N-VA en CD&V willen uw DNA in databank, critici waarschuwen voor “ernstige schendig van privacy”

Houden we in de toekomst van elke pasgeboren baby een DNA-staal bij in een enorme databank? Wel als het afhangt van N-VA en CD&V. Daarmee staan ze op dezelfde lijn als de procureur van Veurne, die pleit voor een algemene DNA-databank voor Belgen. Maar zowel de liberalen als experts zijn kritisch. “Buiten proportie en een ingrijpende schending van de privacy”, klinkt het.

“Waarom niet van bij de geboorte een DNA-staal nemen en al die gegevens bewaren in een databank? Zo zou je heel wat misdrijven vroeger kunnen oplossen, wat heel wat menselijk leed zou besparen.”

Filiep Jodts, de procureur van Veurne, smeekte eerder deze week om een nationale DNA-databank, waarin elke Belg van bij de geboorte wordt geregistreerd. Hij kreeg meteen de steun van strafpleiter Walter Damen. “Onze telefoon wordt al permanent geregistreerd en op elke snelweg staan camera’s. Een DNA-staal afgeven maakt echt niet veel verschil meer.”

Ze staan lang niet alleen, zo blijkt nu, want ook meerderheidspartijen N-VA en CD&V zijn gewonnen voor het principe. “Een databank met het DNA van elke burger is belangrijk voor onze veiligheid, zeker gelet op de tijdgeest”, zegt Kristien Van Vaerenbergh (N-VA). Het zou bovendien zorgen voor een ontradings­effect. Wie weet dat zijn of haar gegevens ergens liggen opgeslagen, denkt twee keer na vooraleer een misdrijf te begaan, zo luidt de redenering.

De Vlaams-nationalisten maken daarmee een grote bocht. Zo staat op de N-VA-website nog te lezen dat de partij vanwege privacyredenen “radicaal tegen een databank voor alle burgers is”.

Ook CD&V is het idee niet ongenegen, en beroept zich eveneens op de veranderende tijdgeest. “In deze decennia primeert veiligheid op privacy”, vindt CD&V-Kamerlid Raf Terwingen. “Zolang de gegevens veilig zijn opgeslagen, en niet zomaar iedereen er toegang toe heeft, vind ik dat we een nationale databank moeten over­wegen.”

Haartjes van de kapper

Niemand staat echter te springen om concrete wet­gevende stappen in die richting te zetten. Dat ligt grotendeels aan het njet van de liberalen. “Verder gaan dan de huidige databanken is niet nodig”, zegt Carina Van Cauter (Open VLD). “Een DNA-staal afnemen bij geboorte is een ­ingrijpende daad in het privéleven, en schaadt de persoonlijke integriteit.”

Ook professor strafrecht Frank Verbruggen (KU Leuven) is kritisch. “In enkele zaken kwam er inderdaad een doorbraak dankzij DNA, denk maar aan de zaak-Hardy”, zegt hij. “Maar een ­algemene databank is ­buiten proportie, en zou de ­privacy danig schenden. Net daarom heeft het Europees Hof voor de Rechten van de Mens zich al tegen het principe uitgesproken.”

Volgens Verbruggen is het ook niet praktisch. “Een misdadiger zou haartjes kunnen verzamelen bij een kapper, en ze rondstrooien op de crime scene om verwarring te scheppen”, zegt hij. “Geen enkel systeem is helemaal waterdicht.”

Bron » Het Nieuwsblad

‘Alle Belgen in DNA-bank? Volstrekte onzin’

De procureur van Veurne breekt een lans voor een databank met daarin de DNA-gegevens van alle Belgen. ‘Je zou heel wat strafonderzoeken vroeger kunnen oplossen’, meent Filiep Jodts. In werkelijkheid zou zo’n gegevensbank veel minder krachtig zijn dan we denken. En vooral veel duurder.

Procureur Jodts deed zijn uitspraak naar aanleiding van de arrestatie van een jarenlange serieverkrachter in de Belgisch-Franse grensstreek. Sinds 1988 al pleegde een man aan weerszijden van de grens tientallen zedenfeiten, in België zou het gaan om minstens zeven slachtoffers tussen 2006 en 2013. Ook in Frankrijk liep een onderzoek. Op basis van DNA-sporen en de handelswijze van de verkrachter kon het gerecht in Frankrijk en België de feiten aan elkaar linken, maar een concrete verdachte kwam nooit in beeld. Tot speurders op basis van een gefilmde nummerplaat op het spoor kwamen van Dino Scala, een 56-jarige man die woont in Frankrijk, op dertig kilometer van de Belgische grens. Scala kwam nooit eerder in aanraking met het gerecht.

‘Dit soort zaken zou sneller opgelost geraken met behulp van een DNA-databank waarin van bij de geboorte gegevens van alle burgers terechtkomen’, vindt Jodts. Niet voor het eerst oppert een openbaar aanklager het idee. Ruim vier jaar geleden kwam de toenmalige procureur-generaal van Antwerpen, Yves Liégeois, met een soortgelijk voorstel. ‘Een databank met al het DNA zou heel wat onderzoeken veel gemakkelijker maken. Je moet durven nadenken hoe je de burger in de toekomst beschermt’, zei Liégois in een interview met De Standaard (DS 16 november 2013). ‘Voor die bescherming moet je iets durven prijs te geven. Uiteraard moeten er strikte wettelijke criteria komen over het gebruik van DNA-gegevens.’

De oproep van Liégeois werd ‘bekroond’ met een Big Brother Award van de Liga voor Mensenrechten.

Hardy hadden we sneller kunnen stoppen

Ook Jodts beseft dat er bij zo’n databank veel gevoeligheden rond privacy komen kijken. ‘Ik zal nooit zo’n databank gebruiken om iemands DNA rechtstreeks op te vragen. We zouden vertrekken vanuit sporen die we aantreffen op een plaats delict, of op het lichaam van een slachtoffer. Sperma bij een verkrachting, bijvoorbeeld. Die sporen zouden we kunnen toetsen aan de algemene databank om de dader te vinden. Nu blijven veel zaken onopgelost omdat we een DNA-spoor aan niemand kunnen linken.’

Volgens Jodts leeft de vraag naar zo’n DNA-databank vrij algemeen binnen de magistratuur. In speurderskringen wordt ook verwezen naar de zaak rond seriemoordenaar Renaud Hardy, die momenteel terechtstaat voor het hof van assisen in Tongeren voor twee moorden en twee moordpogingen.

Bij een aanval op actrice Veerle Eyckermans verloor Hardy in februari 2015 zijn muts, waardoor een DNA-profiel van de toen nog onbekende dader kon worden opgesteld. Als speurders zo’n profiel via een DNA-databank hadden kunnen linken aan een naam, zou de moord op Linda Doms in september 2015 mogelijk zijn vermeden, is de theorie.

11 miljoen mensen in een databank…

‘De inbreuk op de privacy lijkt altijd klein ten opzichte van het voordeel dat zo’n databank schijnt op te leveren’, zegt advocate Kati Verstrepen, voorzitter van de Liga voor Mensenrechten. ‘Sinds de aanslagen van 11 september in New York zien we hoe de maatschappij mensenrechten zoals privacy stap voor stap via veiligheidsmaatregelen inperkt. Zo’n databank is op zich misschien niet zo ingrijpend, maar komt bovenop allerlei andere maatregelen. De combinatie van al die kanalen heeft een verregaande impact.’

Het beheer van de bestaande DNA-databanken is in handen van het Nationaal Instituut voor Criminalistiek en Criminologie (NICC). Een DNA-databank met daarin sporen uit strafzaken, een met DNA-stalen van veroordeelden en een met die van verdachten, vallen onder hun hoede.

‘Wij zijn zeker geen vragende partij om van elke Belg een DNA-profiel te hebben’, zegt Bieke Vanhooydonck, gerechtelijk deskundige DNA-databanken. ‘De databank die we vandaag hebben, werkt goed. Bij één op de vijf nieuwe sporen die we ingeven, hebben we een match. In 80 procent van de gevallen kunnen we dat koppelen aan een persoon.’

In de gegevensbank met DNA van veroordeelden zitten zo’n 48.000 profielen. Het gaat om de genetische gegevens van moordenaars, zedendelinquenten, terroristen, maar ook inbrekers moeten hun DNA afstaan. Omdat het NICC bij een vergelijking slechts een stukje van het DNA onder de loep neemt, is snel duidelijk of er overeenkomsten zijn met de DNA-profielen van bekende daders. Dat maakt het ook goedkoper om analyses uit te voeren.

‘Maar wanneer we het DNA van 11 miljoen mensen in zo’n databank stoppen, dan zouden we heel veel overeenkomsten hebben wanneer we een spoor van een plaats delict erdoor jagen’, zegt Van Hooydonck. Bepaalde stukken DNA komen terug bij verschillende mensen – denk maar aan families. ‘Een uitgebreidere analyse zou veel meer kosten en veel langer duren’, voorspelt Van Hooydonck. ‘Het sop zou de kool niet waard zijn.’

Privacycommissie heeft bedenkingen

Die praktische bezwaren doen de Privacycommissie het voorstel zelfs omschrijven als ‘volstrekte onzin’. ‘Men slaagt er nu al niet in om op Europees niveau namen van mensen die veroordeeld zijn voor een zwaar misdrijf, uit te wisselen. Er zijn onvoldoende mensen en middelen om dat in orde te brengen. De regering zou beter daar iets aan doen’, klinkt het.

‘Dit voorstel creëert meer problemen dan het oplost. Als gewone burgers hun DNA moeten afstaan, zal de politie binnenkort een hoop extra werk hebben. De politie zal dan DNA-materiaal terugvinden van alle mensen die op de plaats van het delict zijn geweest. De mensen van wie het DNA is gevonden, moeten dan stuk voor stuk worden ondervraagd.’

‘Het DNA-materiaal van baby’s is pas over pakweg twintig jaar bruikbaar, want in hun eerste levensjaren zullen ze uiteraard geen misdaad begaan. Op korte termijn is dit voorstel dus geen oplossing, en op lange termijn creëert het problemen. Bovendien draagt het systematisch inzamelen van DNA bij tot de Big Brother-samenleving die we stilaan worden’, vindt de commissie nog.

Bron » De Standaard