Ex-magistraat vreest sabotage in Bende-onderzoek

Edwig Steppé, een voormalig magistraat bij het Brusselse parket, moest – naar eigen zeggen – van het parket-generaal in Brussel begin jaren 90 zijn onderzoek rond de rol van veiligheidsdiensten bij de golf van zware misdaden in de periode 1982-1985 stopzetten. Dat heeft hij in een brief aan de partijvoorzitters en het federale parket aangeklaagd.

Steppé –die in de jaren 90 onder andere verantwoordelijk was voor het onderzoek Bouhouche-Beijer – raakte overtuigd dat een zogenaamde ‘strategie van de spanning’ aan de basis lag van de aanslagen van de Bende van Nijvel en de CCC. De veiligheidsdiensten zouden, aldus Steppé, de linkse terreurgroep CCC een tijdlang oogluikend hebben laten begaan om zo een gevoel van onveiligheid te creëren. Volgens Steppé heeft een aantal eigenaardigheden gemaakt dat ex-rijkswachters Madani Bouhouche, Robert Beijer en Martial Lekeu nooit echt zijn aangepakt.

Te veel toeval om alleen maar toeval te zijn, besluit Steppé. Volgens hem moest de maatschappij met een vlaag van terreur rijp gemaakt worden om bestaande machtsorganen meer macht te geven. Maar zijn collega’s en oversten vonden dat hij spoken zag.

Het verhaal van Edwig Steppé is niet nieuw. Hij vertelde het de voorbije jaren al bij verschillende instanties. Bewijzen voor zijn ‘strategie van de spanning’ zijn nooit gevonden.

Bron » De Standaard

Voormalig magistraat zegt dat onderzoek naar Bende van Nijvel werd gesaboteerd: “De gekste toestanden deden zich voor”

Een gewezen Brusselse magistraat beweert in een brief dat het onderzoek naar de Bende van Nijvel gesaboteerd is. De magistraat wou onderzoeksdaden laten verrichten die ook een link met de Bende van Nijvel konden aantonen. Maar daarin werd hij in de jaren 90 gehinderd.

In de brief (en bijgevoegde memorandums) wordt onder meer beweerd dat tijdens het assisenproces van voormalige rijkswachters Madani Bouhouche en Robert Beijer bewust vergeten werd een expertiseverslag te schrijven. Op die manier wordt het duidelijk dat “Bouchouche en Beijer deel uitmaakten van een criminele organisatie”, en de Bende-criminelen geen gewone criminelen zijn. “Er was een duidelijke bende die bestond uit minstens een organisatie of brein”, aldus nog de magistraat, die indertijd onderzoek deed naar terreurorganisatie CCC en de Bende van Nijvel.

De brief werd gericht aan de partijvoorzitters in ons land en ook de federale procureur kreeg een exemplaar. Erin wordt kritiek geuit op de manier waarop het onderzoek wordt gevoerd.

Integraal: De brief

Geachte heer federaal procureur

Bende van Nijvel

Ik hoop dat u mijn eerdere schrijvens goed ontvangen heeft.

In uw opsporingsprogramma kwam mijn oud collega Eric Van der Sypt uitvoerig aan bod. Hopelijk leidt dit tot resultaat.

Van der Sypt bevestigde dat Bonkoffsky nooit de reus was en legde uit? dat er na grondig onderzoek geen enkel materieel element hem linkte. Volgens David Van de Steen impliceert dit dat de piste “rotte elementen, georganiseerd?, binnen de rijkswacht” begraven is. Publiek werd ook gesteld dat Herman Vernaillen door federaal magistrate Capelle zou ontvangen zijn maar dat zij hem bevestigde dat het federaal parket niet bevoegd is voor zijn zaak (en de implicaties).

De ‘bewezen’ manipulatie betreffende de vondst in het kanaal van Ronquières houdt fundamenteel in dat het gerecht bewust “uitgedaagd” werd. In “Van Gils” bevestigde oud onderzoeksrechter Troch dat wat hij noemde “steeds dezelfde namen” naar voren kwamen. Vandaar zijn gewilde opening naar 5 andere dossiers. Het team van onderzoeksrechter Troch werd echter “ontspoord” door een dramatisch ingrijpen dat tot vertaling van het dossier leidde.

Indien Eric Van der Sypt bedoelde dat het actuele gerechtelijk onderzoek exclusief op grond van materiële sporen en mogelijke bekentenissen tot de waarheid wil doordringen en dat het overige verwerpelijke complottheorieën zijn, kan ikzelf dit alleen bevestigen inzake ‘loze’ complottheorieën. “Werkhypothesen” gebaseerd op feiten kunnen integendeel, zoals de ervaring leert, leiden tot het vinden van de gerechtelijke waarheid wanneer materiële sporen onvoldoende aanwezig zijn. In deze zin was de intentie tot ‘uitbreiding’ van oud onderzoeksrechter Troch goed te begrijpen alsook zijn fundamentele kritiek van heden op de “nieuwe” onderzoeksstrategie zoals door Eric Van der Sypt verwoord.

Dezelfde namen circuleren trouwens voor zover mij bekend in mijn démarche tot gerechtelijk onderzoek betreffende “de strategie der spanning” (CCC-bis, dossier onderzoeksrechter Vlogaert 464/94). Dit gerechtelijk onderzoek werd wederrechtelijk, zonder enig gevolg tot op heden, afgebroken en door de tweede parlementaire bende-onderzoekscommissie ‘verzwegen’.

Ook in de moordaanslagen van oktober 1981 op majoor Vernaillen en 3 BOB’ers is het bijzonder zinnig te onderzoeken of ook hier dezelfde namen op het niveau van de opdrachtgevers voorkomen. Thans is alleen op feitelijk niveau zekerheid wat de uitvoerders betreft.

In ditzelfde gerechtelijk onderzoek doen zich trouwens “de gekste toestanden” voor: BOB’ers in dienst plegen moordaanslagen op andere BOB’ers en de feitelijke leider van het drugsonderzoek “François”. BOB’er Bouhouche is zelf speurder en uitvoerder. Op grond van een gerechtelijke expertise waarvan copie in bijlage, worden zij vervolgd en vrijgesproken. De genaamde Buslik wordt bij verstek ter dood veroordeeld en aanvankelijk niet internationaal geseind … vervolgens vrijgesproken … .

Uw federaal parket is perfect bevoegd om na te gaan of er “achter” deze bijzonder merkwaardige “gang” in diverse gerechtelijke onderzoeken interessante elementen te vinden zijn die samen met andere elementen, bijvoorbeeld “het saboteren” van het gerechtelijk onderzoek naar “de strategie der spanning” in verband kunnen gebracht worden met de merkwaardige gang van het gerechtelijk onderzoek naar de bende van Nijvel.

In bijlage vindt u de copie van de gerechtelijke expertise Tombeur in de aanslag op majoor Vernaillen.

Met hoogachting

Bron » Het Nieuwsblad

“Onderzoek naar Bende van Nijvel is gesaboteerd”, volgens voormalige magistraat

“Het onderzoek naar de Bende van Nijvel is gesaboteerd.” Dat schrijft een voormalige Brusselse magistraat in een brief, gericht aan onder meer de partijvoorzitters van ons land, die VTM Nieuws kon inkijken. De magistraat, die indertijd onderzoek deed naar de terreurorganisatie CCC en de Bende van Nijvel, beweert dat hij gehinderd werd in het onderzoek.

De magistraat wou onderzoeksdaden laten verrichten die ook een link met de Bende van Nijvel konden aantonen. Maar daarin werd hij in de jaren 90 gehinderd. “Zo wou hij, als Openbaar Ministerie, een huiszoeking laten doen. Maar van hogerhand werd besloten die niet te laten doorgaan”, zegt Jef Vermassen, advocaat van de slachtoffers en hun familieleden van de Bende van Nijvel.

In de brief wordt beweerd dat tijdens het assisenproces van de voormalige rijkswachters Madani Bouhouche en Robert Beijer bewust vergeten werd een expertiseverslag te schrijven. Op die manier wordt het duidelijk dat “Bouhouche en Beijer deel uitmaakten van een criminele organisatie”, en de Bende-criminelen geen gewone criminelen zijn. “Er was een duidelijke bende die bestond uit minstens een organisatie of brein”, schrijft de magistraat nog.

Kritiek op onderzoek

Niet enkel de partijvoorzitters kregen een brief in handen. Ook naar de federale procureur stuurde de magistraat een brief, waarin hij kritiek uit op de manier waarop het onderzoek wordt gevoerd.

Volgens gerechtelijke bronnen zit die informatie al sinds 1995 grotendeels in het dossier, maar heeft de magistraat nu opnieuw een brief naar de partijvoorzitters gestuurd. Volgens het federaal parket zal de tip net als andere worden onderzocht. Er zal nagegaan worden of er nu nieuwe elementen zijn en of die verder onderzoek vergen.

Bron » De Morgen

Broer vermeende Reus bereid confrontatie met Beijer aan te gaan

De broer van Chris B., de man die mogelijk de ‘Reus’ van de Bende van Nijvel zou zijn, blijft bij zijn verklaring dat zijn broer de ex-rijkswachters Madani Bouhouche en Robert Beijer kende. Hij is desnoods ook bereid een confrontatie met Beijer aan te gaan, al denkt hij dat dat weinig zin heeft.

Robert ‘Bob’ Beijer (65) werd woensdag door de onderzoeksrechter ondervraagd naar aanleiding van nieuwe getuigenissen in de zaak van de Bende van Nijvel. Chris B. zou kort voor zijn dood aan zijn broer hebben bekend dat hij de ‘Reus’ van de bende was. Beijer, wiens naam al langer circuleert in het dossier, zou een kennis van B. zijn geweest, aldus zijn broer.

Maar Beijer ontkende op het verhoor van woensdag dat hij ook maar iets met de Bende te maken zou hebben, en dat hij Chris B. ook maar gekend zou hebben. Beijer vroeg zelfs om een confrontatie met de broer van Chris B.

Volgens zijn advocaat Geert Lenssens houdt de broer van Chris B. vast aan zijn eerdere verklaringen, verklaringen die volgens Lenssens ‘spontaan, oprecht en erg geloofwaardig’ zijn. ‘Mijn cliënt blijft erbij dat hij zo’n 35 jaar geleden Beijer samen met Mahadi Bouhouche af en toe bij zijn broer thuis heeft gezien. Die woonde toen nog bij zijn ouders. Maar zijn moeder was niet opgezet met de bezoeken van de twee, en heeft dat ook gezegd. Daarna heeft hij ze niet meer teruggezien.’

Lenssens verduidelijkt wel dat zijn cliënt zich tot de feiten beperkt: volgens hem kenden Chris B. en Beijer elkaar wel degelijk, ‘maar hij heeft nooit beweerd dat die of die persoon lid van de bende was’.

Van een rechtstreekse confrontatie met Beijer ziet hij het nut niet in. ‘De persoon die daarover moet beslissen, is de onderzoeksrechter. Als zij dat nuttig vindt, dan zal mijn cliënt opnieuw zijn volledige medewerking verlenen. Maar dat zal geen zoden aan de dijk brengen: hij blijft bij zijn verklaringen, en heeft daar verder ook niets aan toe te voegen.’

Bron » De Standaard

Ex-rijkswachter Robert Beijer verhoord in Bende-dossier

Ex-rijkswachter Robert Beijer is verhoord in het Bende-dossier. Het gerecht wil weten of er een link is tussen Beijer en Chris B., de vermeende ‘Reus’.

Onderzoeksrechter Martine Michel heeft Robert ‘Bob’ Beijer (65) woensdag ondervraagd. Na afloop van het verhoor, dat ongeveer een uur duurde, werd de ex-rijkswachter weer vrijgelaten. Hij werd niet in verdenking gesteld.

Beijer nam de voorbije weken zelf vanuit Thailand contact op met de Bendespeurders, nadat hij had gehoord dat zijn naam opnieuw in verband werd gebracht met de Bende van Nijvel. Beijer woont al sinds eind jaren 90 in Thailand, maar komt geregeld terug naar België.

‘De rechter wilde in de eerste plaats weten of ik Chris B. ooit gekend heb’, bevestigt Beijer aan De Standaard. ‘Ik heb geantwoord dat ik die man niet ken en dat ik hem bij mijn weten vroeger ook nooit gezien heb bij de rijkswacht. Daarnaast wilde ze ook weten of ik zelf nog iets nuttigs kon verklaren over de Bende van Nijvel. Ik heb gezegd wat ik ervan dacht. Maar dat zijn geen nieuwe zaken.’

Chris B., een ex-lid van de Groep Diane van de rijkswacht, verklaarde enkele weken voor zijn dood in 2015 aan zijn broer ‘dat hij lid was geweest van de Bende van Nijvel’. Toen het verhaal eind oktober naar buiten kwam, veroorzaakte dat veel beroering in de publieke opinie. De speurders hopen dat de bekentenis van Chris B. klopt en dat ze zal leiden tot de oplossing van het mysterie.

Geen bloed aan handen

De broer van Chris B. verklaarde aan de Bendespeurders en eind oktober ook in de pers dat hij B. ooit had gezien in het gezelschap van de ex-rijkswachters Madani Bouhouche en Robert Beijer. Over Bouhouche en Beijer doen al jaren geruchten de ronde dat ze deel zouden hebben uitgemaakt van de Bende van Nijvel. De twee ondergingen in de jaren 90 een test met de leugendetector om hun betrokkenheid te verifiëren, maar ze werden niet op leugens betrapt.

‘Ik heb aan de rechter gezegd dat ik graag geconfronteerd wil worden met de broer van Chris B.’, zegt Beijer. ‘Ik wil weten waar hij het haalt dat hij me gezien zou hebben met Chris B., want dat is dus niet zo. Ik kende die man niet. Zelf werkte ik in die tijd (eind jaren 70, red.) bij de drugsbrigade van de rijkswacht. Ik ben nooit bij de Groep Diane geweest.’

Robert Beijer pleegde in de jaren 80 een reeks misdaden met zijn ex-collega, rijkswachter Madani Bouhouche. Hij werd midden jaren 90 door het Brusselse hof van assisen veroordeeld tot 14 jaar cel, onder meer wegens heling van een uurwerk afkomstig van een goud- en juwelendiefstal uit 1982 op de luchthaven, waarbij de veiligheidsagent Francis Zwarts om het leven kwam. Bouhouche werd veroordeeld voor die moord.

Beijer werd ook veroordeeld voor zijn rol in een uit de hand gelopen overval op een Libanese diamantair in Antwerpen, waarbij Bouhouche de diamantair neerschoot. Beijer blijft er tot op vandaag bij dat hij zelf geen bloed aan de handen heeft.

In zijn boek De laatste leugen, dat in 2010 uitkwam, bekende Beijer nog enkele feiten waar hij voor assisen niet voor veroordeeld werd. Zo bekende hij onder meer de aanslag op rijkswachtmajoor Herman Vernaillen in 1981 en de diefstal van een aantal wapens bij de Groep Diane in de kazerne van de rijkswacht in Etterbeek in 1982. Over die laatste diefstal doet al jaren de hypothese de ronde dat hij te maken zou hebben met de Bende van Nijvel.

Extreemrechts

Maar volgens Beijer is dat dus niet zo. ‘Ik heb met de Bende van Nijvel niets te maken. Ik weet er dus ook niets over. Maar wat ik wel kan doen en wat ik in mijn boek ook gedaan heb, is justitie duidelijk maken dat een aantal feiten ten onrechte aan de Bende van Nijvel wordt toegeschreven. Dat heb ik woensdag ook nog eens aan de onderzoeksrechter gezegd.’

Madani Bouhouche, de vroegere kompaan van Beijer, overleed in 2005 in de Franse Pyreneeën bij het vellen van een boom. ‘Van hem vermoed ik nog altijd dat hij misschien wel betrokken was bij de Bende’, zegt Beijer. ‘Hij was goed bevriend met onder anderen mensen van het extreemrechtse Westland New Post (WNP). Ik vermoed tot vandaag dat we het in die richting moeten zoeken. Maar nogmaals, ook daar heb ik geen enkel bewijs van.’

Bron » De Standaard