Ann Fransen heeft gisteren plechtig de eed afgelegd als nieuwe federaal procureur. Als eerste vrouw in die functie volgt ze Frédéric Van Leeuw op. Een portret van iemand die het “crimefighten” met de paplepel meekreeg.
Ann Fransen kreeg het crimefighten van thuis uit mee. Ze is de dochter van Herman Fransen, de laatste commandant van de rijkswacht en, na de politiehervorming eind jaren ’90, de eerste commissaris-generaal van de Belgische federale politie. Ook haar grootvader werkte als rijkswachter. Hij was destijds brigadecommandant.
De attitude van civil servant zit duidelijk in de familie. En als “dochter van” heeft ze alleen al daardoor veel krediet bij de politiediensten. Het is een wereld die ze erg goed kent en ze legt voor politiezaken haar oor ook geregeld nog te luisteren bij haar vader.
Ann Fransen studeerde rechten aan de KU Leuven en blonk volgens een aantal professoren die we contacteerden toen al uit door haar scherpzinnigheid en groot analytisch vermogen. Fransen haalde jaar na jaar de hoogste studieresultaten en kreeg een job aangeboden als wetenschappelijk medewerkster. Ze was een tijdlang verbonden als assistente aan het Instituut voor Strafrecht bij de professoren Raf Verstraeten en Lieven Dupont, maar stapte vrij snel over naar het openbaar ministerie.
Aan de Leuvense rechtsfaculteit zagen ze haar niet graag vertrekken omdat ze een groot academisch talent was. Mocht ze de overstap naar de magistratuur niet gemaakt hebben, ze zou erg waarschijnlijk een carrière als hoogleraar aan de universiteit uitgebouwd hebben, zo zeggen sommigen.
Fransen werkte nog heel even als advocaat maar snel was duidelijk dat dat niet echt haar ding was.
Steunpilaar
Ann Fransen begon als substituut-procureur des Konings op het Brussels parket. Bij de start van het federaal parket in 2002, stapte ze onmiddellijk over. Het gegeven dat ze van in het begin betrokken was bij de werking van het federaal parket, maakt van haar een van de steunpilaren van dit relatief jong instituut in het Belgische gerechtelijke landschap.
Ze behoorde tot de eerste tien federale magistraten die werden benoemd. Fransen werkte eerst aan de zijde van Serge Brammertz, de eerste federaal procureur, opgevolgd door Johan Delmulle, op zijn beurt opgevolgd door Frédéric Van Leeuw.
Fransen is altijd erg geïnteresseerd geweest in georganiseerde misdaad. Een van de eerste grote dossiers die ze aanpakte, was dat van een rondtrekkende Roemeense daderbende die tientallen diefstallen pleegde in KMO-zones in Oost en West-Vlaanderen.
Haar sterke juridische vorming maakt dat ze met de nodige bagage de complexe dossiers die het federaal parket behandelt tot een goed einde kan brengen. Zo was ze bijvoorbeeld erg betrokken bij het assisenproces in het najaar van 2023 in Leuven waarbij vijf Guatemalteekse ex-ministers en legerleiders veroordeeld werden tot een levenslange straf, voor feiten van misdaden tegen de mensheid op vier Vlaamse missionarissen van Scheut. Dat was juridisch-technisch een ingewikkeld dossier over feiten uit 1980 in een internationale context.
Anti-terrorisme
Ann Fransen leidde de sectie anti-terrorisme binnen het federaal parket. Het is vooral in die materie dat ze naam en faam maakte. Zo werkte ze, in de eerste helft van de jaren 2000, als magistraat samen met de Brugse onderzoeksrechter Christine Pottiez in het dossier van Fehriye Erdal, lid van de Turkse DHKP-C (een marxistisch-leninistische organisatie), verdacht van drie (politieke) moorden.
In diezelfde periode was ze ook actief in het onderzoek naar de Groupe Islamique Combattant Marocain (GICM), een jihadistische terreurorganisatie die o.a. in Maaseik ondergronds actief was. GICM is verantwoordelijk voor de erg bloedige aanslag in 2003 in Casablanca (45 doden) en speelde ook een rol bij de aanslag in 2004 in Madrid (191 doden).
Een ander groot dossier waarin ze een prominente rol speelde, in 2013, is dat van de extreemrechtse groepering Bloed Bodem Eer en Trouw (BBET) waarvan nogal wat ex-beroepsmilitairen lid waren.
Later had Fransen een bepalende rol in het Sharia4Belgium-onderzoek. In 2015 vertegenwoordigde ze het federaal parket op het gelijknamige proces in Antwerpen. Kopstuk Fouad Belkacem werd toen veroordeeld als leider van een terroristische organisatie tot de maximumstraf van 12 jaar.
En ook al was het vooral federaal procureur Van Leeuw die erg present was in de media na de aanslagen in Parijs (2015) en Brussel (2016), Ann Fransen was ook bijzonder actief in deze dossiers, zij het veel minder publiek zichtbaar. Ze stapte ook al mee af in Verviers (begin 2015) na het vuurgevecht tussen de speciale eenheden en enkele leden van de terreurcel geleid door Abdelhamid Abaaoud.
In de parlementaire onderzoekscommissie naar de aanslagen in Brussel getuigde ze achter gesloten deuren over de gemiste kansen om de broers Abdeslam in een vroeger stadium te arresteren. Haar optreden daar maakte naar verluidt een sterke indruk.
Na het onverwachte overlijden van Eric Bisschop begin vorig jaar, werd Ann Fransen de nummer twee op het federaal parket dat ondertussen al 10 jaar geleid wordt door Frédéric Van Leeuw. Na twee mandaten (van vijf jaar) kon hij niet nog eens een derde mandaat krijgen. Van Leeuw wordt vanaf medio mei procureur-generaal in Brussel.
Fransen heeft duidelijk niet de behoefte om in de publieke schijnwerpers te staan. Hoe ze als federaal procureur het federaal parket zal vertegenwoordigen in de media, valt nog af te wachten.
Enige kandidaat
Ann Fransen was de enige kandidaat om Van Leeuw op te volgen. “Niet onlogisch”, zo zegt een ingewijde, “je moet al van sterken huize zijn om het als tegenkandidaat tegen haar op te nemen”. Ingewijden verbazen zich niet over haar kandidatuur. Het lag in de lijn der verwachtingen dat ze haar ambitie zou waarmaken om het federaal parket vroeg of laat te leiden.
Mensen die met haar samenwerkten omschrijven haar als een uitgesproken ploegspeler, erg gedreven met een sterke persoonlijkheid zonder evenwel een te groot ego te hebben. Profileringsdrang is haar vreemd, zo zegt iemand, simpelweg omdat ze het niet nodig heeft. Ze laat zich gelden door haar sterk werk. Fransen heeft, zo zeggen haast alle gesprekspartners, zonder meer de mentale én fysieke capaciteiten (ze verzorgt haar conditie erg goed) om deze loodzware verantwoordelijkheid op te nemen.
Mensen die met haar samenwerkten zeggen over haar dat ze bijzonder intelligent is en tegelijk ook sociaal erg vaardig. Ze kan luisteren, is leergierig en is niet te beroerd om haar standpunten bij te stellen. Anderzijds hakt ze knopen door en voert ze consequent genomen beslissingen uit.
Ze wordt de eerste vrouwelijke federaal procureur en zal naast Ingrid Godart, de procureur-generaal van Bergen, als tweede vrouw zetelen in het vijfkoppige college van procureurs-generaal. Die laatste verhouding is een beetje merkwaardig want globaal genomen is de magistratuur de jongste decennia enorm vervrouwelijkt.
Een belronde over Ann Fransen levert haast unisono positieve geluiden op. Wat nog wel af te wachten valt, zo voegen sommigen eraan toe, is hoe ze zich zal positioneren in het politieke spanningsveld waar het federaal parket hoe dan ook in moet spelen ook al houdt ze zich aan een strikte neutraliteit en laat ze zich niet betrappen op deze of gene politieke voorkeur. Integendeel, Fransen is erg gehecht aan haar onafhankelijkheid.
Bron » VRT Nieuws | Dirk Leestmans