisteren naar boven tijdens het debat over het verslag van de commissie. Verslaggever Fred Erdman (SP) wees erop dat de commissie er niet in slaagde om achter de namen van de geheimagenten te komen. Hij stelde zich ook vragen over het opdoeken van de netwerken. “Officieel hield de KGB ook op met spioneren, maar in de praktijk veranderde er niet veel.’ Fred Erdman (SP) opperde de mogelijkheid een nieuwe commissie op te richten om verder onderzoek te verrichten. Hierbij zou het onderzoek verder worden open getrokken. De ontbonden commissie heeft namelijk slechts onderzoek kunnen doen naar één organisatie.

Omdat de commissie bij gebrek aan werkingsmiddelen, infrastructuur en wettelijke middelen niet tot de essentie is kunnen doordringen, stelt Erdman voor te wachten op de resultaten van de gemengde werkgroep inzake het parlementair onderzoek. Een herziening van de wet van 1880 op het parlementair onderzoek is noodzakelijk, aldus Erdman.

Hervé Hasquin (PRL) zei dat in tegenstelling tot wat de minister van defensie in november 1990 verklaarde, de politieke machthebbers wel degelijk op de hoogte waren van het “Stay behind”-netwerk. Cecile Harnie (Agalev) deelde deze visie. Volgens haar coördineerde de NAVO de Belgische netwerken. Het NAVO-geheim zorgde ervoor dat de commissie weinig of niets is te weten gekomen over werkingsmiddelen, activiteiten en namen van de geheimagenten. Volgens Harnie beschikt de VS over geheime parallelle netwerken in België.

Het debat wordt vandaag voortgezet. Na afloop kunnen de senatoren een voorstel van motie of resolutie indienen. Hierover wordt dan donderdag gestemd.

Bron » De Tijd

Gladio-commissie: te veel geheimen

De senaatscommissie die zich bezighoudt met de ‘stay behind-netwerken’ werkt achter gesloten deuren, omdat eventuele onthullingen de veiligheid van de staat in het gedrang kunnen brengen.

Volgens de Gladio-commissie “kunnen inlichtingen die bij de geheime diensten werden ingewonnen bezwaarlijk publiek worden meegedeeld zonder het gevaar te lopen schade toe te brengen aan de werking van die geheime diensten of verbintenissen tegenover vreemde staten in het gedrang brengen. Die onthullingen zouden ook bepaalde personen kunnen schaden die, onder de voorwaarde van geheimhouding, aanvaard hebben zich voor te bereiden op delicate opdrachten in oorlogstijd.”

“De namen van de personen, die voor ‘stay behind-netwerken’ werken, worden alleen aan drie magistraten medegedeeld. Die zullen de geheimhouding bewaren tenzij de personen, betrokken zijn bij de ernstige gebeurtenissen die zich in de jaren ’80 hebben voorgedaan.” Hier wordt verwezen naar de aanslagen in ons land.

“Voor zover mogelijk” heeft de commissie getracht te onderzoeken of de verdenkingen, die tegen de geheime diensten werden geuit, “gegrond zijn”. In april zullen de rapporteurs een voorlopige balans opmaken.

Bron » Het Laatste Nieuws

Senaat trekt onderzoek Gladio-affaire naar zich toe

Terwijl alle partijen na de discussies donderdag in de kamer-commissie voor Defensie gedwongen bleken om een “Gladio-onderzoekscommissie” in het leven te roepen, was vrijdag nog lang niet duidelijk hoe die commissie er nu moest uitzien. Alles wijst er echter op dat de Senaat dit onderzoek zal uitvoeren.

Uit gesprekken in de wandelgangen van het parlement bleek de bereidheid om reeds dinsdag in de plenaire vergadering van de Senaat een dergelijke onderzoekscommissie op te richten.

Het enige echte probleem is de vertegenwoordiging van de groenen. Die vormen geen aparte fractie in de Senaat. Vermits vooral de groenen aandringen op een parlementair onderzoek, zou men dit procedureprobleem omzeilen via de “plaatsvervangers”.

Elke fractie heeft naast effectieve commissieleden immers vervangers, die op elke vergadering aanwezig mogen zijn en vragen mogen stellen. Eén van de grotere politieke families zou nu één van haar vervangers moeten … vervangen door een groene senator.

Volgens het voorstel van PS-senator Lallemand – onderschreven door alle partijen – zal de commissie bestaan uit 11 leden en 11 plaatsvervangers. De commissie zal achter gesloten deuren vergaderen. Alleen als alle elf leden ermee instemmen is ook een openbare zitting mogelijk. Met het oog op sommige zeer kiese ondervragingen kan de commissie haar bevoegdheid ook overdragen aan een beperkt comité, bestaande uit de voorzitter en de twee ondervoorzitters. De commissie moet haar werkzaamheden binnen de zes maanden voltooien.

In tegenstelling met sommige geruchten zal de kamercommissie voor Defensie zich maandag nog niet uitspreken over de oprichting van een aparte onderzoekscommissie. Overigens is dat niet de bevoegdheid van een commissie. Niettemin heeft commissievoorzitter Poswick kamervoorzitter Nothomb schriftelijk om meer informatie gevraagd.

Bron » Gazet van Antwerpen