Zopas is bekend geraakt dat zich in de moord op de zestienjarige Christine Van Hees een nieuwe getuige heeft gemeld. De man daagde al enkele maanden geleden op. Zijn getuigenis wordt door de onderzoekers zeer ernstig genomen.
De man zag op die bewuste 13 februari 1984 vijf jongelui de benen nemen uit de champignonkwekerij aan de Krijgskundelaan in Oudergem. Een halfuur later moest de brandweer uitrukken voor een brand in de verlaten kwekerij. Pas na het blussen vonden de brandweerlui het gedeeltelijk verkoolde lichaam van het meisje. Deze nieuwe getuigenis bevestigt een van de eerste sporen die de speurders veertien jaar geleden ook al volgden: die van het milieu van de punkers.
Het dossier zou in de vergetelheid zijn geraakt, ware het niet dat ‘getuige X1’ de moord oprakelde. Zij linkte Dutroux, Nihoul en de bar ‘The Dolo’ aan de moord op Christine. Het hele onderzoek werd daarop van de Brusselse gerechtelijke politie overgeheveld naar de BOB. In dat tweede onderzoek werd alles nog eens overgedaan. De verklaringen van X1 vonden nergens bevestiging, zelfs geen minuscuul begin van bewijs. Toch was het tweede onderzoek niet zinloos: een nieuwe getuige dook op.
Speurders zoeken knaap met hakenkruis
Wie is de jongeman die in ’84 onder zijn lange overjas een volwaardig uniform droeg met hakenkruis en eretekens? Een getuige zag hem de avond van de moord op Christine Van Hees uit de verlaten champignonkwekerij in Oudergem komen.
De zaak van Christine is 14 jaar oud. De jongste twee jaar werd het hele onderzoek overgedaan; met andere speurders en een andere onderzoeksrechter. Dat was het gevolg van de getuigenissen van X1, die achteraf, zo bleek, kant noch wal raakten. Het nieuwe onderzoeksteam heeft vooral het nadeel van de tijd die er is verlopen sedert de moord. Voordeel is dat de mogelijke studenten-getuigen van toen ondertussen ouder zijn, misschien zelf kinderen hebben en daardoor meevoelen met de ouders. Dat is de (allerlaatste) hoop van de ouders én van de speurders die op de zaak-Van Hees zitten.
“De speurders van de gerechtelijke politie die de zaak eerst behandelden, hebben, gezien de middelen die zij toen hadden, al het mogelijke gedaan”, zegt Robert Meert van de Brusselse BOB. Al van bij het begin ging de aandacht naar een groep punkers. Nu zijn die vrijwel een unicum, toen schering en inslag. Echt opvallen deden ze dus niet, maar een uniform met een hakenkruis en doodskop moet ook toen opgevallen zijn. Het gaat echter niet alleen om die jongeman.
De speurders zijn ook op zoek naar een meisje dat op de vlucht sloeg toen ze hartverscheurend gegil hoorde uit de champignonkwekerij. Een tweede getuige van dat gegil, een jonge studente, is wél gevonden. Zij spreekt van een ander meisje dat het samen met haar op een lopen zette. Christine werd, vlak voor haar dood, nog gezien met een vrij kleine jongeman. Wie die jongen was, weet men tot nog toe niet. Alles samen identificeerden de speurders zo’n honderd punkers. Maar dat is niet genoeg. Echte zekerheid dat die jongelui iets te maken hebben met de moord is er ook niet.
Maar de jongens die in de verlaten kwekerij waren, hebben misschien meer gezien of gehoord. Net zoals de studenten – vaak Nederlandstaligen uit de humane wetenschappen van de VUB – die in de buurt een kot hadden en die naar het café The Shamrock of het studentencafé van de VUB gingen. Of de tientallen buurtbewoners die in de verlaten kwekerij hun honden hun gevoeg lieten doen. Geen van hen heeft zich ooit bekendgemaakt. De speurders zijn nog op zoek naar die mensen. Zij kunnen zich anoniem melden op het gratis Oproep 2020-nummer 0800/20.20.4
Bron » Gazet van Antwerpen