Ex-rechtbankvoorzitter Hennart (67) sluit politieke carrière niet uit

Luc Hennart, sinds kort op pensioen na jarenlang voorzitter te zijn geweest van de Franstalige rechtbank van eerste aanleg in Brussel, sluit niet uit dat hij nog een politieke carrière start. Dat zegt hij in een interview met La Dernière Heure.

De perfect tweetalige Hennart (67), altijd met een strikje om, is een graag geziene gast in praatprogramma’s in Franstalig België. In eerdere interviews stak de zestiger zijn sympathie voor de PS niet onder stoelen of banken. “Ik ben overal klaar voor. Ik sluit niets uit, alle perspectieven zijn open. Mijn hart ligt aan de linkerkant, dat is altijd zo geweest. Maar laten we niet vergeten ik 67 jaar oud ben”, klinkt het.

Bron » Het Laatste Nieuws

Voorzitters Brusselse rechtbanken de laan uit gestuurd

De korpschefs van de Nederlandstalige en Franstalige rechtbank in Brussel wilden zichzelf opvolgen. Maar de Hoge Raad voor de Justitie heeft besloten om van allebei het mandaat niet te laten hernieuwen.

De Nederlandstalige en Franstalige rechtbanken in Brussel zullen op zoek moeten gaan naar een nieuwe voorzitter: de Hoge Raad voor de Justitie (HRJ) heeft vandaag beslist dat zij zichzelf niet zomaar kunnen opvolgen. De huidige voorzitter van de Nederlandstalige rechtbank is Alfred Vanwinsen. Bij de Franstalige rechtbank gaat het om Luc Hennart.

De benoeming van een rechtbankvoorzitter is een taak voor de regering, maar de beslissing over wie de functie krijgt, wordt na een selectieprocedure altijd genomen door de HRJ. Het is hoogst uitzonderlijk dat die Hoge Raad het mandaat van rechtbankvoorzitters die zichzelf willen opvolgen niet hernieuwt. Zeker in het geval van Vanwinsen en Hennart, die samen leiding geven aan twee van de belangrijkste rechtbanken in het land, is het een opmerkelijke uitkomst. Normaal gezien zullen hun plaatsen nu vacant worden verklaard, waarna een selectieprocedure van start kan gaan.

‘Schok voor het Brusselse gerecht’

De beslissing om het mandaat van de beide voorzitters niet te hernieuwen, is genomen door de Verenigde Benoemings- en Aanwijzingscommissie binnen de HRJ. Over zo’n beslissing moet er in beide taalgroepen een tweederdemeerderheid zijn.

De precieze motivatie om de mandaten van Hennart noch van Van Winsen te hernieuwen, is onduidelijk. Christian Denoyelle, lid van de HRJ, wil alleen kwijt dat de selectieprocedure geen evaluatie inhoudt van het huidige beleid van de voorzitters. ‘Tijdens een selectieprocedure vragen we aan de kandidaten een situatieschets van de rechtbank op te stellen en aan te geven welke perspectieven ze voor de toekomst zien’, verklaart Denoyelle. Uit de niet-hernieuwing van beide mandaten valt af te leiden dat die perspectieven volgens de HRJ niet voldeden.

‘Vermoedelijk zal deze beslissing een schok teweegbrengen’, zegt Denoyelle. ‘Niet alleen bij de betrokkenen zelf, maar bij het hele Brusselse gerecht.’ Vanwinsen en Hennart reageerden nog niet op een vraag van De Standaard om een reactie bij het aflopen van hun mandaat.

Luc Hennart, de voorzitter van de Franstalige rechtbank, schuwde de voorbije jaren allerminst de media. Hij was zeer kritisch voor het beleid van minister van Justitie Koen Geens (CD&V), waarbij het tot een persoonlijk conflict kwam. Vorige maand leidde Hennarts beslissing om een onderzoeksrechter het zwijgen op te leggen tot opschudding onder zijn onderzoeksrechters. Zijn Nederlandstalige evenknie Vanwinsen hield zich meer op de achtergrond.

Bron » De Standaard

Hoge Raad voor Justitie geeft magistraten veeg uit de pan: “Gedraag u!”

De Hoge Raad voor de Justitie, het orgaan dat toezicht houdt op de werking van de rechterlijke orde in ons land en de magistratenexamens organiseert, uit in een open brief zware kritiek op een aantal rechters. “Sommige magistraten zouden er bij kunnen winnen mochten ze de deontologische gids nog eens grondig doornemen”, zo klinkt het streng.

Christian Denoyelle, sinds vorig jaar voorzitter van de Hoge Raad, windt er in de open brief geen doekjes om. Sommige rechters moeten zich dringend bezinnen over hun deontologie en “zich gedragen”. “De scheiding der machten veronderstelt dat zowel de politieke wereld als het gerecht het vertrouwen van de burger in de instellingen niet schaden. In die zin zouden sommige politici best eens Montesquieu herlezen. Maar ook sommige magistraten zouden er bij kunnen winnen mochten ze de deontologische gids nog eens grondig doornemen.”

Denoyelle verwijst zonder expliciet namen te noemen naar drie magistraten die recent op een deontologisch betwistbare manier in het nieuws kwamen. Zo stoort hij zich aan een rechter die “een vorm van bestraffing buiten de wet uitvond”, een duidelijke vingerwijzing naar politierechter Peter Vandamme, die een dronken bestuurder onlangs voorstelde om geld te storten aan een fonds voor verkeersslachtoffers in ruil voor mildheid. Een Franstalige magistrate liet zich onlangs dan weer opmerken met een megafoon in de hand tijdens een vakbondsbetoging tegen het huidige regeringsbeleid.

PS

En dan was er nog Luc Hennart, voorzitter van de rechtbank van eerste aanleg in Brussel, die op de RTBF publiekelijk verklaarde dat hij “dicht bij de PS stond en daar geen probleem mee had”. Hennart verdedigde zich later door te zeggen dat zijn critici “niet weten waarover ze spreken”. “Het is niet omdat een rechter over zijn politieke voorkeur spreekt, dat hij niet meer onafhankelijk kan zijn.”

Maar daar is de Hoge Raad het dus niet mee eens. Denoyelle verwijst naar de deontologische gids die in 2012 is gepubliceerd samen met de Adviesraad van de Magistratuur en benadrukt dat “actieve politieke propaganda de onafhankelijkheid en onpartijdigheid van de magistraat en de rechterlijke macht in het gedrang brengt”.

Magistraten hebben zeker recht op hun eigen mening, maar ze moeten die wel “matig en genuanceerd uiten”. “De magistraat heeft, net als elke burger, het recht een politieke opinie te hebben. Door zich terughoudend op te stellen, ziet hij erop toe dat de rechtzoekende mag vertrouwen op de onafhankelijkheid en de onpartijdigheid van justitie. De magistraat geeft blijk van eenzelfde terughoudendheid in zijn omgang met de media.”

“Niet weglopen van camera’s, maar ook niet overdrijven”

Denoyelle wijst er in een reactie nog op dat de Hoge Raad net is opgericht om justitie te depolitiseren en het vertrouwen van de burger in justitie te herstellen. Maar op deze manier dreigt het opnieuw de foute kant op te gaan. “Ik wil niet terug naar het verleden waarbij magistraten wegliepen van de camera’s en in hun ivoren toren bleven zitten, integendeel. Magistraten mogen kritiek geven en hun mening of ervaring in de media brengen, maar alles heeft zijn plaats, tijd en context.”

“Sommigen zullen zich nu geviseerd voelen, maar de kern is dat iedereen, zowel politici als magistraten, zich moet bezinnen en zich wat terughoudender mag opstellen. De vraag is of het vertrouwen van de burger ermee gediend is wanneer je met de megafoon in slogans begint te roepen en ongenuanceerd ageert tegen het beleid.”

“Het vertrouwen van de burger in justitie is niet fantastisch, daar moeten we niet onnozel over doen”, erkent Denoyelle. “Voeg daar een schijn van partijdigheid aan toe, en dat is dodelijk voor het vertrouwen in de scheiding der machten.”

Grijze zone

Volgens Stefan Rutten, hoofddocent aan de faculteit Rechten van de UA, blijft de deontologie van magistraten altijd een grijze zone. “Er is zoals in de advocatuur voor hen geen formele deontologische code. Het gerechtelijk wetboek zegt enkel dat een magistraat onafhankelijk en onpartijdig moet zijn, en geen andere publieke functie mag opnemen. Net daarom is die deontologische gids opgesteld. En hoewel er in de rechterlijke wereld wel een consensus bestaat over de interpretatie daarvan, beslist elke magistraat uiteindelijk zelf hoe hij daarmee om gaat.”

Rutten kan zich vinden in het standpunt van de Hoge Raad. “Dit is een serene oproep. We moeten er niet flauw over doen: elke magistraat heeft, net zoals elke burger, zijn persoonlijke politieke opvatting. Maar of je die ook publiek moet uiten? Dat lijkt mij enkel de polarisatie te voeden.”

Bron » De Morgen

Personeelsbeleid rechtbanken doorgelicht

Veel rechtbanken klagen dat de besparingen hun werking onmogelijk maken, omdat ze te weinig volk hebben om de boel draaiende te houden. Een audit door de ­Hoge Raad voor de Justitie bij alle rechtbanken moet de werkelijke gevolgen in kaart brengen, schrijft De Standaard vandaag.

“Het is de schuld van de besparingen”, zei de Brusselse rechtbankvoorzitter Luc Hennart, nadat de politicus Christian Van Eyken was vrijgelaten door een vergetelheid van een van Hennarts onderzoeksrechters. Volgens de rechtbankvoorzitter is er te weinig volk, waardoor magistraten steken laten vallen.

De vrijlating van Van Eyken was de aanleiding voor een twist tussen Hennart en minister van Justitie Koen Geens (CD&V), die vindt dat er van alles foutloopt op de rechtbank. “Meneer Hennart moet de hand eens in eigen boezem steken”, zei Geens.

De Hoge Raad voor de Justitie zal nu onderzoeken welke problemen het gerecht in het algemeen ervaart. Daarvoor start er een doorlichting van het HR-beleid van alle rechtbanken van eerste aanleg. Er wordt nagegaan hoe de korpschefs omgaan met de besparingen en wat ze kunnen doen om de veranderingen op te vangen.

Bron » De Morgen

Waarom botsen ministers altijd met de magistratuur, en is dat bij Geens niet anders?

De magistraten kunnen klagen wat ze willen, ze zullen het met weinig mensen en veel hervormingen moeten doen. Hun bezoek aan het kabinet bracht justitieminister Koen Geens (CD&V) niet op andere gedachten. Waarom botsen ministers altijd met de magistratuur, en is dat bij Geens niet anders?

Te weinig personeel en geld

De magistratuur en de regering vechten een cijferoorlogje uit over of de rechtbanken het al dan niet met te weinig volk moeten doen. Feit is dat Justitie in vier jaar 10 procent moet besparen, wat neerkomt op 230 magistraten en 700 personeelsleden minder. In totaal werken zowat 22.000 mensen bij Justitie. “De besparing van deze regering komt boven op de jarenlange onderfinanciering van Justitie”, zegt Jan Geysen van de Nederlandstalige Vereniging van Magistraten. “Die maakt dat wij echt niet meer op een normale manier kunnen werken.”

De extra mankracht voor de strijd tegen terreur verlicht het werk op andere plekken helemaal niet. Geysen: “Die 36 magistraten en 125 personeelsleden worden in mindering gebracht op het kader dat al te klein is. We hebben nu al de helft van ons jaarbudget opgesoupeerd omdat we de achterstanden van vorig jaar nog moesten betalen. In augustus of september zal het geld gewoon op zijn.”

De minister repliceert dat hij al honderden vacatures heeft uitgeschreven. Vaak gaat het echter om vervangingen en tijdelijke jobs. “Dat we mensen voor vier of zes maanden moeten aanwerven en daarna weer afdanken, is niet meteen vooruitgang”, merkt Geysen schamper op.

Er was een tijd, in de jaren 60 en 70, dat de kaders voor 100 procent ingevuld waren. “Geloof het of niet”, zegt Paul Van Orshoven, professor grondwettelijk recht, “maar toen is de achterstand bij Justitie begonnen. Misschien net omdat magistraten toen wat te rustig hun zaken deden.” Meer magistraten zullen dus niet alles oplossen.

Een juistere diagnose lijkt dat op sommige plekken de magistratuur dunbevolkt is, en op andere plekken over voldoende mensen beschikt. Dat onevenwicht rechttrekken, blijkt echter geen sinecure. De rechtbanken zouden veel efficiënter kunnen werken, daarover groeit de consensus, maar dat raakt niet snel opgelost.

Het meest prangende probleem is hier, moet het nog gezegd, de informatica. In de jaren 90 beloofden de justitieministers al dat een moderne ICT de rechtspraak in dit land naar het volgende millenium zou brengen. Twintig jaar later blijft één groot en goed systeem onbestaande.

Eén voorbeeld: “Binnenkort moet ik mijn scanners vervangen, maar ik heb daar geen geld voor”, zegt Luc Hennart, voorzitter van de rechtbank van eerste aanleg in Brussel. “Hoe kan een rechtbank functioneren zonder dat magistraten documenten kunnen scannen?” Dat Geens zijn uitlatingen ‘roekeloos en tergend’ vindt, doet hem geenszins zwijgen. “Misschien is hij niet zo tevreden over wat ik zeg, maar ik moet wel elke dag mijn rechtbank draaiende houden.”

Schurkenstaat

Kan een internationale vergelijking dit geschil beslechten? Een recente Europese benchmarking toont aan dat België boven het Europese gemiddelde scoort. Zo besteedde ons land in 2012 81,6 euro per inwoner aan Justitie. Het Europese gemiddelde is 53,20 euro. Vergelijkbare landen zoals Frankrijk en Ierland geven per inwoner respectievelijk 55,6 en 32,2 euro uit. Zo’n vergelijking lijkt echter objectiever dan ze is, omdat de verschillende landen onder ‘het justitieapparaat’ andere dingen verstaan. Geens gebruikt ze graag om zijn gelijk te halen, maar geeft dus niet het hele plaatje.

Op zijn kabinet maakten de magistraten gisteren tweemaal hun opwachting. ’s Ochtends had de minister “geen makkelijk, maar een constructief gesprek” met de topmagistraten van dit land. Ongetwijfeld maakte hij hen duidelijk dat ze wat minder hoog van de toren moeten blazen. Zondag vergeleek Cassatievoorzitter Jean de Codt België nog met een schurkenstaat, wat niet meteen in goede aarde viel. De magistratenverenigingen die Geens ’s avonds zag, kregen een gedetailleerd overzicht van hoeveel mensen er in de magistratuur aan de slag zijn. Geens stelde ook 15 miljoen euro in het verschiet om de terreur aan te pakken.

Talloze hervormingen

Wat nog kwaad bloed zet bij de magistraten, zijn de talloze hervormingen die Geens door het parlement jaagt, de zogenaamde potpourriwetten. “De minister stopt alles in één pot, waardoor die wel ‘pourri’ moet zijn”, lacht Hennart.

Met de potpourri’s probeert Geens de werklast van de magistraten te meten en te verlichten. Hij steunt op het werk van zijn voorgangers, waardoor hij die hervormingen snel op poten kon zetten. Binnen de magistratuur voelen ze zich door deze ‘controle’ door de politiek in hun onafhankelijkheid aangetast. Het valt hen moeilijk een onderscheid te maken tussen de politiek die hen meer management of een moderne bedrijfscultuur wil opleggen, en een inperking van hun juridische of institutionele onafhankelijkheid.

Lamme goedzak

De minister voelt zich gedragen door een ‘zwijgende meerderheid’, en zet zijn critici graag weg als een conservatieve minderheid. “Ik voel mij alleszins geen lid van een kleine groep”, pareert Hennart. “Geens wil hervormen om te hervormen. Een rode draad zou wenselijk zijn. Wij vinden onze weg niet meer terug.”

Hetzelfde geluid weerklinkt bij de Nederlandstalige Vereniging van Magistraten, vooral omdat de minister ook nog eens bezig is met de ‘grote werven’ van de wetboeken. Het strafwetboek en de rest van de basiswetgeving, van erfrecht tot vennootschapsrecht; op alles wil Geens graag zijn stempel drukken. De professor-advocaat weet waar hij naartoe wil, en werkt daar – naar eigen zeggen – dag en nacht aan. “Ik pleeg constant overleg, maar ik ben geen lamme goedzak”, herhaalde hij in Het journaal.

Net dat verwijten zijn tegenstanders hem, maar dan in hardere bewoordingen. Dat hij slechts doet alsof hij luistert, en dan zijn goesting uitvoert. Hennart: “Hij geeft blijkt van overleg, maar van dat overleg blijft niets over.”

Bron » De Morgen