Wat weten we over François A., de tweede Bende-speurder die wordt verhoord?

François A., oud-speurder in het onderzoek naar de Bende van Nijvel, wordt verhoord over mogelijke manipulatie van een wapenvondst in 1986. Wie is de man? Waarom wordt hij nu verhoord? En wat is het verband met Philippe V., de speurder die vorige week al werd aangehouden?

Dat François A. in beeld komt bij de speurders is niet zo verwonderlijk. Nadat vorige week oud-speurder Philippe V. door de onderzoeksrechter was aangehouden, lag het in de lijn van de verwachtingen dat men op dat spoor verder zou zoeken.

Dat spoor gaat, zoals bekend, terug tot de wapenvondst in Ronquières van november 1986. Het was een belangrijke vondst omdat het leidde tot een doorbraak in het onderzoek. François A. zou het proces-verbaal gegeven hebben aan Philippe V. waarop de wapenvondst in Ronquières is gebaseerd. Hij is geen onbekende in het dossier, zijn naam duikt ook nog elders op.

Rond de vondst hing er altijd al een zweem van onduidelijkheid omdat de origine van de informatie daarover vragen oproept. Het federaal parket focust zich in zijn onderzoek opnieuw op de kwestie. Die vragen moeten ook in de juiste tijdscontext gezien worden. Het politielandschap van de jaren 80 is wezenlijk anders dan dat van 2019.

Bende van Baasrode

In november 1986 is het onderzoek naar de Bende van Nijvel nog niet gecentraliseerd. In Vlaanderen zijn de speurders van de groep Delta (o.l.v. onderzoeksrechter Troch) bezig met het onderzoek naar de feiten in Aalst. Formeel gesproken doen ze onderzoek naar de Bende van Baasrode. Dat is een bende rond criminele figuren als De Staercke en Van Esbroeck waarvan ze vermoeden dat ze te maken hebben met de overval in Aalst. Uit hun onderzoek blijkt dat deze bende het kanaal Brussel-Charleroi geregeld gebruikt als dumpplaats. Om die reden besluiten ze het kanaal te doorzoeken.

Dat besluit wordt genomen halfweg 1986. Omdat een deel van de Bende van Baasrode ook gelokaliseerd is in de regio Halle, wordt er samengewerkt met de BOB van Halle (wat nu gerechtelijke politie zou zijn). En zo komt de persoon van François A. in beeld. Hij werkt op dat moment bij de BOB van Halle.

François A. verneemt dus dat er zou gezocht worden in het kanaal en meldt zijn collega Philippe V. dat daarover in het dossier Bende van Nijvel al een proces-verbaal (pv) bestaat. Dat pv is in november 1985 door de rijkswacht van Soignies gemaakt. Het is de neerslag van twee getuigenissen, van een frituuruitbater en een buurtbewoner, die in de nacht volgend op de aanslag in Aalst mensen iets in het water zagen gooien.

Hoewel die getuigenissen dus rechtstreeks verband houden met de feiten in Aalst, wordt het proces-verbaal in 1985 niet officieel overgemaakt aan de cel die zich met dat onderzoek bezighoudt. Het wordt wel officieus overgemaakt in 1986.

Onder water en onder tafel

De wijze waarop die informatie van de ene BOB-eenheid naar de andere gaat, is op zijn zachtst gezegd merkwaardig te noemen. BOB’er François A. kopieert eerst stiekem het pv. Vervolgens wordt er een bijeenkomst georganiseerd in een café in Brussel. Daar zal François A. haast letterlijk onder tafel het pv aan zijn collega Philippe V. geven.

Deze toch wel erg opmerkelijke informatie-uitwisseling wordt door een aantal betrokkenen verklaard door de bijzonder sterke concurrentiestrijd die er toen heerste, niet alleen tussen de speurders maar ook tussen de magistraten.

De vondst van de wapens in november 1986 door de speurders van Delta is altijd al onderwerp van discussie geweest. Twee protagonisten van die kwestie zijn momenteel dus voorwerp van het nieuwe onderzoek. Vorige week werd Philippe V. aangehouden en vandaag werd François A. verhoord.

Speurder en verbindingsman

François A. speelde ook eerder al een rol in het Bende-onderzoek. Eén van de hele reeks feiten die aan de Bende toegeschreven wordt, is de moord op José Vanden Eynde (23 december 1982). De 72-jarige man wordt met acht kogels vermoord bij de overval op l’Auberge du Chevalier. De Brusselse onderzoeksrechter Kesteloot verklaarde voor de tweede Bendecommissie dat hij in dit moordonderzoek hoofdzakelijk samenwerkte met BOB-adjudant François A.

François A. stapte later over naar de BOB van Halle. Daar was hij vanaf 1985 ook verbindingsman tussen Halle en de onderzoekscel die zich in Waals-Brabant bezighield met het onderzoek naar de Bende van Nijvel.

Het valt af te wachten wat het onderzoek verder oplevert, maar duidelijk is wel dat men zich minder bezighoudt met de feiten van de Bende, en meer met de manipulatie van het onderzoek. Het verhoor van François A. past daarin.

Bron » VRT Nieuws | Dirk Leestmans

Opnieuw een Bende-speurder verhoord

Na Philippe V. (61) vorige week is nu een tweede gepensioneerde speurder verhoord die ooit heeft meegewerkt aan het onderzoek naar de Bende van Nijvel. François A. (70), een ex-rijkswachter uit Halle, zou V. ertoe aangezet hebben om op 6 november 1986 te gaan duiken in het kanaal Brussel-Charleroi in Ronquières.

De speurders willen weten of V. en/of A een informant hadden die hen heeft gezegd waar ze moesten gaan zoeken. Tot op vandaag hebben ze dat allebei altijd ontkend. Als die informant echt bestaat, dan kan dat zeer belangrijk zijn voor het onderzoek. A. werd volgens onze bronnen dinsdag opgepakt voor verhoor.

Op 6 november 1986 haalden duikers in opdracht van het Delta-team van de Dendermondse onderzoeksrechter Freddy Troch twee zakken uit het water.

In die zakken zat een mini-brandkast afkomstig van de overval op de Delhaize in Aalst (november 1985), een kogelvrije vest gestolen in Temse in 1983 en een reeks wapens die gebruikt waren bij de verschillende overvallen. Het was een heel belangrijke vangst voor het onderzoek.

Vondst in scène gezet

Het nieuwe speurdersteam onder leiding van onderzoeksrechter Martine Michel gelooft echter dat de wapenvondst in Ronquières van 6 november 1986 in scène gezet was. Het idee om te gaan duiken kwam van Philippe V. Hij heeft altijd beweerd dat hij pas na het doornemen van het dossier besloot om opnieuw te gaan duiken. Vlak na de overval in Aalst op 9 november 1985 was er namelijk al eens gezocht in hetzelfde kanaal. Maar volgens V. gebeurde dat niet grondig genoeg. Bij een tweede, grondige poging op 6 november 1986 kwamen de wapens wel naar boven.

Wetenschappelijk onderzoek heeft volgens de huidige speurderscel echter uitgewezen dat de zakken op het moment van de vondst op 6 november 1986 pas een paar dagen in het water kunnen gelegen hebben. Het sterkt de nieuwe speurders in de overtuiging dat V. een informant had die hem gezegd heeft dat hij terug moest gaan zoeken. Het staat vast dat François A., die in 1986 voor de Franstalige Bendeonderzoekers in Nijvel werkte, in 1986 aan V. de politieverslagen had gegeven over de eerste duikwerken van 1985. Eén van de versies die de ronde doen, is dat A. aan V. gezegd heeft dat hij nog eens moest zoeken ‘omdat er de eerste keer niet goed was gezocht’.

Eén van de onderzoekshypotheses is dat A toen al meer wist en dat hij een tipgever had die hem had gezegd waar de wapens lagen. In die theorie zou François A. speurder Philippe V. gemanipuleerd hebben. Als dat klopt, blijft de vraag wie aan A. heeft verteld dat er wapens in het kanaal lagen.

Bron » De Standaard

Ex-chef over aangehouden Bendespeurder Philippe V.: “Ik had dit 20 jaar geleden eigenlijk al verwacht”

“De magistraten in het Bendeonderzoek zeggen al jaren dat Philippe V. zaken verzwijgt over de wapens van de Bende van Nijvel die uit het ­kanaal werden opgevist. Pas nu schiet men in actie. Waarom niet vroeger?” Ex-rijkswacht­kolonel Gérard Lhost was ooit de overste van Philippe V. Ook hij kreeg onlangs de Bendespeurders over de vloer. “Het werd tijd.”

De tijd dringt, de verjaring van het Bendedossier nadert met rasse schreden, er is geen tijd meer om rond de pot te draaien. Dat is de redenering achter de aanhouding van oud-speurder Philippe V. en de huiszoeking bij een van zijn oversten bij de speciale eenheden, ex-rijkswachtkolonel Gérard Lhost. De gewezen officier begrijpt echter niet goed waarom Philippe V. nu pas echt op de rooster gelegd wordt, en hijzelf pas twee maanden geleden een huiszoeking kreeg. “Als je al jaren denkt te weten wie het onderzoek over zulke zware feiten heeft gemanipuleerd, dan wacht je niet zo lang om tot de actie over te gaan.”

Onder één hoedje?

Speelden kolonel Lhost en Philippe V. onder één hoedje om het Bendeonderzoek te manipuleren en de rijkswacht uit de wind te zetten? De nieuwe lichting Bendespeurders lijkt dat op z’n minst te vermoeden.

“Als bevelvoerder van de speciale eenheden was ik inderdaad een van de hiërarchische oversten van Philippe V.”, zegt ex-kolonel Lhost. “Maar ik moeide mij niet met de operationele werking van die groep. Ik twijfel er sterk aan of Philippe V. toen vanuit zijn positie iets kon ondernemen om welk onderzoek dan ook te manipuleren. Hij kreeg inderdaad veel processen-verbaal doorgespeeld, maar diezelfde pv’s waren ook in handen van onderzoeksrechters. Zij hadden de leiding over hun onderzoek.”

De speurders stellen zich ernstige vragen bij de manier waarop Philippe V. tot het besluit kwam om een jaar na een (vruchteloze) eerste zoektocht terug te keren naar het kanaal in Ronquières, waar plots wél iets gevonden werd. Maar Lhost begrijpt niet waarom het gerecht nu pas in actie schiet. “Een jaar of zes geleden betreurde procureur-generaal De Valkeneer al in het openbaar dat Philippe V. dingen verzweeg. Maar het bleef bij verklaringen. Nu voegt de onderzoeksrechter de daad bij het woord. Het werd tijd, zou ik zeggen. Weg met die twijfel.”

De commissie banditisime van de Kamer ondervroeg Lhost in 1997 al over zijn verstandhouding met Philippe V. “Ik antwoordde hetzelfde als vandaag. Ik dacht toen echt dat ik de volgende dag een huiszoeking zou krijgen. Het zou een logische stap geweest zijn. Niet dus. Ik heb daar nog 20 jaar op moeten wachten.”

Typische reflex

Dat Gérard Lhost zich kan vinden in de stappen die het gerecht heeft ondernomen tegenover Philippe V., valt bij meester Walter Damen, de advocaat van de aangehouden oud-speurder, in het verkeerde keelgat. “Zichzelf zo snel mogelijk uit de wind zetten door een beschuldigende ­vinger in andermans richting uit te steken, het lijkt wel een typische reflex aan de andere kant van de taalgrens”, reageert hij. “Ik roep iedereen op om daarmee te stoppen. Laat het gerechtelijk onderzoek zijn werk doen. Ik ben er vast van overtuigd dat mijn cliënt er volledig onschuldig uit zal komen.”

Bron » Het Nieuwsblad | Yves Barbieux

Nabestaanden roepen Bendespeurders op om spijtoptant te worden

Diederik Palsterman, die zijn vader Jan verloor bij de aanslag van de Delhaize van Aalst in 1985, doet een oproep aan speurder Philippe V. “en aan alle anderen die iets weten”. “Alstublieft. Wij willen eindelijk weten wie onze papa en al die andere mensen omgebracht heeft. Als je iets weet, is het nu het moment.”

Voor Palsterman is Philippe V. zeker geen hoofdverdachte. “Maar hij kan ons wel bij de waarheid en de echte moordenaars brengen. Die speurder hoeft van mij niet gestraft worden. Als hij vertelt wat het parket vermoedt dat hij weet, kan hij gerust spijtoptant worden en ­bescherming krijgen. Wij willen alleen de echte daders gestraft zien.”

Bron » Het Nieuwsblad

Ex-speurder onderzoek Bende van Nijvel verdacht van “deelname aan een vereniging van misdadigers”

Philippe V. (62), de ex-speurder in het onderzoek naar de Bende van Nijvel die deze week werd gearresteerd omdat hij het onderzoek mogelijk heeft gemanipuleerd, is aangehouden. Hij wordt verdacht van “als lid van een politiedienst, willen en wetens informatie achtergehouden te hebben” en van “deelname aan een vereniging van misdadigers met het oogmerk om misdrijven te plegen”.

Het federaal parket benadrukt wel dat de kwalificatie echter niet noodzakelijk impliceert dat V. verdacht wordt van lidmaatschap van de Bende van Nijvel.

V. werd dinsdag uitgenodigd voor verhoor en gisteren de hele dag ondervraagd. Het huidige onderzoeksteam verdenkt de man ervan dat hij in 1986 het onderzoek naar de Bende manipuleerde. V. “zou minstens bepaalde, mogelijks cruciale, informatie achtergehouden hebben”, zegt het parket.

Cel-Delta

V, vandaag gepensioneerd, was in de jaren 80 een tijdlang lid van de cel-Delta in Dendermonde die toen onder leiding van onderzoeksrechter Freddy Troch het onderzoek voerde naar de Bende van Nijvel. Hij lag in november 1986 aan de basis van een belangrijke wapenvondst in het kanaal Brussel-Charlerloi in Ronquières. Er werden een kogelwerend vest, een pistool dat van een politieagent werd gestolen, en munitie aangetroffen. Een jaar eerder had een zoektocht in dezelfde zwaaikom niets opgeleverd.

V. heeft altijd beweerd dat die zoekactie er was gekomen door klassiek politiewerk, maar in 2013 bleek uit wetenschappelijk onderzoek dat die voorwerpen pas enkele dagen voor de vondst in november 1986 in het kanaal gedumpt konden zijn. Dat versterkte het vermoeden van de onderzoeksrechter en de speurdersploeg dat er manipulatie in het spel was.

Bron » De Morgen