Cruciale getuige bevestigt manipulatie: Bende-speurders zoeken 3 rijkswachters die wapenzak lieten bovenhalen in Ronquières

Het speurdersteam naar de Bende Van Nijvel is op zoek naar drie rijkswachters die vlak voor de tweede officiële zoektocht in Ronquères een duiker een zware zak lieten bovenhalen. “Daar zaten lange buisvormige voorwerpen, misschien wel een deel van de vermiste wapens in”, getuigt duikassistent Jef Goossens in het VTM-opsporingsprogramma Faroek.

Daarnaast willen ze ook de identiteit kennen van de carrossier die een gestolen rode Golf GTI zwart spoot voor de aanslag in 1983 in Beersel en zoeken ze voor diezelfde overval naar een dader met een kenmerkende moedervlek.

Ontsluiert de zwaaikom van het kanaal Brussel-Charleroi in Ronquières eindelijk het mysterie van de Bende van Nijvel? Het nieuwe speurdersteam hoopt met een oproep naar bijkomende getuigenissen over een opvallend bezoek van drie rijkswachters aan de bewuste zwaaikom in 1986 het onderzoek een jaar na de Bonkoffsky-affaire (de Aalsterse rijkswachter die op zijn sterfbed bekentenissen aflegde red.) opnieuw in een stroomversnelling te brengen.

Zo vertelde duikerassistent Jef Goossens het speurdersteam recent hoe hij samen met zijn vaste duiker op 6 november 1986 voor de aankomst de Dendermondse cel Delta de opdracht kreeg van drie BOB’ers om voorwerpen te zoeken in het kanaal. Het duikduo had in 1985 na de overval in Aalst ook al de eerste, vruchteloze zoektocht in hetzelfde kanaal uitgevoerd.

“Die ochtend in 1986 haalden we vrij snel een zware juten zak boven”, herhaalde de duikassistent in het VTM-opsporingsprogramma Faroek. “Hij was wel 25 à 30 kilogram zwaar en zat vol met buisvormige voorwerpen. Of dat wapens konden zijn? Natuurlijk kan dat, maar wij hebben nooit zelf in die zak kunnen kijken. Eenmaal aan de oever hebben drie rijkswachters de zak overgenomen en gecontroleerd.”

“Ze legden er een plastic dekzeil over en zeiden dat ze alles hadden wat ze wouden.” Daarna vertrok het trio, één fors gebouwde Nederlandstalige man en twee Franstaligen, met de zak in een beige Renault R4’tje. “Tot op vandaag is het niet duidelijk wie die drie mannen waren en wat er exact in de zak zat”, vertelt Eric Van der Sypt van het federaal parket.

Poging tot manipulatie

Vlak nadat de onbekende BOB’ers vertrokken waren, arriveerde de cel Delta om hun tweede officiële zoektocht uit te voeren. Zij haalden daarbij twee zakken en de inhoud van een derde zak boven. “Onderdelen van wapens die gebruikt zijn bij diverse feiten gepleegd door de Bende, munitie, een babykoffer en cheques die gestolen waren in de Delhaize van Aalst en stukken van gestolen kogelvrije vesten”, klinkt het.

Wetenschappelijk onderzoek heeft nu echter uitgewezen dat die voorwerpen maximaal een week voor de vondst door de cel Delta gedropt werden in het kanaal. “Ons team gaat er zelfs van uit dat het amper 24 tot 48 uur voordien gebeurd is”, zegt Van der Sypt.

“Er zijn volgens ons voldoende redenen om aan te nemen dat deze drie vondsten een poging tot manipulatie van het onderzoek geweest zijn.” Wie de speurders van de cel Delta in de val lokte door de authentieke verzameling van gebruikte Bende-wapens te droppen en vooraf op de hoogte was van de nieuwe zoektocht, is voorlopig niet duidelijk.

Man met wijnvlek

Naast de drie rijkswachters zijn de speurders ook geïnteresseerd in de diefstal van een Golf GTI op 2 oktober 1983 door de Bende bij de overval op restaurant Les Trois Canards in het Waalse Ohain. Uitbater Jacques Van Camp wordt doodgeschoten waarna de daders wegscheuren met de rode GTI. Vier dagen later wordt de GTI – intussen herspoten in het zwart – gespot op de tweede verdieping van een kleine parking in Namen.

Daags nadien (7 oktober red.) gebruikt de bende datzelfde voertuig bij de overval op de Delhaize in Beersel waar verschillende getuigen één dader met een opvallend kenmerk zien. “Een dader had zwart kort haar en een ovaalvormige moedervlek aan de linkerachterzijde van de hals die ongeveer 3 op 5 centimeter groot is”, zegt Van der Sypt.

“Elke tip over een man die zo’n wijnvlek heeft, kan ons helpen.” Daarna verdwijnt de geverfde wagen van de radar tot 1 december wanneer de Bende in Anderlues juwelier Jean Szymusik overvalt. De juwelier en zijn vrouw worden doodgeschoten waarna de Bende de wagen in brand steekt in het bos van Hourpes in Lobbes.

“Ondanks het feit dat de wagen zwaar beschadigd raakte, hebben we achterhaald dat het voertuig redelijk professioneel herspoten werd”, zegt Van der Sypt. “De carrossier die dat klusje opgeknapt heeft, kan ook een kroongetuige zijn.”

Het federaal parket benadrukte vanavond nogmaals dat er intussen een wet voor spijtoptanten bestaat. “Iedereen die al dan niet zonder het te weten betrokken raakte bij feiten van de Bende kan op die manier strafvermindering krijgen”, klinkt het. “We hopen dat we met die garantie mensen eindelijk kunnen laten praten.”

Bron » Het Laatste Nieuws

Tueurs du Brabant: une nouvelle loi sur les repentis encouragera-t-elle des auteurs ou complices à parler?

Connaîtra-t-un jour la vérité sur l’affaire des tueurs du Brabant? Le parquet fédéral veut y croire et il donne une nouvelle impulsion au dossier.

Ce mardi à 21h45 sur RTL-TVI, un numéro d’Indices exceptionnel sera consacré à l’enquête sur les tueurs du Brabant. Pour la première fois, le Parquet fédéral s’exprime et lance un nouvel appel à témoins. Celui-ci se justifie notamment par une nouvelle loi sur les repentis. Elle était dans le pipeline législatif depuis des années. Le procureur fédéral plaidait en faveur de cette loi. Elle a enfin été adoptée en août dernier et c’est du sur mesure pour l’enquête sur les tueurs du Brabant.

Il y a encore aujourd’hui des gens qui savent

Cette loi encadre strictement ceux qui voudraient soulager leur conscience. Le parquet en est convaincu: il y a encore aujourd’hui des gens qui savent. S’ils ont été témoins des faits, pas de souci, ils ne risquent rien. S’ils ont participé aux tueries, peut-être sans se douter de leur ampleur, ils peuvent désormais parler, moyennant une réduction de peine, par exemple.

Ce n’est pas la première fois que l’énigme des tueurs du Brabant entraîne des modifications de loi. La prescription a déjà été allongée.

L’ex-gendarme Christiaan Bonkoffsky n’est pas le Géant

Il y a un peu plus d’un an, un homme originaire de Termonde avait indiqué aux enquêteurs que son frère, Christiaan Bonkoffsky, était le “Géant” de la bande de braqueurs responsables de la mort de 28 personnes entre 1982 et 1985. L’ancien gendarme aurait avoué à son frère ses liens avec le groupe de tueurs peu avant son décès. Après une enquête approfondie sur ces révélations, le parquet fédéral est arrivé à la conclusion que M. Bonkoffsky ne pouvait pas être le Géant. “Nous avons étudié le dossier sur base des éléments qui s’y trouvent actuellement et voici finalement le résultat: nous pouvons affirmer que Bonkoffsky n’était pas le Géant”, expose Eric Van Der Sypt, porte-parole du parquet à VTM.

De nouvelles analyses ADN

En 1985, date des derniers faits des tueurs du Brabant, on ne connaissait pas l’empreinte génétique. Aujourd’hui, la seule trace complète d’ADN présente dans le dossier fait l’objet de nouvelles analyses à Lyon. L’utilisation de l’ADN dans les enquêtes pourrait elle aussi évoluer. De nouvelles analyses sont en cours.

Il reste désormais 7 ans pour recueillir des preuves matérielles et identifier les auteurs de ces 28 assassinats commis dans les années 80.

Témoignages exclusifs

Ce mercredi soir dans Indices, vous entendrez des témoins des faits qui ne sont jamais exprimés jusqu’à présent. L’équipe a également rencontré un homme qui a participé aux plongées de Ronquières et qui, tout récemment, a révélé de nouveaux éléments inconnus des enquêteurs.

Bron » RTL

Informant Staatsveiligheid mag misdrijf plegen

Niet alleen agenten van de Staatsveiligheid, maar ook hun informanten zullen misdrijven mogen plegen. Dat kondigt minister van Justitie Koen Geens aan in zijn nieuwe beleidsnota.

Hoe ver mogen informanten van de Staatsveiligheid gaan om de geheime dienst te helpen? Recent kwam de heikele kwestie nog in de aandacht met de veroordeling voor schriftvervalsing van de jihadexpert Montasser AlDe’emeh omdat hij valse attesten aan een terreurverdachte zou hebben bezorgd. Zelf houdt hij vol dat hij dat deed als bron van de Staatsveiligheid. Het is al decennialang controversieel dat een overheidsdienst als de Staatsveiligheid informanten gebruikt die de wet niet altijd naleven.

In zijn nieuwe beleidsnota kondigt minister van Justitie Koen Geens (CD&V) nu aan dat zowel de informanten van de Staatsveiligheid als die van de militaire inlichtingendienst misdrijven mogen plegen. ‘Er wordt een strikte procedure ingevoerd om de agenten en de menselijke bronnen van de inlichtingendiensten te machtigen de strikt noodzakelijke misdrijven te plegen die nodig zijn om hun informatiepositie te behouden’, schrijft Geens.

De informanten krijgen zeker geen ‘license to kill’. Als ze strafbare feiten plegen, mogen die ‘in geen geval afbreuk doen aan de fysieke integriteit van personen’, laat het kabinet-Geens weten. Ze zullen alleen misdrijven mogen plegen als dat strikt noodzakelijk is voor het welslagen van hun opdracht of voor hun veiligheid of die van andere mensen. Het misdrijf moet ook in verhouding staan tot het doel. De dienst zal met de informant een memorandum sluiten waarin zijn rechten en plichten staan.

De wet op de inlichtingendiensten laat nu al toe dat agenten van onze inlichtingendiensten straffeloos kleinere vergrijpen plegen, zoals het even wegnemen van een voorwerp (‘gebruiksdiefstal’) of een verkeersovertreding. Ook dat mag alleen als het strikt noodzakelijk is voor hun werk of hun veiligheid. Als ze nog andere strafbare feiten plegen, moet een toezichtscommissie met drie magistraten daarvoor zijn fiat geven.

Diezelfde commissie over de ‘bijzondere inlichtingenmethoden’ (BIM) zal ook toezien op de misdrijven die informanten van de Staatsveiligheid plegen. De commissie zal vooraf haar goedkeuring moeten geven. Het Comité I, de andere waakhond van de inlichtingendiensten, zal de operatie nog kunnen afbreken.

Bankrekeningen

In zijn beleidsnota kondigt Geens nog meer maatregelen aan die onze inlichtingendiensten vooruit moeten helpen. Zo zullen ze veel gemakkelijker kunnen achterhalen wie welke bankrekening of een andere financieel product bezit, net als de diensten nu al vlot kunnen identificeren wie met wie belt of mailt. De Staatsveiligheid en de militaire inlichtingendienst krijgen daarvoor toegang tot het grote register bij de Nationale Bank van België die de gegevens verzamelt. Het echt inkijken van bankrekeningen en kluizen zal wel nog altijd een inlichtingenmethode blijven waarvoor striktere controleprocedures gelden.

Andere maatregelen in de beleidsnota helpen in de strijd tegen het terrorisme. Zo is het al strafbaar iemand tot terrorist op te leiden. Maar het wordt ook strafbaar als iemand zich op eigen houtje opleidt tot terrorist, bijvoorbeeld door op het internet handleidingen te lezen om bommen te maken.
Gedetineerden

Er komt voor alle bevoegde diensten ook een gemeenschappelijke databank met informatie over extremistische gedetineerden in onze gevangenissen die (potentieel) een risico vormen. Daarvoor wordt een nieuwe categorie toegevoegd aan de terrorismedatabank die nu al onder meer de namen oplijst van alle Syriëstrijders, ook wel bekend als ‘foreign terrorist fighters’.

Geens benadrukt dat er duidelijke criteria komen om gedetineerden in de databank op te nemen. Het is de bedoeling dat de gevangenissen de probleemgevallen signaleren, zodat de veiligheidsdiensten dan samen met het gevangeniswezen kunnen beslissen hoe die gedetineerden moeten worden opgevolgd. In de gevangenissen zijn daarvoor al medewerkers als ‘information managers’ aangesteld. Ze hebben een veiligheidsmachtiging om met vertrouwelijke informatie te mogen omgaan.

De minister van Justitie belooft in zijn beleidsnota nog dat de Staatsveiligheid uitzicht krijgt op meer personeel en een beter statuut. Tegen eind volgend jaar krijgt de dienst eveneens een nieuw databanksysteem.

Bron » De Tijd

Als Bonkoffsky de Reus van de Bende van Nijvel niet is, wie is dan wel de genadeloze killer? Dit zijn de mogelijke Reuzen

Chris Bonkoffsky is dan toch niet de Reus van de Bende van Nijvel, zo zegt het parket formeel. Maar wie was het dan wel, de man van de beruchte ‘robotfoto 19’? Het beest dat bij het brute geweld voorop ging. De genadeloze killer die, met een grijns om de lippen, bij de overval op de Delhaize in Aalst de toen 9-jarige David Van de Steen wou afmaken. Een overzicht van de mogelijke ‘Reuzen’.

Knallende riotguns in het gezicht van weerloze klanten, kinderen als levend schild én als dode hoopjes: de overvallen op de Delhaize-winkels van Eigenbrakel, Overijse en Aalst behoren tot de brutaalste die de Bende van Nijvel ooit pleegde. Bij elk van die slachtpartijen was ‘de Reus’ betrokken.

De speurders gaan er vanuit dat de Bende in wisselende bezetting opereerde. In de loop der jaren konden ze verschillende daders onderscheiden. Er was sprake van een oudere man, van een kleine corpulente dader, van een bijzonder gewelddadige killer die schoot op alles wat bewoog. En, van de Reus. Een opvallend grote, struise overvaller.

De mythe van de ‘reus’ ontstaat op 5 oktober 1983. Op die dag stuurde de Brusselse onderzoeksrechter Guido Bellemans voor het eerst een opsporingsbericht de wereld in, op basis van getuigenissen van overlevenden in Beersel. Er staat: “Een van de daders meet ongeveer 1,90 meter.”

Enkel op zijn robotfoto (foto nummer 19) konden namen van mogelijke verdachten worden geplakt. Dit zijn ze:

Reus 1: Christiaan Bonkoffsky

Waarom wel? Volgens zijn broer bekende Christiaan Bonkoffsky op zijn sterfbed in 2015 dat hij bij de Reus van de Bende van Nijvel was. Bonkoffsky maakte tot begin de jaren ‘80 deel uit van de Groep Diane, de speciale eenheid van de Belgische rijkswacht. Hij leek ook sprekend op robotfoto 19 en volgens zijn ex-vrouw had hij zelfs een vissershoedje zoals de reus volgens getuigen droeg tijdens de overvallen. Bonkoffsky, uit Dendermonde afkomstig, vertelde zijn familie in Aalst ook dat ze niet meer in de Delhaize van Aalst mochten winkelen, alsof hij vooraf wist dat daar iets op til was.

Waarom niet? Harde bewijzen zijn er niet tegen Bonkoffsky en volgens het parket, dat het spoor grondig heeft onderzocht, is hij het niet.

Reus 2: Michel Libert

Waarom wel? Libert was lid van Westland New Post (WNP), de extreemrechtse organisatie die in 1983 al aan de Bende van Nijvel werd gelinkt. Hij werd in 2014 al eens uitvoerig op de rooster gelegd en 48 uur vastgehouden. Fysiek leek hij erg op robotfoto 19. Nu is hij opnieuw verhoord nadat een ex-militair hem heeft aangewezen als een van de kopstukken van de Bende.

Waarom niet? Libert ontkent alle aantijgingen met klem. “WNP wou in die jaren van Koude Oorlog een verzetsbeweging tegen een eventuele Sovjetinval voorbereiden. Wij waren bereid om te doden, maar alleen in oorlogssituaties, tegen de vijand. Niet om de bevolking te terroriseren”, zegt hij. Bij een vorig grondig onderzoek in 2014 werden geen bewijzen tegen hem gevonden. Hij dreigt er nu zelfs mee om iedereen die hem nog de Reus noemt, een proces aan te doen.

Reus 3: Philippe De Staerke

Waarom wel? In 1991 bekende De Staerke te hebben deelgenomen aan de Bende-overvallen. Hij was zeker geen kleine garnaal. Hij werd meermaals veroordeeld voor erg zware gewapende overvallen die hij in de jaren tachtig pleegde met de beruchte Bende van Baasrode. Bovendien kende De Staerke de regio waarin de Bende van Nijvel toesloeg goed. Zijn laarzen met hakken van 7 centimer konden van hem ook de Reus maken.

En er was de onomstootbare vaststelling dat hij enkele uren voor de overval in Aalst, op 9 november ‘85, op verkenning was geweest. Zijn toenmalige vriendin had dat verklaard. In de Delhaize in Aalst had hij hondenvoer gekocht. Na de overval zeulde De Staerke met een Samsonite-valies rond. Wat hij overigens toegaf. De speurders vonden de koffer terug. Ze troffen er kruitresten van pas afgevuurde wapens in aan en een patroon die overeenstemde met de ongebruikelijke munitie van de Bende. Bij een lid van de bende-De Staerke werd ook een mantel ontdekt die door een Aalsterse getuige formeel werd herkend als kledingstuk van een van de overvallers.

Waarom niet? Speurders hebben jarenlang hun tanden stukgebeten op het spoor De Staerke, maar hebben nooit harde bewijzen gevonden. Nadat hij zijn bekentenissen had ingetrokken werd hij in 2002 definitief buiten vervolging gesteld. Hij leidt nu een normaal leven en is niet meer met het gerecht in aanraking gekomen. Hij kreeg van de Staat 5.000 euro schadevergoeding.

Reus 4: Patrick Haemers

Waarom wel? Jarenlang is er gezegd dat de overvallers van de Bende van Nijvel carnavalsmaskers droegen. Maar alle rechtstreekse getuigen spreken dat tegen. Ze hadden een dikke laag ‘fond de teint’ op hun gezicht, een sjaal voor hun mond en ze droegen van die Zwarte Piet-pruiken. Toch herkende een overlevende van de aanslag in Aalst gangster Patrick Haemers formeel toen de sjaal die hij voor zijn gezicht droeg, afzakte. Haemers was een topgangster. En hij was groot, atletisch gebouwd en schuwde zeker geen zwaar geweld.

Waarom niet? Speurders hebben het spoor onderzocht, maar geen enkele link gevonden. Bovendien begon Haemers, die in 1993 zelfmoord pleegde in de gevangenis, na zijn arrestatie in 1989 in Brazilië plots honderduit te praten en bekende hij ongeveer alles wat hem werd aangewreven. Van de overvallen op geldtransport tot de ontvoering van Paul Vanden Boeynants. Hij vertelde er in detail over. Maar een ding bleef hij hardnekkig ontkennen: dat hij ook maar iets te maken had met de Bende van Nijvel.

Reus 5: Léopold Van Esbroek

Waarom wel? De criminele carrière van ‘Popolino’, zoals Leopold Van Esbroek in het milieu bekend was, oogt indrukwekkend. Op 30 juli 1987 werd hij veroordeeld tot twintig jaar cel en tien jaar terbeschikkingstelling van de regering omdat hij, als lid van de bende De Staerke, had meegedaan aan tientallen gewapende overvallen op banken, winkels en juweliers. Vanwege zijn imposante gestalte en zijn banden met De Staerke, werd hij genoemd als de Reus, want uit het onderzoek bleek dat er wellicht meer dan één Reus was.

Waarom niet? Van Esbroek heeft altijd zijn betrokkenheid ontkend, is nooit officieel in verdenking gesteld en de speurders hebben het spoor definitief verlaten.

Reus 6: Heinrich Toumaniantz

Waarom wel? Kort nadat de Bende op 9 november 1985 acht mensen vermoord had in de Delhaize in Aalst, verspreidde het Centraal Bureau voor Opsporingen van de rijkswacht ter attentie van alle politiediensten in ons land het opsporingsbericht 8181. Langs alle kanten komt er informatie over mogelijke verdachten. Acht namen werden, na een eerste grondig onderzoek, weerhouden als mogelijke Reus. Een daarvan is Heinrich Toumaniantz. Beroepsgangster en met zijn 1,92 heeft hij het juiste gestalte.

Waarom niet? Er zijn nooit harde bewijzen gevonden. Bovendien was hij toen de speurders hem wilden verhoren, van de aardbol verdwenen. Mogelijk leeft hij nog onder een andere identiteit in het buitenland. Als vrouw. Want Toumaniantz liep even graag als man dan als vrouw gekleed en wie hem kende sloot niet uit dat hij zich ooit zou laten opereren.

Reus 7: Daniël Blanchart

Waarom wel? “Het eerst resultaat in 27 jaar onderzoek”, kopten de kranten in 2009. Bij een schroothandelaar in Dour, in Henegouwen, werden menselijke resten gevonden. Alle terreinen rond de gebouwen werden op bevel van de Bende-speurders afgegraven door de civiele bescherming. Want, zo dacht men, de stoffelijke resten waren van de ‘Killer’ van de Bende die bij de aanslag in Aalst werd geraakt door een politiekogel.

En Daniël Blanckart, groot en gespierd, kon wel eens de Reus zijn. In zijn garage, die ver van de bewoonde wereld lag, kwamen wel eens louche types. Mogelijk werden daar de vluchtwagens omgebouwd. Een gangster lag bij de overvallen in de koffer om eventuele achtervolgers onder vuur te nemen. Het kofferdeksel kon vanbinnen uit worden geopend en gesloten. Die verbouwingen moesten het werk zijn van iemand met kennis van zaken.

Waarom niet? Blanchart kon niet verhoord worden want hij was nog voor de huiszoekingen gestorven aan kanker. Hij had een blanco strafblad en de beenderen die gevonden waren, zo bleek uit wetenschappelijk onderzoek, dateerden van lang voor de Bende-overvallen.

Reus 8: Apostolos Papadopoulos

Waarom wel? Deze Griekse topgangster maakte deel uit van de Bende van Baasrode. En was dus een partner in crime van Philippe De Staerke en Leopold Van Esbroeck. Apostolos -alias ‘stereo’- Papadopoulos was een reus van een vent met een stem die drie straten verder te horen was. “Als hij zijn diepe keelstem schraapte, dook iedereen onder de tafel”, zei een kennis. Van de Reus werd gezegd dat hij de stem had van een drillofficier bij het leger.

Waarom niet? Papadopoulos is al jaren van de radar verdwenen. Speurders vonden geen bewijzen tegen hem. Zijn naam is al jaren geschrapt van de verdachtenlijst.

Bron » Het Nieuwsblad

David Van de Steen over Bende-onderzoek: “Het manipuleren gebeurt nú, tegen 100 per uur”

Een jaar geleden was hij het 100 procent wel, nu 100 procent niet. Het federaal parket schrapt Christiaan Bonkoffsky als ‘reus’ van de Bende van Nijvel. Tot woede van zijn familie en overlevende David Van de Steen: “Er wordt tegen honderd per uur gemanipuleerd.”

Jules Knockaert (76) zag in 1983 zijn beste vriend geëxecuteerd worden door de Bende van Nijvel. Net als de overige overlevenden en nabestaanden zag hij gisteren om 8.30 uur het mailtje van het federaal parket: “Onze belofte indachtig om u op voorhand te informeren wensen we u via dit schrijven op de hoogte te brengen van het volgende. Op 30/10/2018 om 22.30 uur zal in Faroek op VTM een programma over de Bende van Nijvel worden uitgezonden.”

De Bende, meestal opererend met zijn drieën, vermoordde tussen 1982 en 1985 28 mensen.

Piste gesloten

Het onderzoek kreeg vorig jaar een nieuw elan nadat procureur-generaal Christian De Valkeneer had aangekondigd dat de legendarische ‘reus’ was geïdentificeerd.

Het ging om de in 2015 overleden oud-rijkswachter Christiaan Bonkoffsky. Die legde voor zijn dood bekentenissen af tegenover zijn broer. Eerder had hij ook verdenkingen op zich geladen bij een jeugdvriend en twee ex’en.

Kort daarna was De Valkeneer niet langer hoofd van het onderzoek. Het federaal parket nam het commando over en formaliseerde gisteravond op VTM de al langer gaande geruchten. “Op basis van elementen die nu in het dossier steken kunnen we zeggen dat Bonkoffsky de reus niet was”, zegt federaal parketwoordvoerder Eric Van Der Sypt. “We hebben alles bekeken wat de piste-Bonkoffsky betreft, en dat is uiteindelijk het resultaat.”

De familie Bonkoffsky reageert verbaasd. “Het is onbegrijpelijk dat nu al formeel wordt besloten dat iemand geen dader is zonder tegenbewijs”, zegt advocaat Geert Lenssens. “Wij stelden DNA en het horloge van de man ter beschikking, en die zijn nooit onderzocht.”

Volgens de familie heeft Bonkoffsky nooit gezegd dat hij de reus was, enkel dat hij met rijkswachtcollega’s deel uitmaakte van de Bende. Vorig jaar waren de speurders er nog van overtuigd dat de Bende in wisselende bezettingen opereerde. Bonkoffsky zou alleen bij de raids in Overijse en Eigenbrakel hebben geschoten. Hij werd daar ook herkend door een overlevende. De enigmatische robotfoto 19 dateert van toen.

David Van de Steen, die als joch van negen werd neergeschoten bij de laatste Bende-raid in Aalst, spreekt van “een onvoorstelbare soap”. Hem werd anderhalf jaar geleden door speurder Jean-Philippe Gortz verzekerd dat het parket-generaal 100 procent zeker was omtrent Bonkoffsky.

Wapenvondst Ronquières

David Van de Steen: “We zitten terug in toestanden als in de jaren 80. Onderzoeksrechter Freddy Troch viste een jaar na de aanslag in Aalst met zijn Delta-cel de wapens van de Bende op uit het kanaal in Ronquières, en ook de in Aalst gestolen cheques. Na die doorbraak beloofde men het onderzoeksteam te ‘versterken’. Dat gebeurde door Troch en zijn mensen uit het onderzoek te gooien. Het laatste wat we van Gortz hoorden, was dat hij met een burn-out thuis zat en weldra met pensioen gaat.”

De wapenvondst in Ronquières is al jaren de inzet van een bittere polemiek. Het Nationaal Instituut voor de Criminalistiek (NICC) concludeerde in 2012 dat de cheques nog droog waren en hooguit enkele dagen in het water hadden gelegen. Troch of een van zijn mensen zou de wapens en de cheques dus zelf in het kanaal hebben gegooid. Wat zou verklaren waarom Waalse speurders ze, zoekend op dezelfde plek een jaar eerder, niet hadden gevonden. Het leek te gek voor woorden, maar ook hierover was Van Der Sypt formeel: “Wij hebben redenen om te denken dat de vondst in Ronquières een poging tot manipulatie van het onderzoek was.”

Volgens Van de Steen is het omgekeerd: “Het manipuleren gebeurt nú, tegen honderd per uur. Wie de zaak een beetje volgt, weet al jaren dat niets klopt van dat NICC-rapport.”

Bron » De Morgen