“Geen idee in welk spel we meededen”

En plots moest en zou het parlement stemmen over de afkoopwet. Maar welke rol speelde toenmalig financiënminister Didier Reynders? “Het was een strijdpunt voor hem”, zegt Yves Leterme (CD&V), toen premier.

2 maart 2011, federaal parlement. Na een schorsing van enkele uren krijgen de leden van de commissie Financiën in de vooravond plots een tekst onder de neus geschoven. Het is het voorstel van de meerderheid om de ‘afkoopwet’ erdoor te krijgen, als amendement op de wet ‘algemene bepalingen’. Er móét en zál die avond over gestemd worden.

De oppositie staat paf. Vanwaar plots die haast? CD&V’er Servais Verherstraeten heeft twee weken voordien nog een volwaardig wetsvoorstel ingediend. Bij Open Vld heeft Carina Van Cauter uitgewerkte teksten klaar. Waarom wordt er nu vlug vlug gekozen voor dit achterpoortje?

Intussen is gebleken dat één iemand er absoluut baat bij heeft dat er op het gaspedaal wordt gedrukt: de Oezbeeks-Belgische miljardair Patokh Chodiev. Hij zal in juni 2011 de eerste zijn in ons land die gebruik kan maken van de afkoopwet, om te ontkomen aan een veroordeling in een zaak van schriftvervalsing en witwassen.

Uit recente onthullingen blijkt dat toenmalig MR-senator Armand De Decker gaat lobbyen bij onder meer justitieminister Stefaan De Clerck (CD&V) en financiënminister Didier Reynders (MR). Hij zou gehandeld hebben in opdracht van Frans president Nicolas Sarkozy om enkele ‘bevriende zakenlui’ uit de wind te zetten, onder wie Chodiev. Zelf ontkent De Decker alles.

Door te kiezen voor een amendement in plaats van een volwaardige wet worden alle bochten tegelijk afgesneden. Er zijn geen hoorzittingen nodig om de wet op punt te stellen, geen advies van de Raad van State om te kijken of alles juridisch waterdicht is. Bij een gewoon wetsvoorstel, zoals Van Cauter en Verherstraeten klaar hebben, zou het nog wel even duren voor het wetgevende werk afgerond is. In het geval van Chodiev zou dat echter te laat zijn. In de avond keurt de meerderheid het amendement goed.

De Clerck stuurt De Decker wandelen, maar zijn anderen wel in actie geschoten? Open Vld’ster Carina Van Cauter geeft vorig jaar in De Standaard toe dat ze die 2de maart benaderd is door iemand van het kabinet van de financiënminister. Het is ook zij die het amendement die dag indient. “Ik zag daar geen graten in”, zegt ze. “Waarom zou ik dat niet doen? Als het maar vooruitging.” Nu weigert ze elk commentaar, “omdat er nog een gerechtelijk onderzoek naar De Decker loopt”.

Op de ministerraad

Het lijdt weinig twijfel dat ook de regering zich over de zaak heeft gebogen. “De afkoopwet is in de maanden voordien één keer op de ministerraad geweest”, zegt Yves Leterme (CD&V), op dat moment premier van een regering van lopende zaken. “Het was technische materie, voorbereid door de specialisten op het kabinet. Ik heb toen op hun oordeel vertrouwd.” Het amendement zou er zijn gekomen na topoverleg tussen de kabinetten. “Ik werd op de hoogte gebracht van het meerderheidsoverleg, maar was zelf niet betrokken”, zegt Leterme.

En de rol van Didier Reynders? “Het was toen een erg belangrijk politiek dossier”, zegt Leterme. “Hij was erg actief bezig met deze materie en nam de afkoopwet erg ter harte. Het was een van zijn strijdpunten. Ik vond dat niet onlogisch. Hij was ook minister van Financiën.”

Een toenmalige vicepremier denkt er het zijne van. “Dit is een heel vreemd stukje geschiedenis. Het is onmogelijk dat het kabinet van Reynders niet op de hoogte was dat de afkoopwet versneld zou worden goedgekeurd. Mij ga je niet vertellen dat hij, of iemand van zijn kabinet, niet benaderd is geweest door iemand van Chodiev.”

Of het Reynders is die achter de schermen op het gaspedaal duwt bij de commissiezitting? “Hij is op zijn minst niet op de rem gaan staan”, zegt het toenmalige zwaargewicht. Zelf ontkent de Reynders alle betrokkenheid. “Het parlement heeft gewoon zijn werk gedaan”, zegt zijn woordvoerder John Hendrickx. “We zijn door niets of niemand benaderd.”

De andere partijen hebben in elk geval niets in de gaten en stemmen gretig mee. Zowat elke partij heeft zo haar redenen om pro afkoopwet te zijn. De wet is een van de aanbevelingen van de toen erg gerespecteerde commissie fiscale fraude om iets te doen aan de ellenlange rechtsgang in sommige dossiers. Onder meer de zaak-KB Lux heeft aangetoond dat door het aanslepen van het onderzoek, tijdrovende procedureslagen en de daaropvolgende verjaring, het vaak niet tot een veroordeling komt. Beter een deal sluiten met de verdachten, luidt het, dan ziet de staat tenminste een deel van zijn geld terug.

Ook de PS, die mee in de regering van lopende zaken zit, ondertekent het amendement. Voor de Franstalige socialisten is dit de enige manier om ook op hun domein stappen vooruit te zetten: de opheffing van het bankgeheim. In de tekst wordt ook een bepaling daarover opgenomen. De socialisten zien zich opgejaagd door de wisselmeerderheden die zich te pas en te onpas vormen.

Met een regering die eigenlijk enkel de winkel openhoudt, eigenen de parlementsleden zich alle ruimte toe om zelf initiatief te nemen. Ze achten de kans reëel dat er ook zonder hen (en dus zonder bepaling over het bankgeheim) een akkoord inzit over de afkoopwet. Dan kunnen ze maar beter mee in de slag zitten.

Diamantlobby

Maar ook de diamantlobby speelt een rol. In die fraudegevoelige sector zijn er eveneens heel wat rechtszaken hangende. Niet toevallig is het Verherstraeten die met een voorstel komt. Hij is destijds ondervoorzitter van een clubje parlementsleden die opkomen voor de belangen van de diamantairs. Wanneer zich de gouden kans aandient om hun voorstellen gerealiseerd te zien, twijfelen de meerderheidspartijen niet.

“We zijn misschien naïef geweest”, zegt iemand die toen voor het amendement heeft gestemd. “Maar we wisten niet in welk spel we meespeelden.”

“Dat dit onverantwoord haastwerk was, is wel gebleken”, zegt Groen-Kamerlid Stefaan Van Hecke. “Enkele maanden later was er al een reparatiewet nodig.” Zijn fractie stemde, net als sp.a, tegen. Ook Veerle Wouters, toen nog Kamerlid voor N-VA, stemde tegen: “Dit was gewoon knoeiwerk. Maar Open Vld en MR waren er die avond op gebrand om het amendement koste wat het kost er op dat ogenblik door te krijgen.”

Bron » De Morgen

Opinie: De afkoopwet is niets minder dan pure klassenjustitie uit de vorige eeuw

Sinds vorige week weten we weer waar Kazachstan ligt. Dat dankzij de Belgische afkoopwet en de op een na rijkste Belg, Patokh Chodiev. In Kazakhgate speelt de oligarch een hoofdrol omdat hij in 2011 als eerste gebruikmaakte van de afkoopwet om zijn proces voor financiële fraude af te kopen.

Nu blijkt dat een resem ministers en parlementsleden zich de sokken van hun voeten liepen om dat voor Chodiev te regelen. Zo werd flink wat druk gezet op de wetgevende, uitvoerende én rechterlijke macht om de afkoopwet tijdig door het parlement te jagen en Chodievs schikking te fiksen. Ongezien.

De totstandkoming van de wet is exemplarisch voor de toepassing van de wet nadien. Want toen al voelde je aan alles dat dit zaakje heel hard stonk. Terwijl Chodiev in 2011 nog geen item was, waren heel wat diamantairs in de weer om hun strafzaak af te kopen. Alleen liet de wet dat dus niet toe. Diamantadvocaat Axel Haelterman – die voor deze regering ook het fiscale uitzonderingsregime voor diamantairs uitwerkte – behartigde op dat moment de belangen van honderden Antwerpse diamantairs via het Antwerp World Diamond Centre.

Tegelijk stelde hij, volgens toenmalig minister van Justitie De Clerck, mee de punten en komma’s op van de afkoopwet zelf. Toeval of niet, kort na de stemming van de wet brak de diamantoorlog uit en werd fraudejager Peter Van Calster – die niet van minnelijke schikkingen wilde weten – van zijn diamantzaken gehaald. De rode loper werd uitgerold, een trendbreuk was gezet. Voor de diamantairs én voor Chodiev.

Cowboys

Tot vandaag verdedigt de regering die wet omdat ze de werklast bij het gerecht zou verminderen en alle aandacht kan gaan naar de zogenaamde grote en complexe fraudedossiers. Maar niets is minder waar. De afkoopwet is niet alleen onrechtvaardig, ze is ook niet doeltreffend.

De samenleving – u en ik – lopen miljarden mis door cowboys met miljoenen op hun bankrekening. Cowboys die valsspelen en daarvoor ook nog eens worden aangemoedigd. Want wie miljoenen steelt, kan zijn celstraf gewoon afkopen en over de prijs onderhandelen. Wat een boodschap!

De afkoopwet is niets minder dan pure klassenjustitie uit de vorige eeuw: in donkere achterkamertjes bedisseld, waar dure advocaten de plak zwaaien voor wie het zich kan veroorloven. Niet lang geleden werd een man veroordeeld tot een celstraf omdat hij… twee blikjes Cara had gestolen. Kan het contrast nog groter? Niemand aanvaardt dit. Wij ook niet. In fraudedossiers van zo’n omvang moet een rechter zich ten gronde uitspreken. Altijd.

Prioritair in een efficiënt fraudebeleid is fraude vermijden. In de eerste plaats betekent dat grote financiële criminaliteit altijd kordaat aanpakken. Dan mag er in geen enkel geval bewegingsruimte zijn om te schikken of af te kopen. Dat is een noodzakelijke voorwaarde om het rechtvaardigheidsgevoel bij de burger te herstellen én een ontradend effect te hebben op potentiële fraudeurs.

Alleen zo’n beleid kan én zal leiden tot minder fraude en dus een eerlijkere fiscaliteit. Slotsom: afschaffen, die handel. Daarvoor hoeven we geen onderzoekscommissie af te wachten.

Bron » De Morgen | Peter Vanvelthoven en Dirk Van der Maelen, Kamerleden voor sp.a

Justitie over afkoopwet: “Klassenjustitie? Ja, in bepaalde dossiers”

Verdedigers van de afkoopwet schermen al jaren met dezelfde argumenten. Maar een vertrouwelijk rapport van de overheidsdienst Justitie uit 2014 ondergraaft die stuk voor stuk. In het rapport van 160 pagina’s getuigen 60 magistraten anoniem over hun ervaring met de gecontesteerde regeling waarbij vervolging afgekocht wordt via een minnelijke schikking. Hun verklaringen leren dat de toepassing van de afkoopwet niet verloopt zoals beweerd wordt.

1. Rijk en arm worden gelijk behandeld

  • “Mensen die de middelen hebben om de minnelijke schikking te betalen zijn duidelijk in het voordeel. Klassenjustitie? Ja, in bepaalde dossiers waarover men veel praat.”
  • “Ja, de rijken kunnen toch de beste adviseurs betalen.”
  • “Professor X komt zeggen dat het allemaal klassenjustitie is, je kunt die man moeilijk verdenken van niet op de hoogte te zijn van het juridische kader waarin dit allemaal gebeurt.”
  • “Door alleen in financiële dossiers de afkoopwet toe te passen, geef je de indruk dat je klassenjustitie toepast.”

2. Justitie neemt het initiatief

  • “In regel gaat het initiatief uit van de verdachte.”
  • “Uit de natuur der zaken volgt eigenlijk dat het initiatief wel van de verdachte moet komen (…) Bij een gewone minnelijke schikking ligt het initiatief bij ons.”
  • “Inzake de verruimde minnelijke schikking hebben we nog geen beleidsstrategie.”

3. Er bestaat een duidelijke procedure

  • “Je marchandeert. Zoals met de solden, je slaat de prijs eerst een beetje op en dan doe je er wat van af en dan denkt iedereen dat ze winst gemaakt hebben.”
  • “Bij ons gebeurt alles informeel, tot helemaal op het einde.”
  • “Ja er wordt onderhandeld over het bedrag van de minnelijke schikking. Ik vind dit misschien de minst aangename kant van onze job, we zijn ten slotte magistraten.”
  • “Meestal nemen de advocaten op voorhand eens contact op met ons, ze bellen eens of springen eens binnen omdat ze nog niet zeker zijn over de nieuwe procedures en om even te polsen.”
  • “We zeggen niet op voorhand dat we gaan onderhandelen, maar is men niet akkoord, dan kunnen ze een tegenvoorstel doen en dan zullen we ons daarover beraden. Voor kleinere bedragen gaan we voor een minnelijke schikking oude stijl. We stellen een bedrag voor zonder onderhandeling. Voor grotere bedragen gaan we toch eerder onze tijd nemen en is er toch ruimte voor onderhandeling.”

4. De boete is welbepaald

  • “Ik denk dat dit een van de meest problematische en moeilijke dingen is van deze wet. Hoe kun je de hoogte van de boete bepalen.”
  • “In de praktijk blijken er ook regionale verschillen te bestaan in de toepassing.”
  • “De pers zegt dat de rijken hun proces kunnen afkopen en ik vind dat ze gelijk heeft. Dit is niet normaal maar het is beter om een bedrag binnen te halen dan helemaal niets.”

5. Justitie heeft zo minder werk

  • “Dit is meer werk dan dat we gewoon naar de zitting gaan.”
  • “De belangrijkste reden waarom het niet zo veel voorkomt is net die bijkomende werklast. Je dagvaarding is gemaakt, de eindvordering is gemaakt, je dossier is eigenlijk klaar.”
  • “Onthoud dat het administratief zeer zwaar is en daar waar men initieel ook beoogd heeft om de werkdruk daardoor te verminderen en snellere doorlooptijden te creëren, dat het soms wel een tegenovergesteld effect heeft.”

Bron » De Morgen