Gerecht klist kopstuk Siciliaanse maffia in uithoek van Henegouwen

Het parket van Charleroi heeft na een spectaculaire reeks huiszoekingen een kopstuk van de Siciliaanse maffia in België aangehouden. Het gaat om Sebastiano Di Luciano, een man die zich voordeed als bouwondernemer maar die jaren geleden al door het Duitse Bundeskriminalamt is ontmaskerd als een zetbaas van de machtige Siciliaanse Caruana-Cuntrera-clan. Samen met vier medestanders wordt Di Luciano verdacht van bendevorming, witwaspraktijken en heling van wapens.

Onderzoeksrechter France Bakeland van Charleroi mobiliseerde vorige week woensdag niet minder dan 260 federale en lokale politiemensen voor een reeks van 25 gelijktijdige huiszoekingen in de buurt van Thuin, aan de Franse grens, Doornik, Brussel, Luik en Flawinne. De grootschalige operatie verliep in coördinatie met het Franse gerecht, dat simultaan huiszoekingen uitvoerde in het Zuid-Franse Nice. In totaal hebben vijfhonderd speurders en agenten aan de operatie deelgenomen, ook ruitereenheden en een politiehelikopter werden ingezet.

Belangrijkste doelwit van de huiszoekingen waren twee imposante kastelen in Forchies-la-Marche en in het bos van Hourpes, die eigendom zouden zijn van Di Luciano. Beide kastelen staan bekend als ‘oninneembare’ burchten. Buurtbewoners en andere nieuwsgierigen werden in het verleden door veiligheidsmensen op een afstand gehouden. In 1992 werd een van de kastelen het voorwerp van een aanslag. Onbekenden vuurden met een mitraillette op het gebouw. Er werden ter plaatse 25 kogelhulzen kaliber 9 mm gevonden. De informatie over de gewapende aanslag staat zijdelings vermeld in het strafonderzoek naar de moord op PS-peetvader André Cools, al is het onduidelijk of er een verband bestaat tussen Di Luciano en de Italo-Belgische criminele entourage van wijlen PS-minister Alain Van der Biest, die momenteel voor het Luikse assisenhof terechtstaat voor de moord.

“Uit inlichtingen blijkt dat Di Luciano bekendstaat bij het gerecht voor wapensmokkel en dat hij deel uitmaakt van een Siciliaanse maffiaorganisatie”, zo blijkt uit het onderzoek naar de moord op Cools. “Dit individu wordt beschouwd als zeer verdacht en zou reeds het voorwerp geweest zijn van talrijke observatieopdrachten van de politie en de rijkswacht. Betrokkene bewoont het kasteel ‘de la Marche’ in Forchies, een ‘oninneembare burcht’ waarin zich verschillende brandkoffers bevinden.”

Tijdens de huiszoekingen, die aanvankelijk werden voorgesteld als passend in een onderzoek naar kunstdiefstallen, ontdekte het gerecht in de kastelen inmiddels meer dan tweehonderd wapens en een grote hoeveelheid munitie en explosieven. Onder de in beslag genomen goederen bevinden zich granaten uit het voormalige Oostblok, luchtafweergeschut en ander zwaar wapentuig dat niet in de winkel achter de hoek te koop wordt aangeboden. Een ruimte in het kasteel van Forchies bleek ingericht als wapenatelier. De politie had drie vrachtwagens nodig om alle goederen weg te brengen. Een aantal luxeauto’s, onder meer een Rolls Royce, een Ferrari en een Porsche, werden weggesleept.

Naast Di Luciano werd ook Philippe Melchior aangehouden, een tandarts uit Nice die een praktijk heeft in Forchies en van wie het gerecht meent dat hij fungeerde als financiële adviseur van de criminele organisatie. Twee stromannen, Donato Mafucci en Michele Messina, en de maîtresse van Di Luciano werden eveneens in voorlopige hechtenis genomen. De zaak ging aan het rollen na een anonieme tip over een BTW-carrousel en over witwasoperaties die werden opgezet door Melchior ten voordele van Di Luciano en andere verdachten. Op een rekeninguittreksel van de Siciliaan werd bijvoorbeeld een storting van 400.000 euro teruggevonden. De Franse gerechtelijke autoriteiten zouden belangstelling hebben voor de zaak omdat er een verband kan bestaan met een diefstal van wapens en uniformen bij de politie van Amiens, tussen Rijsel en Parijs. De woning en het kabinet van Melchior in Nice werden eveneens doorzocht.

Bron » De Morgen | Georges Timmerman

Anonieme getuige zaak-Cools kreeg 8 miljoen

De fameuze anonieme getuige in het onderzoek naar de moord op oud-minister André Cools heeft voor zijn belangrijke verklaringen acht miljoen oude Belgische frank gekregen. Dat verklaarde onderzoeksrechter Jean-Louis Prignon voor het assisenhof in Luik.

Prignon was een tijdlang, samen met Véronique Ancia, belast met het onderzoek naar de moord op Cools. Ancia weigerde tijdens haar recente getuigenis voor het assisenhof nog te vertellen hoeveel de anonieme getuige voor zijn onthullingen gekregen had van het gerecht. Prignon had daar vandaag minder problemen mee: het ging om acht miljoen Belgische frank (198.314 euro).

“Hij had tien miljoen (247.893 euro) gevraagd. Hij zei dat Delhaize eenzelfde som wilde geven voor elke informatie over de Bende van Nijvel. Hij vond dat deze informatie evenveel waard was. Ik vond persoonlijk dat 100.000 frank (2.479 euro) wel volstond. Hij ging akkoord om zijn eis terug te brengen tot acht miljoen alvorens te verdwijnen. Toen had ik schrik dat hem iets zou overkomen of dat hij elders zou beginnen praten en heb ik mijn akkoord gegeven voor die som”, legde de gewezen onderzoeksrechter, vandaag federaal magistraat, uit.

Het was ook Prignon die het geld aan de informant heeft overhandigd, na de vondst van de wapens. “De som werd in één keer betaald, door mij, cash met nieuwe bankbriefjes. Het geld kwam van het ministerie van Justitie”, legde Prignon uit.

Prignon bevestigde dat de anonieme getuige niet beschuldigd is in deze zaak. Volgens hem kreeg hij zijn informatie van één van de daders. “De informant is geen idioot, maar een intelligente gangster”, zei de gewezen onderzoeksrechter.

Onderzoeksrechter Ancia had voor het assisenhof gezegd dat ze voor haar fysieke integriteit vreesde. Prignon zei daarentegen dat hij niets vreesde zolang hij de voorwaarden van de “markt” respecteerde. “Indien ik het contract niet respecteer, zal ik inderdaad voor mijn fysieke integriteit vrezen. De informant is in staat om mensen uit het criminele milieu te rekruteren om mij zoiets betaald te zetten”, merkte Prignon op.

In zijn getuigenis had de onderzoeksrechter het over een “personage”, zonder een naam te noemen. “We weten dat het over Castellino gaat. Waarom heeft de informant zijn naam niet gegeven”, vroeg meester Swennen, één van de advocaten van de verdediging. Prignon weigerde te antwoorden.

De procesdag begon met een half uur vertraging door een stipheidsstaking van de cipiers van de Lantingevangenis. Met hun actie willen de cipiers het gebrek aan veiligheid binnen de instelling aanklagen en de afwezigheid van communicatie met de gevangenisdirectie. In het kader van de actie gebeuren vandaag alle overbrengingen van Lantin naar het Luikse justitiepaleis met een half uur vertraging.

Bron » De Standaard