Tueurs du Brabant: faut-il protéger les repentis pour faire avancer l’enquête?

La cellule d’enquête du Brabant wallon a rencontré les familles des victimes, ce mardi, à Charleroi. Les investigations n’ont pas connu d’avancées significatives. Une enquête parallèle pour des faux procès-verbaux policiers a été menée par le Comité P mais a mené à une impasse. Les magistrats espèrent à présent une loi sur les repentis.

Le procureur général de Liège Christian De Valkeneer, le procureur du Roi du Hainaut (division Charleroi) Pierre Magnien et le procureur général de Mons Ignacio de la Serna, qui chapeautent la cellule d’enquête sur les Tueries du Brabant wallon, ont exposé aux familles des victimes les pistes suivies ces deux dernières années.

Le sac de Ronquières

Selon eux, le noeud du dossier reste ce sac jeté dans le canal Charleroi-Bruxelles à Ronquières. En novembre 1985, un témoin avait signalé des agissements suspects, ce qui avait mené à des fouilles (vaines) dans le cours d’eau. L’année suivante, les enquêteurs de la Cellule Delta avaient ordonné aux plongeurs de sonder à nouveau les lieux, ce qui avait permis de repêcher un sac contenant des objets liés aux Tueurs du Brabant.

ADN peu fiable

Parmi ces pièces figurait un morceau de gilet pare-balles présentant du sang au niveau du col. Un profil ADN a pu en être extrait mais, selon les scientifiques, ce type de trace aurait dû disparaître après quelques jours d’immersion, ce qui laisse penser que le sac a été jeté juste avant sa découverte.

Trois pistes à l’étude

“Nous étudions trois pistes: soit la couverture d’un indicateur qui s’est débarrassé de ces objets, soit une fausse piste pour abuser les enquêteurs, soit une manipulation de la part de ces derniers”, a expliqué Christian De Valkeneer en déplorant le mutisme des policiers de l’époque, réinterrogés par la juge d’instruction Martine Michel.

Faux procès-verbaux

La nouvelle cellule Brabant wallon a également constaté des divergences dans les raisons invoquées pour cette deuxième plongée dans le canal, ce qui laisse penser que des faux procès-verbaux ont été rédigés. “Un dossier parallèle a été mis à l’information et l’enquête a été confiée au Comité P”, explique Pierre Magnien. “A ce stade, les enquêteurs n’ont pas pu mettre en évidence des faux, ni des personnes susceptibles de les avoir établis”.

La piste Jean-Marie Tinck

La piste de Jean-Marie Tinck, inculpé en 2014, n’a pour l’instant plus donné de suite. On ignore s’il s’agit d’un affabulateur puisque bon nombre de ses déclarations sont aujourd’hui invérifiables.

Dernier espoir

Devant les familles des victimes, Christian De Valkeneer a reconnu que l’un des derniers espoirs restait l’élaboration d’une loi sur les repentis qui permettrait à des personnes de “seconde ligne” d’apporter des éléments en bénéficiant d’une immunité judiciaire. La plupart des proches des victimes ont quitté les lieux déçus par la faiblesse des avancées de ces deux dernières années.

Bron » 7 Sur 7

Gentse auteur Charlie Hedo publiceert met “Het Rattenkwartier” een opmerkelijk boek waarmee hij doordringt tot in het Nest van de Bende van Nijvel

Op 10 mei 1982 werd in Elsene een Austin Allegro gestolen door twee gewapende mannen. Het was de eerste wagen van de Bende van Nijvel. Daags na de wagendiefstal werd een van de dieven ondervraagd. Op 7 oktober 1982, na de dodelijke overval op wapenhandel Dekaise, werd diezelfde man aangehouden. Op 9 oktober liet men hem terug vrij. Een gemiste kans om de Bende in het begin van haar bestaan op te rollen.

In Het Rattenkwartier focust Charlie Hedo zich op deze man die samen met een kompaan de eerste wagen van de Bende stal. Hij was de leider van de Bende van Nijvel.

In 2014 werd Jean Marie Tinck aangehouden. Hij werd ervan verdacht de tweede dief van de Austin Allegro te zijn. De robotfoto van de man met de vissersmuts die gemaakt werd na de Austin-roof lijkt als twee druppels water op hem.

Tinck pochte in het zuiden van Frankrijk tegen een vriend dat hij deel uitmaakte van de Bende van Nijvel. Volgens de speurders wist hij details die wezen op daderkennis. Nog volgens de speurders was Tinck vooral actief tijdens de eerste reeks overvallen. Jean Marie Tinck werd in de zomer van 2014 vrijgelaten bij gebrek aan bewijzen.

Vergisten de speurders zich? Iemand die zichzelf beschuldigt van brutale moorden is daarom nog geen dader. Het is niet omdat Tinck in 1991 een moord pleegde dat hij in staat was tot het plegen van aanslagen zoals die van de Bende van Nijvel.

Charlie Hedo graaft in Het Rattenkwartier op een eigenzinnige manier dieper dan de speurders. Op onorthodoxe wijze, gebruik makend van nieuwe bronnen als de sociale media, ontdekt hij banden tussen de dieven van de Austin Allegro enerzijds, Philippe De Staerke en Michel Cocu anderzijds . Die ontdekkingen spitte hij verder uit. Het Rattenkwartier is de weerslag van die zoektocht.

Philippe De Staerke was aanwezig in Aalst een tweetal uur voor de bloedigste overval aller tijden. Vlakbij zijn woonplaats in Elsene was een Delhaize, maar hij reed naar die van Aalst. Indien men het onderzoek niet bij Troch had weg gehaald was De Staerke voor assisen verschenen.

De Borains met Michel Cocu als leider verschenen voor assisen in 1987 voor feiten van de Bende van Nijvel. Ze stonden daar niet zomaar. Ze hadden, los van elkaar, bekentenissen afgelegd en vertelden details die enkel daders konden kennen. Het assisenproces liep op een sisser af maar dat lag aan het openbaar ministerie dat blunderde. Niet aan het feit dat Cocu & Co hun betrokkenheid verzonnen hadden.

Op Facebook is een link te zien tussen de zus van Jean Marie Tinck en Denise Géva uit Hornu, Borinage. Zij is een volle nicht van Jacqueline Géva, gewezen minnares van Michel Cocu én Jean Claude Estievenart. Beiden Borains. Wil dit zeggen dat Tinck deze mannen kende of er mee handelde? Nee, maar wel dat er dieper moet gegraven worden. Colette Tinck heeft een 40-tal vrienden op Facebook. Een ervan is Denise Géva. Twee anderen zijn leden van de familie Quidouce.

Op Facebook heeft de zus van Tinck een vriendin uit het zigeunermilieu. Deze vriendin is ook vriendin van Philippe De Staerke. Wil dat zeggen dat de Tincks de familie De Staerke kennen of er mee handelden? Nee, maar het dient verder uitgespit te worden. Colette Tinck heeft een tweede Facebook profiel met 17 vrienden. Een ervan is Dominique Quidouce die op haar beurt bevriend is met Philippe De Staerke die een 150 Facebookvrienden heeft.

Charlie Hedo onderzoekt deze links en vele andere in Het Rattenkwartier. Hij wil de speurders uitnodigen die eveneens verder uit te spitten. Om dieper te graven. Om net als hij het verband bloot te leggen tussen de dieven van de Allegro en de grootste verdachten uit het dossier, de Borains en de bende rond De Staerke. Om zo de kern van de Bende van Nijvel, hoofd, lichaam en benen, te ontmaskeren.

De auteur was in 1985 op de dag van de bloedigste aanval aanwezig in Aalst. De Bende liet de stad in trauma achter. Charlie Hedo volgde sindsdien alle verwikkelingen in de zaak op de voet. Toen de daders na 20 jaar nog steeds vrij rond liepen besloot hij zich te verdiepen in de zaak en kwam tot verrassende ontdekkingen. Hij werkte tien jaar aan dit boek waarin hij de daders bij naam noemt.

De digitale versie van het boek is vanaf 1 september te koop bij Smashwords. In voorbestelling al verkrijgbaar bij de grote online shops als Ibooks, Bol en Kobo.

Oud-celgenoot van Bendeverdachte al verhoord

De celgenoot, die door Bende van Nijvel-verdachte Jean-Marie Tinck werd aangewezen als een bron van informatie over de Bende, is al verhoord door de speurders. Dat meldt VRT-radio.

Na zijn vrijlating beweerde Tinck in een interview met RTBF dat hij zelf niets te maken heeft met de Bende van Nijvel, maar zijn informatie onder andere haalde bij een celgenoot uit de jaren negentig. “Ik heb in de gevangenis iemand gekend die me iets heeft toevertrouwd. Dat was in 1995. Ik heb die informatie doorgegeven aan het gerecht”, zei hij.

De procureurs-generaal van Henegouwen en Luik bevestigen aan VRT dat de celgenoot in kwestie al werd verhoord. Hij en Tinck werden met elkaar geconfronteerd, maar de celgenoot ontkent alles.

Bron » De Morgen

Vrijgelaten verdachte Bende van Nijvel: “Ik ben niet in staat tot dergelijke daden”

Jean-Marie Tinck, die werd aangehouden in het onderzoek naar de Bende Van Nijvel en donderdag werd vrijgelaten, zegt in een interview met de RTBF dat hij niet in staat is tot de daden zoals die zijn gepleegd door de Bende van Nijvel.

Tinck zegt te hebben gelogen om een ander beeld van hem op te hangen naar de buitenwereld. “Hoe meer ik loog, hoe meer men naar me luisterde”, zegt hij.

Tijdens de politieverhoren kwam het besef dat hij te ver was gegaan. Hij erkent dat hij een gewelddadig persoon is en in het verleden iemand heeft gedood tijdens een ruzie. “Maar zo’n daden, daar ben ik niet toe in staat.”

Tinck kon toch enkele zaken aan de speurders vertellen. “Ik heb in de gevangenis iemand gekend die me iets heeft toevertrouwd. Dat was in 1995. Ik heb die informatie doorgegeven aan het gerecht.”

Bron » De Standaard

“Sorry aan alle slachtoffers van de Bende van Nijvel”

Jean-Marie Tinck (68), robotfoto nummer 17 van de reeks verdachten van Bende van Nijvel, is opnieuw een vrij man.

Sorry als jullie veel van mijn arrestatie hadden verwacht, maar ik heb helemaal niets met die hele Bende van Nijvel te maken.’ Dat zei Jean-Marie Tinck gisteren bij het verlaten van de gevangenis van Nijvel nadat de Kamer van Inbeschuldigingsstelling (KI) hem even daarvoor had vrijgelaten.

De zonderling Tinck werd twee maanden geleden opgepakt nadat kennissen van hem de speurders hadden verteld dat hij tegenover hen had opgeschept over de misdaden van de Bende van Nijvel waaraan hij deelgenomen zou hebben. Tinck zou ook veel details over de overvallen van de Bende hebben gekend.

Tinck had volgens de speurders een interessant profiel: hij werd in het verleden al verschillende keren veroordeeld wegens zwaar geweld. Bij een van die vechtpartijen viel zelfs een dode.

Bij het verlaten van de gevangenis van Njivel zweeg Tinck, maar hij liet zijn advocaat in zijn naam praten. “Ik wil mij uitdrukkelijk excuseren bij alle slachtoffers. Sorry als jullie veel van mijn arrestatie hadden verwacht. Die verwachtingen waren begrijpelijk. Maar ik heb niets met de Bende te maken”, zei Jean-Edmond Mairiaux in naam van Tinck.

Mairiaux gaf toe dat Tinck het zichzelf niet gemakkelijk had gemaakt. “Mijn cliënt heeft stommiteiten begaan door rond te bazuinen dat hij deel uitmaakte van de Bende. Maar zijn bekentenissen zijn te herleiden tot dronkenmanspraat en opschepperij. Hij is kwaad op zichzelf dat hij zo’n dingen heeft rondgebazuind. Het waren verzinsels, meer niet.”

De laatste weken stapelden de elementen die Tinck vrijpleitten, zich meer en meer op. Zijn DNA kon niet gelinkt worden aan de misdaden van de Bende, een test aan de leugendetector pleitte hem vrij en ook een confrontatie met de kroongetuige leverde niets op.

De Luikse procureur-generaal Christian De Valkeneer, die het Bende-dossier in handen heeft, ziet de vrijlating niet als een nederlaag. “Het is niet omdat de KI Tinck heeft vrijgelaten dat hij niet langer verdacht is in dit dossier.” De Valkeneer wijst erop dat de vrijlating niets afdoet aan de zoektocht naar de waarheid.

“Je moet dat niet zien als een nederlaag, het onderzoek gaat onverminderd verder. Naar mijnheer Tinck, maar we bewandelen zeker ook andere pistes. Er lopen tal van onderzoeken. Vooral de analyse van de zakken in het kanaal in Ronquières uit 1986 houdt ons bezig.”

“Volgens wetenschappelijk onderzoek lagen die zakken met bewijsmateriaal slechts twee weken in het water voor ze gevonden werden. En niet een jaar, zoals zo lang beweerd werd. Als we dat mysterie uitklaren, kan ons dat veel verder brengen. Ik kan iedereen geruststellen: we doen met man en macht verder.”

Bron » De Standaard