‘Slungel met veel praatjes’

Ontspoorde ‘de Reus’ na een idioot schietincident in 1979? ‘Python’, een collega van de Reus bij de Groep Diane, was er getuige van. ‘Het was een stommiteit.’ De ­‘Python’, een collega van Christiaan B., was getuige van het schietincident eind de jaren 70, waarmee de vermoedelijke Reus van de Bende van Nijvel zich uit de Groep Diane werkte. De ­‘Python’ dankt zijn codenaam aan de drie slangen die hij thuis hield.

‘We hadden toen een aparte kleedkamer op de luchthaven van Zaventem’, zegt hij. ‘Omdat we regelmatig Israëlische vliegtuigen moesten bewaken met een legertank. Op een gegeven moment kwam “de Chris” de kleedkamer binnengestormd. Nonchalant, in de stijl van westernheld John Wayne, met zijn revolver draaiend rond zijn wijsvinger. Grote praat verkopend, zoals altijd. Natuurlijk mocht er geen kogel in de loop zitten en moest de veiligheidspal opstaan. Maar ja, Chris was een speciale kerel.’

Plots ging zijn wapen af. ‘De kogel ging dwars door een locker en miste het hoofd van een collega op een haar’, zegt de gepensioneerde agent. ‘Chris schrok en stak zijn revolver meteen in de open holster aan zijn heup. En wat gebeurt er dan? Hij vuurde per ongeluk nog eens en schoot bijna zijn eigen voet aan flarden.’

Chris B. ziet zijn carrière gefnuikt en zal de rest van zijn leven uitbollen bij de Aalsterse rijkswachtbrigade. En daar, denken de speurders, evolueren van een ‘sukkelaar met een grote mond en een fascinatie voor wapens’ naar een ‘extreemrechtse moordmachine.’

De ‘Python’ heeft hem goed gekend tijdens die jaren bij de Groep Diane. Ze kwamen in Brussel en Dendermonde al eens bij elkaar over de vloer. Regelmatig patrouilleerden ze samen door Brussel of Vlaams-Brabant. ‘Op dagen zonder gijzelingen, gewapende verschansingen, rondvliegen met de Puma-heli­kopter, schietoefeningen of gevechtsport, reden we kriskras rond op zoek naar louche figuren’, zegt hij. ‘Chris was daar geregeld bij.’

Privileges

De zoektocht had als doel criminelen op te sporen, maar vaker kwamen ze uit bij ­caféruzies of dronken bestuurders. ‘Ik heb hooguit drie processen-verbaal opgesteld in mijn carrière’, zegt hij. ‘In die tijd namen we de sleutels van de bestuurder af, schreven zijn adres op een kaartje en dropten de dronken man thuis af bij zijn vrouw. We gedroegen ons menselijk.’

Hij omschrijft de latere ‘Reus’ als een ongelooflijke praatjesmaker. Een slungel met een grote mond die deed alsof hij van alles goed op de hoogte was, maar vooral gebakken lucht verkocht.

Chris B. beweerde veel van wapens te kennen. ‘Hij blonk niet uit tijdens de schietoefeningen. Ik kon redelijk goed overweg met een uzi-machinepistool en een GP 9 mm en lag vaak op de daken tijdens gijzelingen. Toch deed Chris alsof hij er meer van wist. Ook die zwarte gordels in gevechtsporten die hij zogezegd bezat? Veel geblaat.’

De ‘Python’ trad een jaar na de oprichting van de Groep Diane toe tot het korps. Zijn specialiteit was schieten en als lichtgewicht pijlsnel aan een koord afdalen. ‘Bij de keurgroep van de politie horen, leek me als jonge paracommando met ambitie wel spannend.’

Zijn team had aanzien, zegt hij. ‘Weliswaar zonder de mythische status die nu aan onze groep wordt gegeven. En we hadden bepaalde privileges. Maar maak van ons geen cowboys die in een café arriveerden en in de lucht begonnen te schieten. De regels waren strikt: tijdens interventies moest alles vlekkeloos verlopen. Daarbuiten was er meer mogelijk.’

Hij doelt op collega’s die niet vies waren van een pint tijdens de werkuren. ‘Zeker na de shift, in de kantine, werd er al eens stevig gedronken. En dan was Chris nooit ver uit de buurt.’

Dat de leden van de Bende van Nijvel vooral afkomstig waren uit de Groep Diane – de meest gevolgde hypothese onder de huidige speurders – kan de ‘Python’ niet bevestigen. Hij is er destijds over verhoord, maar kon het onderzoek weinig vooruithelpen. En hij was van dienst toen de Bende van Nijvel toesloeg.

Bouhouche en Beijer

‘Kan ik dat denkspoor uitsluiten? Neen. Zullen er in onze lichting rotte appels gezeten hebben? Zeker. Maar ik heb in al die jaren niemand zien ontsporen, niemand ­extreemrechtse praat horen verkopen en ben door niemand benaderd om criminele feiten te plegen. Nooit is er enige druk op ons uitgevoerd om de staat te ontwrichten. En dat iedereen ons neerzet als een bende cowboys? We hebben veel geschoten, ja. Op schietstanden. Ik heb als lid van de Groep Diane welgeteld nul kogels afgevuurd tijdens interventies.’

Hij ontkent ook dat hij ­– zoals de broer van ‘De Reus’ verklaarde – in de periode van de overvallen op de Delhaize-warenhuizen mee aan tafel schoof met Chris B. en ­dubieuze figuren als de toenmalige BOB’ers Robert Beijer en Madani Bouhouche. ‘Heb ik die twee ooit gezien op hun bureau in Brussel? Ongetwijfeld. Maar ik ben in de ­jaren tachtig welgeteld één keer in Dendermonde bij Chris geweest. Zonder Beijer en Bouhouche.’

Dat Chris B. de Reus is, betwijfelt hij. ‘Ik hecht geen geloof aan dat spoor. Chris was een speciale gast, een slungel die te veel dronk. Maar ik zie hem echt niet een ­Delhaize binnenstappen en er mensen neerknallen.’

Bron » De Standaard

Mocht het land de waarheid niet weten? 35 jaar Bende-onderzoek leest als blunderboek vol mysteries

Een reconstructie van het onderzoek naar de Bende van Nijvel kan alleen maar tot frustratie leiden: de vraag waarom de Bende staatsondermijnende terreuraanslagen pleegde mocht nooit au fond uitgespit worden.

Parket van Nijvel: verdachte tunnelvisie, vijf verloren jaren

Dat het onderzoek naar de Bende van Nijvel een valse start kent, is een understatement. Jean Deprêtre, procureur des Konings van Nijvel, is ervan overtuigd dat de eerste golf Bende-aanvallen van 1983 het werk zijn van criminelen die weliswaar zeer brutaal te werk gaan, maar geen politieke of staatsgevaarlijke bijbedoelingen hebben. Deprêtre heeft het voortdurend over prédateurs, roofdieren die alleen maar geïnteresseerd zijn in geld.

Deprêtre en zijn ploeg gaan dan ook op zoek naar een bende gewelddadige losers en komen al snel terecht bij de zogenoemde Borains, een groep criminele randfiguren uit de Borinage.

De procureur lijkt wel geobsedeerd door de Borinage-bende en staat niet toe dat er in een andere richting wordt gezocht. “Hij leidde het onderzoek als een zonnekoning”, zou een speurder van Nijvel later verklaren. “De rest van het personeel in het justitiepaleis kon hem niet schelen. Hij alleen was de baas.”

Nijvels onderzoeksrechter Jean-Marie Schlicker krijgt van Deprêtre geen enkele bewegingsruimte. Als Schlicker voorstelt om toch ook even naar extreemrechtse milieus te kijken, wuift de procureur die suggestie op een nogal aparte manier weg, getuigde Schlicker zelf voor de Bende-commissie. “De procureur vertelde dat mijn joodse origine aan de basis lag van mijn belangstelling voor een mogelijke extreem-rechtse piste.”

Ook wanneer de Nijvelse BOB’ers Gérald Bihay, Guy Dussart en Franz Balfroid een ander onderzoeksspoor volgen en uitkomen op internationale wapen- en drugstrafieken, fluit Deprêtre hen terug. Meer dan dat: Dussart wordt op vervroegd pensioen gestuurd, Bihay en Balfroid worden gedegradeerd en moeten zich de rest van hun carrière met gewoon politiewerk bezighouden.

Wat volgt is bekend: met zijn tunnelvisie loopt Deprêtre tegen de muur. De rechtbank spreekt de bende van de Borinage in 1988 vrij. De aanklacht berust volgens de rechter op “tegenstrijdige en onder dwang verkregen bekentenissen en een onjuist ballistisch onderzoek”. Tijdens het proces komt aan het licht dat hoofdverdachte Michel Cocu en zijn bendeleden tijdens ondervragingen van soms wel dertig uur fysiek mishandeld zijn geweest.

Selectieve blindheid

En dan is er nog het doorslaggevende ballistische verslag waaruit blijkt dat een zogenaamd moordwapen helemaal niet tijdens de Bende-aanslagen is gebruikt. Dat Duitse onderzoeksrapport belandt maandenlang in de schuif. Als de informatie uiteindelijk toch naar boven komt, haalt het de bewijsvoering onderuit.

Paul Ponsaers, emeritus hoogleraar criminologie en ten tijde van de Bende-aanvallen De Morgen-onderzoeksjournalist, vindt het nog steeds bijzonder vreemd dat het parket van Nijvel geen enkel ander spoor wilde onderzoeken. “Er waren twee merkwaardige overvallen die aangeven dat de Bende van Nijvel meer was dan een groepje brutale misdadigers. Er was de overval op wapenhandelaar Dekaise in Waver (30 september 1982) en de roofoverval op de zeilmakerij Wittock-Van Landeghem in Temse (10 september 1983) waar zeven prototypes van kogelvrije vesten werden gestolen.”

“Die twee roofovervallen wezen erop dat de Bende met voorkennis handelde en dat er redenen waren om aan te nemen dat de aanvallers over insidekennis van het veiligheidsapparaat beschikten. Dekaise was geen doorsneewinkel maar een zeer gespecialiseerde wapenhandel die ook aan de politiediensten leverde. Ook Wittock-Van Landeghem was een zeer gespecialiseerd bedrijf.”

Tony Van Parys, voormalig Justitieminister en voorzitter van de tweede Bende-commissie, verwondert zich niet minder om de selectieve blindheid van Nijvel. “Het parket deed zo goed als geen onderzoek naar de wapendiefstal bij de groep Diane in de rijkswachtkazerne van Etterbeek (31 december 1981). Die kennis is nochtans cruciaal om de juiste motieven van de Bende te achterhalen. Als men die inbraak wél van nabij had bekeken, zou het parket verbanden hebben kunnen zoeken met de voormalige rijkswachters Madani Bouhouche en Robert Beijer.

“Ook het dossier van de vermoorde FN-wapenhandelaar Juan Mendez had naast het Bende-onderzoek gelegd moeten worden. Die koppeling is nooit gebeurd en dat heeft ook wel te maken met het feit dat de Brusselse BOB destijds de informatie over de inbraak bij Diane heeft achtergehouden en nooit heeft gedeeld met Nijvel. Hetzelfde geldt voor het moorddossier-Mendez. Het was de toenmalige Nijvelse onderzoeksrechter Luc Hennart die de moord onderzocht maar die weigerde om zijn kennis te delen met de Bende-onderzoekers.”

Renaat Landuyt, momenteel Vlaams volksvertegenwoordiger en burgemeester van Brugge, maakte deel uit van de tweede Bende-commissie. Volgens hem is er voor de houding van procureur Deprêtre en diens Nijvelse parket een structurele verklaring. “Je mag dit niet met een blik van 2017 bekijken. In de jaren 80 waren de gerechtelijke arrondissementen kleine, geïsoleerde eilandjes die amper contact hadden met elkaar. Iedereen zat in zijn eigen cocon en een misdadiger die over de grenzen van de arrondissementen actief was, kon die tegenstellingen perfect uitspelen. Combineer dat met een koppige procureur als Deprêtre en een rijkswachtkorps dat zijn eer wil beschermen, en je beseft meteen wat er is misgelopen.”

Dendermonde: successen, manipulaties en frustratie

Na de roofoverval op zeilmakerij Wittock-Van Landeghem en de bloedige raid op de Delhaize in Aalst start ook onderzoeksrechter Freddy Troch van Dendermonde een onderzoek tegen de Bende van Nijvel. Hij stelt een team van gedreven speurders samen, het Delta-team.

Troch brengt het onderzoek in een stroomversnelling. Zijn team onthult dat gangster Philippe De Staercke zich enkele uren voor de aanslag in Aalst rond de Delhaize ophield.

Daardoor gaat het onderzoek ook richting Jean Bultot, de gevangenisdirecteur van Sint-Gillis die banden heeft met extreemrechtse groeperingen. Als gedetineerde had De Staercke nauwe contacten gehad met Bultot, die laatste gaf hem zelfs enkele criminele klussen.

In november 1986 forceert het Delta-team opnieuw een spectaculaire doorbraak. Troch geeft aan gespecialiseerde duikers opdracht om een zijarm van het kanaal Brussel-Charleroi nabij het hellend vlak van Ronquières uit te kammen: in de nacht na de aanval in Aalst hadden getuigen gezien dat onbekenden zaken in het kanaal hadden gegooid. De onderzoekers van Nijvel hadden op diezelfde plek al eens gedoken maar niets gevonden. Maar een jaar later haalt de groep-Delta enkele zakken naar boven met daarin een minibrandkast van de Delhaize in Aalst, een kogelvrije vest van de zeilmakerij in Temse én wapens die zowel gebruikt werden bij de overvallen in 1983 als de meer recente warenhuisaanvallen in 1985.

Het is deze vondst die justitieminister Koen Geens (CD&V) en de Luikse procureur-generaal Christian De Valkeneer deze week opnieuw in vraag stelden. Er zijn aanwijzingen – maar geen bewijzen – dat de zakken pas in 1986 in het water zijn gegooid.

Feit is wel dat Troch na deze vondst veel meer dan ooit nieuwe onderzoekspistes aanboort en verschillende dossiers met elkaar in verband probeert te brengen: het dossier van de ex-rijkswachters Bouhouche-Beijer, het dossier-Bultot, de moord op Mendez, het dossier van Patrick Haemers en de zaak van de zogenoemde Roze Balletten.

Maar in december 1990 wordt het Dendermonde-onderzoek stilgelegd en overgeheveld naar het parket van Charleroi. Troch zelf wordt uit zijn functie ontheven.

Criminoloog Paul Ponsaers: “Dat het nodig was om het werk van de parketten van Nijvel, Dendermonde en Charleroi te centraliseren, betwistte niemand. Maar ik heb nooit begrepen waarom het dossier dan niet in Dendermonde is terechtgekomen. Je zat daar met een zeer gemotiveerde ploeg die resultaten boekte. Het spoor naar belangrijke verdachten als Bultot, Bouhouche en Beijer werd daarna veel minder intensief.”

Charleroi-Cel Waals Brabant: Bonkoffsky wandelt binnen en stapt weer buiten

Anno 2017 kun je niet zeggen dat de centralisering van het Bende-dossier in de cel Waals-Brabant een succes was. Toch is het niet zo dat de onderzoekers hebben stilgezeten. Eind jaren 90 is er de verspreiding van de robotfoto’s; in 2012 zijn er meerdere huiszoekingen bij leden van de vroegere extreemrechtse groepering Westland New Post; in mei 2014 wordt er gegraven op een terrein van een overleden oud-rijkswachter met extreemrechtse sympathieën in de hoop een vluchtauto en het lijk van de zogenaamde killer van de bende naar boven te halen.

Enkele maanden later pakken de speurders de mythomaan Jean-Marie Tinck even op en is er de ondervraging van Westland New Post- leider Michel Libert. Vorige zomer is er een zoektocht naar wapens in de vijver van de ouders van de overleden gangster Patrick Pilarski te Adinkerke.

De ijver van de onderzoekers kan niet verhinderen dat de enquête regelmatig in opspraak komt. Zo is er in februari 2010 het bizarre ontslag van de leidinggevende speurder Lionel Ruth omdat die thuis een wapen had dat toebehoorde aan Jean Bultots ex-vriendin, een wapen dat weliswaar niet tijdens Bende-aanvallen was gebruikt. Ook het vertrek van topspeurder Eddy Vos is een aderlating: Vos was jarenlang met het Bende-onderzoek bezig geweest en kent het dossier zeer goed.

Pijnlijke episode

Ook deze week loopt de cel Waals-Brabant imagoschade op als blijkt dat de tip van Marc Van Damme over diens jeugdvriend ‘De Reus’ Christiaan Bonkoffsky slechts laattijdig en minimalistisch is opgevolgd: ex-rijkswachter Bonkoffsky wordt in 2000 opgeroepen voor een speekseltest en vingerafdrukken maar de speurders zullen hem nooit ondervragen.

Maar de meest pijnlijke episode van het Charleroi-onderzoek doet zich voor wanneer onderzoeksrechter Martine Michel haar voorgangers van de cel-Delta van onderzoeksmanipulatie beschuldigt omdat die in 1986 een fake-doorbraak gecreëerd zouden hebben door de zakken met wapens en de kogelvrije vest zélf in het kanaal Brussel-Charleroi te hebben gegooid.

Ze doet dat op basis van een onderzoek van het Nationaal Instituut voor Criminalistiek en Criminologie (NICC) dat oordeelt dat de voorwerpen onmogelijk een jaar in het water gelegen konden hebben. De speurders van Freddy Troch worden in Charleroi op het matje geroepen, een van hen wordt zelfs gedwongen meegetroond met een bevel tot medeneming waarin staat dat er “ernstige aanwijzingen van schuld bestaan in feiten van diefstal met geweld en moord”. De man wordt als het ware verdacht van medeplichtigheid aan de Bende-aanslagen.

Deze onvervalste guerre des flics loopt af met een sisser: het NICC-onderzoek blijkt toch niet zo waterdicht en de cel Charleroi neemt zijn toevlucht tot een kafkaiaanse uitspraak: “Het staat vandaag niet vast dat er manipulatie is geweest, maar het staat ook niet vast dat er geen is geweest.” Deze week kreeg het incident nog een kluchtig gevolg toen bekend raakte dat jonge amateur-duikers in het kanaal Brussel-Charleroi, op een boogscheut van waar in 1986 was gezocht, wapens en munitie hadden gevonden.

De toekomst: wie wilde de staat ondermijnen en waarom?

Toch lijkt het dat het postume aanduiden van Christiaan Bonkoffsky als Bende-lid opnieuw voor voldoende adrenaline kan zorgen om het onderzoek nieuw leven in te blazen. “Maar ik zou het dossier dan wel laten coördineren vanuit het federaal parket”, zegt ex-justitieminister Tony Van Parys. “De huidige onderzoekers en de procureur-generaal van Luik kunnen perfect de enquête blijven leiden, maar het zou goed zijn dat het federaal parket voor een helikopterzicht zorgt. Zo haal je het onderzoek weg uit de cocon van een kleine onderzoeksgroep en kan er ook gerichter gekeken worden of er bij de Bende terroristische motieven in het spel waren – net op dat vlak heeft het Federaal Parket veel ervaring. Volgens mij zou dit naar de bevolking ook een vertrouwenswekkende maatregel zijn.”

Renaat Landuyt: “Ja, er is nog een toekomst voor het Bende-dossier maar dan moeten de onderzoekers wel met een frisse blik durven kijken. De cruciale vraag naar het precieze motief van die kerels moet centraal staan. Ik denk dat we het na al die jaren eens zijn over het feit dat dit geen overvallen waren voor financieel gewin, maar dat het de bedoeling was om terreur te zaaien. Dát is de hamvraag: wat was de bedoeling van die terreur en wie gaf de opdracht?”

Niet iedereen gelooft nog in de verderzetting van een strafrechtelijk onderzoek. Paul Ponsaers ziet meer heil in een Waarheidscommissie of een onderzoekscommissie: “Ik betwijfel of het mogelijk is om nog een strafproces te beginnen. Veel verdachten, slachtoffers en getuigen zijn al overleden en de bewijsvoering zal bijzonder moeilijk verlopen. Maar het blijft cruciaal dat we op een alternatieve manier in deze zaak de waarheid naar boven halen over de allerbelangrijkste vraag: wat was de bedoeling van de staatsgevaarlijke activiteiten van de Bende? Want als je de feiten en onderzoeken naast elkaar legt, dan kun je maar tot één conclusie komen: er heeft hier iets gespeeld dat buiten het normale ligt.

“Het was de bedoeling om het land te destabiliseren en als je ziet op welke systematische wijze de onderzoekers via allerlei manipulaties werden gedwarsboomd, dan kun je alleen maar concluderen dat hier professionals aan het werk waren. Professionele staatsondermijners en we moeten weten wie ze waren en waarom ze deden wat ze gedaan hebben.”

Bron » De Morgen

Wat een bende, dat nieuws!

Spraakmakend advocaat onthult één non-feit, en alle redactionele alarmen gaan af. De rest bestaat uit vermeende feitjes en speculatie. Er is geen enkele nieuwe en gecontroleerde informatie beschikbaar. Dertig jaar verprutst en/of gemanipuleerd gerechtelijk onderzoek heeft niets opgeleverd, en dat wisten we we al decennia lang. Het non-feit van nu voegt daar niets aan toe. Toch draaiden alle redactionele gebedsmolens door.

In de zaak van de Bende van Nijvel staan sommige zaken vast. Het is de zwaarste serie aanslagen die ons land ooit kende in vredestijd, en met een ongemeen groot aantal doden. Het onderzoek is niet goed gevoerd, en deels bewust gemanipuleerd. Verder strafrechtelijk onderzoek is totaal zinloos, omdat het nu al is aangetast door onwettigheid.

Die komt voort uit de verlenging van de verjaringstermijnen voor feiten uit dit dossier, terwijl dossiergebonden verlengingen onwettig zijn en uit de excessieve lengte van het onderzoek. Nieuwe justitiële hardnekkigheid kan zulke onwettigheid niet retro-actief goedmaken. Parlementaire onderzoekscommissies en expertenopinies hadden geen enkel effect.

Leve de pers?

Wat we vernamen is dat een gevorderd alcoholicus, oud-rijkswachter, op zijn sterfbed in familiekring aangevoerd heeft de gezochte reus van de Bende te zijn. In een krakkemikkig onderzoek waren eerder al ’s mans vingerafdrukken en zo onderzocht, en dat had toen niet tot sluitend bewijs geleid. Het zogenaamde nieuw feit is een non-feit zonder enige daadwerkelijke betekenis. Fake news.

Toch volstond het om op alle redacties van het land alle alarmen te activeren. Dat zegt iets over journalistiek. Het kernidee van journalistiek is controle en dubbele controle van al wat wordt aangevoerd; journalisten lopen niet in elke sloot en struikelen niet over elke steen. Ze onderzoeken wat iemand aanvoert en testen er de relevantie van en de aannemelijkheid. Dàt is het alfa en het omega van het journalistiek métier.

Men moet de moeilijkheidsgraad daarvan niet te licht inschatten, het vergt een grote nuchterheid tegenover wat wordt aangevoerd, een zeker wantrouwen om zich niet om de tuin te laten leiden, koelbloedig vakmanschap om bij groot sensationeel nieuws de juiste vragen te stellen.

Daar hadden we de voorbije week best wat meer van mogen zien.

De zaak van de Bende leidt al 30 jaar, onvermijdelijk, tot allerlei theorieën op basis van meer of minder aannemelijke verbanden of speculaties die rusten op heel grote lekken uit het principieel vertrouwelijk onderzoeksdossier.

Er zijn oude oude Panorama-reportages van de jaren ’90 die toen al de gekende elementen verzamelden, onder de leiding van Walter Zinzen, Flip Voets, en wijlen Walter De Bock en Hugo Gijsels.

Deze generatie van onderzoeksjournalisten ‘avant la lettre’ bracht toen al elementen uit het Bende-onderzoek in verband met gangbare of minder gangbare complottheorieën. Daarbij aarzelden ze geen ogenblik om oud-premier Van den Boeynants met naam en toenaam te noemen, met een franc parler dat vandaag zeldzaam is.

Waren dit journalistieke opinies die op een voldoende feitelijke grondslag rustten?

We weten het niet, de familie VDB schijnt ooit met een klacht te hebben gedreigd wegens laster en eerroof, maar daar is bij mijn weten sedertdien niets meer van vernomen.

En justitie?

We slagen er zelden in om grote en complexe gerechtelijke onderzoeken degelijk te voeren. We slagen er niet eens in om met al onze inlichtingen- en informatiediensten de vele complottheorieën tegen het licht te houden. Dat zijn in een rechtsstaat verontrustende conclusies. Hier is meer nodig dan een onwerkdadige poging om het morsdode Bende-onderzoek te willen reanimeren.

En de journalisten?

Er blijft ook een groot journalistiek vacuüm. Een non-feit leidt tot grote redactionele investeringen in vele minuten en pagina’s… non-nieuws. Formidabele speculatie, weinig aandacht voor de relevantie en aannemelijkheid van wat was aangevoerd.

Bron » VRT Nieuws | Leo Neels

Waarom het spoor naar Chris B. anders is dan al de andere

Christian De Valkeneer leeft al maanden tussen hoop en vrees. De hoop dat de onthullingen over de overleden rijkswachter Chris B., mogelijk ‘De Reus’ van de Bende, eindelijk zullen leiden tot de oplossing van het mysterie. Tegelijk is er de vrees dat het opnieuw op niets uitdraait. En dat de kritiek dan weer ongenadig zal zijn.

De voorbije week bleek dat veel slachtoffers, zeker aan Vlaamse kant, hun vertrouwen kwijt zijn in uw onderzoek.

‘Kunt u hen dat kwalijk nemen? We hebben elke twee jaar een grote vergadering met de slachtoffers. Sommige mensen daar zijn heel kritisch. Eén slachtoffer – een Franstalige – heeft vorige keer tegen mij gezegd: “Ik geloof niet in justitie en ik heb geen respect voor u. U doet uw job niet.”’

‘Ik heb geantwoord dat ik hem begreep. Wat kan ik anders zeggen? Dertig jaar lang hebben die mensen al geen antwoorden op de vraag wie hun familieleden heeft vermoord en waarom. Wij proberen het wantrouwen weg te nemen door grote openheid te tonen. Het dossier is een open dossier. Iedereen van de slachtoffers die het dossier wil inzien, kan dat. Elke dag. Zij en hun advocaten kunnen ons werk bekijken, controleren en ook onderzoeksdaden voorstellen als ze iets zien in het dossier.’

Waarom zou het spoor naar Chris B. anders zijn dan al de andere in het verleden?

‘In de eerste plaats door de manier waarop het tot ons is gekomen. Er is niet één bron, maar er zijn er verschillende, dat maakt het geloofwaardig. In februari is een jeugdvriend van Chris B., via David Van de Steen en Eddy Vos, de ex-onderzoeksleider van de cel-Bende van Nijvel, naar ons gekomen. Pas daarna werd het bevestigd door de broer van Chris B. En dan nog maar mondjesmaat. Hij geloofde eerst zelf niet echt wat zijn broer hem een paar weken voor zijn dood in mei 2015 had verteld. Pas toen we in mei van dit jaar de derde keer bij hem langsgingen, besefte de broer dat Chris B. de waarheid kon hebben gezegd. Dat hij lid van de Bende van Nijvel was geweest.’

‘Uit de analyse van het medisch dossier en het vakantiedossier van Chris B. bij de rijkswacht dat we aan de broer hebben voorgelegd, bleek dat B. niet gewerkt had op 27 september 1985. En dat hij die dag dus in Eigenbrakel en Overijse geweest kan zijn, toen de Bende daar toesloeg. In Eigenbrakel beschreven getuigen dat er een man was die Frans sprak met een Vlaams accent. Een andere getuige beschreef een hinkende man. B. had een voetblessure. Robotfoto nr. 19 van ‘De Reus’ werd gemaakt na Overijse. Dat zijn allemaal heel interessante elementen, maar nog geen bewijzen natuurlijk. Komt daar nog bij dat Chris B. volgens zijn broer een kennis was van Madani Bouhouche en Robert Beijer. Dat zijn twee oude bekenden in het dossier. Als dat klopt, is het zeer opvallend. Beijer zegt nu vanuit Thailand dat hij Chris B. helemaal niet kent (DS 24 maart). We zullen zien.’

Geen doofpot

Een vraag die veel mensen zich stellen, is waarom dat allemaal zo lang moest duren. De tip over Chris B. kwam binnen in februari, we zijn nu bijna november.

‘Het gaat nooit snel genoeg voor de slachtoffers. Dat begrijp ik. Maar wij hebben het maximum gedaan met de drie onderzoekers die er waren in februari. Bij al onze sporen volgen wij een strategie. Eerst bepalen we of een spoor echt interessant is. Als dat zo is, vragen we de baas van de federale gerechtelijke politie, Claude Fontaine, extra middelen. Voor het spoor B. hebben we dat in juni gedaan. In september zijn er al twee extra mensen gekomen. Daarna zijn we begonnen met in alle stilte te werken rond Chris B. en zijn kennissenkring. In de luwte werken heeft zo zijn voordelen, ook al omdat we geen valse hoop willen creëren bij de slachtoffers.’

‘Die strategie is nu natuurlijk doorkruist door de plotse media-aandacht. Maar goed, elk nadeel heeft zijn voordeel. Nu krijgen we zonder problemen nog meer middelen. En door die nieuwe media-aandacht hebben we ook de wapens uit het kanaal gekregen (die magneetvissers in mei of juni uit het water haalden, red.). Die kunnen ook zeer interessant zijn. Tenslotte zijn ze gevonden vlak bij de plaats waar in 1986 al wapens en andere voorwerpen van de Bende van Nijvel zijn gevonden. Ze liggen nu bij het Nationaal Instituut voor Criminalistiek en Criminologie voor onderzoek.’

Er zijn mensen die zeggen: door de media-aandacht kunnen ze het tenminste niet in de doofpot stoppen.

‘Ik weet niet waar het wantrouwen van Jef Vermassen tegenover mij vandaan komt. Dat hij naar Charleroi komt en als een professional het onderzoek inkijkt’
‘Over het verleden kan ik me niet uitspreken, want toen was ik er niet bij. Maar vandaag is er geen doofpot en oefent niemand druk uit. Er is altijd veel kritiek op de onderzoekers geweest. Dat mag. Ik heb nooit gezegd dat wij de slimste en de beste zijn. We staan open voor alle kritiek. Maar het is belangrijk te weten dat wij sinds 2009 proberen te werken op harde elementen, niet op hypothesen.’

‘Dat is een bewuste keuze geweest. In 2009 zaten in het dossier al miljoenen pagina’s met hypotheses waar een kat zijn jongen niet in vindt: banditisme, destabilisering van de staat, chantage … noem maar op. Dat zijn allemaal mogelijke sporen. Maar wij willen concrete elementen omop op te werken. Het spoor Chris B. is een concreet spoor dat – misschien – leidt naar de rijkswacht. En dus volgen we nu dat spoor.’

Is justitie bang om in de richting van de rijkswacht te zoeken?

‘Nogmaals, over het verleden spreek ik me niet uit. Vandaag zoeken we in elk geval wel in de richting van de rijkswacht. Maar dat betekent niet dat het gemakkelijk is.’

‘Stel, iemand komt morgen bij mij en zegt: “Persoon X van de Groep Diane maakte deel uit van de Bende van Nijvel.” Wat kunnen onze speurders dan concreet doen? Ze kunnen proberen te verifiëren of de persoon op die dag 35 jaar geleden in de buurt van de feiten kan zijn geweest. Dat op zich is al niet gemakkelijk. En stel dat wij die man dan verhoren, als hij nog leeft. Zul je hem dan klem kunnen zetten met niets in de handen? Om politiemensen te verhoren, heb je harde elementen nodig. Die weten te goed hoe het spelletje werkt.’

U draagt een zware erfenis uit het verleden mee?

‘Uiteraard. In de jaren 80 waren er geen DNA-sporen, er waren geen telefoontaps. Er was geen cultuur van het grondig doorzoeken van de crime scene. Er was helemaal niks. In dit dossier van 2 miljoen pagina’s zijn welgeteld twee DNA-sporen. Een spoor op een sigarettenpeuk in de taxi van de in 1983 vermoorde taxichauffeur Constantin Angelou. En één gemengd spoor op een kogelvrije vest die in 1986 in Ronquières werd gevonden. Dat is mager.’

Twee reuzen

Advocaat Jef Vermassen betwijfelt dat u uw werk goed doet. Hij zegt dat u maar in uw dossier moet kijken om te weten wie er achter de Bende zit. Dat de Staatsveiligheid er mee achter zit. Hij insinueert dat u het ook weet, maar dat u dat niet wilt zeggen.

‘Ik vind het jammer dat Vermassen niet naar ons is gekomen met zijn probleem. Ik weet niet waar zijn wantrouwen tegenover mij vandaan komt. Ik heb hem nooit ontmoet. Maar hij blijft welkom in mijn bureau.’

U weet toch wel waar dat wantrouwen vandaan komt? Er circuleren anonieme brieven waarin exact gezegd wordt wat Vermassen nu beweert. Dat zijn gedetailleerde brieven, met de namen van vermoedelijke daders erin, duidelijk geschreven door mensen met kennis van het dossier.

‘Die brieven bestaan inderdaad. Ze gaan over het extreemrechtse Westland New Post dat in de jaren 80 actief was en ook verschillende keren verdacht werd van betrokkenheid bij de Bende-overvallen. In die brieven worden WNP-voorman Michel Libert en twee anderen als de daders van de overvallen aangewezen.’

‘Wij hebben Libert twee jaar geleden opgepakt. Dat is uitgebreid in de pers verschenen. Er was een reeks aanwijzingen tegen hem. Maar onderzoeksrechter Martine Michel heeft hem vrijgelaten, met mijn volle goedkeuring, omdat ze oordeelde dat die aanwijzingen niet zwaar genoeg wogen.’

‘De speurders die dat spoor onderzochten, waren daar zeer boos over. Ze schreven brieven naar minister van Justitie Koen Geens (CD&V) en naar de topmensen van de federale politie, Catherine De Bolle en Claude Fontaine. Ze zeiden dat Michel en ik de piste-WNP in de doofpot wilden stoppen en dat wij mensen van de vroegere Staatsveiligheid beschermden die achter WNP zaten.’

‘Ik ben het met de briefschrijvers eens dat het spoor WNP-Michel Libert zeer interessant is en blijft. Het duo Bouhouche-Beier, WNP, de Staatsveiligheid: daar waren banden tussen in de jaren 80, dat is geen geheim. Maar nogmaals, er waren geen aanwijzingen genoeg om Libert en co. aan te houden.’

Maar het is wel op die brieven dat Vermassen zich baseert om zijn wantrouwen in het onderzoek uit te spreken?

‘Die indruk heb ik in elk geval. Maar dat hij dan naar Charleroi komt en als een professional het onderzoek inkijkt om te zien wat klopt en niet klopt in de brieven. Dat soort dingen verziekt het dossier, ze zijn een poging tot destabilisering.’

‘Weet u wat vooral raar is? Die WNP-speurders hadden hun hele redenering opgebouwd rond het feit dat Libert wel “De Reus” moest zijn, omdat hij zo goed op robotfoto 19 lijkt. Wel, ook Chris B. lijkt er goed op. Maar slechts een van die twee kan “De Reus” zijn, niet allebei. Dat moet Vermassen toch ook weten?’

Gelooft u dat het spoor naar Chris B. en de nieuwe wapenvondst de Bende van Nijvel kunnen helpen ontmaskeren?

‘Ik werk niet op basis van geloof, maar op basis van aanwijzingen. Maar je moet natuurlijk ook een beetje geloven. En ons optimisme is gestegen, ja. Het zijn de meest beloftevolle sporen die ik al gezien heb sinds ik hier ben. Maar we moeten voorzichtig blijven. Het is perfect mogelijk dat we over zes maanden nog op hetzelfde punt staan.’

Bron » De Standaard

“Laat een waarheidscommissie klaarheid scheppen over Bende van Nijvel-onderzoek”

Volgens professor emeritus criminologie Paul Ponsaers moet een onafhankelijke waarheidscommissie opheldering brengen rond het onderzoek naar de Bende van Nijvel. Dat heeft hij gezegd in De wereld vandaag op Radio 1. “Dat kan wat mij betreft gebeuren door een parlementaire onderzoekscommissie, of door een onafhankelijke onderzoekscommissie: de vorm is ondergeschikt aan het doel.”

Ponsaers schreef eerder al een boek over de Bende van Nijvel. Hij volgt het dossier al jaren. “Het is iets geworden wat je een leven lang meesleept”, zegt hij daarover. “Al hoop ik natuurlijk dat de zaak nu snel opgelost geraakt, nu er de voorbije dagen verschillende dingen naar boven zijn gekomen.”

Die klaarheid moet wat Ponsaers betreft komen van wat hij “een waarheidscommissie” noemt. In het verleden hebben twee parlementaire onderzoekscommissies het dossier al onderzocht. “De exacte vorm daarvan, is bespreekbaar. Dat kan een parlementaire onderzoekscommissie zijn, of een onafhankelijke onderzoekscommissie, die de zaak volledig als buitenstaander herbekijkt.”

Duizendkoppig monster

Ponsaers vergelijkt het dossier van de Bende van Nijvel met een duizendkoppig monster. “Of misschien zelfs miljoenkoppig. Daarom moeten de speurders keuzes maken. Ze moeten niet proberen om álle pistes te onderzoeken, en alle openstaande deuren definitief te sluiten. Ze moeten vooral een antwoord proberen zoeken op de vragen waarmee de bevolking nu specifiek worstelt, in plaats van zich bezig te houden met elke naam die halvelings in het dossier staat.”

In dat opzicht vindt Ponsaers het veelzeggend dat er de voorbije dagen opnieuw veel tips zijn binnengekomen. “De samenwerking vanuit de bevolking is bijzonder groot. Mensen willen na al die jaren nu écht antwoorden. In geval van groot banditisme zou die samenwerking minder groot zijn, omdat mensen zich eerder angstig zouden voelen. Nu gaat het om een dossier dat de werking van de staat fundamenteel bedreigt.”

Dat het speurdersteam zelf de voorbije jaren doelbewust elementen in de doofpot zou gestoken hebben: daar stuurt Ponsaers niet op aan. “Het klopt naar mijn gevoel wel dat de piste rond de Rijkswacht onvoldoende is onderzocht destijds. Als je natuurlijk niet weet in welke richting he moet gaan zoeken, dan wordt het wel moeilijk. Ik weet dat mensen zich altijd zullen bezighouden met het bedenken van complottheorieën. Daar gaat het volgens mij niet over.”

“Mijn persoonlijke overtuiging is dat de Bende van Nijvel bestaat uit enkele gefrustreerde mislukkelingen die uit verschillende staatsapparaten – waaronder de Rijkswacht – zijn gegooid. Vanuit die frustratie hadden ze zowel het politieke motief als de voorkennis om het apparaat waar ze ooit zelf deel van hebben uitgemaakt schade toe te brengen.”

Bron » VRT Nieuws