In de hoofden van het volk is Michel Nihoul (78) altijd ‘die pedofiel’ gebleven

“Ik hield die meisjes gevangen in afwachting van hun vertrek naar het netwerk van mijnheer Nihoul.” Alsof er net een buitenaards wezen was neergedaald, zo zat Michel Nihoul te kijken toen Marc Dutroux hem tijdens het assisenproces in Aarlen plots alles in de schoenen probeerde te schuiven. Nihoul, wiens rol nooit helemaal uitgeklaard werd, zou uiteindelijk niet veroordeeld worden voor de kinderontvoeringen of -moorden, wel voor drugshandel en bendevorming. Maar in de hoofden van het volk bleef hij tot aan zijn dood ‘die pedofiel’.

15 augustus 1996. “Ik zal er u twee geven”” zei Marc Dutroux aan de speurders die hem urenlang op de rooster hadden gelegd over de ontvoering van Laetitia Delhez. Hij toonde hen de weg naar een verborgen ruimte in de kelder van zijn huis in Marcinelle. Naast Laetitia Delhez zat ook Sabine Dardenne daar gevangen. Zij was twaalf toen ze op 28 mei 1996 op weg naar school werd ontvoerd. Delhez was het laatste slachtoffer van Marc Dutroux en zijn bende. Maar ook An en Eefje, ontvoerd aan de kust, en Julie en Mélissa, meegenomen in Grace-Hollogne toen ze daar vanaf de snelwegbrug naar passerende auto’s stonden te wuiven, vielen in zijn klauwen. Hun stoffelijke resten werden later opgegraven.

Het moet van de Tweede Wereldoorlog geleden zijn dat België zo in rep en roer stond. Marc Dutroux, een louche autohandelaar uit de regio Charleroi, zijn vrouw Michelle Martin en zijn handlanger Michel Lelièvre werden gearresteerd. En ook de Brusselse zakenman Michel Nihoul werd in de boeien geslagen. Bij hun verschijning voor de raadkamer in Neufchâteau moest de politie een woedende menigte op afstand houden om te verhinderen dat ze zouden aangevallen worden.

Michel Nihoul werd al snel gezien als de spil in het pedofilienetwerk. Want de meisjes die waren ontvoerd, werden ook allemaal misbruikt. Nihoul, geboren op 23 april 1941 in Verviers, was een gewezen zakenman, die meermaals werd veroordeeld. Onder meer voor het opzetten van btw-carrousels, maar ook voor xtc-handel en financieel gesjoemel. Zo drukte hij geld achterover van SOS Sahel. Daarvoor kreeg hij drie jaar cel.

Arm zo lang als de Donau

Met zijn ex-vrouw Annie Bouty, een geschorste Brusselse advocate, zette hij ooit een netwerk voor valse paspoorten op. Ook daar werd hij voor veroordeeld. Toch kon hij telkens herbeginnen.

Dat kwam omdat hij een arm had “zo lang als de Donau”, zei hij zelf aan de bar van de Brusselse seksclubs Les Atrébates en Le Dolo. Zijn zogenaamde connecties in de hoogste kringen bleken achteraf gezien eerder blufpoker, waarmee Nihoul niettemin gunsten bedong bij mensen met een zekere invloed zoals ambtenaren en politiemensen.

Als tipgever van de politie verklikte hij meer dan één crimineel. Vaak om zijn eigen hachje te redden, want zo geslepen was vlotte prater Nihoul wel.

Met ‘Radio-activité’, een vrije radio waar hij een politiek praatprogramma presenteerde, breidde hij zijn connecties bij vooraanstaande politici uit. Maar ook al reed hij altijd in grote auto’s en liep hij altijd in een pak rond, toch bleef hij vooral een gewiekste oplichter met een berg schulden. Onder meer bij de fiscus stond hij in het rood.

Zijn rol in de affaire Dutroux is nooit helemaal uitgeklaard. Nihoul werd op 16 augustus 1996, de dag na de arrestatie van Dutroux, opgepakt. Uit onderzoek van het telefoonverkeer van Dutroux was gebleken dat hij vaak met Nihoul belde. Ook in de periode kort voor en kort na de ontvoeringen. “Die gesprekken gingen over een auto die hij te koop had en een over een herstelling aan mijn wagen”, zei Nihoul daarover. Maar het gerecht geloofde hem niet.

Een Vlaamse familie die met vakantie was geweest in de Ardennen deed er nog een schep bovenop. Ze hadden hem, met grote zekerheid, herkend aan het zwembad van Bertrix toen Leatitia Delhez daar op 9 augustus 1996 werd ontvoerd. Samen met Dutroux en Lelièvre. Later bleek dat ze daar toch niet zo zeker meer van waren. En uiteindelijk bleek het om valse verklaringen te gaan.

Fantaste

Zijn rol als bendeleider werd beetje bij beetje geminimaliseerd. Daarin kwam geen verandering toen Regina Louf met belastende verklaringen naar buiten kwam en beweerde dat ze aanwezig was op seksfeestjes in Ardense bossen waar Nihoul ook was. Louf werd nadien ontmaskerd als een fantaste.

Op het proces in Aarlen kreeg Dutroux levenslang, Nihoul werd tot vijf jaar cel veroordeeld voor drugshandel en bendevorming. Niet voor ontvoering en kindermisbruik. Minder dan twee jaar later liet de strafuitvoeringsrechtbank Nihoul voorwaardelijk vrij. Sindsdien leefde hij op een appartementje in Zeebrugge, samen met zijn vriendin Marleen De Cokere.

“De gezonde zeelucht is het enige wat ik nog heb”, verklaarde Nihoul ooit in een interview. Want financieel zat hij zo goed als aan de grond.

Thuis, in Zeebrugge, leidde hij een eenzaam leven. Want in de ogen van het grote publiek bleef hij een kinderverkrachter. Mensen liepen in een boog rond hem op straat of op de dijk. En sommige horeca-uitbaters of winkeliers weigerden hem zelfs te bedienen.

De jongste jaren kampte Nihoul ook met gezondheidsproblemen en verbleef hij om verschillende redenen meerdere keren in het ziekenhuis van Brugge. Daar is hij woensdag overleden.

Bron » Het Nieuwsblad | Thierry Goeman

Michel Nihoul (78) is overleden

Michel Nihoul is overleden. Dat melden Franstalige krantenredacties. Nihoul werd 78 jaar. Zijn gezondheidstoestand was de laatste weken verslechterd. Hij werd enkele dagen geleden opgenomen in het ziekenhuis.

Nihoul, geboren op 23 april 1941, is een gewezen zakenman, die meermaals voor oplichting is veroordeeld. Zijn naam zal altijd verbonden blijven aan de zaak-Dutroux. Op het assisenproces tegen Dutroux en co in juni 2004 werd hij enkel veroordeeld voor drugshandel en bendevorming. Hij kreeg vijf jaar cel. Minder dan twee jaar later kwam hij voorwaardelijk vrij.

Meteen na het uitbarsten van de Dutroux-affaire werd Nihoul in augustus 1996 aangehouden. Al gauw werd hij gezien als de spil in een pedofilienetwerk, dat ervoor zorgde dat de bende-Dutroux bescherming genoot. Zelf heeft hij altijd elke betrokkenheid ontkend. Uiteindelijk werd hij vrijgesproken voor alle feiten die met de ontvoering van kinderen te maken hadden.

Lange arm

Nihoul schepte zelf graag op met zijn echte of vermeende connecties bij politici, magistraten en zakenmensen en had naar eigen zeggen “een arm zo lang als de Donau”. Die zogenaamde connecties in de hoogste kringen bleken een vorm van blufpoker, waarmee Nihoul niettemin gunsten bedong bij mensen met een zekere invloed, zoals ambtenaren en politiemensen.

Als vaste klant van Brusselse seksbars als Les Atrébates en Le Dolo, bouwde hij in de jaren 80 een netwerk uit in allerlei kringen, inclusief de politie en het criminele milieu. Met ‘Radio-activité’, een vrije radio waar hij een politiek praatprogramma presenteerde, breidde hij zijn connecties uit.

Dankzij zijn contacten en via allerlei vzw’s en obscure vennootschappen zette Nihoul een soort ‘zwendel in gunsten’ op: tegen betaling regelde hij vervroegde invrijheidstellingen, verblijfsvergunningen, tussenkomsten bij de belastingen of bij ministeries. Een magistraat die wel eens in de Dolo kwam, stelde Nihoul ooit aan als ‘vastgoedexpert’, hoewel hij daar niet de juiste kwalificaties voor had.

Met zijn ex-vrouw Annie Bouty, een geschorste advocate, had hij een netwerk voor valse paspoorten opgezet. Het rapport van de parlementaire onderzoekscommissie-Dutroux legt uit hoe die filière in de jaren 90 opdroogde door de toegenomen aandacht voor mensenhandel.

Nihoul werd zo gedwongen om “enkele afdelingen lager te spelen” (zoals het commissierapport stelde) en zich in te laten met randfiguren uit de drugshandel en autozwendel. Zo kwam hij uiteindelijk in contact met Michel Lelièvre, de kompaan van Dutroux, en later ook met Dutroux zelf.

Tipgever

In diezelfde periode werd Nihoul ook tipgever voor de politie, voor sommigen een bijkomende aanwijzing dat hij aan lager wal was geraakt. Nihoul zelf riep zijn ‘samenwerking’ met de politie tevergeefs in als verschoningsgrond voor de feiten waarvoor het assisenhof hem uiteindelijk wel veroordeelde: handel in xtc en het leiderschap van een bende die zich inliet met drugshandel en zwendel in auto’s en valse papieren. Voor die feiten kreeg hij voor het assisenhof vijf jaar cel. De jury verwierp de verschoningsgrond.

In april 2006 liet de strafuitvoeringsrechtbank Nihoul voorwaardelijk vrij. Sindsdien leefde hij op een appartement in Zeebrugge, samen met zijn vriendin Marleen De Cokere. Nihoul schreef enkele boeken en speelde mee in de reconstructie van scenes uit de zaak-Dutroux die de RTBF in 2007 uitzond. Nihoul probeerde ook nog een schadevergoeding te eisen van Marc Verwilghen, destijds voorzitter van de commissie-Dutroux, wegens laster en eerroof in een aantal passages in Verwilghens boek over de commissie. Die eis werd echter afgewezen.

De laatste jaren kampte Nihoul met zijn gezondheid en verbleef hij om verschillende redenen meerdere keren in het ziekenhuis.

Bron » De Morgen

Topmagistrate werd door zaak-Dutroux vedette tegen wil en dank

Eliane Liekendael, die een hoofdrol speelde in enkele van de meest ophefmakende justitiezaken van de jaren negentig, is op 8 oktober overleden, op 89-jarige leeftijd. De eremagistrate lijkt wel de verpersoonlijking van de wereldvreemdheid van de Belgische justitie. ‘Ik ben geen circusdier’, zei ze zelf.

Als procureur-generaal bij het Hof van Cassatie stond Liekendael aan het hoofd van het openbaar ministerie, de groep magistraten die verantwoordelijk is voor de opsporing en vervolging van misdadigers, zoals in 1996 Marc Dutroux. Ze werd op 12 december 1928 in Etterbeek geboren en doorliep alle functies bij het parket en het parket-generaal in Brussel. Haar hele leven stond in functie van de magistratuur. Ze was, veelbetekenend, ook de eerste vrouw die opklom tot de hoogste functie bij het openbaar ministerie. Op 12 december 1998 was ze met pensioen gegaan, op 70-jarige leeftijd.

Liekendael raakte bij het publiek vooral bekend door het ‘spaghetti-arrest’ (oktober 1996). Als procureur-generaal bij het Hof van Cassatie vroeg ze om onderzoeksrechter Jean-Marc Connerotte van de zaak-Dutroux te halen, nadat die was ingegaan op de uitnodiging voor een spaghettifeestje van enkele slachtoffers van Dutroux. De onderzoeksrechter had zich daardoor partijdig opgesteld, zei Liekendael en Cassatie volgde haar daarin.

De (Franstalige) magistrate verklaarde destijds dat ze de wraking van onderzoeksrechter Connerotte ‘met spijt’ had bepleit. ‘Nooit heeft mijn taak van magistraat me zo zwaar gewogen’, vertelde ze later. ‘Maar ik heb trouw gezworen aan de wet en die is onverbiddelijk.’

Wantrouwen in gerecht aanleiding voor Witte Mars

Die principiële opstelling werd door de buitenwereld vaak gezien als wereldvreemdheid. Door het ‘spaghetti-arrest’ verloren de ouders van de ontvoerde en vermoorde meisjes alle geloof in het gerecht. Dat wantrouwen van gewone mensen in de Belgische justitie en zelfs de politieke instellingen van het land leidde tot de fameuze Witte Mars, in oktober 1996.

Een maand later kreeg Liekendael als procureur-generaal twee andere uiterst gevoelige strafdossiers voorgeschoteld: het ging om zedenzaken waarbij de namen van de toenmalige ministers Elio Di Rupo (PS) en Jean-Pierre Grafé (PSC) vielen. Beiden werden uiteindelijk van elke verdenking vrijgepleit.

Zoals zovele magistraten in die tijd kon Liekendael moeilijk overweg met de soms opdringerige journalisten. De beelden van een wegvluchtende Liekendael voor de tv-camera’s zullen haar blijven achtervolgen. ‘Je ne suis pas une vedette’, verklaarde ze toen. ‘En ik ben ook geen circusdier.’

Erudiet, verfijnd, niet wereldvreemd

Maar het beeld van de mediaschuwe topmagistrate verdient bijstelling. Eliane Liekendael was een erudiet en verfijnd persoon, maar geen zonderlinge. Ze had als hoogste magistrate van het land eerder pogingen ondernomen om te communiceren met de bevolking, via enkele zeldzame interviews. Maar ze zag zich vooral als de verdediger van de belangen van de rechterlijke macht en dat bracht haar geregeld in conflict met de openbare opinie en met de politieke wereld die via wetswijzigingen de justitie de 21ste eeuw wilde binnenloodsen.

De spanningen tussen politiek en gerecht bereikten een kookpunt toen Eliane Liekendael als aanklager de ministers Guy Coëme (PS, Defensie) en Willy Claes (SP.A, Economische Zaken) voor het Hof van Cassatie bracht wegens omkoping in de Agusta-Dassault-affaire. Haar optreden in dat ‘proces van de eeuw’ was een illustratie van haar rechtlijnigheid en onverzettelijkheid: magistraten moesten er in haar visie alles aan doen om de wet te laten zegevieren, ook al zaten de hoogste politici op het beklaagdenbankje.

Bron » De Standaard

Eliane Liekendael (90), bekend van het ‘spaghetti-arrest’, overleden

Eliane Liekendael (90) is overleden. Dat meldt L’Echo. Liekendael was de eerste vrouw die opklom tot de top van de Belgische magistratuur. Ze speelde onder meer een belangrijke rol in de affaire-Dutroux en in de zaak Agusta-Dassault.

Liekendael raakte vooral bekend door het zogenaamde ‘spaghetti-arrest’. Als procureur-generaal bij het Hof van Cassatie vroeg ze om onderzoeksrechter Jean-Marc Connerotte van de zaak-Dutroux te halen, nadat die was ingegaan op de uitnodiging voor een spaghettifeestje van enkele slachtoffers van Marc Dutroux. De onderzoeksrechter zou zich daarmee partijdig hebben opgesteld.

Eerste vrouwelijke procureur-generaal

Liekendael werd op 12 december 1928 in Etterbeek geboren. Ze begon haar loopbaan in de magistratuur in november 1955 op het Brusselse justitiepaleis als substituut van de procureur des konings. In december 1973 werd ze benoemd tot eerste substituut en in 1975 werd ze substituut van de procureur-generaal bij het hof van beroep van Bergen. In maart 1978 werd ze advocaat-generaal bij datzelfde hof van beroep.

Op het einde van dat jaar keerde ze naar Brussel terug waar ze als advocaat-generaal bij het Hof van Cassatie aan de slag ging. Op 18 september 1996 volgde ze er Jacques Velu op als eerste vrouwelijke procureur-generaal bij Cassatie. Op 12 december 1998 ging ze met emeritaat.

Het mandaat van Liekendael bij het Hof van Cassatie stond bol van gebeurtenissen die het hof meer dan ooit tevoren in de schijnwerpers plaatsten. Van bij haar aantreden kreeg ze te maken met het verzoek van de advocaat van Marc Dutroux dat op 14 oktober 1996 leidde tot het ‘spaghetti-arrest’, waarbij de zaak-Dutroux uit handen van onderzoeksrechter Connerotte werd genomen. Eliane Liekendael verklaarde destijds dat ze dat “met spijt” had gepleit.

In november 1996 kreeg ze als procureur-generaal twee andere uiterst delicate dossiers voorgeschoteld: zedenzaken waarbij de namen van de toenmalige ministers Elio Di Rupo en Jean-Pierre Grafé vielen. Beiden werden uiteindelijk van elke verdenking vrijgesproken.

Agusta-Dassault

Vervolgens werd ze belast met het dossier Agusta-Dassault. In november 1997 vroeg ze aan de Kamer van volksvertegenwoordigers de inbeschuldigingstelling van Guy Coëme. Ze vroeg en verkreeg van de parlementen van het Waals parlement en de Franse Gemeenschap ook de opheffing van de onschendbaarheid van Guy Spitaels.

Op het Agusta-Dassault-proces vorderde de procureur-generaal dat alle beklaagden schuldig zouden worden verklaard, maar eiste ze een milde straf. Voor Liekendael hoefde geen van de twaalf naar de cel.

De meest opgemerkte passus uit haar requisitoir waren echter de hervormingsplannen voor justitie. Volgens Eliane Liekendael vormden die een bedreiging voor de rechtsstaat.

Van Liekendael blijft het beeld bij van de vrouw die in september 1998 voor de televisiecamera’s en fotografen op de vlucht slaat op de eerste dag van het Agusta-Dassault-proces. Anderzijds bracht ze het Hof van Cassatie dichter bij de burger door interviews te geven aan de VRT, RTL, en RTBF. Het was de eerste keer dat de hoogste autoriteit van het openbaar ministerie zich rechtstreeks voor de camera’s uitsprak.

Bron » De Morgen

20 jaar geleden ontsnapte Dutroux. Wat gebeurde er die dag ook alweer?

Het is vandaag precies 20 jaar geleden dat kinder­moordenaar Marc Dutroux ontsnapte uit het gerechts­gebouw van Neufchâteau. Toenmalig minister van Justitie Stefaan De Clerck (CD&V) nam meteen ontslag en blikt terug op die dramatische dag. “Ik kon het niet geloven, niemand kon zoiets uitleggen en begrijpen.”

De Clerck was in het parlement, toen hij op 23 april 1998 een telefoontje kreeg. Hij kon het niet geloven. “Het was zo ongeloofwaardig, niet te begrijpen. Maar het werd me meteen duidelijk dat dit dramatisch nieuws was.”

De druk op Stefaan De Clerck, toenmalig minister van Justitie (CD&V), en Johan Vande Lanotte, toenmalig minister van Binnenlandse Zaken (SP.A), om ontslag te nemen was meteen zeer groot. “Dat had ook veel te maken met de timing, het momentum van de ontsnapping. Het was een donderdag­namiddag, het wekelijks vragenuurtje in Kamer en Senaat. Het parlement zat bomvol pers en politici. Er ontstond meteen paniek, het woord ‘revolutie’ werd in de mond genomen en de zittingen werden geschorst.”

“Maar op het moment dat Jean-Luc Dehaene, de toenmalige premier, klaar was om naar de koning te gaan om ons ontslag aan te bieden, was Dutroux al ingerekend en bleek dat het maar om een boswandeling ging.” Toch was een ontslag volgens De Clerck de enige optie. “Alles draaide al jaren rond het dossier-Dutroux. Een ontsnapping was echt niet uit te leggen.”

Een keerpunt

De ontsnapping was een keerpunt in de politieke carrière van Stefaan De Clerck. “We waren bezig met grote hervormingen en wilden slachtoffers een belangrijke plek geven in het strafproces. Maar veel hervormingen zijn toen, op 23 april 1998, stilgevallen. Dat is droevig. Het heeft 20 jaar geduurd voor ze werden afgewerkt.”

De Clerck vindt dat hij zichzelf niets te verwijten heeft. “En ook de kiezers hebben mij en Johan Vande Lanotte niet afgestraft. We zijn allebei kunnen terugkeren naar de nationale politiek. Ik eerst als voorzitter, later nog eens als minister van Justitie. Toen heb ik opnieuw geprobeerd om die hervormingen af te werken, maar toen kwam Fortis en gingen we in lopende zaken.”

Bron » VRT Nieuws