“Herlees het dossier. De antwoorden staan erin”

Vermassen is op zoek naar de waarheid in opdracht van David Van de Steen, die zijn ouders en zus verloor bij een raid van de Bende van Nijvel.

Jef Vermassen weet wie achter de Bende van Nijvel zat. Of althans, dat denkt hij toch. Zijn onthullingen worden aan officiële zijde onthaald op een droog “geen commentaar”.

“De toenmalige Staatsveiligheid, de Groep Diane (het speciaal interventieteam binnen de toenmalige rijkswacht, red.), belangrijke politici die een sterk en autoritair regime wilden en gangsters uit het zwaar banditisme.” Dat conglomeraat zat in de eerste helft van de jaren 80 achter de Bende van Nijvel, legde Jef Vermassen zondag uit. Waar hij die zekerheden haalt, wilde hij gisteren (nog altijd) niet kwijt. “Ik heb deze elementen en nog andere informatie uit het dossier. Wat die juist zijn, kan ik niet prijsgeven omwille van mijn beroepsgeheim.”

Vermassen is er echter van overtuigd dat de gegevens waarover hij beschikt correct zijn. Maar hij is op zijn hoede. Uit wat hij zegt en in zijn boek schrijft, kan je afleiden dat zijn vertrouwen in de speurdersploeg van onderzoeksrechter Martine Michel (Charleroi) eerder beperkt is.

Promotie

In zijn recente boek ‘Meester, ik heb geen tranen meer’ besteedt Vermassen veertien pagina’s aan de Bende van Nijvel en het lijden van het slachtoffer dat hij bijstaat, David Van de Steen. Dat de strafpleiter uit Lede net nu met deze onthullingen komt, wekt daarom op sociale media wat te verwachten schampere reacties los. “Moet er hier een boek gepromoot?”, luidt de teneur.

Vermassen pareert die kritiek. “Ik maak van mijn boek gebruik om nog eens aan de boom te schudden. Omdat ik van David de opdracht gekregen heb samen op zoek te gaan naar de waarheid. En omdat ik doodsbang ben dat het dossier een stille dood gaat sterven. Daarom stel ik een aantal vragen. En vraag ik dat het dossier grondig herlezen wordt. De antwoorden staan erin.”

De advocaat doet de suggestie om in de zaak van de Bende van Nijvel dezelfde methode toe te passen als in de zoektocht naar de moordenaar van Annick Van Uytsel. “Toen dat onderzoek was vastgelopen, werd het dossier toevertrouwd aan een duo profilers (twee misdaadanalisten van de federale gerechtelijke politie van Turnhout, red.) Met maagdelijke blik namen zij het opnieuw helemaal door. Daardoor slaagden zij erin nieuwe elementen naar voor te brengen die tot dan toe niet waren opgemerkt. Misschien kan dit hier ook het geval zijn.”

De reactie van minister van Justitie Koen Geens (CD&V) – voogdijminister van de geviseerde Veiligheid van de Staat – op de onthullingen van Jef Vermassen is kort en droog. “Dit onderzoek loopt nog steeds en ik kan geen commentaar geven over lopende onderzoeken.”

Van de zaak gehaald

Een oud-speurder doet dat wel. Van 1982 tot 1985 behoorde Franz Balfroid bij de BOB van Waver met zijn collega Gérard Bihay tot de allereerste Bende-speurders. De Bende heette toen nog niet zo. Er was enkel een bizarre roofoverval bij wapenhandelaar Dekaise in Waver, waar in 1982 het eerste slachtoffer viel.

Franz Balfroid: “Bihay en ik stelden in 1983 als rijkswachter het eerste proces-verbaal op over de Groep G, een geheime extreemrechtse groep binnen de rijkswacht. Ik zeg niet dat wij de waarheid in pacht hadden, maar zoals deze bende te werk ging, kon je moeilijk anders dan wegkijken van het klassieke gangstermilieu. Overvallers proberen zo veel mogelijk geld mee te graaien en zo weinig mogelijk slachtoffers te maken. Deze lui deden precies het omgekeerde. Dus gingen wij zoeken bij het Front de la Jeunesse of Westland New Post – een creatuur van de Staatsveiligheid, zoals achteraf bleek.”

Het speurwerk van Bihay en Balfroid werd achteraf overladen met lof in tientallen Bende-boeken. Balfroid leeft nu teruggetrokken, diep in de Ardennen. “Wij zijn van de ene dag op de andere van de zaak gehaald. De Nijvelse procureur Jean Deprêtre riep: ‘Het zijn klassieke gangsters, basta!’ Gérard hebben ze naar de brigade Gembloux gestuurd, mij naar Oudergem. Daar moesten we ons bezighouden met burenruzies. Op mijn vijftigste ben ik gepensioneerd.”

Bron » Het Laatste Nieuws

Een hypothese zo oud als de Bende zelf: het was een inside job

“Ik denk dat ik weet wie er achter de Bende van Nijvel zit.” In een gesprek met TV-Oost legde Jef Vermassen zondagavond een verband met de Staatsveiligheid en de vroegere groep Diane, de speciale eenheden van de rijkswacht. Maar hij is niet de eerste die in die richting wijst.

Volgens Vermassen rust er een taboe op de hypothese van de inside job: de Bende van Nijvel die 28 mensen doodde bij vooral overvallen op grootwarenhuizen tussen 1982 en 1985. Om te doden, en in volle Koude Oorlog het land te destabiliseren, zoals in die jaren ook in Italië en Luxemburg gebeurde. Maar de hypothese is zo oud als de Bende zelf, zo leert een kleine rondvraag.

Hugo Coveliers, oud-politicus

“Dit was ook een van onze hypothesen”, zegt Hugo Coveliers, destijds voor de Volksunie lid van de eerste parlementaire commissie rond de Bende van Nijvel (1988-1989). “Men sprak van degenerated agents. Mensen die een opleiding hadden genoten bij de speciale eenheden, zich hadden aangesloten bij een of andere obscure club die zich als onderdeel van een ondergronds burgerleger voorbereidde op een inval van de Russen.”

De commissie wijdde 187 vergaderingen aan de Bende, hoorde 118 getuigen en maakte in zijn eindverslag melding van “duistere machten” die het onderzoek tegenwerkten.

“Men reageerde daar vanuit de rijkswachttop en de politiek furieus op. Wij waren gevaarlijke gekken, om zoiets zelfs maar te durven denken. (pathetisch) Zoiets schaadde het vertrouwen in onze instellingen! In de eindversie van het rapport zijn onze bevindingen afgezwakt, vooral onder invloed van de minst actieve commissieleden. Wat Jef Vermassen nu zegt, zeiden wij dertig jaar geleden al. Toen was het vloeken in de kerk.”

Franz Balfroid, speurder van het eerste uur

Van 1982 tot 1985 behoorde Franz Balfroid bij de BOB van Waver met zijn collega Gérard Bihay tot de allereerste Bende-speurders. De Bende heette toen nog niet zo. Er was enkel een bizarre roofoverval bij wapenhandelaar Dekaise in Waver, waar in 1982 het eerste slachtoffer viel.

Franz Balfroid: “Bihay en ik stelden in 1983 als rijkswachter het eerste proces-verbaal op over de Groep G, een geheime extreemrechtse groep binnen de rijkswacht. Ik zeg niet dat wij de waarheid in pacht hadden, maar zoals deze bende te werk ging, kon je moeilijk anders dan wegkijken van het klassieke gangstermilieu. Overvallers proberen zoveel mogelijk geld mee te graaien en zo weinig mogelijk slachtoffers te maken. Deze lui deden precies het omgekeerde. Dus gingen wij zoeken bij het Front de la Jeunesse of Westland New Post – een creatuur van de Staatsveiligheid, zoals achteraf bleek. Wij leefden in een wereld waarin velen in Brussel als NAVO-hoofdzetel een potentieel doelwit zagen van een Russische aanval.”

Het speurwerk van Bihay en Balfroid werd achteraf overladen met lof in tientallen Bende-boeken. Balfroid leeft nu teruggetrokken, diep in de Ardennen.

“Wij zijn van de ene dag op de andere van de zaak gehaald. De Nijvelse procureur Jean Deprêtre riep: ‘Het zijn klassieke gangsters, basta!’ Gérard hebben ze naar de brigade Gembloux gestuurd, mij naar Oudergem. Daar moesten we ons bezighouden met burenruzies. Op mijn vijftigste ben ik gepensioneerd. Er was iemand bij de rijkswacht die zei: ‘Denk goed na, gij hebt kinderen.’ Ik heb dat pensioen aanvaard en heb me dat nog geen moment beklaagd. Een van de mensen die ons buiten werkten zit nog altijd in het huidige onderzoeksteam. Ik probeer eigenlijk het nieuws over de Bende niet meer te volgen.”

David Van de Steen, overlevende

Normaal had de teller van de Bende op 29 moeten staan. Nadat hij zijn papa en mama op 9 november 1985 neergekogeld zag worden op de parking van de Delhaize in Aalst, rende de toen 9-jarige David Van de Steen de winkel binnen, verstopte zich en zag een van de daders boven zich. Hij schoot zijn machinegeweer leeg op de onderbuik van het kind. Van de Steen dankt zijn leven aan een medisch wonder.

Nu brengt hij veel tijd door op de filmset. Stijn Coninx verfilmt het boek Niet schieten, dat is mijn papa! van journaliste Annemie Bulté.

“Tot zijn dood in 2011 was het vooral mijn opa die de zaak bleef opvolgen. Hij heeft het zien gebeuren vanuit zijn raam, tegenover Delhaize. Hij vertelde mij hoe een rijkswachtofficier die avond in paniek uitriep: ‘Het zullen er toch geen van ons zijn?!’ Ik bedoel: ook in die tijd zelf was het een evident denkspoor. Waar anders dan bij de speciale eenheden konden mensen voor dit soort killeroperaties zijn opgeleid? Jef Vermassen verwoordt wat alle nabestaanden nog altijd hopen. Dat de tijdgeest eindelijk rijp is.”

Bron » De Morgen

Jef Vermassen: “Ik weet wie er achter de Bende van Nijvel zit”

“Ik denk dat ik weet wie de Bende van Nijvel is. We moeten zeker en vast zoeken in de richting van Staatsveiligheid van die tijd en de Groep Diane. Het is een vervlechting van criminele milieus en van administraties van toen.” Dat heeft advocaat Jef Vermassen zondagavond verklaard aan TV Oost naar aanleiding van de presentatie van zijn nieuwe boek. De advocaat pleit voor een nieuwe verlenging van de verjaringstermijn van het onderzoek.

Vermassen stelt dat de waarheid over de Bende van Nijvel al lang bekend is, maar dat die angstvallig wordt achtergehouden. “Ze hadden het al lang kunnen doen, maar het mag blijkbaar niet. Maar het moet bovenkomen. We zullen er misschien nog eens tien jaar moeten bijdoen, de termijn nog eens moeten verlengen. De waarheid mag er precies niet komen, dat vind ik vreselijk voor de samenleving. En ik hoop dat ze er komt, en daarom steek ik ook mijn nek uit”, zei de advocaat aan TV Oost.

In de zaak van de Bende van Nijvel treedt Vermassen op als raadsman voor David Van de Steen, die bij de overval op de Delhaize in Aalst op 9 november 1985 zijn ouders en zus verloor. Bij die hold-up kwamen acht mensen om het leven.

Bron » Het Nieuwsblad

“Weet wie achter Bende van Nijvel zit”

“Ik denk dat ik weet wie de Bende Van Nijvel is. We moeten zeker en vast zoeken in de richting van Staatsveiligheid van die tijd.” Dat verklaarde advocaat Jef Vermassen aan TV Oost naar aanleiding van een presentatie van zijn nieuwe boek. De advocaat pleit voor een nieuwe verlenging van de verjaringstermijn van het onderzoek.

Vermassen stelt dat de waarheid al lang bekend is, maar dat die angstvallig wordt achtergehouden. “Ze hadden het al lang kunnen doen, maar het mag blijkbaar niet. Maar het moet boven komen. We zullen er misschien nog eens 10 jaar moeten bijdoen, de termijn nog eens moeten verlengen. De waarheid mag er precies niet komen, dat vind ik vreselijk voor de samenleving. En ik hoop dat ze er komt, en daarom steek ik ook mijn nek uit”, zei de advocaat aan TV Oost.

Slachtoffer

In de zaak van de Bende van Nijvel treedt Vermassen op als raadsman voor David Van de Steen, die bij de overval op de Delhaize in Aalst op 9 november 1985 zijn ouders en zijn zus verloor. Bij die hold-up kwamen acht mensen om het leven. Het gerechtelijk onderzoek naar de Bende zou normaal dertig jaar na de overval verjaard zijn, maar door een wet van minister van Justitie Koen Geens (CD&V) kregen de speurders tijd tot 2025. De Bende van Nijvel pleegde tussen 1983 en 1985 verschillende brutale overvallen, vooral op warenhuizen, en maakte 28 dodelijke slachtoffers.

Staatsveiligheid

De pistes van de Groep Diane, een speciale eenheid van de Belgische rijkswacht, en de Staatsveiligheid in de jaren 80 circuleren al langer in het onderzoek. Gevraagd door TV Oost of hij weet wij de bende van Nijvel is, antwoordde Vermassen: “Ja, ik denk dat ik het weet, ja. We moeten zeker en vast zoeken in de richting van Staatsveiligheid van die tijd en de Groep Diane. Dan ook terrorisme. Mensen die liever in de samenleving dictatuur hebben en die liever hebben dat het anders is dan de democratie die we kennen. Het is een vervlechting van criminele milieus en van administraties van toen. Ik vermoed dat de namen in het dossier gekend zijn, maar dat dat potje dicht moet gehouden worden.”

Hoge pieten

Jef Vermassen betreurt ook dat een deel van het onderzoek in 1992 weggehaald werd bij de toenmalige Dendermondse onderzoeksrechter Freddy Troch. “Waarom moest dat? Ik weet dat nog altijd niet. En ik weet ook niet waarom ze Freddy Troch en zijn ploeg zo in diskrediet hebben gebracht. Ze hebben zo hard gewerkt. (..) Freddy zat veel te dicht bij de waarheid, en dat was het grote probleem. Hij had het mij trouwens gezegd, een paar weken voordien. Nu komt de moeilijkste fase, want ik moet nu een paar hoge pieten attaqueren”, aldus Vermassen.

Troch stond aan het hoofd van de Delta-cel, die in 1986 in het kanaal van Ronquières een zak met wapens en buit van overvallen vond, nadat Waalse speurders bij een eerdere zoekactie niets gevonden hadden.

Bron » VTM Nieuws

Waakhond Staatsveiligheid kampt met geldgebrek

De slagkracht van de inlichtingendiensten is recentelijk fors toegenomen. Voor de toezichthouder Comité I geldt het tegenovergestelde. Die moest door geldgebrek zelfs een onderzoek stopzetten. “De grenzen van de besparingen zijn bereikt”, klinkt het.

Sinds mei gelden nieuwe regels voor de inlichtingendiensten. Die update van de wet over de bijzondere inlichtingenmethoden (zoals telefoons afluisteren of mensen schaduwen) is volgens Jaak Raes, de baas van de Staatsveiligheid, een “echte verbetering voor de werking van onze diensten”.

Eén van de belangrijkste veranderingen is de mogelijkheid om telefoons te ‘tappen’ of computers te hacken in dossiers van extremisme. Voorheen kon dat alleen wanneer het ging om bijvoorbeeld terrorisme. Door de update mogen agenten fictieve identiteiten gebruiken tijdens hun werk en is het toegelaten om bij allerlei soorten reisoperators informatie op te vragen: autoverhuurders, busdiensten, sites om kamers te huren enzovoort.

De Staatsveiligheid zette gisteren uiteen hoe ze methodes combineert om betere informatie te verkrijgen. Behalve voor de Staatsveiligheid is er vooral veel veranderd voor de militaire inlichtingendienst ADIV, die beduidend meer slagkracht krijgt in het buitenland.

Controle

“Deze nieuwe wet is een mijlpaal in de wettelijke organisatie van de Belgische inlichtingendiensten”, vindt minister van Justitie Koen Geens (CD&V). Aan de controle op die inlichtingendiensten is echter niets veranderd. Vooraleer ze methodes toepassen die iemands privacy schenden, moeten de geheime diensten goedkeuring krijgen van een commissie met magistraten. Achteraf controleert de toezichthouder Comité I hun werk ook nog. Maar het water staat die waakhond aan de lippen.

“De werklast voor ons is toegenomen”, zegt Wouter De Ridder, griffier bij het Comité I. “Tegelijk zitten we zoals veel diensten al jaren in een besparingsmodus. We hebben de indruk dat onze impact op de diensten nog volstaat, maar budgettair zitten we met een probleem. Onze impact kan daardoor op termijn verminderen.”

Eind vorig jaar berichtte de zakenkrant De Tijd dat onder meer die toezichthouder het budgettair lastig heeft, een probleem waar al in 2014 voor werd gewaarschuwd.

Spionagemethodes

Vandaag blijkt dat het Comité I bepaalde onderzoeken niet meer kan uitvoeren omdat er te veel ander werk is. Het gaat om toezichtsonderzoeken, die ingaan op meer algemene kwesties bij de inlichtingendienst. “Een onderzoek naar de veiligheidsscreenings door de Staatsveiligheid hebben we on hold moeten zetten omdat onze dienst te weinig mensen telt”, zegt De Ridder.

Doordat de inlichtingendiensten steeds vaker die vernieuwde spionagemethodes toepassen, vragen de controles daarop meer tijd en energie. Tegelijk is het Comité I verantwoordelijk geworden voor toezicht op de databank over Syriëstrijders bij het Ocad, is ze betrokken bij de instantie waar mensen beroep kunnen aantekenen als ze geen veiligheidsmachtiging krijgen, én komt daar in de toekomst nog de controle op de databank met passagiersgegevens bij. “De grenzen zijn bereikt”, zegt De Ridder.

Bron » De Standaard