Dit gaat uitgerekend om de diensten die ons moesten beschermen tegen het allerergste

Hachelijk is mijn hoop. Een doorbraak in het onderzoek naar de Bende van Nijvel kan tot veel meer leiden dan het spoor naar de daders. In ieder moordonderzoek is het nauwelijks de eerste vraag wie de trekker overhaalde. Er is meteen de vraag naar het motief.

Het ruw ontwaken van ons collectief geheugen biedt echter nog andere kansen. Wij die sinds 9/11 op het punt staan te wennen aan terreur, blijken plots toch gevoelig voor het gestolde bloed van de ‘loden jaren’.

De Aalsterse carnavalfoto confronteert ons met iets wat we in België niet gewoon zijn: als dit waar is, is dit er echt wel een van ons. Dit gaat niet over een uitheems uitgevochten conflict, achtergestelde buurten, of domme crimineeltjes. Het gaat ook niet om de perversie van een Janssen of Dutroux. Dit gaat om ijskoude moordmachines, gepokt en gemazeld binnen het systeem van onze eigen overheid. Het gaat uitgerekend om de diensten die ons moesten beschermen tegen het allerergste.

Het blijft mijn – vaak geridiculiseerde – stelling dat de Islamitische Staat onze rechtstaat niet bedreigde. IS was en blijft een gevaar voor onze veiligheid maar niet voor ons democratisch systeem. Met de Bende van Nijvel vrees ik al altijd het tegendeel. Ook toen was de kans om te sterven in een kogelregen statistisch klein. De kans op ondermijning van onze rechtstaat was toen echter onevenredig groot. Dat risico hebben we verwaarloosd.

We kunnen best lessen trekken uit het kleine Groothertogdom Luxemburg.

Ongeveer simultaan aan de terreur van de bende van Nijvel werd het Groothertogdom door 20 stereotiepe bomaanslagen getroffen. Verspreid tussen mei 1984 en maart 1986 startte de reeks even mysterieus als ze stopte. Ook daar volgde tientallen jaren lang – ook parlementair – onderzoek.

Het verschil met België is echter opmerkelijk. Over de Bommenlegger-affaire viel in juli 2013 de laatste regering van Juncker – toen Europa’s langst regerende eerste-minister. In de Bende van Nijvel hebben we dat nog niet meegemaakt.

Daarenboven leidde de Luxemburgse affaire wél tot een heus proces waar ‘s lands hoogste personaliteiten als getuige opgeroepen werden. Al ligt dat proces daar al een tijd stil, toch durfde de Luxemburgse justitie te denken wat hier weggewuifd werd.

Er waren nochtans magistraten die wel durfden door te denken. Samen met onderzoeksrechter Freddy Troch volgde substituut Willy Acke een lijn in het Bende-onderzoek die niet gesmaakt werd door de rijkswachttop, de hogere magistratuur en de toenmalige minister van Justitie. De briljante magistraat viel in zijn Brugse tijd al op. Je kan hem nu enkel terugvinden in het enige boek van Pieter Aspe dat ik ooit las: de in 2006 verschenen ‘Zonder spijt’.

Willy Acke werd verhangen teruggevonden. Zijn Bende-testament bestaat onder meer uit een pak keurig handgeschreven nota’s met sporen naar extreemrechtste terreurcomplotten en zelfs plannen voor een staatsgreep in de vroege jaren 70.

Ondertussen werden een aantal magistraten van toen, recent ook in de Kazachgate-onderzoekscommissie opgeroepen. Minder toevallig misschien is wat ik in mijn boek beschreef: hoe energiek sterfiguur Armand De Decker altijd iedere relatie tussen de Bende en extreemrechts bestreed. Toen in dat verband het anti-communistische stay-behind-netwerk te sprake kwam, verklaarde hij in een RTBF-reportage van 2014 dat “alleen personen van hoge kwaliteit, waaronder magistraten” daar deel van uitmaakten.

Daarmee zijn we niet gerustgesteld.

Bron » De Morgen | Jan Nolf

“Ik gaf naam van ‘De Reus’ al in 1998 aan de politie”

Een jeugdvriend heeft bij VTM Nieuws getuigd over de levenswandel van ‘De Reus’. Marc Van Damme gaf de naam van het bendelid al in 1998 door aan de speurders. “Ongelofelijk dat er twintig jaar niets mee is gebeurd. Daar kan ik echt niet bij”, zegt hij.

Het was in het carnavalsmilieu van Aalst dat Van Damme in contact kwam met ‘De Reus’. Samen gingen ze vaak op stap en zo leerde hij hem beter kennen. Het viel hem op dat de man soms opvallende uitspraken deed. “Er zou een staatsgreep moeten komen en de macht zou terug aan ons moeten zijn”, zo beweerde hij onder meer. “Hij was extreemrechts en was nogal militaristisch ingesteld”, getuigt Van Damme, “maar op die jonge leeftijd sta je daar niet bij stil.” Pas later trok Van Damme er conclusies uit.

Eind jaren 80 voelde Van Damme aan dat er mogelijke linken waren tussen ‘De Reus’ die hij kende en de Bende van Nijvel. Zijn kennis paste helemaal in het profiel. Op dat moment was het contact tussen hen al enkele jaren verwaterd. Toen hij in 1998 een robotfoto zag, besefte de getuige van VTM Nieuws dat hij het echt was. Van Damme bracht de speurders op de hoogte. Maar daarna werd de man dagenlang geschaduwd en voelde hij zich geïntimideerd. Hij besliste om te zwijgen.

Tot hij dit jaar met de broer van ‘De Reus’ sprak die hem uiteindelijk bevestigde wat hij al die jaren vermoedde. Daarop nam Van Damme contact op met slachtoffer David Van de Steen en vertelde hem wat hij wist over ‘De Reus’. Die trok op zijn beurt naar het gerecht en de bal ging finaal opnieuw aan het rollen.

Van Damme was vanavond ook te gast bij Van Gils & Gasten en heeft daar herhaald niet te begrijpen dat er al die jaren nooit iets werd gedaan met die informatie. Volgens Christian De Valkeneer, procureur-generaal van Luik en hoofd van het onderzoek, waren er onvoldoende elementen tégen de ex-rijkswachter in kwestie.

“Van die reactie word ik echt kwaad”, aldus Van Damme. “Hoe durft iemand dat te beweren? Wat moeten ze nog meer hebben dan wat ik toen zei?”

Bron » De Morgen

Politici van toen over de Reus, de Bende en de rijkswacht: “Ze scholden me uit voor fantast”

C.B., de man die op zijn sterfbed bekende dat hij de Reus was, werd eind 1998 al verklikt door zijn jeugdvriend. Toch werd de voormalige rijkswachter nog zeventien jaar met rust gelaten. Politici die toen het dichtst bij het dossier van de Bende van Nijvel stonden, reageren. ‘De onderzoekers moeten met een goede uitleg komen.’

Tony Van Parys (CD&V), de justitieminister van dit land vlak voor de eeuwwisseling, zucht aan de telefoon. Hij kan het zich naar eigen zeggen moeilijk herinneren. Het is ondertussen lang geleden. “Maar hoe meer ik hierover denk hoe zekerder ik ben: niemand heeft met toendertijd ingelicht over die tip. Anders zou ik dat nog weten. Ik heb jarenlang gezeteld in de onderzoekscommissies naar de Bende van Nijvel. Ik verdacht zelf de rijkswacht. Dan zou mijn alarm wel zijn afgegaan.”

Niet alleen de Dorpsstraat maar ook de Wetstraat is al decennia in de ban van de Bende. Twee speciale commissies, duizenden pagina’s verslagen en ontelbare debatten. Allemaal zonder tastbaar resultaat. Ook niet nadat er dus eind 1998 een gouden tip binnenkwam van Marc Van Damme over de identiteit van de Reus.

Tip niet doorgekomen

“De minister van Justitie wordt niet over elk lopend onderzoek geïnformeerd. Dat zou het geheim van het onderzoek in gevaar brengen. Maar als er gewichtige nieuwe elementen zijn in een dossier dat zo belangrijk is als dat van de Bende, verwittigt de procureur-generaal zijn minister normaal”, zegt Van Parys.

Maar dat is dus niet gebeurd. Luc Van den Bossche (sp.a), indertijd minister van Binnenlandse Zaken en bevoegd voor de ijksijkswacht, vertelt hetzelfde. “Die tip is toen niet tot bij mij geraakt. Ik had wekelijks een vergadering met de leiding van de rijkswacht en daar is nooit over gesproken.”

Hoe dit te verklaren valt? Van Parys en Van den Bossche moeten het antwoord schuldig blijven. “Misschien was er wat laksheid. Misschien werd die tip toen nog niet als zo bepalend aanzien”, vertelt de eerste. Zijn collega haalt de schouders op. “Wie weet wat er gebeurd is? Ik alvast niet.”

Vijfde generatie

Stefaan De Clerck (CD&V), die al justitieminister diende tussen 1995 en begin 1998, stelt dat er in die periode wel “een zekere moedeloosheid” was ingeslopen bij de speurders. “Er leek geen hoop op een doorbraak. Het personeelsverloop was groot. Ik kan me ook voorstellen dat zo’n onderzoek op een bepaald ogenblik een onmogelijke ‘massa’ wordt. Later, als justitieminister tussen 2008 en 2011, waren we al aan de vierde of vijfde generatie onderzoekers toe.”

De christendemocraat fronst wel de wenkbrauwen bij alle recente onthullingen rond C.B. “De speurders zullen een goede uitleg moeten hebben waarom die tip over de Reus niet eerder is opgepikt. Daar kan je toch vragen bij stellen. Als het klopt dat de onderzoekscel jaren heeft geaarzeld met cruciale informatie, is dat beangstigd voor mij.”

Hugo Coveliers, die voor de Volksunie in de beide onderzoekscommissies naar de Bende zat en er als ongebonden politicus tegen alle schenen stampte, brengt een nuance aan. “Ik denk niet dat de speurders bewust potjes dicht hebben gehouden. Je mag ook niet vergeten: er komen daar immens veel tips binnen.”

Allergrootste vraagteken

Tegelijk blijft Coveliers achter zijn oude these staan: het is de rijkswacht. “In de jaren tachtig scholden ze me uit voor fantast en dorpsgek als ik dat maar durfde zeggen. Het nieuws rond C.B. zorgt dus wel voor enige voldoening (lacht). In het beste geval kan de Reus ons nu leiden naar de opdrachtgevers van de Bende. Want zij blijven het allergrootste vraagteken.”

Nog dit: huidig minister van Justitie Koen Geens wil meer inzetten op spijtoptanten, om nog extra getuigenissen los te weken over de Bende. Dat is allesbehalve een nieuw idee. Het was een van de aanbevelingen van de commissies naar de Bende. “Maar finaal kwam het er niet door omdat Elio Di Rupo er zijn voet voor plaatste”, zegt Van Parys. “Di Rupo bleek te getraumatiseerd na zijn onterechte beschuldiging voor pedofilie door ‘de informant’ Olivier Trusnagh dat hij vreesde dat spijtoptanten nooit als geloofwaardige bron konden dienen. De enige overgebleven optie: berouw op het sterfbed.”

De Clerck: “Ik heb er altijd in geloofd dat iemand zou spreken. 28 doden, die achtervolgen je.”

Bron » De Morgen

Vermassen last voor even mediastilte in: “Ik heb mijn werk gedaan”

“Ik heb in afspraak met de stafhouder beslist om een mediastilte in te bouwen. In het dossier van de Bende van Nijvel heb ik mijn werk gedaan.” Dat zegt advocaat Jef Vermassen.

Procureur-generaal van Luik Christian de Valkeneer had de advocaat uitgenodigd om naar voren te komen met zijn informatie, nadat Vermassen stelde dat er nog twee namen van vermoedelijke bendeleden in het dossier staan.

In de zaak van de Bende van Nijvel treedt Vermassen op voor David Van de Steen, die bij de overval op de Delhaize in Aalst op 9 november 1985 zijn ouders en zijn zus verloor. Bij die hold-up kwamen acht mensen om het leven.

Geen weet van twee namen

Volgens Vermassen stond de naam van C.B., de overleden ex-rijkswachter die beschouwd wordt als ‘De Reus’ van de Bende van Nijvel, al twintig jaar in het dossier. Op dezelfde pagina in het dossier staan volgens de advocaat ook twee namen van andere vermoedelijke bendeleden, maar is er onvoldoende onderzoek naar gedaan.

“Als je niet blind bent en je kijkt ernaar, dan zie je het. Dit is een pure uitvlucht omdat men goed weet dat men eigenlijk niet willen zoeken heeft. Dat men nog eens opnieuw gaat kijken”, zei Vermassen deze ochtend. Procureur-generaal De Valkeneer stelde daarop dat hij geen weet had van twee extra namen en nodigde de advocaat uit om naar voren te komen met zijn informatie.

“Ik heb in afspraak met de stafhouder beslist om een mediastilte in te bouwen. In het dossier van de Bende van Nijvel heb ik mijn werk gedaan. Het is nu aan de politionele diensten om het onderzoek verder te zetten”, zegt advocaat Jef Vermassen.

Bron » De Morgen

Delhaize: “Beloning van 250.000 euro voor gouden tip naar Bende ligt nog klaar”

De beloning van 250.000 euro voor informatie die leidt tot de aanhouding van de daders in de zaak van de Bende van Nijvel, is nog altijd beschikbaar. Dat zegt woordvoerder Roel Dekelver van Delhaize. “Het is het gerecht dat moet bepalen of er een gouden tip of een doorbraak is in dit dossier.”

“Er wordt een beloning van 250.000 euro uitgeloofd aan de personen die inlichtingen kunnen verstrekken die leiden tot de aanhouding van de daders”, stelt de officiële website van de federale politie over de Bende van Nijvel.

10 miljoen Belgische frank

De premie is uitgeloofd door Delhaize na de overvallen op het warenhuis in de jaren 80. “Dat was vroeger 10 miljoen Belgische frank en die som staat nog altijd open”, zegt woordvoerder Roel Dekelver van Delhaize. “Meer dan 30 jaar heeft de directie van Delhaize die som ter beschikking gesteld voor de gouden tip die leidt naar de doorbraak in het dossier van de Bende van Nijvel. Delhaize, de klanten en het personeel zijn zwaar getroffen door de aanslagen die toen zijn gebeurd.”

“Op dit moment kijken we uiteraard naar het gerecht, dat het dossier opvolgt. Zij moeten bepalen of er een gouden tip is of een doorbraak in dit dossier. Het is nu nog te vroeg om daarover te oordelen. We wachten het onderzoek af en we hopen uiteraard op een doorbraak, omdat het een traumatische gebeurtenis was voor iedereen die er van nabij of veraf bij betrokken geweest is.”

Bron » De Morgen