Troch wil opnieuw gehoord worden door commissie na kritiek van Lacroix: “Chantagetheorie klopt niet”

Onderzoeksrechter Lacroix schetste vrijdagavond in de Bendecommissie de resultaten van een analyse die hij maakte van de slachtoffers. Vaak werd gezegd dat de Bende die in de jaren tachtig 28 mensen doodde, handelde in opdracht van mensen die gechanteerd werden met video-opnames van seksfuiven met minderjarigen. De Bende zou vooral die chanteurs hebben willen doden. Men beweerde dat Léon Finné mogelijk zo iemand was. Hij werd op 27 september 1985 neergekogeld in de Delhaize van Overijse. Lacroix ontkende die piste.

“Het motief waarom Finné is vermoord blijft onduidelijk. In ieder val is de theorie van de chantage onwaarschijnlijk. De daders deden eerst een overval in Eigenbrakel en reden pas daarna naar Overijse. Ze konden niet op voorhand weten hoe lang dat zou duren, gezien de heisa die de aanslag zou veroorzaken. Zouden ze Finné dan wel vinden? In Overijse was Finné nog maar het derde slachtoffer. Als de Bende-leden Finné hadden willen treffen omwille van chantage-redenen, dan hadden ze hem thuis kunnen doden.” Lacroix zoekt trouwens nog altijd naar de motieven voor de aanslagen.

Hij bekritiseerde de Nijvelse onderzoeksrechter Hennart. Die gaf geen informatie door over het onderzoek naar de moord op FN-wapenhandelaar Juan Mendez. “Er is geen enkel verband met de Bende, zo schreef hij mij. Maar hoe kan je dat nu weten als je beide dossiers niet gelezen hebt. Dat doen wij nu eindelijk sinds 1996.”

Ook de Dendermondse onderzoeksrechter Freddy Troch werd niet gespaard. “Zoals ieder goed koppel hadden ook wij onze ruzies. Toen Trochs onderzoek (over de twee aanslagen in Temse en Aalst) strop zat, begon hij ook naar extreem-rechts te speuren. Maar wij waren daar al twee jaar mee bezig. Troch verhoorde mensen die wij al hadden verhoord en dat leidde tot problemen.”

“Op een keer kwam zijn cel Galetta, een gendarm uit de Groep G, ondervragen die op 300m van ons zat. Troch bracht zijn tolk mee. Wij wisten van niets, maar kregen later wel het proces-verbaal in het Nederlands. Wij moesten dit dan weer in het Frans vertalen. Dubbele kosten. Om dit soort incidenten te vermijden stelde ik voor om alle krachten te bundelen, bijvoorbeeld in een eenheidscel onder leiding van Troch en mijzelf. Troch vond dat heel goed. Maar ons voorstel werd afgewezen. We hoorden nooit waarom.”

De Dendermondse onderzoeksrechter Freddy Troch stuurde prompt een brief aan voorzitter Van Parys van de Bendecommissie. Hij wil opnieuw gehoord worden. “Dat verhoor van Galetta van de Groep G moésten wij wel doen. Een journalist had ons meegedeeld dat hij drie dagen later een groot stuk hierover zou brengen. We moesten onmiddellijk handelen voor dat zou verschijnen.”

Troch heeft ook bedenkingen bij de visie van Wathelet. Die wou Lacroix – toen die in januari 1990 raadsheer werd – toch op het Bende-onderzoek houden omdat zijn opvolger Hennuy het dossier niet kende. “Wel heel merkwaardig dat men dan een jaar later ook nog mijn zaken afneemt en aan Hennuy geeft”, aldus nog Troch.

Bron » Gazet van Antwerpen