De Staerke buiten vervolging gesteld

De kamer van inbeschuldigingstelling (KI) van Bergen heeft vrijdag beslist Philippe De Staerke niet te vervolgen voor de aanslagen van de zogenaamde Bende van Nijvel in 1985. De burgerlijke partijen gaan in beroep bij het Hof van Cassatie.

De KI bevestigt met haar arrest de beschikking van de raadkamer van Charleroi, die De Staerke eind mei 2001 buiten vervolging stelde in dat dossier.

De burgerlijke partijen in het dossier van de Bende van Nijvel tekenen cassatieberoep aan tegen het arrest. Zo heeft hun raadsman, meester Peter Callebaut, bevestigd. De raadsman vertegenwoordigt 14 slachtoffers van de Bende van Nijvel. Twee van die slachtoffers tekenden beroep aan tegen de beschikking van de raadkamer die De Staerke buiten vervolging stelde. Die twee personen blijven volharden en tekenen nu zeker cassatieberoep aan tegen de bevestiging van die beschikking door de KI.

“Indien cassatie het beroep verwerpt, stappen we naar het Europees Hof voor de Rechten van de Mens in Straatsburg”, aldus meester Callebaut.

De Staerke was de belangrijkste verdachte en de enige die in verdenking was gesteld in de criminele piste naar de zogenaamde Bende van Nijvel. Die was actief in de periode 1982-1985. De misdadigers pleegden meerdere uiterst gewelddadige overvallen waarbij in totaal 28 slachtoffers vielen. Buiten De Staerke werden geen verdachten opgepakt, ondanks de inzet van tientallen onderzoekers.

De Staerke werd in juni ’87 door de Dendermondse onderzoeksrechter Troch in verdenking gesteld, kort na zijn veroordeling tot twintig jaar cel door het Gentse beroepshof voor een reeks overvallen. De inverdenkingstelling volgde op gedeeltelijke bekentenissen van de gangster, maar die trok zijn verklaringen kort daarop in. Volgens de Dendermondse speurders zou De Staerke onder meer verkenningsopdrachten hebben uitgevoerd voor de uiterst bloedige aanslag op een Delhaize in Aalst op 9 november 1985 en bezat hij wapens die konden gebruikt zijn bij de overvallen.

De raadsman van De Staerke, Thierry Delobel, pleitte de buitenvervolgingstelling wegens gebrek aan materiële bewijzen. Hij noemde Philippe De Staerke een “gewone misdadiger” die men in verband heeft gebracht met de moorden. “Er is nu geen enkele tenlastelegging meer tegen mijn cliënt. En in zo’n groot dossier als dit wil dat zeggen dat men alles tot in de kleinste details heeft nagepluisd”, aldus meester Delobel.

Philippe De Staerke toonde zich uiterst gelukkig. “Eindelijk komt de waarheid boven in het dossier dat mij al 15 jaar vergiftigt”, zo bevestigde De Staerke telefonisch.

Bron » De Tijd

Minister Verwilghen geeft Bende-speurders tien jaar extra tijd

Het onverjaarbaar maken van misdrijven zoals deze van de Bende van Nijvel was een belofte die de minister van Justitie op 30 mei maakte aan de nabestaanden van de Bende-slachtoffers. Die dag kregen de familieleden tijdens een vergadering met de Bende-speurders te horen dat het onderzoek na meer dan 18 jaar speurwerk, honderden DNA-analyses en tientallen verhoren met leugendetectoren geen enkel spoor naar de moordenaars en opdrachtgevers had opgeleverd. De enige in verdenking gebrachte man werd die dag trouwens buiten vervolging gesteld.

De Bende van Nijvel maakte tussen 1982 en 1985 ten minste 28 doden. In 1985 beëindigden de overvallers hun terreuracties met drie bloedige overvallen op de Delhaize-warenhuizen van Eigenbrakel, Overijse en Aalst. Daarbij vielen 16 doden. Deze drie overvallen leverden amper enkele honderdduizenden franken buit op. Onder meer daarom denken de onderzoekers vandaag dat de oplossing voor het Bende-raadsel in politiek-terroristische kringen gezocht moet worden.

Het kabinet van de minister van Justitie werkte de afgelopen maanden aan een wetsontwerp dat de aangekondigde onverjaarbaarheid moest benaderen. Het ontwerp is klaar en wordt de komende weken op de interkabinettenwerkgroep besproken. De tekst voorziet in het optrekken van de verjaringstermijn voor alle misdaden die niet correctionaliseerbaar zijn van tien tot vijftien jaar.

Wanneer na vijftien jaar het onderzoek nog niet tot een rechtszaak heeft geleid, zou het gerecht, net als nu, de verjaringstermijn stuiten. De stuitingsdatum is de datum van de laatste onderzoeksdaad die voor de verjaringstermijn is gesteld. Na de stuiting zou het onderzoek nog eens maximaal vijftien jaar mogen doorgaan vooraleer de verjaringstermijn bereikt is.

De nieuwe regeling zou ook voor lopende dossiers zoals het Bende-dossier gebruikt kunnen worden. Dit betekent dat de verjaring voor de Bende-feiten uiterlijk op 2015 zou liggen, maar of dit werkelijk zo is, hangt af van de meest recente onderzoeksdaad die de speurders stelden voor het ogenblik dat de verjaringstermijn van vijftien jaar afliep.

Bron » De Tijd