Claude Van de Voorde nieuwe baas militaire inlichtingendienst

Luitenant-generaal Claude Van de Voorde volgt Eddy Testelmans op als baas van de Algemene Dienst Inlichting en Veiligheid (Adiv). Dat heeft Belga uit goede bron vernomen. Het nieuws over de benoeming van Van de Voorde is via een interne mededeling bij Defensie verspreid.

Testelmans, zelf ook luitenant-generaal, nam ontslag als topman van de Adiv nadat een zeer kritische brief over zijn dienst was uitgelekt, zo bevestigde hij in een gesprek met De Standaard. Nu raakt dus bekend dat Claude Van de Voorde hem opvolgt.

Van de Voorde was sinds december 2014 kabinetschef van minister van Defensie Steven Vandeput (N-VA). Hij wordt op het kabinet opgevolgd door generaal-majoor Jean-Paul Claeys. Claeys was tot dusver beleidsdirecteur personeel en vorming bij Vandeput.

In een mededeling “betreurt” chef defensie Marc Compernol het vertrek van Testelmans, maar “respecteert” hij diens keuze. “Zijn verwezenlijkingen in de militaire inlichtingendienst de voorbije vijf jaar kunnen niet onderschat worden”, benadrukt Compernol.

Door de beslissing van Testelmans wordt de reeds geplande wissel aan de top van de Adiv vroeger uitgevoerd dan gepland, deelt Compernol mee. De chef defensie “heeft er alle vertrouwen in dat luitenant-generaal Van de Voorde als nieuwe chef van de Adiv de geplande hervormingen van de dienst tot een goed einde brengt”, besluit de mededeling.

De Adiv is een van de twee Belgische inlichtingendiensten, naast de Staatsveiligheid. Hij valt onder de bevoegdheid van de minister van Defensie, terwijl de Staatsveiligheid onder de minister van Justitie valt.

Bron » De Morgen

“Amateurisme ten top bij militaire inlichtingendienst”

“Het probleem van de militaire inlichtingendienst Adiv gaat verder dan de persoon van Testelmans (de baas, red.).” Dat meldt Groen in een reactie op de berichtgeving in De Standaard. “De hele top van Adiv weet niet van welk hout pijlen maken.”

“De problemen bij Adiv klinkt jammer genoeg bekend” zegt Wouter De Vriendt, parlementslid voor Groen. Die problemen schetsten acht commissarissen van de militaire veiligheidsdienst Adiv in een zes pagina’s lange brief, waar De Standaard de hand op kon leggen. Daarin spreken ze van interne concurrentiedrang, foutieve doorstroming van informatie en wantrouwen tussen de afdelingen onderling.

In die brief verwijten ze hun baas, luitenant-generaal Eddy Testelmans dat hij niets doet om de toestand te verhelpen.

“Verantwoordelijkheid afschuiven”

“De brief, maar ook andere signalen vanuit de inlichtingendienst hebben ons bereikt, en schetsen een weinig fraai beeld van de werksfeer en de managementcultuur”, merkt De Vriendt op. “Testelmans wijt de malaise bij vooral aan personeelsgebrek en probeert elke verantwoordelijkheid van zich af te schuiven. Dit is amateurisme ten top. Maar het probleem gaat verder dan de persoon van generaal Testelmans. Niet alleen Testelmans, maar de hele top van de Adiv weet niet van welk hout pijlen maken.”

Voor Groen is een onderzoek naar de brief en naar Testelmans alleen dus niet de oplossing. Er moet een volledige doorlichting komen, zegt ook Stefaan Van Hecke (Groen).

“Al drie jaar”

Volgens de groenen was er langer sprake van problemen. “Het is onbegrijpelijk dat minister Vandeput (van defensie, N-VA, red.) de malaise bij Adiv al drie jaar sinds zijn aantreden op haar beloop laat. De audit van 2011 ligt al drie jaar op zijn bureau stof te vergaren. Ook zijn voorganger Pieter De Crem (CD&V) mag wel eens in de spiegel kijken.”

Vandeput kondigde in De Standaard aan dat er nieuwe doorlichting komt door het Comité I.

Bron » De Standaard

“Interne oorlog doet militaire spionage vierkant draaien”

De militaire veiligheidsdienst Adiv, de tegenhanger van Staatsveiligheid op vlak van Defensie, draait door interne twisten en een gebrek aan coördinatie niet zoals het hoort. Dat blijkt uit een gelekte brief van acht commissarissen aan onder andere minister van Defensie Steven Vandeput (N-VA). De geheime dienst moet onder meer de buitenlandse spionnen in ons land in kaart brengen en extremisme bij het Belgische leger opsporen.

Eind december vorig jaar stuurden acht commissarissen van de militaire veiligheidsdienst Adiv een brief van zes pagina’s aan onder andere de minister van Defensie Steven Vandeput (N-VA) en de opperbevelhebber van het leger, Marc Compernol. De Standaard kon dit uitzonderlijk document inkijken en de inhoud ervan is ook bevestigd aan onze redactie.

Interne concurrentiedrang, foutieve doorstroming van informatie en wantrouwen tussen afdelingen

In de brief gaat het onder andere over interne concurrentiedrang, foutieve doorstroming van informatie en wantrouwen tussen de verschillende afdelingen van de militaire veiligheidsdienst Adiv.

Er is ook sprake van een “dramatisch tekort aan personeel, met een ontmoediging en desillusie tot gevolg”. De acht commissarissen zeggen dat het departement Counter Intelligence (dat vooral de buitenlandse spionage in ons land en extremisme bij het Belgische leger moet opsporen) niet langer kan voldoen aan haar verplichtingen.

Ze halen ook uit naar hun bevelhebber, luitenant-generaal Eddy Testelmans. Volgens hen zou Testelmans “de opdracht van de dienst miskennen en verkeerd begrijpen en bovendien nieuwe benoemingen regelrecht saboteren”.

Historisch tekort van manschappen

Het is niet de eerste keer dat er kritiek komt op de werking van de militaire inlichtingendienst. Er is een historisch tekort van manschappen, maar ook problemen rond informatieverwerking en informatiedoorstroming is al lang een gekend zeer. Door de aanhoudende terreurdreiging komt de focus ook steeds meer te liggen op terreur en minder op de klassieke contra-spionage, een evolutie die niet iedereen omarmt.

Onderzoek door Comité I

Minister van Defensie Vandeput (N-VA) bevestigt dat hij de brief ontving en zegt dat hij zich bewust is van de problemen. Hij betreurt het dat de interne post gelekt is en zegt dat hij het Comité I gevraagd heeft om de Adiv door te lichten.

Volgens luitenant-generaal Testelmans is de onvrede van een deel van zijn personeel te wijten aan “frustratie ingevolge een schrijnend gebrek aan mensen voor steeds toenemende verantwoordelijkheden”. Hij verwijt de “opstandige leden” ook “calimero-gedrag”.

“Terrorisme is de belangrijkste prioriteit. Ik besef dat daardoor een aantal mensen uit hun confortzone moetne komen. Dat ik hen zou saboteren, is onzin”, klinkt het bij Testelmans, die sinds maart 2012 aan het hoofd van Adiv staat.

Bron » VRT Nieuws

Belgische militaire spionnen vechten interne oorlog uit

Acht commissarissen van de militaire veiligheidsdienst Adiv klagen in een brief aan minister van Defensie Steven Vandeput (N-VA) en de opperbevelhebber van het leger over de slechte toestand waarin hun dienst verkeert. Dat schrijft De Standaard, die de brief kon inkijken.

De gelekte brief telt zes pagina’s en dateert al van december vorig jaar. De ondertekenaars klagen over een “dramatisch gebrek aan personeel” en stellen dat de dienst Counter Intelligence niet langer kan voldoen aan haar verplichtingen.

Bevelhebber Eddy Testelmans zou niets ondernemen om de toestand te verhelpen. De briefschrijvers vermoeden zelfs “regelrechte sabotage vanuit het militair commando”.

In een reactie zegt Testelmans te beseffen dat er problemen zijn, te wijten aan een historische onderinvestering. Testelmans verwijt de opstandige leden van CI op zijn beurt “calimero-gedrag”.

Minister Vandeput bevestigt dat hij de brief heeft gekregen. “Ik heb ook naar die mensen geluisterd. Het is niet aan mij om nu in te grijpen, maar ik heb het Comité I wel gevraagd de Adiv door te lichten. Dan pas kan ik eventueel maatregelen nemen.”

Bron » De Morgen

Commissie 22/3: ‘Staatsveiligheid moet dringend versterkt worden’

De Staatsveiligheid moet meer armslag krijgen, op álle vlakken. Dat is één van de opvallendste aanbevelingen van de commissie 22/3.

De strijd tegen terreur begint met het vergaren van accurate informatie, het is dus des te belangrijker dat de inlichtingendiensten performant werken. De hervorming van de inlichtingendiensten kadert in de omslag van de informatiehuishouding die de commissie voorstaat. Rode draad doorheen het 500 pagina’s tellende rapport is een betere doorstroming van informatie.

Uit het onderzoek van de commissie blijkt dat er al te vaak kansen worden gemist op het vlak van informatiegaring. Ook de informatiedoorstroming is voor verbetering vatbaar, zowel tussen de inlichtingendiensten onderling (lees: de Staatsveiligheid en de militaire ADIV) als tussen de inlichtingen- en veiligheidsdiensten.

Twintig jaar na de onderzoekscommissie­-Dutroux is de problematiek nog hetzelfde. Tot een nieuw, groots Octopus­akkoord zal dit rapport niet leiden, het beoogt vooral een noodzakelijke brug te slaan tussen de bestaande inlichtingendiensten. Historisch is wel dat de meerderheid en de oppositie in consensus beslist hebben over honderden aanbevelingen.

Belgische Staatsveiligheid, een lilliputter

De herhaalde noodkreet van Staatsveiligheids­topman Jaak Raes – ‘Het opruimen van zwerfvuil in Vlaanderen kost 61 miljoen euro en dat is 20 procent meer dan het budget van de Staatsveiligheid’ – is niet in dovemansoren gevallen. De onderzoekscommissie is van oordeel dat er ‘dringend nood is aan een versterking van de Staatsveiligheid’, zowel op het vlak van personeel en de opleiding van personeelsleden, als op het vlak van de informatietechnologie.

‘Er dient derhalve een substantieel ruimer budget te worden toegekend’, aldus het rapport. In vergelijking met buitenlandse inlichtingendiensten is de Staatsveiligheid inderdaad een lilliputter: onderbemand en onder­gefinancierd.

Een samensmelting met de militaire inlichtingendienst ADIV komt er niet, wel moet er beter worden samengewerkt – dat gaat van het delen van vertaaldiensten tot het samen ontwikkelen en optimaliseren van human intelligence.

Diversiteit binnen diensten

Om de juiste personen aan te werven, moeten de Selor-procedures worden versoepeld. De inlichtingendiensten moeten daarbij beiden nog steeds zelf op zoek gaan naar burgerpersoneel met een geschikt gespecialiseerd profiel. De commissie 22/3 benadrukt dat het belangrijk is dat de diensten de diversiteit van de Belgische samenleving weerspiegelen. Concreet is er nood aan (meer) personeelsleden die de taal van potentiële terroristen spreken. Alle personeelsleden moeten flexibel kunnen worden ingezet en tijdelijk gedetacheerd kunnen worden tussen beide diensten.

Dossier bij gerecht en/of inlichtendiensten?

Daarnaast beveelt de commissie 22/3 aan dat de Belgische informatiepositie gevoelig wordt opgevijzeld. De inlichtingendiensten moeten niet alleen informatie vergaren, maar ook scenario’s in kaart brengen en eventueel zelfs disruptief kunnen optreden om bepaalde schadelijke activiteiten te verstoren.

Tijdens de hoorzittingen in de commissie hekelden de toplui van de inlichtingendiensten het feit dat Justitie soms té snel een dossier naar zich toe trekt: als er een misdrijf boven water komt, wordt er een gerechtelijk onderzoek geopend dat de facto het inlichtingenwerk dwarsboomt. Ook daar komt de commissie aan tegemoet. Op het niveau van de vijf hoven van beroep richt men telkens een Intelligence Fusion Cell in, naar het model van de bestaande cel van de FGP Brussel. Daarnast komen er ook vijf Joint Decision Centres, waarin de 2 inlichtingendiensten zitten, het Ocad, de gerechtelijke politie én het federaal parket.

‘We hadden ons er gemakkelijk van af kunnen maken door te zeggen: de inlichtingendiensten moeten meer samenwerken, er moeten protocolakkoorden komen’, aldus Laurette Onkelinx (PS). ‘Maar we hebben de hele werkmethode omgegooid en stellen ingrijpende structurele veranderingen voor. Dit (Joint Decision Centres, red.) is une petite révolution.’

Whatsapp en sociale media

Ook de toegang tot communicatiekanalen van potentiële terroristen moet geoptimaliseerd worden, klinkt het in de aanbevelingen van de commissie. Die toegang mag zich echter niet beperken tot het Belgisch grondgebied.

Op Europees en zelfs internationaal niveau toegang krijgen tot geëncrypteerde communicatie-apps zoals Whatsapp is volgens de commissie noodzakelijk. Meer grip krijgen op de boodschappen die potentiële terroristen versturen en ontvangen op sociale media behoort eveneens tot de doelstellingen.

Bron » De Standaard